Eenzaam flikkert een ster in het uitspansel ik kijk en denk: hoelang zijn je stralen nu al onderweg? Schijn je nog? Geef je nog warmte af? of is je licht al eeuwenlang gedoofd en zien we nu alleen de resten van je vroeger leven aan de hemel staan?
Vergane glorie in het firmament achtergebleven als in een etalage van een definitief gesloten winkel.
In mijn jonge leven nog, werd mij voorgehouden regelmatig naar de grote beer te kijken. Na de paarden en zevenmaal in het verlengde van de achterste spant van de aanhangende kar daar
de poolster als richting wijzend naar het noorden
Ondertussen blijkt het licht van deze ster al tanend in de hemel te staan en moet je vooral kijken naar Venus, de Avondster
Hoe leg je uit dat stralen lichtjaren onderweg reizen vooraleer ze op ons netvlies branden? En welke van deze knipperende lichtjes zou mijn ene of de andere oma zijn? Of welke van mijn vader zaliger in een poging de conversatie voort te zetten die we in leven te weinig hadden?
Het zijn van die momenten die een mens stil krijgen en confronteren, het zijn van die ogenblikken waar het mysterie van de dingen en het ontstaan van het leven weer tot volle recht komen, het zijn die kleine tellen die de oneindigheid van rondom bevestigen en de mens aanzetten tot mijmeren en genieten van deze grootheid.
|