![](http://blogimages.seniorennet.be/anastacia/278953-4345a9aeaf2fc98020e27d2649eb06e0.jpg)
Tachtig procent van de Belgen krijgt ooit te maken met rugpijn. En bijna twaalf procent van het ziekteverzuim van 28 dagen of langer is het gevolg van rugklachten. Reden genoeg om op zoek te gaan naar oorzaken, behandelingen en de rol van preventie. Dr. Stefaan Poriau, diensthoofd revalidatie in de rug- en nekkliniek van het AZ Alma in Sijsele, geeft uitleg.
Wat zijn de oorzaken van rugpijn?
Dr. Stefaan Poriau: 'Bij ongeveer 85 procent van de rugklachten wordt geen definitieve diagnose gesteld en wordt de patiënt symptomatisch behandeld. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen acute en chronische pijn. Bij acute rugpijn zijn er twee grote oorzaken: problemen ter hoogte van de wervelkolom en problemen in de spieren en ligamenten. In de wervelkolom kunnen allerlei problemen ontstaan. Tussen de wervels heb je telkens een tussenwervelschijf of discus en bij elke ruimte daartussen verlaat aan beide zijden een zenuw het ruggenmergkanaal. Bekendst is de hernia: een scheur in de discus, waardoor discusmateriaal gaat uitpuilen en in contact komt met een zenuw.'
'Bij chronische rugpijn speelt, naast het medische aspect, ook het psychosociale aspect een belangrijke rol. Het risico op een aanslepend rugprobleem wordt in de hand gewerkt door het catastroferen van de situatie. Mensen vermijden beweging uit angst voor pijn, zijn geneigd tot een sombere stemming en verwachten dat passieve behandelingen beter helpen dan actieve (zoals oefeningen). Ook problematisch is dat incentives voor werkhervatting ontbreken: het is soms voordeliger om thuis te blijven, dan om weer te gaan werken.'
Welke onderzoeken doet een arts?
'Eerst gaan we de voorgeschiedenis na. De arts controleert of het gaat om een ontsteking of een 'degeneratieve' klacht, die onomkeerbare veranderingen met zich meebrengt. Belangrijke vraag is wanneer de patiënt last heeft van rugpijn. Als de pijn 's nachts optreedt, duidt dat vaak op een ontsteking, een reumatisch probleem. Bij een degeneratieve klacht heb je bijvoorbeeld last als je veel gewerkt hebt. Naast het type evalueert de arts ook de ernst van de klacht. Een tweede stap is een radiologisch onderzoek. Bij een klacht zonder uitstralingspijn gebeurt een radiografie. Als er uitstralingspijn is, gebeurt een CT-scan of NMR. Hiermee wordt de medische diagnose verfijnd.'
Wat zijn de behandelingen?
'Tot een tiental jaar geleden werd aan patiënten met rugklachten aangeraden te rusten. Patiënten werden geïmmobiliseerd in een korset. Sinds 1999 is het besef gegroeid dat patiënten zelf een korset moeten opbouwen aan de hand van oefeningen die rug- en buikspieren verstevigen. Uit studies blijkt dat de multidisciplinaire aanpak van rugpijn het meest succesvol is. Informeren van de patiënt, oefeningen om spieren te verstevigen, fysieke conditionering, ergonomie, hef- en tiltechnieken, psychologische begeleiding en pijnbehandeling: het maakt allemaal deel uit van de behandeling. Over alternatieve behandelingswijzen als osteopathie en accupunctuur is er weinig wetenschappelijk bewijs. Ook chirurgie scoort niet altijd goed qua resultaat. Er wordt te veel geopereerd in België.'
Wat is de impact van de rugproblematiek op de werkvloer?
'De sociaaleconomische impact is enorm. Niet enkel de patiënt kampt met medische kosten en inkomensverlies, maar de rugproblematiek kost ook veel aan de maatschappij. Door rechtstreekse medische kosten en door ziekteverzuim. In de arbeidsgeneeskunde is bijna twaalf procent van het ziekteverzuim van 28 dagen of langer te wijten aan lage rugpijn. In België gebeuren nog te weinig inspanningen op vlak van preventie en werkhervatting. De behandelende geneesheer en de arbeidsgeneesheer hebben bijna geen contact. Na één maand komt een werknemer ten laste van het ziekenfonds en is er eigenlijk geen stimulans meer om weer te gaan werken. De patiënt wordt enkel gezien door de adviserende geneesheer en niet langer door de arbeidsgeneesheer. Wanneer de patiënt dan 'goedgekeurd' wordt, komt hij opnieuw bij de arbeidsgeneesheer terecht. Die is onvoldoende op de hoogte van het revalidatietraject om de reïntegratie op de werkvloer optimaal te laten verlopen.'
Emilie Lachaert
**********
|