Het is middag. We vinden nog juist een plaatsje in een van de drukbezochte jachthavens van Amsterdam. We worden de de vriendelijk havenmeester(es) naar onze ligplaats gestuurd en ze helpt een handje mee bij het aanmeren.
We varen nu op het IJ. De skyline van Amsterdam is indrukwekkend. Veel tijd om van het uitzicht te genieten is er niet. We moeten het drukke verkeer in de gaten houden. We moeten voorzichtig het IJ oversteken om de Aeolus jachthaven binnen te varen.
Na een tiental kilometer komt de stad Amsterdam in zicht. Het Centraal station komt in zicht. We laveren tussen de drukke beroepsvaart en de talrijke waterbussen.
Voorbij de schutsluis in Spaarndam varen we nog een tweetal kilometer op het Zijkanaal om daarna het Noordzeekanaal op te draaien. Het Noordzeekanaal is de verbinding tussen IJmuiden en Amsterdam. Al vlug zien we de eerste kranen van de Amsterdamse haven.
We vertrekken al vroeg uit de jachthaven en varen langs de Noorder Buiten Spaarne tot aan de sluis van Spaarndam. Het was er nog niet te druk. We moesten wel even wachten om te schutten omdat er ook nog een duwvaartbak mee in de sluis moest. Die boot had langs beide zijden slechts een 20 cm over en bezette de ganse lengte van de sluis. Met wat een precisie moest die schipper zijn boot besturen.
Voor we Haarlem verlaten, moeten we nog eerst het betalen voor de doorvaart. Omdat het al laat geworden is, en het havenkantoor reeds gesloten is moeten we bij het passeren van de laatste brug betalen aan de brugwachter, die met een klomp aan een touwtje, het geld komt innen. Dan varen we Haarlem buiten en zoeken de eerste jachthaven op om te overnachten.
Aan de Cruquiusbrug varen we de Zuider Buiten Spaarne op. Om door Haarlem te varen moet je acht bruggen onder. De meeste van die bruggen zijn te laag en het is alweer wachten geblazen. Voor de eerste brug moeten we bijna drie uur wachten.
De Ringvaart van de Haarlemmermeerpolder voert ons langs Lisse en Hillegom. Er zijn een drietal bruggen waar we wel even moeten wachten. De vaart is ongeveer 20 km lang en brengt ons tot aan Haarlem. Onderweg genieten we van het echte polderlandschap met hier en daar de traditionele windmolen.
Even voorbij het bunkerstation zien we een wegwijzer die ons aangeeft dat we de goede route volgen. Even later steken we het Braassemermeer over en vervolgen we onze weg via de Oude Wetering tot aan de Ringvaart van de Haarlemmermeerpolder.
De volgende morgen vertrekken we uit Gouda en varen dan op de Gouwe langs Waddinxveen en Boskoop. In Alphen aan de Rijn slaan we linksaf, de Oude Rijn op, en even verder varen we de Heimans Wetering op. Daar gaan we ook voor de eerste keer brandstof bijtanken.
Het was een flinke wandeling van de jachthaven tot in het centrum, maar het was wel de moeite waard. Op de gezellige markt, met zijn imposant stadhuis en de Kaaswaag, gingen we lekker eten op een van de vele terrasjes.
Op 25 juli is het eindelijk zover. Expeditie Friesland kan beginnen. Om 13.00 zijn we klaar met inladen. Met z'n vieren vertrekken we uit de Lage Zwaluwe. Het was snikheet, maar eens de jachthaven uit en de Amer op was er toch een verfrissende wind. Juist voor de Moerdijkbruggen verandert de naam van de stroom in het Hollands Diep. Het is wel indrukwekkend om met zo'n kleine boot onder die enorme brug te varen samen die grote containerschepen. We bleven maar braafjes aan de zijkant van de vaargeul varen...