In 1763 legde Baba Ala Singh de fundering van het Patiala-fort, beter gekend als Qila Mubarak. Het is een fort en een paleis, omgeven door gekanteelde muren. Binnen het fort is er nog een binnenfort, maar mocht niet bezocht worden.
Wat verder liggen de Royal Cremation Grounds. Ala Singh was de stichter en eerste heerser van de vorstenstaat Patiala. Hij ligt hier in het mausoleum, samen met nog kleinere graven in zijn nabijheid.
Rond het fort gonst het van het leven door de vele winkeltjes en bedrijvigheden, o.a. textiel kleuren.
Het standbeeld van Banda Singh Bahadur (1670-1716). Hij was een Sikh-krijger en een generaal van het Khalsa-leger. Foto 1
Rauza Sharif is een mausoleum voor Shaikh Ahmad Sirhindi. Het heeft ook verschillende graven in de omgeving die behoren aan familieleden foto's 2, 3 en 4.
Sirhind is de plek waar de twee zonen van Guru Gobind Singh, de marteldood stierven. Ter nagedachtenis werd op deze plek de Gurudwara Fatehgarh Sahib gebouwd. Foto's 5, 6 en 7.
Foto 8: een gurudwara
Aam Khas Bagh werd gebouwd voor zowel koninklijke als gewone mensen. Het was verdeeld in twee delen: de Aam voor openbaar gebruik en de Khas voor privégebruik door de koninklijke familie. Volgende gebouwen bevinden zich op het terrein.
Foto 9: toegang tot het complex.
Foto 10: De Shees Mahal
Foto 11 en 12: De tank
Foto 13: Dalat Khana-E-Khas, een privéwoning met 2 verdiepingen
Foto 14 en 15: Hamam
Tot slot: buiten het complex nog een foto van een oude fruitpers .
De Pinjore Gardens is een 17de eeuwse Mughal-pleziertuin. Door jarenlange verwaarlozing is de tuin uitgegroeid tot een wilde jungle. Hij werd in de 20ste eeuw gerenoveerd door de Maharadja van Patiala. De gehele tuin is gebouwd op een helling en bestaat uit 7 terassen.
Naast de tuin ligt het Bhima Devi tempelcomplex. Het zijn gerestaureerde ruïnes van een oude Hindoetempel die dateert uit de 8ste tot de 11de eeuw. Deze tempel noemen ze soms ook het Khajuraho van Noord-India, vanwege zijn erotische sculpturen. Binnen het complex is een fotoshoot bezig van een huwelijk.
Tijdens de "Partition of India" in 1947 werd Punjab in twee delen gesplitst. Deze vond plaats op grond van godsdienst. Het westelijke deel werd Pakistan en moslimgebied, het oostelijke deel bleef bij India en werd sikhsgebied. De duizenden vluchtelingen uit West-Punjab moesten onderdak krijgen. Chandigarh werd de nieuwe hoofdstad van de deelstaat Punjab na de deling. Le Corbusier werd aangetrokken om de stad te ontwerpen en te bouwen. Hij gebruikte een rasterpkan, brede boulevards tussen de sectors, veel groen en parken.
Chandigarh Capitol Complex ligt in sector 1. Het bestaat uit 3 gebouwen: het Palace of Assembly, het Secretariat en het High Court + 4 monumenten, o.a het Open Hand Monument.
Een bezoek aan het Le Corbusier Centre mocht niet ontbreken.
Het Government Museum and Art Gallery is ook van de hand van Le Corbusier. Het bevat sculpturen uit het oude en middeleeuwse India.
Mijn hotel ligt in sector 17, het hart van de stad.
Happy Diwali. Het is het hindoeïstische lichtjes feest en symboliseert de overwinning van het licht op het de duisternis, goed over kwaad en kennis over onwetendheid. In Chandigarh is het vandaag dus een officiele verlofdag, gevolg: enkele aanpassingen aan mijn planning.
Het Sukhna Lake werd aangelegd in 1958 door Le Corbusier. Hij stelde twee eisen: het meer is verboden voor motorvaartuigen en geen gemotoriseerd verkeer op de dam zodat de rust bewaard wordt.
Het Chandigarh Bird Park is een mooi verzorgd park met enkele kooien voor vogels.
Rock Garden is vooral gekend om zijn sculpturen die gemaakt zijn van schroot en andere soorten afval (flessen, glazen, tegels, keramische potten enz.). Nek Chand Saini, een overheidsfunctionaris begon in 1957 in het geheim aan de bouw van zijn tuin. Sinds de officiële erkenning werd het geopend voor het publiek en zelfs verder uitgebreid.
In de Gurudwara Takht Sri Kesgarh Sahib onstond de Khalsa. Guru Gobind Singh, creëerde een nieuwe Sikh-orde, de Khalsa. De leden hiervan kregen de namen Singh(voor mannen) en Kaur (voor vrouwen), droegen de vijf kenmerkende symbolen en kregen de opdracht om de hoogste gedrags- en moraalcodes te handhaven. Deze takht was ook de plek die het startpunt werd van India's beslissende strijd voor onafhankelijkheid.
In de Sarovar (heiligwatertank) nemen de pelgrims hun pelgrimsduik.
In de Gurudwara Shahidi Bagh worden de nieuwe volgelingen van de Khalsa ceremonieel ingewijd.
Qila Anandgarh is een van de 5 forten die gebouwd werden ter verdediging van de Sikhs.
De Khalsa Heritage Memorial Complex (2011) is een indrukwekkend modern gebouw. Dit fascinerende museumcomplex maakt gebruik van muurschilderingen en friezen om de geschiedenis van de Sikhs tot leven te brengen.
Anandpur Sahib, "stad van de gelukzaligheid" genoemd, is een bedevaartsoord voor de sikhs.
Sri Guru Tegh Bahadur (1621 Amritsar -1675 Delhi) werd de 9de Goeroe van de Sikhs in 1665. Aurangzeb wilde van India een islamitisch land maken. Een groep Kasjmirse Pandits benaderde Guru Ji voor hulp. Op advies van de Guru vertelden ze de Mughal autoriteiten dat ze bereid waren om de islam te omhelzen als Tegh Bahadur hetzelfde deed. Guru Tegh Bahadur werd geëxecuteerd omdat hij weigerde zich te bekeren tot de islam samen met zijn toegewijden.
Qila Fategarh (fort van de overwinning) werd gebouwd om Anandpur Sahib te verdedigen tegen de mughals.
En waar veel pelgrims komen zijn er dan ook de stalletjes
Op foto 9 en 10 zie je hoe men "gulab jaman" maakt, een zoetigheid op basis van melkbestanddelen, gefrituurd in olie en vervolgens geweekt in een lichte suikersiroop op smaak gebracht met kruiden.
Op de laatste foto ziin "aloo pakora's" te zien, een soort aardappelbeignets, gemaakt van aardappelen, kikkererwtenmeel en kruiden.
De Shalimar Gardens bevatten de cenotaven van de koninklijke familie van Kapurthala. (foto's 1 en 2)
De 3de foto is Panch Mandir, een hindoetempel, opgedragen aan verschillende van hun goden.
De Jagatjit-club is een gebouwd geinspireerd op de Akropolis van Athene en draagt het wapen van de koninklijke familie.
De Durbar Hall, een voorbeeld van de Indo-Saraceense architectuur, werd eind 19de eeuw gebouwd als hof voor de Maharadja en van 1947 tot 2016 gebruikt als gerechtshof. (foto's 5,6 en 7)
Foto 8: Gol Kothi werd gebouwd in 1833.
Het Elysee Palace werd in 1862 gebouwd in de Indo-Franse stijlarchitectuur. Tegenwoordig is hier een school gevestigd. Foto's 9,10, 11 en 12
Foto 13 is een oorlogsmonument.
Moorish-moskee werd in 1930 voltooid is geïnspireerd op de Qutbia-moskee van Marakesh. (Foto's 14, 15 en 16)
Na het ontbijt nog even ronddwalen in de oude stad. Dan met een riksja naar Hati Gate. Deze poort kom je vaak tegen als je van de oude ommuurde stad naar de nieuwe stad gaat. Vlakbij ligt de Durgiana-tempel, gewijd aan de godin Durga. Hoewel het een hindoetempel is, is de architectuur vergelijkbaar met de Gouden Tempel. Gobindgarh Fort is een historisch militair fort dat pas in 2017 is opengesteld voor het publiek. Er zijn natuurlijk de oude gebouwen, maar het publiek wordt ook verwend met een 7D-show gebaseerd op het leven van Ranjit Singh, er zijn tentoonstellingen en andere atracties. Tot slot de toegang en de achterzijde van wat niet mocht gefotografeerd worden in de Gouden Tempel.
In de voormiddag een bezoek aan de Gouden Tempel. Hier zijn enkele regels te volgen: handen en voeten wassen en natuurlijk je hoofd bedekken en een lange broek dragen. Het meertje bevat voor de gelovige Sikhs heilig water waarin ze een ritueel bad nemen. Het tempelcomplex bevat ook een enorme eetzaal waar naar schatting 100.000 pelgrims elke dag komen eten. Vrijwillige hulp is dan ook welkom. Niet ver van de Gouden tempel staat midden op de weg een grote banyanboom die als heilig wordt beschouwd en waarrond een tempeltje is gebouwd. Verder nog de Gurdwara Baba Atal Rai Sahib, een achthoekige toren uit 1784.
Elke avond, net voor zonsondergang, ontmoeten de soldaten van de Indiase en Pakistaanse leger elkaar bij deze grenspost in een 30 min. durende vertoning van militaire kameraadschap. Tevens omvat ook het sluiten van de poorten en het strijken van de vlag.
Net buiten de ingang staat er een marmeren sculptuur dat de, door de Britten ongewapende neergeschoten demonstranten, zowel mannen, vrouwen als kinderen, herdenkt. Tevens staat er ook een standbeeld voor Udham Sinh. Hij vermoordde de luitenant-gouverneur van Punjab, onder wiens tozicht het bloedbad plaats vond.
De historische straat, is een smalle en enige in- en uitgang van het park.
De kogelsporen zijn voor altijd te zien in de rode bakstenen muur.
In het park herdenkt een torenhoog monument in de vorm van een vlam de slachtoffers.
De wandeling gaat verder langs het standbeeld van Ranjit Singh die in de eerste helft van de 19de eeuw veel hervormingen, modernisering en algemene welvaart bracht in Noordwest-India en Pakistan
De Gurdwara Saragarhi herdenkt de 21 Sikh-soldaten die hun leven gaven tijdens de verdediging van het Saragarhi-fort.
In het gerestaureerde 19de eeuwse stadhuis krijg je een beeld van de tragische gebeurtenissen voorafgaand aan, tijdens en na de Partitie, vertelt door overlevenden van wat de grootste migratie in de gechiedenis van de mensheid is.
Tot slot een avondbeeld en een eerste zicht op de Gouden Tempel.
Het eerste dat ik zie is een monument voor de oorlogsslachtoffers. Dan volgt de klokketoren (1902), en een sikh, die de gurudwara van Baba Farid bewaakt. Baba Farid was een 13de eeuwse Punjabi-moslimmysticus, dichter en prediker. Hij wordt zowel vereerd door de moslims, de hindoes en de sikhs. In het gebedshuis is er tijdens de offergaven muziek te horen, ik kan het dan ook niet laten een tijdje te gaan luisteren.
Tot slot volgt er nog een bezoek aan de Qila Mubarak. Dit fort is een samensmelting van verschillende stijlen. Het omvat verschillende paleizen van de koninklijke famile, waaronder Raj Mahal en Darbar Hall de belangrijkste zijn.
Een hartelijk ontvangst door de grootouders van mijn gastvrouw. Ik wordt zelfs uitgenodigd voor de lunch. Samen met studenten, die hier ook verblijven, geniet ik van een chapati met kikkererwten in een licht pikante saus en yoghurt.
Na het maal volgt een bezoek aan de Qila Mubarak. Het fort werd gebouwd in de 7de eeuw, maar herbouwd in zijn huidige vorm in de 12de eeuw. Binnen het fort werd in 1705 een Gurudwara gebouwd. In het gebedshuis is een ceremonie bezig, wordt er eten geserveerd en is er een ruimte voor de schoenpoetsers. Na Qila Mubarak op zoek naar het Hotel Bahia Fort. Dit fort was vroeger de woonplaats van het Koninklijke leger van Patiala, maar werd in 1980 omgebouwd tot een luxueus erfgoedhotel.
Wist je dat het tegenwoordige Delhi gebouwd is op de ruïnes van 7 oude steden? Satpula, een oude wateropvangdam, maakte deel uit van de vierde stad Jahanpanah. De Khirki-moskee werd gebouwd tussen 1351-54 en de Sheikh Yusuf Qattal-tombe in 1527. Begampvanuri Masjid en Bijay Mandal zijn ook overblijfsellenvan de oude stad.
Siri-fort is de tweede stad van Delhi en stamt uit 1297 tot 1307. Het Hauz Khas-complex herbergt de madrasa in L-vorm gebouwd, met in het midden het graf van Firuz Shah en een kleine moskee. De noord- en zuidarm kijken uit op het stuwmeer. Op het grondgebied liggen nog de Chor Minar en de Tohfe Wala Masjid.
Tijdens de vlucht van Paro naar Kathmandu zijn de besneeuwde toppen weer te bewonderen. In de namiddag een bezoek aan Purana Qila, Het oude fort (16de eeuw) bestaat uit een ommuurd terrein, Er zijn 3 versterkte toegangspoorten. Binnen de ommuring zijn slechts 2 gebouwen bewaard gebleven: de Qila-I-Kuhnemoskee en de Sher Mandal (heeft een octagonaal grondvlak)
Taktshang Goemba, beter gekend als Tijgersnest, klampt zicht vast aan de rots die 800 m boven de vallei uitsteekt. Om 6 uur 's morgens rijden we naar het vertrekpunt. Een half uur later zijn we op weg naar het klooster dat nog in de wolken ligt. De foto's zijn dus vooral genomen op de terugweg na het bezoek aan de tempels van het klooster.
De tocht naar boven is in 3 stukken verdeeld:
1) Van het startpunt naar het cafetaria is de afstand 1,6 km en gaan we van 2600 m naar 2900 m, dus ong. 300 m stijgen. In de cafetaria gebruiken we het ontbijtpakket dat we van het hotel meekregen.
2) Dan gaat het naar het tijgersnest uitzichtpunt. De afstand is ong. 1,1 km en gaan we van 2900 m naar 3000 m. Tot hiertoe was het terrein een ruig rotsachtig bergpad, dat vooral bergop ging en af en toe iets daalde.
3) Het derde deel heeft stenen trappen. Het pad daalt eerst enkele honderden meters om dan te stijgen na de waterval. Het klooster zelf ligt op 3120 m. Na het bezoek keren we terug naar beneden. In totaal zullen we ongeveer 900 m geklommen hebben.
Een slaapkamer in de Choden Homestay was het verblijf voor deze nacht.
In Bhutan wordt de mantra "Om mani padme hum" ingegrift op de rode steen van deze muur. Mensen van het dorp lopen rond de muur en zeggen de mantra.
Nog in het dorp volgt een bezoek aan Lhakhang Karpo, de witte tempel. De architectuur van deze tempel is een weergave van de Bhutanese kunst.
Op weg naar Paro volgt nog een stop bij de Kila Gonpa Nonnery. We moeten een stukje wandelen om het nonnenklooster te bereiken, maar het ligt prachtig tegen de berghelling aan met een prachtig uitzicht op de omgeving.
Als laatste volgt een museumbezoek in het Ta Dzong (wachttoren) van Paro en de Paro Rinpung Dzong.De Ta Dzong ligt boven de Dzong en tussen beide zijn we getuige van een landing.
Paro ligt in een diepe vallei, omgeven door ergen. De landing op de luchthaven is daardoor zo uitdagend dat er maar 50 piloten gekwallificeerd zijn om er te mogen landen. Ze moeten kunnen werken zonder radar.
ln de meeste musea en het binnenste van de boeddhistische tempels mogen geen foto's genomen worden.
Een eerste stop is aan de Simtokha Dzong. Deze dzong uit 1629 is de oudste in Bhutan die als compleet bouwwerk bewaard is gebleven. In de muur van de centrale toren zijn 300 leistenen ingebouwd met een reliëf op van heiligen en filosofen.
Een tweede stop is Chhuzom, een plaats waar twee rivieren samenvloeien. Hier werden 3 chortens gebouwd, in volgorde: een nepalese, een tibetaanse en een bhutanese.
Ook op de hoofdweg tussen Thimphu en Paro rijdt zeer weinig verkeer.
Een derde stop is aan een hangbrug. Eens aan de overkant van de rivier heb je een zicht op de luchthaven en de Dzong in de vallei van Paro.
Eens op de Chele La, de hoogste berijdbare pas van Bhutan (3988 m), staat ook een stoepa.
Aangekomen in het dorp Haa, wandelen we over een jaarmarkt waar allerlei zaken van beeldjes tot matrassen verkocht worden en waar zowel jong als oud zich kunnen uitleven in een spel.
Tot slot de homestay voor de nacht. De fallus op de muur brengt geluk en houd de boze geesten buiten voor de bewoners.
Simple Bhutan is een levend museum, je wordt begroet door een slokje lokale arra (rijstdistilaat), er wordt gezongen en gedanst, je kan boogschieten uitproberen, ook maakt er een gehandikapte artist houtsnijwerk.
Takin Reserve: de takin is het nationale dier van Bhutan, ook zijn er enkele andere dieren zoals het Sambar-hert en de himalayagoral en andere.
National Folk Heritage Museum, hier mogen geen foto's genomen worden in het museum
Thimphu is de enige hoofdstad waar geen verkeerslichten staan, een politieagent regelt het verkeer met balletachtige bewegingen.Na het neerhalen van de vlag mag Tashichho Dzong bezocht worden. Het is verdeeld in drie grote secties: het kantoor van de koning, het
Clock Tower Square met zijn klokketoren
Na het neerhalen van de vlag mag Tashichho Dzong bezocht worden. Het is verdeeld in drie grote secties: het kantoor van de koning, het administratieblok en de spirituele sectie.