Zo noemde zij de theorie van een uitdijend heelal steeds trager op weg naar een samenklonterend niets waarvan zij talloze voorbeelden noemde en legde zijn stamelgedachten tegen het licht
Zij sprak: Niets is de liefde voor een denkraam, dat altijd openstaat kuste hem op open mond zette haar bedenksels op stop Zo vulden zij elkaar aan deelden wat hen maakte tot een paar uitermate geschikt voor een jaar