God, ik kom hier om te twijfelen, twijfelen of U bestaat. Ze zingen Halleluja, het slaat op U, ja inderdaad. Maar ze zingen het zo flink en ze zingen het zo sterk en als ze even op dreef zijn, nou dan dreunt heel de kerk, als bijna een soort van engelenlied. Maar kijk, zo zeker ben ik niet.
God, ik kom hier om te twijfelen, twijfelen of ik U hoor. Maar in die bijbelse taal komt U soms moeilijk door. Wie schenkt op deze wereld, ja, die werft zich ginds een schat en dan komt de collecte, ja dan geef je maar weer wat. Niet voor dat mooie, grote doel, maar ja, omdat ik mij schuldig voel.
God, ik kom hier om te twijfelen, twijfelen of U bestaat. En als U op mij neerziet, in alle eerbied, wees niet kwaad. Maar als ik bij het gebed mijn ogen sluit en ik kijk toch om mij heen dan zie ik door mijn wimpers, God, dat doe ik niet alleen. Zijn er ondanks Uw heilig woord, toch meer mensen van mijn soort?
God, ik kom hier om te twijfelen, maar twijfelen, dat is toch een soort begin? Je hebt zekerheid, onzekerheid en iets daar tussen in. Maar al dat zo zekere dreunen van al die religieuze deunen dat maakt zo gauw, dat als je buitenstaat, dat je terugkruipt in je schulp. God, kom mijn ongeloof te hulp ! (Seth Gaaikema)
|