als een lang gekoesterde droom realiteit is geworden De schrijffouten , zijn eigen creatie's en mogen niet gecopïeerd worden , zonder toestemming van ondergetekende
14-10-2012
wat is nu eigenlijk topinamboer
AARDPEER OF TOPINAMBOER OF...
Laatst bijgewerkt op vrijdag 30 september 2011 08:21
Gepubliceerd op zaterdag 03 september 2011 18:01
Hits: 563
De aardpeer kwam in de 16de eeuw mee vanuit de Nieuwe Wereld: Amerika.
Topinambour, topinamboer, peren onder daerde, artisjokken onder daerde, zonnebloem met eetbare wortelknollen en Jeruzalem-artisjok zijn allen benamingen van één en dezelfde plant: de aardpeer (Helianthus tuberosus) .
De benaming TOPINAMBOER komt uit de volkstam, de tubinambos, in Brazilië die deze wortels als voedsel teelten in de 16de eeuw . In de oude Nederlanden werd de plant voor het eerst aangeplant door Petrus Hondius die in Terneuzen woonde op de Mouse- schans (moes-schans, groente-) . Jeruzalem artisjok is een herbruikt woord uit het Engels waar men de toen nieuwe Terneuzen artisjok verkeerdelijk uitsprak als Jerusalem artisjok. Het is ook vandaag in de Engelse taal nog steeds het woord voor de aardpeer (Jerusalem artichoke).
In een eerste fase werd deze verdikte wortel in een soort concurentiepositie gebracht met de aardappel om hem als voedselplant te kweken. Tegen de 18de eeuw was dit pleit echter beslecht in het voordeel van de aardappel.
In 1848 schreef men te Gent: De Peer onder de aerde is eene langlevende kruidplant van Bresilië, die door Spaenjaerds, na de ontdekking van Amerika, in Belgiè werd overgevoerd; zy groeit met overblyvende wortels, die alle jaren vroeg in maert worden geplant en maer in mei dikke stengels uitschieten, welke boven getakkeld, wel omtrent 11/2 (?) meter hoog wassen, met tamelyk groote, ruwe, hartvormige bladen, die dubbel geribd zyn en aen de zonnebloem-bladen eenigzins gelyken; in november brengt ieder wel twintig groote vleezige, bolvormige geknobbelde wortels voort, die eene voedzame spyze inhouden, welke voordezen, eer de aerdappels waren bekend, in de huishoudens gebruikt werden om de menschen en dieren te voeden. In de warme landen van Europa en elders, alwaer de aerdappelen niet wel aerden, worden die Peren onder de aerde nog geplant. Onder de assche gebraden, in de pan gebakken of met vleesch bereid, hebben zy eenen aengenamen smaek en zyn een goed voedsel; maer in het water gekookt zyn zy wat papachtig, en worden alzoo meest gebruikt om de huisdieren en verkens te voeden. Om die Peren onder de aerde wel te doen lukken, wanneer zy in drooge gronden gesteld worden, moet men by hecte drooge zomers die omtrent den avond of 's morgens vroeg besproeijen; dan brengen zy veel grootere vruchten voort .
Hiermee is veel gezegd over deze plant, de teelt en zijn voeding. Nadat de aardpeer het definitief moest afleggen tegen de aardappelen voor wat betreft menselijke consumptie, werd hij nog decenia vermeld als een teelt voor veevoeder. Het zou zelfs de redding voor de landbouw betekent hebben wanneer deze dikke wortels hiervoor zouden worden gebruikt maar da bieten kwamen op als veevoeder en zou opnieuw de aarpeer achter zich laten.
Nog een ander aspect van de aardpeer was dat men er alcohol kon mee produceren. In Frankrijk werd met het procédé Champonnois een alcohol leveren van 6 tot 7 % en dit wat beter dan men via bieten (suikers) kon verkijgen, zo wist men nog in 1859.
Uiteindelijk werd de aardpeer, waar enkele honderden jaren werd aan gedacht om voedselproblemen uit de wereld te helpen, een vergeten groente.
Willy Van Hoof