Zaterdagmiddag op weg naar de kleinkinderen van onze jongste zoon, staat de radio op en klinkt het nieuws door de luidsprekers. We zijn in de laatste weken voor de regionale en Europese verkiezingen en uiteraard zijn de campagnes van de verschillende politieke partijen volop aan de gang. Ieder weekend is er wel ergens een of ander partijpolitiek congres waarop de bonzen aan hun publiek trachten uit te leggen met welke slogans en bedoelingen ze nu optrekken naar de kiezer en met welke verleidingsmanoeuvres ze de nog niet overtuigde burger willen bekoren om voor hen te kiezen.
Hoor ik daar weer iets over de hard werkende Vlaming. Je moet in het verkeer geconcentreerd blijven op snelheidbeperkingen, alle mogelijke verkeersborden en al of niet voorzichtige andere deelnemers aan het verkeer en dus ben ik even niet mee vanuit welk partijcenakel het dit maal gelanceerd wordt, maar ik heb de indruk dat het uitgesproken wordt door de Vlaamse Minister-president, Kris Peeters, ter gelegenheid van de samenkomst van CD&V in Gent. Bij het horen van deze woorden komen de haren van mijn armen naar boven in een oncontroleerbare erectiebeweging. Als het al tijdens het CD&V congres uitgesproken wordt, dan gaat het om niet meer of minder dan woordplagiaat omdat babyface Somers van Open VLD daar het eerst mee kwam aangedraafd, maar bovendien word ik bevangen door een ondefinieerbaar afgrijzen als ik deze woorden hoor.
Wil men me nu eens duidelijk uitleggen wat dat is, een hard werkende Vlaming? Over hoeveel burgers gaat het hier? Is dat een authentieke, pure mens geboren en getogen in Vlaanderen en van zuivere Vlaamse afkomst? Of kan dat ook iemand zijn die genaturaliseerd is als Vlaming of nog de vrucht van een tweede of derde generatie allochtone ouders? Kan de hard werkende Vlaming ook Mbark, Mohammed, Pjotr, Diallo of nog anders heten? Wie schuilt er achter de hard werkend Vlaming heren en dames politici?
Gaat het om de CEO in krijtstreepjespak met zijn riante wedde en bonussen of nog over de politicus of politica die zijn of haar mandaat cumuleert met posten in steden, gemeenten of andere intercommunales? Spreken we hier over de gewezen mandataris die omwille van zijn uitgebreid netwerk aan kennissen, een baan als bestuurder bij Dexia of andere instelling mag opnemen als toetje op zijn niet te versmaden pensioentje? Of hebben we hier over de werkijverige vertegenwoordigers des volks die wakker schieten omdat tijdens Villa Politica de camera aan staat bij de interventies? Bedoelt men misschien de topambtenaren die omwille van de hedendaagse managementtechnieken meer tijd besteden aan vergaderingen dan aan human resources?
Of zou het misschien voorzichtige utopische gedachte die zo bij me opkomt de alleenstaande moeder kunnen zijn die vanaf s morgens vroeg in actie treedt om haar kinderen proper en wel aangekleed, voorzien van een zo compleet mogelijk ontbijt naar de school te krijgen. Die daarna nog vlug alles moet opruimen om nadien te proberen file vermijdend op tijd te komen om haar job te mogen kunnen opnemen en zo goed en zo kwaad als het maar kan uit te voeren? Die op het einde van de dag op ik weet niet welk uur mag stoppen om te voldoen aan de wensen van een baas die het normaal vindt dat je onbetaalde overuren presteert voor de liefde van de job en die dan stijf van de stress tracht op tijd haar kinderen op te halen, de boodschappen tussen de middag vlug vlug gedaan hebbend om maar geen tijd te verliezen, om daarna te mogen zorgen voor een avondmaal en een quality-time tijd met hen spendeert alvorens hen in bed te stoppen om daarna nog de vaat, de was, de strijk en de kuis op zich te nemen?
Zou het kunnen dat het gaat om de bijna veertigjarige die van de een naar de andere patroon loopt om zich aan te bieden in de hoop dat men eens rekening houdt met zijn kwaliteiten en niet met zijn baremiek niveau? Of die hoopt dat zijn contract van onbepaalde duur dat na drie maanden stopgezet werd omdat zijn voorganger terug komt uit bevallings- of ander verlof? Die eigenlijk wel droomt dat hij niet alleen voor de duur van een project aangeworven wordt, maar inderdaad voor onbepaalde duur mag blijven?
Naar alle waarschijnlijkheid zal het ook wel niet gaan om de man of vrouw die getroffen door een of andere ongevraagde tegenslag met moeite het hoofd kan bieden aan al die tegenwoordige verwachtingen die men stelt in de werknemer. Die indien het geluk toch nog een beetje meezit binnen de mazen van het sociaal vangnet kon opgevangen worden of anderzijds buiten de mazen valt en in de grootste armoede het hoofd moet bieden aan de consumptiewereld van vandaag.
Ik kan me evenmin indenken dat de luieriken, de profiteurs en de werkonwilligen van de werkloosheidsbijstand hiermee bedoeld worden.
Maar wie dan wel? Zijn het heren à la Verschueren, die van geen stoppen weten, zelfs niet na een ernstige gezondheidsprobleem, die nooit verlof nemen dat wel spijtig vinden voor echtgenote en kroost maar er verder niets aan veranderen - die bovendien minachtend doen over diegenen die niet aan de bak geraken of wel tijd willen maken voor hun gezin? Of is het iemand als de voormalige eerste-minister Verhofstadt die na 25 jaar met moeite de naam van zijn privésecretaresse kan uitspreken?
Het begrip hard werkende Vlaming is volgens mij dan ook niet alleen een discriminerend begrip maar bovendien een zeer selectief begrip dat alleen rekening wil houden met een - naar mijn mening - kleine groep die alle voordelen mag genieten die maar denkbaar zijn en waarbij de solidariteit voor de meer onfortuinlijke medemens liefst terzijde geschoven wordt onder allerlei drogredenen van financiële en commerciële aard. Het wordt dus de allerhoogste tijd dat de heren en dames politici in hun rode of groene pluche gezeten - voor eens en altijd het begrip hard werkende Vlaming definiëren zodat we in alle duidelijkheid onze stem kunnen uitbrengen op diegenen die een lans breken voor de mens in zijn mens-zijn en niet in zijn deelname aan het economisch proces. Men mag immers niet vergeten dat de kleinste schakel in de keten onmisbaar is om het hele mechanisme in werking te houden.
De minzame lach en het handjesschudden ter voorbereiding van een kiescampagne is nog heel wat anders dan echt medeleven voelen met de medemens die minder fortuinlijk door het leven mag gaan dan een ander. Het minachtend neerkijken op de naaste die minder verdiend en minder luxe kan genieten of die minder kansen krijgt, is een misdaad tegen de menselijkheid. Ook de moeder aan de haard, druk bezig met het bestieren van haar huishouden en de zorg voor haar gezin, is hard werkend en verdient alle lof. Maar ik vrees dat ze niet opgenomen is in het lijstje van de hard werkende Vlaming. Tot schande van de politici en zogenaamde very important persons die dit vergeten.
- Het is de poetsvrouw die het huis proper houdt,xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
- Het is de toiletjuffrouw die de pot zuiver houdt,
- Het is de vuilnisman die onze rommel opruimt,
- Het is de mecanicien die zijn handen vuil maakt met olie en ander vuil voor het onderhoud van onze voertuigen,
- Het is de werkman/werkvrouw die het systeem draaiend houdt,
- En zo verder
|