14 NOVEMBER 1939. - Besluitwet betreffende de beteugeling van de dronkenschap. Publicatie : 18-11-1939 nummer : 1939111450 Dossiernummer : 1939-11-14/30 Inwerkingtreding : 28-11-1939
Art.11. Het is verboden, op straffe van gevangenisstraf van acht dagen tot
twee maanden en van geldboete van 100 frank tot 500 frank, spijzen of
dranken te verkoopen in de ontuchthuizen. In geval van herhaling binnen een jaar, is de straf gevangenisstraf van twee
maanden tot één jaar en geldboete van 500 frank tot 1,000 frank. De gemeentebesturen mogen elken verkoop van drank verbieden in de huizen
bewoond : 1° door één of meer personen die zich kennelijk aan ontucht overleveren; 2° (door één of meer personen die veroordeeld werden voor een van de bij de
artikelen 379 tot 382 van het Wetboek van strafrecht voorziene misdrijven
of om een inrichting van geheime ontucht gehouden te hebben.)
Dat verbod zal, na twee jaar, zijn uitwerking verliezen, indien het niet hernieuwd. Iedere overtreding van dit verbod wordt bestraft met geldboete van 50 frank en,
in geval van herhaling, met gevangenisstraf van acht dagen tot één maand en
met geldboete van 200 frank.Art. 12. De rechter mag, in de bij de artikelen 7 en 8 voorziene gevallen,
bevelen dat het vonnis van veroordeeling aangeplakt worde op zooveel exemplaren en op zulke plaatsen als hij zal bepalen, een en ander op kosten
van den veroordeelde.Art. 13. De artikelen 66, 67 en 69 van het Strafwetboek zijn van toepassing op de bij deze besluitwet voorziene misdrijven.Art. 14. Voor de toepassing van deze besluitwet verstaat men onder
openbare plaatsen, elke voor het publiek toegankelijke plaats, onder meer den
openbaren weg, de drankslijterijen, de hotels, herbergen, spijshuizen, vermaakgelegenheden, magazijnen, kramen, schepen, treinen, trams, stations, werkhuizen of werven. Worden evenzoo als voor het publiek toegankelijke plaatsen aangezien de
plaatsen waar de leden van een vereeniging of van een groepeering vergaderen, uitsluitend of voornamelijk om er sterke of gegiste dranken te verbruiken of om
aan hazardspel te doen.Art. 15. Benevens de officieren van gerechtelijke politie, zijn al de ambtenaren en beambten van het bestuur der rechtstreekse belastingen, van het bestuur der douanen en accijnzen en van den dienst der volksgezondheid, de gerechtelijke agenten bij de parketten, de officieren en agenten van de gemeentepolitie, de gendarmen en de deurwaarders der belastingen bevoegd, alleen, al de inbreuken op dit besluit op te sporen en vast te stellen.Art. 16.Onverminderd de toepassingartikel van148 van het Gerechtelijk Wetboek
vastaan de ambtenaren en andere personen
die bij artikel 15 bedoeld zijn, alsmede de ambtenaren van het openbaar ministerie
bij de politierechtbanken, wat betreft de vaststelling van de bij deze besluitwet
voorziene misdrijven en de vervolging van de daders van die misdrijven, onder de
leiding van den procureur des Konings.
Art. 17. Is in rechte niet ontvankelijk, de vordering tot betaling van dronkenmakende dranken die in drankgelegenheden, koffiehuizen, hotels, herbergen en welkdanige drankslijterijen ook verbruikt werden.Deze bepaling is niet van toepassing op de vordering tot betaling van schuld
aangegaan wegens logement of kostgeld in de hotels en herbergen en wegens de eetmalen welke tegelijk dranken en spijzen begrijpen.Art. 18. De tekst van deze besluitwet zal aan de poort of deur van al de
gemeentehuizen en in de voornaamste zaal van alle herbergen, koffiehuizen en andere drankslijterijen uitgehangen worden. Te dien einde zal aan alle burgemeesters en aan alle herbergiers, koffiehuishouders en andere slijters van dranken een exemplaar er van worden toegezonden. De slijter van dranken die dit voorschrift overtreedt, wordt gestraft met een
geldboete die 25 frank niet mag te boven gaan.
In de loop der jaren werden er aanpassingen gedaan :
WET VAN 10-12-2009 GEPUBL. OP 31-12-2009 (GEWIJZIGDE ART. : 5; 7)
WET VAN 17-03-2013 GEPUBL. OP 14-06-2013 (GEWIJZIGD ART. : 10)
WET VAN 05-05-2014 GEPUBL. OP 08-07-2014 (GEWIJZIGD ART. : 16)
|