De vier seizoenen.
Neen, ik ga het hier niet hebben over Vivaldi, de Italiaanse violist en componist die met zijn vioolconcert ‘De Vier seizoenen’ onsterfelijk werd.
En neen, ik ga het ook niet hebben over de Belgische politiek en de Vivaldi regering. Die benaming vind ik, terloops gezegd, een belediging voor de componist.
Mijn onderwerp is niet hip. Waarover ik het dan wel wil hebben?
Over de connectie tussen de verschillende seizoenen en ons dagelijks eten. In onze Westerse maatschappij is die link namelijk volledig weggevallen.
Wie weet er nog wanneer het witloofseizoen begint, wanneer de tomaten rijp zijn, de aardbeien, erwten, bonen, … ? Tot eind vorige eeuw was er voor alles een ‘tijd’. Een periode waarin bepaalde groenten of fruit beschikbaar waren in de winkel. En daaruit voortvloeiend waren er periodes waarin bepaalde zaken of producten niet te vinden waren.
Er zijn duidelijk vier grote redenen waarom wij de connectie natuur/seizoenen/voedsel volledig verloren zijn. In eerste instantie is dat omwille van de mondialisering maar zeker ook de verstedelijking, de commercialisering en de veranderde werkmethodes hebben bijgedragen tot het wegvallen van de verbinding tussen wat je op je bord krijgt en de vier seizoenen.
De verstedelijking: hier hoeft weinig uitleg bij. Waar vroeger het merendeel van de bevolking leefde van, of zorgde voor het eigen voedsel is dat percentage de laatste jaren drastisch gedaald door de verstedelijking van ons land. Door de exponentiële groei van de bevolking worden wij verplicht op een steeds kleiner wordende oppervlakte te wonen. Zelfs op het platteland verschijnen er meer en meer appartementen. Een eigen tuin kunnen we in die omstandigheden in de meeste gevallen vergeten.
Trouwens wanneer je in de lente in een tuincentrum om zaden of plantgoed gaat, schat ik de gemiddelde leeftijd van de klanten een stuk boven dan 50 jaar. Het is dus grotendeels de oudere generatie die nog voldoende ruimte en tijd heeft voor een eigen moestuin.
De mondialisering: Door de moderne transportmiddelen en bewaarmethodes kunnen we zonder probleem groenten en fruit afkomstig uit andere werelddelen op ons bord krijgen.
In onze Europese winter worden in Australië avocado’s, limoenen of lychees geoogst die enkele dagen later al in onze winkels liggen.
We hebben de laatste jaren veel nieuwe fruit- en groenten ontdekt. Wie had in de eerste helft van de twintigste eeuw al gehoord van exotisch fruit zoals kiwi’s, lychees, avocado’s, mango, passievrucht? Dan hebben we naast het fruit nog de uitheemse groenten: gember, artisjokken, sojascheuten, pepers, bamboescheuten, ...
Terwijl wij hier in België pas half mei, na de ijsheiligen, prinsesboontjes kunnen zaaien worden ze de ganse winter en in het voorjaar massaal ingevoerd vanuit het klimaatgewijs zachtere Marokko. Dit brengt ons dan weer tot een ethisch vraagstuk: de ecologische voetafdruk van het geïmporteerde.
Misschien even verduidelijken dat de ijsheiligen de naam is van een aantal katholieke naamdagen die vallen tussen 11 en 15 mei, meteen ook de laatste lentedagen dat het in België kan vriezen.!
Niet alleen de mondialisering speelt een rol in het aanbod van groenten en fruit, ook de commercialisering heeft zijn plaats in het huidige aanbod. Om groenten en fruit aantrekkelijker te maken wordt de smaak aangepast. Typische voorbeelden hiervan zijn witloof, andijvie en rucola die vroeger tamelijk bitter van smaak waren en daardoor meestal niet de favoriete groenten van kinderen. Door het kruisen van deze groenten met zoetere soorten is de bittere smaak bijna volledig verdwenen en zijn meer mensen die groenten lekker gaan vinden. De klant is koning!
De laatste decennia werd enorm geïnvesteerd in verbetering van de werkmethodes. Veel groenten worden niet meer gekweekt in volle grond maar in een hydrocultuur. Voordeel is dat ook hier in België meerdere keren per jaar kan worden geoogst en de groenten minder gevoelig worden voor ziektes. Nadeel is wel dat de smaak er niet op verbeterd is. Tomaten in eigen tuin gekweekt in volle grond zijn gewoon lekkerder van smaak. Ze zien binnenin rood terwijl tomaten die in de warenhuizen verkocht worden binnenin eerder een groene kleur hebben waardoor die typische smaak van tomaten verdwenen is. Bij aardbeien gekweekt op water heb je hetzelfde fenomeen. Terwijl aardbeien die gekweekt worden in volle grond heel zoet smaken –suiker heb je niet nodig- is dat bij de aardbeien in het commerciële circuit niet het geval. Ook hier gaat het sneller opkweken ten nadele van de smaak.
Is alles wat ons eten aangaat negatief? Natuurlijk niet. Het gebruik van gif- en sproeistoffen is de laatste decennia enorm teruggedrongen of zelfs bijna verdwenen. Waar is de tijd dat iedereen met een eigen groentetuin, vooraleer wortelen te zaaien eerst een grijs poeder in de zaaigeul strooide om te vermijden dat larven de wortelen zouden beschadigen.
Gezond? Ik dacht het niet!
Ben ik een gezondheidsfreak? Neen, zeker niet, maar ik ben wel opgegroeid in een tijd waar de natuur nog meer invloed had op ons dagelijks leven.
Een slechte zomer betekende minder groenten of fruit in de winkel.
Nu is het aanbod winter en zomer altijd op hetzelfde peil en zoals in de inleiding aangehaald is voor de consument de connectie tussen de seizoenen en het voedselaanbod volledig weggevallen.
De wereldbevolking is de laatste decennia echter zodanig geëxplodeerd dat grotere opbrengsten belangrijker zijn geworden dan de smaak van ons voedsel.
Ik vrees dat, moest er in deze tijd een oorlog uitbreken, mensen niet meer zelfvoorzienend. Zelf groenten kweken kunnen de meeste Vlamingen niet meer. Hoewel het wel ‘hip’ is om te kweken, het blijft toch bij een beperkte hobby bij de meeste Vlamingen. Echte kennis ontbreekt.
Dan spreken we nog niet over het zelf kweken en slachten van kippen of konijnen.
Jaarlijks een varken slachten en zelf pensen, worsten of gehakt maken?
Voor onze kleinkinderen is de connectie tussen die lekkere McDonaldshamburger en de koe volledig weg. Een hamburger komt uit de hamburgerfabriek. Net zoals uit een grootschalig onderzoek van 10 jaar geleden naar voor kwam dat kinderen -vooral uit de steden- dachten dat ook melk uit de fabriek kwam.
Het leven is simpel.
|