Het weer van de dag VOLKSHEILGE - OUDE VOLKSGEBRUIKEN-
18-02-2006
Februari loopt stilaan ten eind !
Nog een weekje te gaan en 't kort maandeke zit er op ! Het gaat ook rapper voorbij dan gelijk welke andere maand. Of het een felle maand was, of een "stortmaandeke" dat kunnen we stilaan beginnen te evolueren. Een echte zachte maand kunnen we februari niet noemen, en daar kunnen we alleen maar blij om zijn want :
" Brengt februari ons geen winterweer, dan geeft april dat keer op keer. "
En zeg nu zelf, winterweer in april, wie zou daar kunnen om lachen ? De komende dagen krijgen we weer bezoek van nog enkele weerheiligen zodat we "sprokkel" met nog erg mooie weerspreuken kunnen eindigen.
Hoe graag ik de zon ook zie, hoop ik dat we ze vandaag niet te zien krijgen. Op die ene dag zonder zon zal het ook niet meer aankomen zeker ? Maar het zou wel goed uitkomen...leest u maar :
" Klaar weer op Sint - Sylvijn, 't zal nog twee maanden winter zijn ' "
Deze heilige wordt aanroepen tegen Sint Veltensziekte, dat is de stuipen. De reden ervan ligt in het gelijkluiden van den naam : Valt-heen (voor deze die vallen). Men koos vroeger op deze dag zijn zoete lief. het was het gebruik onder de jonkheden van te raden, bij lot anderzins, wie zij gingen ten huwelijk krijgen. Het gebruik van lotje te trekken, werd later een godvruchtig gebruik ; men lotte een beschermheilige voor het jaar : die geschiedt nog in de kloosters en begijnhoven. Dits de dagh van Sinte Valentine, up dien dach kirren de voghelkine hare genoeten in den woude, die hebben van des winters coude langhen tyt ghehadt zware plaghen.
Inderdaad, ook vandaag is er een weerspreuk voorzien ! Maar of die nu echt op 't weer terug slaat, of op "kibbellende paartjes", ik zou het echt niet weten.
" Dooi op Sint - Valentijn, doet veel water in de wijn. "
En wat gedacht van deze ?
" Meisjes die bloemen dragen, mag men kussen zonder vragen. Maar jongens die dit wagen, mag men op 'hun bakkes slagen. "
Ik geef de spreuk mee zoals ze letterlijk geschreven werd.
Het kort maandeke is in 't helft en ook daar vinden we een weerspreuk voor terug :
" Half februari is 't eind in zicht, als voor de zonne de koude zwicht. "
Maar ja, die zonne he ? Ze wil haar blijkbaar maar niet tonen al zal ze morgen voor veel verliefde paartjes wel van de partij zijn denk ik. En wanneer klagen de boeren het minst, vroeg ik eergisteren. Wel dat is uiteraard in februari natuurlijk, dan hebben ze maar 28 dagen de tijd.
Talrijk waren de Talismans die men gebruiken. Zo begaven de lotelingen zich om middernacht op het kerkhof en bij het laatst geopend graf namen ze de aarde ervan die ze, in een zakje genaaid, bij de trekking in de linkerhand hielden. Anderen brachten die aarde onder de nagel van de duim en wijsvinger waarmee zij de lot moesten trekken. Krachtiger was het bidden van het zogezegde Gebed van Keizer Karel, dat, na acht dagen gebeden te zijn, rond de rechter arm gebonden werd. Munstukken met een gaatje in, of met een kruis ingegrift, mollepootjes, vlierbladeren, waren zaken die geluk aanbrachten : Rond de dagen van de loting werden deze dingen op de buiten door de marskramers rond gegeven. Het eerst ontmoeten van een vrouw was een slecht voorteken, een man bracht geluk. 's Morgens het bezoek ontvangen van een jongeling die een slecht nummer getrokken had, bracht onheil teweeg. De Zusters en verloofden der lotelingen staken ook een kaars aan : stille vlam was een goed teken, dansende vlam bediedde een slecht nummer. De jongens van het dorp trokken in groep naar de kantonplaats; het hart klopte wel, maar in kompagnie zongen ze toch allerhande liederen. Aan het gemeentehuis gekomen vonden zij er kramers met papieren bloemen en grote cijfers, welke de jongelingen na de loting kochten, en dan, zingende en springende, arm in arm, bezochten ze de herbergen. De herbergiers deden goede zaken ; de droefgeestigen moesten getroost worden en met de gelukkigen moest gejubeld worden. Los van deze vertelling : Weten jullie wanneer de boeren het minste klagen ? Zo neen, vertel ik u dat morgen wel
De kerk herinnert vandaag de verschijningen van de H. Maagd aan Bernadette Soubirous te Lourdes. In ons land zijn er talrijke heiligdommen, grotten van Lourdes, opgericht, waaronder de bijzonderste zijn : te Edegem(Antw.), te Jette(Br.) en te Oostakker(O-Vl.) In dit laatste heiligdom geschiedde het groot mirakel : de genezing der veretterde wonde aan het been van Petrus de Rudder.
Inderdaad " hoera " want vandaag is het immers al 10 februari en daar moeten we meer dan blij om zijn, leest u maar wat volgende weespreuk ons vandaag te vertellen heeft :
" Op februari tien, houdt de winter het voor gezien. "
Als dat geen goed nieuws is, en bovendien staat het weekend nog voor de deur !
Hoe het loto- en ganzenspel gespeeld werd weten we nu al maar ook het kaartspel was in februari enorm in trek. Talrijk waren de kaartspelen van toen : het jassen, wiezen, mietje pakken, zotjejagen, liegen werd nog het meest gespeeld, zowel door de kinderen als door de grote mensen. De schilderijen van Van Ostade, De Brouwer, Vermeer, Teniers en anderen, wijzen op de voorliefde van onze voorouders voor het kaaertspel. Zij speelden rond de ton of tafel gezeten, terwijl ze duchtig uit de kruik het gerstensap dronken terwijl de tabakswalmen uit hun Goudasche pijp kronkelend naar de zoldering steeg. En dan was er ook nog de " Loting " Jaren terug had in de eerste dagen van de maand de Loting plaats. De jongelingen kwamen, hun hoed en vest met papieren bloemen versierd, naar de hoofdplaats van het kanton om deel te nemen aan de militieloting. Men weet hoe akelig het klonk : Soldaat worden. Enige jongelingen hadden liever een vingerlid af te kappen; dan in de krijgsdienst te treden. De grote afschrik voor een slecht nummer deed verschillende middelen gebruiken om het noodlot te weren. Onbesproken gelaten de aanroepen der Heiligen en het bedevaren, waar Gods hulp werd afgesmeekt om, indien het zalig was, vrij te komen door het trekken van een goed nummer, kan ik aanstippen dat talrijke tovermiddelen werden aangewend, en dat zelfs in godsdienstige zaken meermaals het wangeloof doordrong. Morgen vertel ik u verder over de Talismans die gebruikt werden.
De H. Apollonia werd, om de standvastigheid in het belijden van het geloof, met zoveel woede in het aangezicht geslagen, dat de tanden uit haar mond vielen. Daarom wordt ze tegen tandpijn gediend. Zij wordt in menige kerk van het land en bijzonderlijk bij de PP Predikheeren vereerd. Nadat men de reliek gekust had, liet men zich voor een getal jaren in het broederschap schrijven. Men noemde dit : Zijn tanden verkopen voor zoveel jaren. In Oedelgem(W-Vl.) wordt (of werd?) de heilige in het Oostenveld vereerd. Indien iemand aan tandpijn leed in de omstreek, zond men hem of haar ter bedevaart naar het kapelleke der zusters. Te Leuven, ter gelegenheid van Sinte-Apolloniasdag, bestaat (bestond ?) het gebruik voor de sint Antoniuskerk, potjes, fluitjes, wierookvaten enz. in aardwerk te verkopen. De kinderen fluiten dan dat horen en zien vergaat, en spelen met wierookvaten, waarin men houtskolen of papier brandt, om het wieroken na te bootsen. In West-Vlaanderen hield men zwijntjeskermis. De schoolkinderen mochten in de oogst meewerken met de meester, die dan nuttige wenken wist te geven over het zaaien en maaien, de tarwe en het onkruid, de schoof en de maneloop. Ieder jaar stak hij zijn zwijntje tegen " Sint Ampleunis " en maakte hutsepot voor de bengels.
Kinderspelen in februari uit lang vervlogen jaren !
Hoe het vroeger, nu heeeel lang geleden was : Terwijl in februari de dooi was ingetreden vonden de kinderen hun genoegen niet meer op straat; de sneeuw was immers gesmolten, en het ijs was verdwenen. Dan maar in huis en rond de tafel en daar speelden ze dan meest met de loto, het ganzenspel of de kaarten. Wanneer de kaarten van het lotospel, in sommige streken ook wel eens kienespel genaamd, verdeeld zijn, werden de lotjes uit een zak getrokken en afgeroepen. Diegene die als eerste zijn kaart vol had was de winnaar. Doorgaans werd het afroepen van de nummers vergezeld van een tegenroep. En de meest bekende waren : Bij het nummertje 1 - soldaatje of fluitje. Bij nummer 3 - kattekop, bij nummer 5 - oud wijf, bij nummer 6 - fles, bij nummer 7 - kapmes, bij nummer 8 - wacht, bij nummer 9 - bossen, bij nummer 10 - groot hol, bij nummer 11 - pastoorsbenen, bij nummer 12 - apostelen, bij nummer 13 - judas, bij nummer 15 - disiplien, bij nummer 17 - soldaat en kapmes, bij nummer 19 - schaapherder, bij nummer 22 - twee goelekens, bij nummer 25 - half frankske, bij nummer 27 - flessen wijn, bij nummer 29 - sigarenbakken, bij nummer 30 - judaspenningen, bij nummer 33 - Jezusjaren, bij nummer 44 schoon meisjes, bij nummer 45 - goed negen, bij nummer 50 - nen frank, bij nummer 55 - schone jongens, bij nummer 61 - alle kanten, bij nummer 69 - alle kanten gelijk, bij nummer 72 - discipelen, bij nummer 77 - kapmes of sikkels, bij nummer 88 - klein appelkens, bij nummer 90 - grootvader. Bij het ganzenspel, dat sedert verschillende jaren van uitzicht veranderde en soms de politieke gebeurtenissen voorstelde, wierp iedere speler met twee teerlingen en telde het geworpen getal tot aan de plaats die hem toekwam. Sommige plaatsen waar de gans voor- of achteruit wees, bracht de speler ganske vooruit of achteruit. Men bleef zitten in de herberg, viel in de put of men kwam in 't gevang. Diegene die Pietje de dood trof moest het spel herbeginnen. Over het kaarten vertel ik deze maand nog wel, net trouwens als over de "loting". Morgen geef ik echter voorrang aan Sinte-Apollonia.
Inderdaad, de sprokkelmaand geeft ons hoop en dat zullen de weerspreuken ons in de komende dagen ook bewijzen. Vandaag geef ik er u al twee, en volgende vrijdag (10 februari) geef ik u een erg mooie en hoopvolle weerspreuk mee !
" Al is de sprokkel nog zo fel, ze geeft vijf schone dagen wel. "
En dan nog eentje in verband met het vriesweer :
" Na O.L.Vrouw Lichtmis (2 februari), betrouwt de vos het ijs niet meer ! "
De H. Chrysolius, in Armenië geboren, vergezelde de HH. Piattus en Quintinus in hunne zendelingstochten. Van Doornik kwamen ze het geloof verkondigen in Vlaanderen, waar hij te Vreleghem den marteldood stierf. De H. Eligius verhief zijn lichaam en hij wordt heden nog in de kerk van Comen(W-Vl.) vereerd tegen de koorts. Een deel der relieken berust te Brugge. Oude volkskalenders vertellen het verhaal van Chrysolius, die geen weerheilige is of was, maar wel een straffe kerel. De overlevering wil dat die man destijds zou onthoofd zijn, waarna hij zijn hoofd in eigen handen nam en er mee op stap ging, helemaal weer naar huis ! Dit verhaal heeft onze voorouders dermate geinspireerd, dat zij die volksheilige op den duur zijn gaan beschouwen als de schutpatroon tegen hoofdpijn. Van een straf verhaal gesproken !