DE EGYPTENAAR
Nadat de leraar Geschiedenis – een oud ‘vak’ dat vroeger op de leerplannen prijkte – beschreven had hoe de Egyptenaren hun mummies prepareerden (door een snee in de linkerzijde werden de apart te bewaren organen eruit gehaald, tenzij het hart; met een haak werden via de neus de hersenen verwijderd – geloofden wij dat eigenlijk?), besloot ik me in latere studies te wijden aan Moderne Geschiedenis, zo dat al geen tegenspraak in zichzelf was. Ik hoopte op wat propere beschaving, zonder strijdwagens waarvan de wielen met messen uitgerust waren en de vreselijke geselarbeid van duizenden piramideslaven.
Helaas kleurden deze epoques al net zo bloederig rood en wit en zwart: knekelvelden in Vietnam en Cambodja, afgehakte ledematen in ‘de’ Congo, waanzin in Verdun, stiekeme slachtingen in Rusland en China en Zuid-Amerika, genocides in de Balkan en Afrika. Dat is nog een bescheiden bloemlezing; deze blauwe plek in het heelal druipt van het bloed.
Ook aan deze Moderne Geschiedenissen gaf ik de brui. Ik vulde mijn cv aan en zond dit naar de bekendste slager in de stad, op zoek naar een clean beroep met een witte voorschoot. Niet lang daarna werd ik aangeworven. Misschien speelde een bekende stedelijke quiz over algemene kennis (ongelukkig genoeg getiteld De Sluwste Mens) hierbij een bepalende rol: van mijn groep Jezusfactor Negatief (een huisarts, een traiteur, een Rode Kruis-werknemer, een poelier, ikzelf als werkzoekende en die bekende slager) kende ik de meeste antwoorden. Dat moet indruk gemaakt hebben. (Wie uit zo’n goede gemeente kent nou het getal fi? Het woord triskaidekafobie? Het begrip Schorselwoensdag? Het verschil tussen pita, het shoarmabroodje en pitta, de vogel?)
Elke ochtend aaide ik nu mijn hakblok. Elke avond spoelde ik het af en wreef ik het droog. Mijn volgende stap – Pasen naderde – betrof enkele klanten. Er zat ook een van mijn oud-leraren tussen. Ik begon hun gewoontes te kennen, en ook letterlijk waar ze woonden. Na drie geslaagde operaties werd ik echter, verkleed als klassiek Egyptenaar, door de recherche bij de lurven gevat. Het waren niet de bloedvlekken op mijn tuniek. Een verdwenen haak uit de bekendste slagerij van de stad had me de das omgedaan. Jammer voor mijn Hedendaagse Geschiedenis.
JORIS DENOO
|