De
groeiende populatie everzwijnen in Limburg zorgt voor een
verdubbeling van het aantal schadedossiers bij Boerenbond. Vooral
Voeren wordt zwaar getroffen. Om de verdere uitbreiding tegen te
gaan, herhaalt Boerenbond zijn vraag om een versoepeling van de
jachtregeling."In oktober vindt overleg plaats over mogelijke
oplossingen", verklaart het Agentschap Natuur en Bos.
We
hebben dit jaar al 50 aangiftes van schade door rondtrekkende
everzwijnen ontvangen, tegenover een 20-tal vorig jaar, zegt
provinciaal verantwoordelijke van Boerenbond Koen Vanheukelom in Het
Belang van Limburg. Het feitelijke cijfer ligt zelfs hoger, want
niet alle boeren geven hun schade aan. Vooral Voeren kent
overlast. Meer dan 100 hectare landbouwgrond werd daar al
beschadigd door everzwijnen.Everzwijnen hebben nood aan eiwitten
in hun voedingspatroon. Dat halen ze uit maden en andere insecten die
ze vinden door weides en gazons om te woelen. Ook maïsvelden en
graanakkers blijven niet gespaard. Vooral vertrappeling is daar het
probleem. Vorig jaar trokken naar schatting 700 everzwijnen rond in
Limburg. Hoeveel zwijnen de kuddes momenteel tellen is volgens het
Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO) niet bekend.
Wat we
wel weten is dat meer zwijnen moeten geschoten worden om verdere
uitbreiding tegen te gaan, stelt Vanheukelom. Dit jaar zijn nog
maar 135 zwijnen geschoten. Dat is veel te weinig om de aantallen
onder controle te houden en dat betekent dat de kuddes dit jaar nog
zullen groeien. Daarom herhaalt Boerenbond zijn vraag om een
versoepeling van de jachtregeling.
Helemaal uitroeien kan je ze niet,
zegt Bert Vanholen van het Agentschap Natuur en Bos (ANB), eveneens
in Het Belang van Limburg. Everzwijnen zijn immers slimme beesten
die zich verstoppen in rustige gebieden waar niet gejaagd kan
worden. Anderzijds groeit een kudde volgens Erik Koffeman van
de Faunabeheereenheid (FBE) Noord-Brabant aan met 300 procent als men
niet ingrijpt. Ook Alfred Melissen van de FBE Limburg erkent het
reproductieprobleem. Opdat everzwijnen zich niet zouden kunnen
vermenigvuldigen moeten er 250 tot 300 per jaar geschoten worden,
verklaart hij. Zowel Koffeman als Melissen beamen dat jagers
momenteel te weinig middelen hebben om aan die aantallen te voldoen.
Daarom wordt in oktober overleg gepleegd
over mogelijke oplossingen. Ondertussen nemen we al bijkomende
maatregelen om verkeersongevallen met everzwijnen zoveel mogelijk te
voorkomen, stelt Bert Vanholen. Aan bepaalde gewestwegen worden
geluidsinstallaties geïnstalleerd die de zwijnen afschrikken en
langs de E314 wordt een afrastering geplaatst.
De jongste maanden neemt het aantal meldingen toe van vossen die neerhofdieren, zoals kippen en ganzen, aanvallen. Daarom heeft Vlaams minister van Leefmilieu en Natuur Joke Schauvliege de gemeenten een brief gestuurd met meer uitleg over de bestaande maatregelen. Zij bereidt tevens een aanpassing van het Jachtvoorwaardenbesluit voor om met gerichte maatregelen de vossenpopulatie beter te beheersen. Meer en meer gemeentebesturen ontvangen klachten van hun inwoners over vossen die neerhofdieren roven. Ook gemeenten die voorheen geen of nauwelijks meldingen binnenkregen. De vos breidt immers zijn terrein almaar uit van het platteland naar de stad. Die evolutie is ook merkbaar in de ons omringende landen. Omdat de bestaande mogelijkheden voor de beheersing van het aantal vossen doorgaans niet zo goed bekend zijn, stuurde minister Schauvliege de gemeentebesturen een brief met meer uitleg over de al bestaande instrumenten om de vossenpopulatie te regelen.
De Vlaamse Regering keurde in 2008 twee besluiten goed die ondermeer de jacht en de bestrijding van vossen reguleren: het Jachtopeningstijdenbesluit en het Jachtvoorwaardenbesluit. Voor de totstandkoming van beide besluiten, inclusief de regulering van de vossenpopulatie, werd de jacht-, natuur- en landbouwsector geraadpleegd.
Het Jachtopeningstijdenbesluit bepaalt dat de jacht op de vos open is van 1 oktober tot en met 14 februari. Voorts kan, bij schade aan gewassen of eigendommen door de vos en wanneer er geen andere bevredigende oplossing bestaat, de grondgebruiker of -eigenaar de vos, bestrijden of laten bestrijden. Die bestrijding is niet gekoppeld aan een bepaalde periode, maar moet worden gemeld via de website van het Agentschap voor Natuur en Bos (www.natuurenbos.be).
Eigenaars of gebruikers van een jachtterrein kunnen volgens het Jachtvoorwaardenbesluit bijzondere veldwachters aanstellen die op hun terreinen een gans jaar lang met het geweer de stand van de vossen kunnen regelen. Bijkomend kunnen jachtrechthouders en wildbeheereenheden bijzondere veldwachters voor een volledige wildbeheereenheid aanstellen. Die mogelijkheid wordt volgens Schauvliege nog niet ten volle benut. Als de wildbeheereenheid - in plaats van één of meerdere jachtrechthouders - een veldwachter aanstelt, kan die veldwachter over een uitgestrekter gebied en veel efficiënter de vossenstand beheren.
In haar brief aan de gemeenten stelt minister Schauvliege nog dat het huidige Jachtvoorwaardenbesluit niet afdoende mogelijkheden biedt om schade door de vos te beperken. Zij erkent dat er nood is aan gerichte maatregelen. "We nemen het stijgend aantal klachten ernstig en winnen dit najaar het advies in van alle betrokken partijen om tot een evenwichtige oplossing komen. We bekijken daarbij welke rol de gemeenten in dit dossier kunnen spelen", aldus Schauvliege.