al smeult het as en is vuur als de dood waakt er toch een vlaag van puur purperrood over verspreide paden door onzichtbaarheid opdat geen traan zich daar verbrandt aan sterfelijkheid
ook al draagt mijn hand een hemel zonder gewicht en zijn de ogen verdwaald of zichtbaar gedicht waar ook nog kreten zijn gestaald door beproefde gebruiken hoe duid ik jou, in vredesnaam, dat mijn rozen naar rose ruiken
of in wit zijn gebouwd op luchtige stromende stralen die drijven over heldere toppen en neerslachtige dalen gelijk het water het botsen tegen oevers kent maar onbevangen in overgave aan voortgang is gewend
30-08-2009 om 00:00
geschreven door julius dreyfsandt zu schlamm
24-08-2009
Onwetendheid
wat schuilt er toch in mijn gedachten wie stuurt de stilte in mijn hoofd hoe komt het, dat je blijft verwachten wanneer wellicht alle antwoorden reeds zijn verdoofd
zwijg ik de stilte aldoor omdat mijn tong is verdroogd en schreeuwt een hemels koor, dat alleen mijn zwanenzang nog wordt gedoogd
het is raden in een doolhof met steeds meer onwillige heggen of likken aan aardse stof waarin dorre wortels vruchteloos naar wijsheid dreggen
24-08-2009 om 00:00
geschreven door julius dreyfsandt zu schlamm
22-08-2009
Unne sieleruste
icke bluuie effe op, gelieck oewe sieje, as die skemering faelt
dun daeg is dan bestreeje ende draoge miene swaore haande meeje
naor die fraogende naegt moei van slegts eene etmaol geleeje
ut flacke ontwaockt as allengs ut ligt sich ieler verspriede
telle skraope sich sulcks bie elckaore, leefe betaest ut geniete
urstes in die afont bestaoi icke weere vor unne korte duere
so is ut gewon waj icke meene as unne geruste sielefuere
(iegene taole)
22-08-2009 om 00:00
geschreven door julius dreyfsandt zu schlamm
20-08-2009
De rozenkrans
gister verliet ik mijn huis van dromen en verlangen ook de straat bleef leeg geen leven wist ik te vangen
zie weer de steegjes waardoor ik liep in jonge jaren het was toen al dat ik haast dagelijks in eenzaamheid sliep
seizoenen waren als elastiek of doods in de rek leerde slenteren zocht kontakt in denken bladzijden vol met verlaten mystiek
gister, buiten, vulde ik weer een terras vol met tafels en stoelen en volgde de rozenkrans
telde daarin voorbijgaande mensen immers ieder weesgegroetje was een kans
het bleef bij verstilde wensen
20-08-2009 om 00:00
geschreven door julius dreyfsandt zu schlamm
18-08-2009
Liefde
liefde schijnt in de schaduw van de nacht
het draagt tederheid stilte en donkere passie ook ongrijpbare pracht
liefde is aards verward in kluwen van oplichtend verlangen
soms puur en enige tellen in ogen te vangen
18-08-2009 om 00:00
geschreven door julius dreyfsandt zu schlamm
16-08-2009
Zomerklets
moe word ik steeds meer van al dat rijmen en dichten wroeten in de ellende, keer op keer ik kan mijn voeten niet meer lichten
er gaat wat voorbij aan woorden en tranen zeg maar leed het vreet aan mensen zuigt je leeg als door een non-stop slangenbeet
daar zijn er nog die aartsoptimisten van bloemetjes, bijtjes en een door liefde overgoten hemel soms is dat pure fantasie of zieltogend gezemel
zeker, de zon schijnt achter grauwe of witte wolken en iedere ochtend kennen we het klapperen der gebitten van de morgenstond
maar in huize De Laatste Wens wacht telkens weer de nacht onder leiding van zorgmanager Gijsbert-Jan Avondrood
de goede man kan vanwege zijn naam eenvoudig gedankt worden op bidprentjes bij weer een dood
het leven is een rijm van mensenverhalen, is een cryptogram dat me telkens weer op het spellen van woordjes doet richten
en deze dan verzamel opdat zij te samen met mij en opnieuw voor de basale poëzie zwichten
16-08-2009 om 00:00
geschreven door julius dreyfsandt zu schlamm
14-08-2009
Ploosje
ploosje roosje gladdegans dopke sopke panseflans
ganseflans in een heel bronstig doosje
somme lommer kommeretijd stijf is kwijt in zomerwijd
dijtje watje schilletje bommer de bom
geitje dom kusje op een heel rood tomatenbilletje
14-08-2009 om 00:00
geschreven door julius dreyfsandt zu schlamm
12-08-2009
Ik ken U
als ik ben, gelijk de doorsnee mens
en dat ben ik
wijk ik niet af van uw goed en kwaad of lief en leed in luiheid en verboden daad
als ik mens ben gelijk allen ken ik u en speel ook toneel met geopend doek
kijk dan de zaal in gevuld met uw zielen maar door de belichting blijkt dat een schimmige look
oh zeker, ook ik sta schijnheilig op de planken met wijde ogen en volle mond, maar ben niet slecht
zie mijn zon en de geest in de schaduw blijkt echt
de schepping is zo het zich toont
het heeft altijd op die wijze onder ons gewoond
12-08-2009 om 00:00
geschreven door julius dreyfsandt zu schlamm
10-08-2009
Smitsorgel : Een hemelse stem
10-08-2009 om 00:00
geschreven door julius dreyfsandt zu schlamm
09-08-2009
In stilte
de vormeloze stenen die mijn zwijgen dragen rusten in een kloostermuur
als engelen rond de ziel beschermen zij de stilte nadat mijn stem van een donker geruis beviel
er is ook liefde die warmte wil bewaren
hierdoor behoeven alleen mijn handen de eenvoud te verklaren
09-08-2009 om 00:00
geschreven door julius dreyfsandt zu schlamm
07-08-2009
Vergankelijkheid
ik heb dit jaar van het versgemaaide gras de geur nog maar één keer opgesnoven
zeker, de zon heeft het groen wel degelijk verwend en spattend nat heb ik ook wel herkend
toen regenbuien zonnestralen van licht en warmte wilden beroven
*
thans kleurt de hemel anders blauw en sloten lijken geulen zelfs de wilg weigert zijn spriet
ruik ik dan enkel het smeulen daar de aardse versterving een verdere bloei verbiedt
07-08-2009 om 00:00
geschreven door julius dreyfsandt zu schlamm
04-08-2009
De zwarte madonna
.
ik leef in de baarmoeder van de zachte dood
adem het sterven in onderweg naar haar
maar al verwacht zij de zwarte madonna mij in haar vruchtbare schoot en ben ik aldoor op zoek naar mijn zoetste min
het levend gemis blijft de baar
verborgen in hoop geeft het leegte zin
.
04-08-2009 om 00:00
geschreven door julius dreyfsandt zu schlamm
02-08-2009
Als de Godin mij verleidt
verleid mij niet of juist wel te denken die ik ben of verban mijn gedachten bijwijlen naar een hemels paradijs
waar ik slechts die ene vrouwe ken ontbloot van zeden en kleed doch getooid met zacht betoverend vlees dat verzuurde appelen nog verzot zo zoetig spijst
zij krult langs mijn haren stroperig van kruin tot zool omringt mij met zwoele gebaren opdat ik nog enkel drijf op zaad dat geen geboorte ooit zal verklaren
ten einde ruk ik met alle macht verroeste hekken open spijlen met ingebouwde gestorven rozetten die weer uitweg bieden uit de zalige hel en verdoemenis
*
ik voel weer grond waarop mijn ziel koning is van de geest en mijn lijf, in stof geaard, het getemde beest
02-08-2009 om 00:00
geschreven door julius dreyfsandt zu schlamm
08-07-2009
In eb en vloed gedijen
ik ben er voor jou ook al raak ik je ver
in het samen zijn, her en der
al zou ik aardse klanken spellen en jij van achter afwezigheid denkt
ik kan slechts fragmenten tellen
liefde kent een ritme gelijk mijn hart jou met zijn slagen wenkt
08-07-2009 om 00:00
geschreven door julius dreyfsandt zu schlamm
06-07-2009
Zielerust
ik bloei even op als de schemering valt
de dag is dan bestreden en draag mijn handen mee naar de nacht moe van slechts één etmaal verleden
het vlakke ontwaakt als allengs licht zich verspreidt
minuten schrapen zich dan bij elkaar, leven betast het gevoel
pas in de avond besta ik weer; kortstondig van duur
dat is wat ik bedoel
06-07-2009 om 00:00
geschreven door julius dreyfsandt zu schlamm
04-07-2009
Als een cirkel sluit
onder mijn hemel van grijze haren; zij kennen nog lengte soms tot schouderhoogte naargelang het gemoed deze snaren bespeelt
doch als maar meer naar ijle dikte neigen waar inhammen bij voortduring ruimte scheppen voor het schemeren in schaduw
onder dit dak van toenemende jaren ligt het klooster met beelden vol gevuld en resten van niets als sporen van het volmaakte zover het zaad zich als vanzelf kon ontwikkelen
de binnentuinse ziel die zeker nog een gat naar de zon vermoedt, bidden de kleppen van het hart in eigen boezemtaal het ritme van mijn leven
waar in cadans de liefde komt en gaat en gaapt en baadt in oude bezwangerde stuipen of bij de doodsstrijd van weer een jaargetij
ik honger de leegte vol en stil de stilte met een lied dat oneindige tonen inslikt van een natuurlijke hoop naar straks doch past in de naïeve verwachting naar morgen ook wel toekomst genaamd
in mij bloeien de gladiolen om de beurt naar kleur en klank en wuiven met lichte zuchten over het tere verlichte groene gras vol ook van jong vuur en vluchtige as
als dan een stem roept naargelang die ik ben en de zure muren die mijn geest, denkbeeldig van allure, maar door zwart aangetast, in de echo van een kinderstem afbrokkelen tot het schuim van de zee
roep ik: "ja, ik luister" en volg de lach in een kleine hand "en ik ga met jou mee"
04-07-2009 om 00:00
geschreven door julius dreyfsandt zu schlamm
02-07-2009
Ik gluur
op de klok gelijk wentelt zij naakt gespreid in het hete rulle zand
ondanks de hoge factor raakt het vlees in no time verbrand
en ik, ik lik het zout van mijn lippen na een dagje digitaal knippen
02-07-2009 om 00:00
geschreven door julius dreyfsandt zu schlamm
01-07-2009
Als een troost zoekt
ik traande de wereld tot stilstand voeten kleefden aan zand en mieren
toen ik de waas zag van gras in groen gespreid door wimpers henen
langs randen van ogende bossen en ik gedachten moest vangen in volgorde van ruimte en gevoel
de benen stramden terwijl ribben deden schudden en de buik jaagde achter diepten leegblazend tot aan keel en ogen
ik traande de wereld tot staande en voelde de reikende hand zo veraf dichtbij
mijn hart dat bonsde trommels vol van weeïge vochtgeluiden
zij deden mij zijgen om te aarden zoekend naar herstellende en troostende waarden
01-07-2009 om 00:00
geschreven door julius dreyfsandt zu schlamm
26-06-2009
Een mens van stof
onder heiligheid van schijn kent het leven vele kanten als ik praat over mijn en dijn blijken mijn woorden balken en de ogen van de ander, gedragen door splinters, toch nog blinde bollen onder een sterrenloze baldakijn
in mijn rug gapen velen gaten soms met zout verweven ook ik ken het haten, pekelen en kneden onder mijn hand is en wordt nog veel geleden
de werkelijkheid hoe die ook zij, is verlaten
mijn huis kent glazen wanden spiegels met de blik naar buiten ja, en mijn nagels hebben zwarte randen zij krabben de dood van ruiten
26-06-2009 om 00:00
geschreven door julius dreyfsandt zu schlamm
24-06-2009
Fingerspitzen
zij vinden afzonderlijk dan wel te samen hun weg over met ivoor beklede naast elkaar gelegen zwarte of witte toetsen
die buigend bewegen voor mijn tien vingers in gelid doch vaker in een sprekende verhouding uitgespreid de klavieren poetsen
op weg naar een kleurige klank om de verwachting na te bootsen die in een ritmiek van noten tot opluisterende vervolmaking leidt
waar zij weer op haar beurt na enig tijdsbesef de verte bereikt
en na ontmoeting met het einde van de ruimte liefst zoals het mij bekoort mijn gehoor vertelt dat het grootse samenspel tot de Goddelijke schepping behoort
24-06-2009 om 00:00
geschreven door julius dreyfsandt zu schlamm