Blogaholic
Observeren van de gewone dingen des levens, maar de politiek is ook nooit ver weg!!!
Inhoud blog
  • De Vier Seizoenen
  • Priester Daens
  • Sint Vincentius
  • Woke
  • De Mechelse Catechismus
  • Pepinster
  • Jan Palach
  • De kolenkelder
  • VRT-Nu
    Categorieën
  • Cynisme, humor, parodieën: er mag gelachen worden (4)
  • Nieuws en actualiteit (5)
  • Zoeken in blog

    Zoeken met Google


    Geen Expert, geen therapeut, geen coach, enkel gezond verstand!
    12-02-2024
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Mechelse Catechismus
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Hierover wordt geen debat gevoerd

     

    De iets ouderen ons zullen hem nog wel herinneren: de Mechelse Catechismus. In dat dunne boekje stond in 447 vragen en antwoorden alles beschreven wat een goed christen hoorde te weten. In de gemeentelijke jongensschool moesten we dan ook elke morgen een deeltje voordragen.

    Eerste les, vraag 4: Moeten alle mensen de christelijke leer kennen en onderhouden?

    Antwoord: Alle mensen moeten de christelijke leer kennen en onderhouden, want dit is de wil van God: anders kunnen zij niet zalig worden, en zelfs niet oprecht gelukkig zijn in dit leven”

    O wee als je aan de catechismus twijfelde en kritiek had! De hel werd dan je deel!

     

    In deze eenentwintigste eeuw hebben we een nieuwe catechismus, namelijk het veranderende klimaat!

    Niet geheel ten onrechte natuurlijk dat er veel aandacht is voor de opwarming van de aarde. Gevaarlijker is het dat er geen debat mogelijk is over deze problematiek. Er is een consensus bij een aantal wetenschappers over de mogelijke oorzaken, ernst en aanpak. Mensen die hier niet in meegaan worden opzijgezet als “klimaatontkenners”. Zij worden volledig genegeerd en op gelijke hoogte geplaatst met ontkenners van de Holocaust! Eén Belgisch politicus speelde zelfs met het idee om het ontkennen van de opwarming strafbaar te maken!

     

    Vooraleer ik verder ga met mijn betoog wil ik toch eerst de betekenis van “weer” en “klimaat” verduidelijken. Ik merk meermaals het verschil tussen die twee termen niet echt duidelijk is.

    Het weer is wat je waarneemt als je buiten komt. Het is een beschrijving van verschillende verschijnselen die je kan waarnemen en ondergaan op een bepaalde plaats en op een bepaald ogenblikHet weer wordt bepaald door de temperatuur, neerslag, bewolking, wind, zon … Meteorologen kunnen het weer slechts voor korte periodes voorspellen, hoogstens enkele dagen op voorhand.

    Het klimaat is een gemiddelde van de weersomstandigheden in een bepaald gebied, bekeken over een langere periode, minstens 30 tot 40 jaar. De positie van een plaats ten opzichte van de evenaar is een bepalende factor voor het klimaat, net als de nabijheid van de zee en de hoogteligging. Enkele dagen van extreme hitte tijdens de zomer of intense koude tijdens de winter hebben weinig invloed op het klimaat.

     

    We kunnen in de benadering van het klimaatprobleem drie strekkingen onderscheiden.

    Een eerste groep mensen die gewoon aannemen dat CO2 het grootste probleem is.

    Een tweede groep die niet ontkent dat er sprake is van klimaatverandering maar die er van uit gaat dat dit een normaal proces is.

    En last but not least een derde groep die gewoon ontkent dat er sprake is van een veranderend klimaat.

     Dat de zomers de laatste jaren warmer zijn geworden en de winters zachter, kan natuurlijk niemand ontkennen, maar zoals hierboven reeds aangehaald is het spijtig dat er niet kan gediscussieerd worden over oorzaak,  gevolg en remedie.

    De aarde bestaat ongeveer 4,5 miljard jaar. Het eerste leven zou 3,5 miljard jaar geleden zijn ontstaan. De aarde heeft in al die tijd verschillende periodes van opwarming, droogte en koude gekend. Daarom ook dat niet weinig wetenschappers de consensus dat CO2 de oorzaak is van de opwarming bestrijden. Zij beweren dat de gedetailleerde gegevens waarover men pas sinds 140 jaar beschikt, onvoldoende bewijs zijn om CO2 als oorzaak van de opwarming aan te duiden.

     Ik ben een leek in deze materie, maar zoals ik vroeger niet alles wat in de catechismus stond zomaar voor waarheid aannam, zo stel ik me bij de klimaatproblematiek en de aanpak hiervan ook vragen.

    In de jaren ’90 van de vorige eeuw waarschuwden klimaatexperten ons voor de snel aankomende afkoeling van de aarde! De laatste jaren hebben we volgens diezelfde experten dan weer met de opwarming van de aarde te maken.

     Waarom eens niet in de krantenarchieven duiken, vroeg ik me enkele weken geleden af. Misschien kon ik op die manier nagaan of er in het recente verleden nog melding werd gemaakt van extreme of veranderende weersomstandigheden.

    En ja hoor, bij het ingeven van zoektermen zoals hitte, droogte, koude, bosbranden, orkanen, kreeg ik telkens honderden resultaten. Eigenlijk was dit resultaat onverhoopt en heb ik uren doorgebracht met het lezen van Belgische, Nederlandse en lokale kranten.

     Om te beginnen wil ik jullie een artikel uit de Leeuwardercourant van 28 juli 1847 zeker niet onthouden:

    “Warme zomers.

    Ziet hier de nauwkeurige lijst der Warme Zomers, die in Europa opgemerkt zijn, en waarvan de geschiedschrijvers spreken, te beginnen met de zevende eeuw onzer tijdrekening.

    In 658 zijn de bronnen opgedroogd; 879 bij Worms, vallen de werklieden dood in de velden;1000 in Duitschland zijn de rivieren en bronnen opgedroogd, de visch verrot en dit bragt de pest voort.”

    Zo worden in het artikel bijna 50 gebeurtenissen aangehaald om te eindigen met:

    “in 1751 en 1753 stond de thermometer 37 en 38 graden; in 1802 was te Parijs de grootste hitte die er ooit opgemerkt  werd, sedert de ontdekking van den thermometer; de hitte klom tot 39 graden. In 1811 was de zomer zeer warm; in 1818 was hij ondraaglijk.. ........ Eindelijk heeft men te Parijs dit jaar 34 graden in den lommer, en bijna 40 graden in de zon en buiten de wind gehad, ……”

     

    In 1931, 1934, 1936, 1937 kregen de Verenigde Staten af te rekenen met hittegolven en periodes van extreme droogte met gemeten temperaturen tot 115°F, (of 46° Celsius). Het gevolg van deze opeenvolgende hittegolven en extreme droogtes waren duizenden slachtoffers en mislukte oogsten.

    Er moest door president Hoover een nationaal relanceplan worden afgekondigd voor de gezondheidszorg en de landbouw.

    Ons land werd tussen de twee wereldoorlogen trouwens ook meermaals getroffen door periodes van extreme droogte waarbij zelf  rivieren droog kwamen te staan.

     

    Nog een korte selectie uit krantenartikelen van na de tweede wereldoorlog die ik jullie niet wil onthouden:

    Gazet van Antwerpen van 09 juli 1949: “Wordt Portugal een woestijn? De droogte wordt voor Portugal een ware ramp. Woensdag is te Colmbra 70 graden in de zon waargenomen. In die streek sterft het vee van de dorst. De arbeiders zijn verplicht hun werk te verlaten. De Modegorivier is geheel droog en enorme hoeveelheden vissen bedekken de bedding. Op de hoeven sterven bijna alle kippen en konijnen…….”

    De Nederlandse krant “Het Vaderland” van 15 oktober 1959: “De Droogte is van grote invloed op de waterstand in zogenaamde regenrivieren. De Maas is daar een goed voorbeeld van. Bij het dorpje Stein staat de bedding van de Maas bijna droog. Er is op de Maas op het ogenblik dan ook bijna geen scheepvaart meer mogelijk, tenminste, waar het Limburg en een deel van Brabant betreft en de brede rivier is op sommige plaatsen veranderd in een ondiep beekje dat zich in de bijna uitgedroogde bedding een weg naar zee zoekt.”

     

    Na raadpleging van de krantenarchieven vind ik het toch iets te simplistisch om de verhoogde hoeveelheid CO2 als grote boosdoener van de opwarming aan te duiden.

    Als de opwarming daarentegen te wijten zou zijn aan een normale evolutie op onze aarde hebben we echter een nog groter probleem. In dat geval zullen we onze manier van leven moeten aanpassen. Wat met de landbouw, drinkwaterprobleem, mensen die zich moeten aanpassen aan de warmte?

     

    Moest het onomstotelijk komen vast te staan dat de Co2 uitstoot wel degelijk de oorzaak is van de klimaatverandering, krijgen we te maken met een ander probleem. Hoe gaan wij landen als China en Indië die volop in een industriële revolutie zitten, kunnen vragen om hun uitstoot van Co2 te verminderen. Wat zou België hebben gedaan indien men 100 jaar geleden, tijdens onze industriële revolutie, had gevraagd om de koolmijnen te sluiten. De koolmijnen die hier de economie een boost hadden gegeven en vooral in de arme Zuiderkempen de werkloosheid drastisch hadden verminderd.

     

    Waarom wordt kernenergie altijd betrokken bij de discussies over de opwarming? Kernenergie is tot op heden nog altijd de enige bron van energie met zero uitstoot van CO2. Waarom wil men kernenergie vervangen door fossiele brandstoffen zoals gas of hout of erger nog bruinkool die wel zorgen voor CO2 uitstoot?

    In het geval van biomassacentrales wordt door deskundigen gediscussieerd over de duurzaamheid van bio-energie. Helpt het verbranden van hout tegen klimaatverandering? Of wordt de klimaatverandering hierdoor juist verergerd?

    Bij het verbranden van hout komt namelijk in één keer alle CO2 vrij die in tientallen jaren is vastgelegd, zelfs meer dan bij de verbranding van steenkool voor dezelfde hoeveelheid energie. Deze CO2 draagt op korte termijn bij aan klimaatverandering, ook als er nieuwe bomen worden geplant. 

     De mensen die meegaan in het CO2-verhaal hebben het, zoals de volgelingen van de Mechelse Catechismus, eerder makkelijk. Wij gaan gewoon anders leven en door een aantal maatregelen te nemen kan de gemiddelde temperatuur op aarde volgens hen omlaag. Los van fossiele brandstoffen gaan de maatregelen die men wil invoeren ons echter enorm veel geld kosten. Geld dat de meeste mensen niet hebben. Hoe gaan mensen die krap bij kas zitten hun woning kunnen aanpassen aan de nieuwe normen voor isolatie en beglazing? Wie kan zich een elektrische auto veroorloven? Zelfs in het “rijke” westen zullen veel mensen dit financieel niet aankunnen.

     

    Het moet duidelijk zijn dat over de klimaatverandering het laatste woord nog niet is gezegd!

    12-02-2024, 08:54 Geschreven door Blogaholic
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Cynisme, humor, parodieën: er mag gelachen worden
    02-02-2024
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Pepinster

    Selfie

     

    Wie herinnert zich niet de verschrikkelijke beelden van de overstromingsramp in het zuiden en oosten van België midden juli van dit jaar? Vooral Pepinster, ten zuiden van Luik, werd enorm zwaar getroffen. De Vesder, normaal een rustige rivier, veranderde in enkele minuten in een kolkende watermassa die alles en iedereen op zijn weg vernietigde. Het water stond op sommige plaatsen tot twee meter hoog. Hele gezinnen zaten in doodsangst tien uur op het dak van hun woning, of wat er van overbleef, voordat ze werden gered. 

    Balans van de ramp: 41 doden. 

    Na het water werd de streek overspoeld door een andere plaag: politici van allerlei pluimage kwamen de plaats van de ramp bezoeken. Een babbeltje hier, handjes schudden daar, een foto met slachtoffers die het op dat ogenblik, verdoofd door de gebeurtenissen, nog een eer vonden dat politici met hen op de foto gaan.

    Voor de rest business as usual: veel beloven en weinig geven doet de zotten in vrede leven. 

    Het moet gezegd, onze politici gaan mee met hun tijd.

    Vooral onze mini-ster van Binnenlandse Zaken Annelies ‘van sas van Gent’ Verlinden scoort hoog op de schaal van de moderne technieken. Haar lijfspreuk indachtig  ‘Een dag zonder selfie is een dag niet geleefd’ kon je een uur na het bezoek aan de plaats van de ramp haar selfies al bewonderen op de verschillende sociale media.

    Daar heb je als gewone sterveling niet van terug. 

    Wikipedia: ‘Een selfie is een gefotografeerd zelfportret, doorgaans gemaakt met een smartphone of webcam, vaak met de bedoeling de foto te uploaden naar een sociaalnetwerksite.’ 

    Volgens kwatongen in de Wetstraat heeft mevrouw Verlinden zelfs een chip laten inplanten waardoor zij tijdens interviews een enorme woordenbrij kan produceren. De techniek staat nog niet geheel op punt want na onderzoek blijkt dat niemand meer dan twintig seconden naar haar kan luisteren zonder in slaap te vallen. Toch nog een werkpuntje. 

    Bij de bezoekers aan het rampgebied werden ook  hunne Koninklijke Hoogheden Filip Leopold Lodewijk Maria en zijn gade MathildeMarie Christine Ghislaine  gesignaleerd.

    Met rubberen botten aan!

    Alvorens aan het Koninklijk Paleis in Laken te vertrekken, hadden ze hun gezichtsspieren nog een laatste keer intensief geoefend. Meelevend kijken, een pruillipje trekken, een bemoedigend blik. Geen enkele uiterlijke emotie had voor hen nog geheimen.

    De verschillende gelaatsuitdrukkingen zaten klaar voor gebruik. On y va! 

    Na het toch wel vermoeiend bezoekje aan de plaats van de ramp en de talrijke interviews aan de binnen- en buitenlandse televisiezenders, was het voor de meeste politici tijd om op verlof te vertrekken.

    First things first! 

    Nadat de hoogwaardigheidsbekleders vertrokken waren, bleven de slachtoffers alleen achter.

    Alleen met hun ellende.

    Alleen met de talrijke vrijwilligers die, met de weinige middelen die ze ter beschikking hadden, hielpen waar het kon. Mensen die met eigen middelen levensnoodzakelijke zaken aankochten om ze ginder te gaan verdelen. Solidariteit is geen ijdel woord.

    Politici werden plots onzichtbaar.

    In een normaal land zouden er enkele dagen na de ramp al tentenkampen of wooncontainers ter plaatse zijn om de daklozen op te vangen en vooral om hen op adem te laten komen.

    Wetende dat we wereldwijd leider zijn in het heffen van belastingen is dit gebrek aan efficiënte  hulp heel wrang. 

    De federale regering was er niet en de Waalse regering kan het niet.

    Of zoals Rik Van Cauwelaert, politiek analist van dagblad ‘de Tijd’ het zo mooi heeft verwoord in ‘Terzake’ van dinsdag 3 augustus’ op Eén: ‘De Walen werken nogal dikwijls volgens de Franse Slag.’

    Woordenboek der Nederlandse taal: ‘Als we iets met de Franse slag doen, maken we ons er wat makkelijk van af. Een klus wordt haastig en slordig afgeraffeld.’ 

    Veel blabla en maar  weinig boemboem zoals ik tijdens  mijn beroepscarrière zelf te dikwijls heb mogen ervaren bij onze zuiderburen.

    Zeker geen initiatief of verantwoordelijkheid nemen!

    Terwijl kaderleden en vrijwilligers van het Vlaamse Rode Kruis massaal terug uit verlof kwamen, leek het ‘Croix Rouge’  zich te hebben bekwaamd in het zichzelf onzichtbaar maken

    Maar het zou verkeerd en nogal makkelijk zijn om alle schuld te steken op de mensen van het Rode Kruis. Het is en blijft de politiek die in deze de eerste verantwoordelijke is. Zij moeten de krijtlijnen uitzetten. Waar zat de gouverneur? De Waalse regering? Het federale niveau? Waar zat het leger? Onze Premier? Waar zat onze minister van Landsverdediging Ludivine De Donder?

    Ook in verlof?

    Eén team van 11 miljoen? Blijkbaar alleen tijdens het EK voetbal. 

    Alhoewel men het in Wallonië zelf niet kan, worden er ook geen ‘pottenkijkers’ geduld. Vlaamse brandweerlieden moesten onverrichterzake terugkeren. Het Vlaams Rode Kruis moest in de eerste dagen werkloos toekijken.

    Quasi onmiddellijk werd er opgeroepen om geen hulpgoederen te geven maar geld te storten!

    Wanneer zal dat geld, natuurlijk na aftrek van de werkingskosten, bij de mensen komen die het nodig hebben?

    Terwijl de slachtoffers de eerste dagen enorm blij waren met elke vorm aan materiële hulp.

    Kleding, voedsel, producten voor lichaamsverzorging, alles werd in grote dank aanvaard!

    Meer dan twee weken na de ramp kwam ook het Waalse Rode Kruis langs met kant en klare maaltijden.

    Très sympa!

    De maaltijden  moesten wel nog worden opgewarmd, terwijl de mensen zelfs geen elektriciteit hebben.

    Empathisch vermogen zegt u? 

    In de Vlaamse regimepers bleef het wat op achtergrond, maar in de Waalse en buitenlandse pers werd snel geopperd dat er iets fout zou zijn gegaan aan een stuwdam in Eupen. Daardoor zou de overstromingsramp zo catastrofaal geworden zijn.

    Er werd door verschillende partijen gevraagd een commissie op te richten om deze ernstige beschuldigingen te onderzoeken.

    Le Président du Gouvernement Wallon, Monsieur Di Rupo Elio, blokte die vraag onmiddellijk af. De kans is immers niet ondenkbaar dat enkele van zijn politieke vriendjes in nauwe schoentjes zouden komen te zitten.

    Typisch voorbeeld van de Waalse politieke cultuur. Ons kent ons.

    41 doden en Le Président de Gouvernement Wallon vindt het niet nodig om verantwoordelijken aan te wijzen? 

    Nemen we dan beter een voorbeeld aan onze burgemeester hier in mijn gemeente. De man, een zestiger, brak zijn verlof in Zeeland onmiddellijk af om in de gemeente de leiding te nemen over de hulpdiensten. Tweemaal daags belegde hij een coördinatiemeeting waarna hij telkens via verschillende kanalen (website gemeente, Facebook, Hoplr, ...) een update gaf van de toestand in de buurt van de Demer. Toestand die lange tijd kritiek was door het water dat vanuit Limburg in de Demer vloeide.

    Dagenlang was er overstromingsgevaar maar door dijken af te graven en het water in de verschillende natuurgebieden te laten lopen, kon een menselijke ramp worden vermeden.

    Ik besef natuurlijk ook wel dat je de omvang van de overstromingsramp in Pepinster niet kan vergelijken met de toestand in het Hageland. Maar het verschil in aanpak is wel overduidelijk: onmiddellijk actie ondernemen en doen waarvoor je door de kiezers aangesteld werd.

    Een voorbeeld van leiderschap van de burgemeester die ik trouwens niet persoonlijk ken. 

    Je verwacht het niet, maar als het goed is zeggen we het ook!

    Blogaholic

    02-02-2024, 09:53 Geschreven door Blogaholic
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Nieuws en actualiteit
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Jan Palach

    Communisme

     

    Praag, de hoofdstad van Tsjechië wordt niet ten onrechte de Gouden Stad genoemd. Praag wordt als een van de mooiste steden van Europa beschouwd. Het historische centrum staat op de Werelderfgoedlijst van UNESCO

    Praag, de Gouden Stad.De reden dat ik een stukje over Praag wil plegen is niet toeristisch geïnspireerd. Ik wil het hebben over mijn, weliswaar beperkte ervaring, met het communisme. 

    In het laatste jaar van mijn humaniora, we schrijven 1970, hadden we de keuze om in de plaats van Godsdienst het vak zedenleer te volgen. Samen met een vijftal leerlingen koos ik voor zedenleer. De overgrote meerderheid van mijn medeleerlingen volgde op dat ogenblik, door lichte dwang van thuis uit, nog altijd de Godsdienstlessen. Mijn ouders waren echte socialisten en in die tijd betekende dat bijna automatisch dat je het Katholicisme had afgezworen. Een meevaller voor mij! In die lessen zedenleer werd over zowat alles gepraat en/of gediscussieerd. Je leerde met een open blik kijken naar de wereld rondom jou.

    We vonden het tof dat we zelf onderwerpen mochten aanbrengen. De ene week kon het gaan over de Ku Kux Klan en racisme in de Amerikaanse samenleving, de andere week over de wereldeconomie of een discussie over de Vietnamoorlog. 

    In het najaar van 1970 kon ik samen met de vijf andere leerlingen, in het kader van de lessen zedenleer, een driedaags bezoek brengen aan Praag.

    Vooreerst wil ik toch even de tijdsgeest kaderen. In januari ’68 was er de studentenopstand in Leuven. De leuze ‘Leuven Vlaams’ draagt in de eerste plaats een flamingante stempel. Leuzen zoals ‘Walen buiten’ en ‘Waalse ratten, rol uw matten’ begeleidden de opstand.

    Voor de echt progressieve inslag in die golf van maatschappelijke protesten moeten we echter wachten tot mei '68. Dan gaat het over ‘grotere internationale zaken’ zoals sociaal onrecht, de Vietnamoorlog of de opstand tegen de Sovjetdictatuur tijdens de Praagse Lente.

    Er waren na de gebeurtenissen in Europa van mei ’68, waarbij de logge en conservatieve structuren op de schop moesten, geen taboes meer. 

    De Praagse Lente is de naam die men geeft aan de periode in de Tsjecho-Slowaakse geschiedenis van januari 1968 tot 21 augustus 1968, toen hun leider Alexander Dubček het communistische Tsjecho-Slowakije, tegen de zin van de Russen, een meer gematigde koers uitstuurde. Aan deze periode werd abrupt een einde gemaakt door de andere leden van het Warschaupact,  PolenHongarije en Bulgarije onder leiding van de USSR (Unie van Socialistische Sovjet Republieken). Zij vielen met hun leger op 20 augustus 1968 Tsjecho-Slowakije binnen. 

    Jan Palach werd in augustus 1948 geboren in Vsetaty bij Melnik. Hij was de zoon van een snoephandelaar, die zijn zaak genationaliseerd zag worden toen de communisten aan de macht kwamen. In 1969 studeerde Jan Palach geschiedenis aan de universiteit van Praag.

    Op 16  januari 1969 stak  de Tsjecho-Slowaakse student en demonstrant  zichzelf  in Praag in brand uit protest tegen de bezetting van Tsjecho-Slowakije door de Warschaupacttroepen en vanwege het gebrek aan democratie in zijn land. 

    Jan Palach bereidde zijn dood minutieus voor door enkele uren voor zijn zelfverbranding, persberichten te sturen aan enkele kranten en politici. Nog een tiental andere studenten zouden in de daaropvolgende weken zijn voorbeeld volgen en zelfmoord plegen door verbranding. Vreselijk! 

    De begrafenis van Jan Palach in Praag bracht 500.000 mensen op de been. Ook in latere jaren bleef zijn graf een pelgrimsoord. In 1973 besloot de overheid tot de opgraving en de verbranding van zijn lichaam. De urn met de as van Jan Palach kreeg een plaatsje in zijn geboorteplaats Vsetaty. In oktober 1990 werd de urn teruggebracht naar Praag en werd een herdenkingsplaat aangebracht op het Wenceslasplein, de plaats waar Jan Palach zijn lichaam in 1969 in brand stak. 

    Op de luchthaven van Praag werden onze Reispassen en Belgische identiteitskaarten gedetailleerd bekeken. Vier, vijf maal ging de blik van de douanebeambte van de pasfoto naar mijn gezicht en terug. Ik begon al licht te zweten. 

    Het was al donker toen we in ons hotel toekwamen. ‘Hotel’ was een iets te positieve benaming. Het leek eerder of we in een legerkazerne terechtkwamen met weinig of geen luxe en met te kleine stapelbedden. Maar geen probleem, we waren jong en avontuurlijk. Voor de meesten onder ons was het trouwens zowat de eerste keer dat we echt in het buitenland waren. Bezoekjes aan onze buurlanden niet te na gesproken.

    We kieperden onze reiskoffers op de bedden om zo vlug als mogelijk van het Praagse nachtleven te kunnen proeven. 

    We hadden het hotel nog maar twee minuten verlaten of de politie stopte met gierende remmen naast ons. Wat ze ons op een niet al te vriendelijke manier vroegen of probeerden te vragen, we hebben het nooit geweten. Toen we een gesprek probeerden aan te gaan in het Engels begrepen ze al vlug dat we buitenlanders waren. De agenten werden plots een stuk vriendelijker. Na een identiteitscontrole mochten we beschikken. De politiemensen leken ons trouwens eerder soldaten te zijn met hun kakikostuums, hun bottines en zware bewapening. 

    We waren juist verder de hoek om gewandeld en plots, jawel, weer een politiecontrole. Weer speelde zich hetzelfde scenario af als vijf minuten eerder. Zo vlug ze door hadden dat we buitenlandse studenten waren, werden ook deze agenten plots vriendelijker. Hen was duidelijk opgedragen om een positief imago uit te stralen naar de buitenwereld.

    Onze goesting om het Praagse nachtleven te verkennen was snel over. Geïntimideerd als we waren, gingen we terug naar het hotel. 

    Na een wel heel sober ontbijt begonnen we in de voormiddag aan onze toeristische verkenning van Praag.  Inderdaad de moeite waard. Bewust gingen we eerst op zoek naar het Wenceslasplein waar Jan Palach anderhalf jaar eerder zelfmoord had gepleegd. We zagen de tientallen kogelgaten in de gebouwen rondom het plein, gevolg van de Russische inval een jaar eerder. Terwijl ik rondkeek bekroop mij een onbehaaglijk gevoel. Ik merkte dat wij de enigen waren die hier op deze plaats bleven staan. De meeste andere voorbijgangers liepen hier schichtig voorbij.

    Agenten/soldaten leken iedereen in het oog te houden. Beangstigend. We liepen dan ook snel verder.

    De rest van de dag verliep verder zoals een normale toeristische uitstap, met het nodige jeugdige plezier en verwondering.

    Tsjechië stond namelijk, net zoals België, bekend voor hun lekker bier en dus stapten we ’s avonds een druk bezocht café binnen. De meeste plaatsen waren bezet maar een ongeveer 50 jarige man deed teken dat er aan zijn tafeltje nog plaats was voor ons.

    Hij leek te weten dat wij buitenlandse toeristen waren. Met stille stem begon hij, in gebroken Engels, te praten. Hij polste eerst uitgebreid naar onze achtergrond en wat ons naar Praag bracht. Waren wij toeristen? Kwamen we uit politieke overwegingen? Altijd onrustig en schichtig om zich heen kijkend. Er waren overal spionnen van het communistische regime en hij had schrik om verraden te worden, vertelde hij ons. 

    Zelfs praten met buitenlanders werd als zeer verdacht beschouwd!

    Hij wees een artikel aan in de krant die hij bij zich had. Hij wilde ons blijkbaar duidelijk maken hoe slecht en moeilijk het leven in Tsjechië was. Zeker weet ik het niet, want plots verstarde de man en keek verschrikt naar de deur van het café. Het werd het muisstil. Je kon een speld horen vallen. Twee agenten, of waren het toch soldaten, liepen zonder iets te zeggen langs de tafeltjes. Ze bekeken iedereen met een priemende blik.

    Je zag de schrik op de gezichten van de aanwezigen. Ik voelde me niet gerust en kreeg het warm.

    Zulke scènes had ik tot dan alleen nog maar gezien in films over de tweede wereldoorlog.

    Heel beangstigend. Wanneer de agenten terug buiten waren, hernamen de gesprekken.

    Onze Tsjechische gesprekspartner leek plots te veel schrik te hebben gekregen en vertrok zonder zijn glas uit te drinken.

    De volgende twee dagen hadden er nog enkele kleine gebeurtenissen plaats, te veel om in deze context, gedetailleerd te beschrijven. Het maakte dat wij ons in Praag meestal niet op ons gemak voelden.

    Van vrijheid van denken en handelen leek hier geen sprake te zijn.

    Was de Praagse lente overgegaan in een Praagse winter?

    Ik begon me meer en meer af te vragen hoe onze leraar er in was geslaagd toestemming te krijgen om het land binnen te komen. Een communistisch land bezoeken was in die tijd  immers niet evident. Pottenkijkers werden altijd zo veel als mogelijk buiten gehouden. 

    Waarom ik hier na 50 jaar op terugkom?

    Hier in België lijkt het communisme terug meer aanhang te hebben. Hoe goedbedoeld, idealistisch en sympathiek sommige van die politici ook zijn, communisme lijkt overal ter wereld uit te monden in een dictatuur.

    Gaat het nu over China, Noord-Korea, Venezuela, Cuba of het vroegere Oostblok, overal zie je hetzelfde stramien.

    Meestal is er een beperkte groep die de touwtjes stevig in handen houdt en zich verrijkt  terwijl de man in de straat alle moeite heeft om een menswaardig leven te leiden. Mensenrechten zijn er niet prioritair. Je ganse leven wordt gecontroleerd, tegenstanders verdwijnen of worden verbannen naar ‘opvoedingskampen’. 

    Daarom: ‘nie wieder Kommunismus’, met de kanttekening dat extreemrechtse regimes op dezelfde manier te werk gaan.

    Les extrêmes se touchent

    Blogaholic

    02-02-2024, 00:00 Geschreven door Blogaholic
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Nieuws en actualiteit
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De kolenkelder

    Het onderwijs

     Jozef, buiten!

    De “meester” nam me bij de arm en sleurde me naar de kolenkelder een paar meter verderop in de gang. Ik had wat veel gebabbeld en niet opgelet. Na enkele verwittigingen van de leraar volgde steevast: het kolenhok!

    Was dat erg? Neen, je steeg zelfs in aanzien bij de medeleerlingen wanneer je in het kolenhok had gezeten! In de kelder was het rustig en kon je op ontdekking gaan. Hij werd ook gebruikt als archief voor oude schoolboeken , dus je vervelen was er niet bij. Je moest alleen opletten voor je kleren.  Wanneer je thuis kwam als Zwarte Piet zwaaide er wat.

    Wij waren inderdaad soms roetpieten, jaren voor die politiek correcte term in zwang kwam.

    Heb ik er trauma’s aan overgehouden? Ik dacht het niet! 

    Waarom deze inleiding?

    De media hebben het de laatste dagen over de teloorgang van ons onderwijs.

    Testen van leerlingen over de ganse wereld hebben uitgewezen dat het onderwijs in België de laatste jaren zowat in vrije val is!

    Als bezorgde grootvader moet ik dit al jaren met lede ogen aanzien.

    Onderwijs moet vandaag vooral plezant zijn. Iedereen moet zich goed voelen. Iedereen moet goede punten hebben. Iedereen intelligent! Niemand herexamens. 

    Waarom bewijzen wetenschappelijk onderbouwde studies meestal zaken die de man in de straat al jaren weet of aan den lijve ondervindt?

    Er is een verschil in intelligentie, een verschil in nieuwsgierigheid, een verschil in werklust tussen leerlingen, tussen mensen. Daar kan toch geen discussie over bestaan dacht ik? 

    Hoe werd er in de jaren ’60 onderwezen? Daarvoor kan ik putten uit eigen ervaring.

    Eén leraar gaf in de gemeentelijke jongensschool les aan twee klassen tegelijkertijd!

    Het eerste en tweede studiejaar zaten samen. De leerlingen van het eerste jaar links, het tweede studiejaar rechts in de klas, idem voor het derde en vierde jaar en het vijfde en zesde jaar.

    Hoe die leraren dat deden is mij nu trouwens nog altijd een raadsel. Feit is dat wij werden gedrild in basiskennis. Tafels van vermenigvuldiging? Dagen aan een stuk opzeggen en opschrijven tot je alles foutloos kon “aframmelen”. Nederlands: woorden schrijven en herschrijven tot je ze met je ogen dicht kon gebruiken. 

    In de humaniora mocht je, wat betreft inhoud, de perfecte  verhandeling -nu wordt dat blijkbaar een paper genoemd- afleveren:  één dt-fout en je haalde maximum 5/10. Twee dt-fouten stond gelijk aan 0/10.

    Streng? Zeker, maar je leerde er wel van. Je leerde je te concentreren, na te denken, regels toe te passen! 

    Op de rapporten werd niet de mediaan vermeld, maar de plaats die je innam in de rangschikking. Was je laatste? Oké, dan stond er duidelijk dat je 21ste was op 21 leerlingen. Niet omfloerst. De zaken benoemen zoals ze zijn.  Er werd zelfs een boekje uitgegeven met de resultaten van alle klassen van de school met, per klas,  de resultaten gerangschikt van hoog naar laag. Iedereen kon gewoon je resultaten bekijken. En oh ja, de beste leerlingen kregen een boekenpakket. Was je de beste in een bepaald vak kreeg je nog een boek extra. De laatsten van het peloton kregen 1 (één) leesboek(je)! 

    Was deze manier van werken ideaal? Natuurlijk niet,  we moeten de werkwijze in  het verleden ook niet mooier maken dan ze was. 

    Maar, ......begin van deze eeuw wilden politici het onderwijs hervormen. Kennis werd minder belangrijk. Er zou meer belang worden gehecht aan vaardigheden. Men voerde de zogenaamde eindtermen in. Verkeerslessen? Oké, kan ik inkomen.

    W.O. (werkelijkheidsonderricht)? Oke, kan ik inkomen.

    Maar is het nu echt nodig om kinderen van 9 jaar les te geven over Mondriaan? 

    Met het invoeren van de fameuze invulboeken ging men nog een stap verder om het leren makkelijker en plezanter te maken. Hier en daar een woordje invullen, een sommetje maken. En vooral staan er veel  mooie kleurplaatjes in om het geheel aantrekkelijker en luchtiger  te maken. 

    Samen met de hervormingen in het onderwijs vond ook een nieuwe manier van opvoeden zijn weg in onze maatschappij. Het begon eind jaren ’80 van de vorige eeuw.

    Wij baatten in die periode een krantenwinkel uit, tegenover de gemeentelijke jongens- en meisjesschool, in een klein en rustig gehucht in de Zuiderkempen.

    Wanneer we aan het einde van het schooljaar aan de ouders vroegen, hoe de zoon of dochter het had gedaan, kregen we steeds een eerlijk antwoord. Zelfs als de ouders niet tevreden waren over het resultaat van hun kroost, werd er niets verbloemd.

    Begin jaren ’90 kwam hierin plots, zonder aanwijsbare reden, verandering. Opeens kregen we aan het eind van het schooljaar nietszeggende antwoorden zoals: zij/hij heeft het goed gedaan, we zijn tevreden, ...... 

    Niets concreet, zeker niks ‘negatief’, zeker geen percentages. Het leek alsof de kinderen plots moesten beschermd worden. Tegen wie of wat?

    Opvoeden werd verwennen en vooral werden de kinderen plots ook over beschermd! Alle kinderen waren plots fantastisch. Alle kinderen bleken plots geniën te zijn. Niemand had nog herexamens? 

    Bij VTM wordt in deze periode weer de Rode Neuzen actie opgestart. Er wordt geld ingezameld om projecten op te starten ter verbetering van het psychisch welzijn van kinderen. Zou het niet kunnen dat wij door het extreem verwennen van onze kinderen zelf aan de basis liggen van de vele  psychische problemen bij onze kinderen? 

    Eigen kind, schoon kind. Kinderen horen van hun ouders alleen nog hoe fantastisch en mooi ze zijn. Tegelijkertijd werd de lat in de scholen zo laag gelegd dat de kinderen natuurlijk meegaan in het idee dat zij bekwaam en intelligent zijn. Negatieve kritiek tijdens het oudercontact wordt niet meer geduld. Wanneer de leraar in de klasagenda schrijft, ‘uw zoon/dochter pest andere kinderen’,  komt de klasagenda ’s anderendaags gegarandeerd terug met een aanvulling door de ouders: ‘onze zoon/dochter pest geen andere kinderen’! Overbeschermd dus!

    Einde van de discussie. 

    Het bizarre is dat de ouders anderzijds wel voor alles en nog wat de verantwoordelijkheid bij de school leggen. Beleefde omgangsvormen, gedrag in het verkeer: moet de school maar oplossen. Kleuters die nog niet zindelijk zijn: daarvoor dient toch de kleuterjuf. 

    Veel van onze kinderen worden door hun ouders ook gepusht om naar de universiteit te gaan. The sky is the limit! Tot ze op een dag botsen op een keiharde realiteit wanneer blijkt dat ze toch niet allemaal bekwaam zijn om ingenieur te worden en hun zelfvertrouwen een serieuze knak krijgt. 

    Een ander teer punt in ons onderwijssysteem is de kwaliteit van het lerarenkorps. De jonge leerkrachten van nu  zijn zelf afgestudeerd in ons nieuw, minder kwaliteitsvolle onderwijssysteem.

    Zo kon het gebeuren dat onze kleindochter van 10 jaar onlangs een briefje meekreeg van de zorgjuf voor haar ouders waarin één DT-fout en twee andere schrijffouten stonden!  In een handgeschreven tekst van vier lijntjes! Deze mensen moeten onze kinderen opleiden? 

    Je vraagt je af waarom de lat in scholen plots zo laag werd gelegd, terwijl het onderwijs in Vlaanderen toch jarenlang internationaal zeer hoog stond aangeschreven? 

    Een eerste reden was dat kinderen van migranten onze taal niet machtig waren omdat thuis altijd de moedertaal werd gesproken. Zij moesten worden beschermd en meegetrokken in ons onderwijssysteem. Terwijl men eerder had moeten inzetten op het aanleren van onze taal. Kennis van de taal is een eerste vereiste om te communiceren, te studeren, kortom de basis van alles. 

    Een tweede reden was, zoals al eerder aangehaald: het onderwijs moest vooral leuk, tof, plezant en  ontspannend zijn!

    De leraar moest plots met de voornaam worden aangesproken. Geen “afstand” meer, geen respect meer. Respect, trouwens ook iets dat veel ouders hun kinderen niet meer aanleren. 

    Ik mag hopen dat met de nieuwe bedroevende resultaten  van de recente internationale studie er eindelijk actie wordt ondernomen om ons onderwijs terug naar een aanvaardbaar niveau te brengen.

    Blogaholic

    02-02-2024, 00:00 Geschreven door Blogaholic
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Nieuws en actualiteit
    31-01-2024
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.VRT-Nu

    Een zonnige namiddag tijdens de laatste zomerdagen van september 1995.

    Zoals meestal stond de achterdeur open. Ik ging binnen, zonder kloppen. Niet nodig, je was hier altijd welkom! Gerard, 78 jaar maar jong van geest, zat rustig aan de eettafel een koffietje te drinken. De koffiepot op de kachel, de halfvolle fles jenever altijd klaar binnen handbereik voor de bezoekers.

    Ik had de keuze: koffie of een borreltje. Jenever is niet echt mijn ding, dus werd het voor mij een pekzwarte koffie waarvan je onmiddellijk wakker en alert werd.

    Ik zat nog maar net toen Willy, de vaste postbode sinds jaren, binnenkwam. Hij bracht een pakje van één van de zonen die, voor het werk, met het ganse gezin naar Singapore was verhuisd. Willy dronk, terwijl we een babbeltje deden, vlug een jenevertje vooraleer zijn ronde verder te zetten.

     Aanleiding van deze mijmering is een prachtige documentaire over het leven op de boerenbuiten in de jaren ’70 van de vorige eeuw die ik gisteren zag op VRT-nu. De beelden spraken voor zich, off screen commentaar was niet nodig en zou zelfs als storend worden ervaren.

    Wat me vooral opviel was de rust, de ontspanning, het omgaan met de buren, de vrienden, het sociaal leven....

    De documentaire deed me inderdaad terugdenken aan mijn schoonouders.

    Gerard, ‘Zjeraar’ voor de vrienden, was zowat de rustigste mens die ik kende. Dat rustige zat in de genen van zijn familie. Ook zijn broers en zussen leken nooit te hebben gehoord van stress. Nooit zou Gerard zijn stem verheffen. Hij sprak altijd met diezelfde rustige en eerder lijzige stem. Een horloge droeg hij alleen als hij in zijn zondagse pak naar de H.Mis ging of uitgenodigd was op een feest.

    Klein en gedrongen van gestalte. Een weelderige grijze haarbos. Niet mager, niet dik. Een heel sobere manier van leven.

    Gerard had al zoveel meegemaakt in zijn leven dat niets hem nog uit zijn evenwicht kon brengen: een jongere broer en zus gestorven toen hijzelf amper 20 jaar was. In de tweede wereldoorlog een broer en schoonzus die niet meer terugkwamen uit de Duitse concentratiekampen. Een dochtertje gestorven toen het pas enkele maanden oud was. Zijn vrouw overleed in 1978, pas 57 jaar geworden......

    Een mens zou voor minder verbitterd raken, maar niet zo Gerard. Altijd positief, nooit een slecht woord over andere mensen. Het was dan ook niet verwonderlijk dat er zowat elke dag buren of familie en vrienden langskwamen. Wat hij vooral heel goed kon, was luisteren!

    Gerard, een mens van vlees en bloed met zijn tekortkomingen, leefde volgens de 10 geboden.

    Misschien ze hier voor alle duidelijkheid nog even opsommen?

    1. Bovenal bemin één God.

    2. Zweer niet ijdel, vloek noch spot.

    3. Heilig steeds de dag des Heren.

    4. Vader, moeder zult gij eren.

    5. Dood niet, geef geen ergernis,

    6. Doe nooit wat onkuisheid is.

    7. Vlucht het stelen en bedriegen.

    8. Ook de achterklap en 't liegen.

    9. Wees steeds kuis in uw gemoed.

    10. En begeer nooit iemands goed.

    Zoals hierboven aangehaald heb ik Gerard nooit kunnen betrappen op het zondigen tegen het achtste gebod. Stelen of bedriegen stonden trouwens ook  niet in zijn woordenboek.

     Gerard had samen met zijn vrouw  tien (10!) kinderen grootgebracht. Luxe hadden ze niet gekend maar de kinderen hadden altijd een net voorkomen en waren welgemanierd. Respect voor ieder ander mens werd hen ook van kindsbeen aangeleerd.

    Nadat hij gestopt was als landbouwer, wegens niet meer rendabel, had Gerard in het dorp een melkronde opgestart. Vanaf nul! Zelf deur aan deur klanten proberen te maken. Niet evident voor een introvert persoon als Gerard.

    Maar het lukte! Iedereen kende Gerard, Gerard kende iedereen. 

    Zijn echtgenote Louisa was dan weer een heel extraverte  vrouw  met het hart op de tong. Groot van gestalte, groot van hart. Gerard en Louisa vulden elkaar perfect aan.

    Je moest bij Louisa niet aandringen om op feesten een lied te zingen of te acteren bij het parochiale toneelgezelschap.

    Het overlijden van zijn vrouw –zij waren altijd samen- was voor Gerad dan ook een enorme klap. Maar toch, op de dag van de begrafenis was hij het die zijn kinderen ging troosten op het kerkhof, diepgelovig als hij was. Niet andersom!

    Geloof verzet bergen?

    Inderdaad, hoewel zelf niet gelovig, heb ik toen op de begrafenis van zijn vrouw met eigen ogen kunnen vaststellen hoe hij een enorme kracht haalde uit dat geloof.

    Gerard en zijn vrouw waren op een bepaalde manier, zonder het misschien zelf te beseffen, voor die tijd tamelijk vooruitstrevend. Indien één van de dochters in de stallen wou werken was dat geen probleem. De zonen werden ook opgedragen om de was buiten op te hangen.

    Er was geen strikte scheiding tussen taken voor  mannen en vrouwen. We spreken hier dus wel over de jaren ’60 en ’70, wanneer dit allemaal nog niet evident was!

     Nieuwjaar en de plaatselijke kermissen waren voor Gerard en Louisa altijd weer gelegenheden om te feesten en de familie samen te brengen. Daags voor de festiviteiten kwamen alle kinderen samen het salon, zetels en canapé in de garage zetten om plaats te maken voor extra tafels en stoelen. Wanneer alles klaarstond begon men al te koken.

     Ook na het overlijden van zijn vrouw, stond Gerdard er op om de traditie van de feesten verder te zetten. In de loop van de jaren groeide het aantal ‘genodigden’ alleen maar. Allemaal kwamen ze graag. Niemand zocht uitvluchten om niet te komen. Op het hoogtepunt zaten er 65 (vijfenzestig) familieleden aan tafel. Kinderen, kleinkinderen, achterkleinkinderen.

    Voor mij, komend uit een gezin met twee kinderen, was het aanvankelijk wennen aan die drukte. Een nieuweling in de familie moest ook een spervuur van vragen doorstaan, maar het belangrijkste was dat hij/zij altijd werden aanvaard ongeacht het karakter, ongeacht de afkomst.

    Als hun kinderen gelukkig waren, dan waren Gerard en Louisa ook gelukkig.

    Op zondagnamiddag een bezoek brengen aan de ouders hoorde er vroeger ook gewoon bij. Misschien zelfs als een vorm van respect voor de mensen die je hadden opgevoed. Dat stuk van het familiaal leven is spijtig genoeg om allerlei redenen bij de meeste families weggevallen. De kinderen hebben het meestal te druk, de ouders zelf hebben dikwijls ook nog een actief leven.

    Die zondagse bezoekjes waren nochtans een uitstekende gelegenheid om bij te praten. Om je hart te luchten, om te lachen, te horen hoe het met de anderen ging, om de anderen hun mening te vragen over iets waarmee je zat .....

    De documentaire op VRT-nu deed mij plots beseffen hoezeer onze manier van leven is veranderd. Familie en sociaal leven zijn op vele plaatsen grotendeels weggevallen. Eenoudergezinnen, gezinnen met één kind, de vele alleenstaanden, zijn niet bevorderlijk voor een ‘rijk’ familieleven. Waar staat de deur trouwens nog uitnodigend open? Aan nieuwe woningen zie ik van langsom  meer dat er onmiddellijk een hekken wordt geplaatst met een poort die alleen met een cijfercode kan worden geopend. Spontaan binnenspringen voor een koffietje en een babbel? Vergeet het!

     In deze tijden waarin alles snel moet gaan,  moet het leven in detail worden uitgetekend. In de hoofden een duidelijk en ideaal plaatje voor carrière, huwelijk (of samenwonen), kinderen, Wanneer met één ‘onderdeel’ van het zorgvuldig uitgetekende plan iets fout loopt, is men verloren. Weg is de droom. Het leven mislukt.  Dat het leven niet altijd verloopt zoals men het in gedachten heeft, is iets waar amper nog rekening mee wordt gehouden.

     De vier belangrijkste onderdelen van een gezond geestelijk leven, zijnde ‘aanvaarding’ (van tegenslagen), respect, familie en sociaal leven ontbreken voor een groot stuk in deze snelle smartphonetijden.

    Maar er is toch hoop in deze bange Coronatijden. Ik zie in mijn straat de laatste jaren meer en meer bankjes verschijnen in de voortuinen waar op zomerse dagen buren wat komen bijpraten. Terug een eerste aanzet tot meer sociaal contact?

     Dat is dan op zich misschien weer slecht nieuws voor therapeuten allerhande.

    Blogaholic

    31-01-2024, 00:00 Geschreven door Blogaholic
    Reageren (1)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:Nieuws en actualiteit
    Archief per week
  • 18/03-24/03 2024
  • 04/03-10/03 2024
  • 19/02-25/02 2024
  • 12/02-18/02 2024
  • 29/01-04/02 2024

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek
  • Vriend,
  • Goedemorgen
  • Goedemiddag

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     

    Foto


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!