rondrit met caravan door het bovenste deel van Duitsland
06-10-2018
Laatste dag Nahetal in Rheinhessen
Het leven van de kluizenaars in de later middeleeuwen intrigeerde ons. Misschien moeten we hier ook intrekken of een camping beginnen uitbouwen. Onze laatste dag in Guldental in het Nahetal, in Rheinhessen, in Duitsland, zal er straks op zitten. Morgen rijden we naar Vlaanderen. Dan houdt deze blog ook op. De komende maanden zijn er om nieuwe plannen te smeden. Waarheen de volgende trip gaat, weten we nog niet, maar het zal verder zijn dan Blankenberge. Er rest ons niets meer dan een welgemeende groet te brengen aan alle trouwe lezers!
Vandaag, vrijdag, was een ideale dag om langs de Rijn te flaneren, een fotostatief op te stellen, het teleobjectief te monteren en wat foto’s te nemen van de vele internationale treinen. Ik was niet alleen, want vele tientallen leeftijdsgenoten stonden ook langs de spoorbaan met hun fototoestel in aanslag. Ik bespaar de lezer de catalogus van mijn rijke oogst. Ik plaats dan hier nog wat beelden van de Rijn bij de Lorelei en het ochtendgloren in Guldental.
"Warum ist es am Rhein so schön?" Wij zochten het op. We reden naar Rüdesheim am Rhein en wandelden door de Drosselgasse. De geur van verschaald bier en wijn hangt er permanent. Dan reden we maar naar de Lorelei en namen de veerboor naar St. Goar. Via Emmelshausen en Stromberg reden we dan terug naar de camping. De apotheker van Stromberg houdt er leuke ideeën op na. Oktoberfest met veel bier kan hoofdpijn veroorzaken. Hij heeft alles klaarliggen op er iets aan te doen.
3 Oktober is de dag van de Duitse eenheid, de herdenking van de hereniging van Oost met West. Deze nationale feestdag vieren wij met een stoere wandeling door de wijnvelden van Guldental. Gisela en haar hond Anna waren er ook bij. Vergezichten, wijnranken en prachtig weer zorgden voor een prachtige feestdag.
Bij Gisela in Pfaffen-Schwabenheim werden we goed ontvangen. Gisela is onlangs weduwe geworden. De goedlachse Harald kenden we ook goed en is slechts 71 jaar geworden. Zo zaten we nu aan tafel met drieën. We konden vele herinneringen ophalen. In de namiddag trokken we naar een “Weingut” om er een voorraadje Rheinhessen binnen te halen.
We zitten in Rheinhessen. Daarom zijn we deze morgen naar Bad Kreuznach gereden om er de winkels te bekijken. Dan reden we naar Bingen, en daar maakten we terug kennismaking met de Rijn. Bingen is de stad van Hildegarde von Bingen. Hildegarde was nog een oud lief van mij, maar wegens het grote leeftijdsverschil is de relatie nooit verder open gebloeid.
We staan op camping Lindelgrund in Guldental tegen Bad Kreuznach. Guldental is een dorp in het Nahetal niet ver van de Rijn en van Bingen. En dan is er de grote stad Bad Kreuznach nog. De installatie is vlot verlopen en meteen hebben we deze namiddag een wandeltrip gedaan van 8 kilometer. Zo verkennen we het gebied. We passeerden wijnvelden. We zitten immers in Rheinhessen, een befaamd wijngebied. Niet ver van de camping is een oord, waar ooit, 300 jaar geleden, eremieten geleefd hadden in de okeren rotsen. Er staat nog een beeld van een man met een zwaard, dat tot aan zijn enkel reikt. Eerst had ik stoute indrukken, omdat ik dacht dat er iets anders tussen zijn benen stak.
We staan voor een nachtje in Motten-Klothen, in Bayern, niet ver van Fulda! De rit was moeizaam, omdat er overal in Duitsland op de autostrades “Baustellen” zijn. Dit geeft ellenlange files tot gevolg. Daarom zijn we na Kassel van de autostrade gereden en dan ging het vlotter over Fulda. Camping Rhönperle is een typische doorgangscamping, mooi gelegen in de vallei van de Rhön. Morgen staan we vroeg op en trekken 250 kilometer verder via Frankfurt naar Rheinhessen, Rheinland-Pfalz.
Een bewolkt dagje hebben we vandaag. Het is dan ook onze laatste dag in de Harz. Ik bereid de volgende etappes voor, telefoneer naar campings en maak een routeplanning. Het is ook een beetje een kuisdagje. Dan gaan we naar Edeka om proviand in te slaan voor de komende dagen. Vanavond gaan we forel eten in Braunlage. Morgen rijden we zuidwest naar de Rhönvallei, de grens tussen Bayern en Hessen. Ik plaats hier nog een paar foto’s van de onvergetelijke Brocken en de betoverende reis met de stoomtrein.
Op naar Brocken! Met de stoomtrein van de Harzer Schmalspurbahn zijn we vanuit Wernigerode naar Brocken gereden 1142 meter hoog. De stoomlocomotief moet hoog klimmen en de stoker moet zijn best doen om permanent kolen te scheppen om de hoogte te kunnen bereiken. Ik controleerde de temperatuur van de waterketel: 280 graden, OK dus. De druk van 16 kg was ook in orde en de watervoorraad werd bijgevuld in Drei Annen Hohne. Niets kon fout lopen. De machine moest met volle kracht 600 meter hoogte overwinnen. Stoomwolken en roet beheersten het landschap. Eenmaal op Brocken was het prachtig weer, een van de zeldzame dagen, want meestal hangt er mist of regent het. En van herfst tot lente ligt er sneeuw, 40 centimeter hoog. Elisabeth en Günter hadden er ook pret in.
een brullend hert aan de voormaig Oost-Duitse grens
Het is heel rustig hier op de camping Am Bärenbache in Hohogeiß. ’s Nachts horen we de everzwijnen of de herten brullen, alhoewel Bea denkt dat ik aan het snurken ben. Brullend hert of niet, we zijn langs de voormalige Duits-Duitse grens gestapt, vele kilometers lang naar het dorp Sorge in Sachsen-Anhalt (oud DDR). Na 16 kilometer stappen waren we terug op de camping. We zagen er de grenspost, de bewakingsweg met de mijnenvelden en het gedenkteken van mensen, die hun leven lieten bij hun poging de grens over te steken, beelden om nooit te vergeten.
Goslar is de stad van het gekroonde kieken en de geldschijter. De geldschijter is een klein beeldje dat herinnert aan de hekel van de burgers tegen het betalen van belastingen aan de keizer. Wij zouden in Vlaanderen ook zo’n geldschijtertje kunnen gebruiken. Goslar is ook de stad van de mijnwerkers van weleer. Een paar keer per dag, op het uur, begint aan het stadhuis het klokkenspel met een parade van vele figuren. We aten er “Windbeutel” met kersen in Butterhanne, een verplicht nummer wanneer je in Goslar komt. En met Sint Walpurgis komen alle heksen tot leven.
Vanmorgen heb ik mijn stoute schoenen aangedaan en een staptocht gemaakt langs de voormalige Duits-Duitse grens. De betonnen banen voor de grenspolitie lagen er nog en dienen nu als wandelpad of loipe voor de winter. Hohegeiß ligt vlak aan de voormalige grens en de bomen krijgen er een mooi bruin kleurtje. Er is ook een mooi uitzicht over de Brocken, waar we overmorgen naar toe trekken per stoomtrein van de Harzer Schmalspurbahn.
In Bad Lauterheim zijn we werkelijk in het bad geweest. Een stortvlaag zorgde ervoor dat onze zoektocht naar breiwol langer duurde dan voorzien. Maar geen nood, Braunlage is vlakbij. Daar zijn we afgesproken met onze Beierse vrienden om samen met alle hotelgasten aan de feestmaaltijd deel te nemen. Iedereen was er klokslag 18 uur: Deutsche Gründlichkeit! Het feestmenu was voortreffelijk. Zowel kwaliteit als kwantiteit was er. Volgens de weerberichten zou het ophouden met regenen. Nat is het in ieder geval. Wellicht kunnen we morgen de bergschoenen aantrekken voor een staptocht door de groene Harz. Wandern ist des Müllers Lust!
Met Günter en Elisabeth zijn we naar Kloster Walkenried getrokken. Het klooster gaf er open deur en er was een overweldigende markt met streekproducten uit gans Duitsland en Oostenrijk. Zoveel nonnen en paters heb ik nog nooit samen gezien. De bierpullen en de fanfare deden hun werk en het klooster kende veel belangstelling. Enige spelbreker was het weer, maar veel activiteiten waren binnen. We mochter er zelfs in het scriptorium het schoon Duits geschrift uitproberen.
Dora-Mittelbau is een voormalig concentratiekamp tegen Nordhausen, waar 60.000 gevangenen leefden tijdens de periode 1943-1945. Er zaten ook Vlamingen. Daar werd o.a. de raket V1 en V2 met matig succes gefabriceerd na de vernietiging van de basis van Peenemünde. De SS hield de touwen heel strak in handen en wie niet kon werken, werd vermoord. Duitse industriebedrijven konden beroep doen op de massa “gratis” arbeiders, zoals VW, Siemens en BASF. Wij bezochten het museum, de ondergrondse werkplaatsen met kilometers lange donkere, ongezonde tunnels en het crematorium. Een erg beklijvende ervaring! De foto’s zeggen veel.
Gisteravond hebben we onze vrienden uit Bayreuth, Bayern, ontmoet. Günter en Elisabeth zijn ook op vakantie in de Harz in Braunlage, op 10 kilometer van onze camping. Wat een toeval dat wij ons hier ontmoeten, wij die meer dan 1000 kilometer ver van elkaar wonen. Enfin, we hebben al wat afspraken gemaakt om samen de Harz met hart en ziel te veroveren. Vandaag ben ik naar Wernogerode gereden. Daar heb ik het bedrijfwerk (BW) van de Harzbahn bezocht. We kregen een veiligheidshesje en mochten ons overal bewegen tussen de locomotieven, de draaibanken en de technische installaties. De Harzbahn is met stoomlocomotieven uitgerust. Dit is niet alleen voor toerisme, maar ook voor de gewone verplaatsingen. In de tijd van de DDR was dat heel gewoon en dit is nog zo gebleven. Voor de geïnteresseerden heb ik een compleet verhaal.
We zijn aangekomen in de Harz op camping “Am Bärenbache” in Hohegeiß. We staan vlak aan de voormalige grens Duitsland-Duitsland. De camping is super en onze plaats is overweldigend. Rust en een mooie natuur is ons te beurt gevallen. Ik ben naar het dorp Hohegeiß gestapt en er een wandelkaart gevonden. Het dorp zelf is typisch Duits: geen lintbebouwing en overal versierde huizen. Hier plaats ik nog een foto van gisteravond, toen er een luchtballon over de camping en de Jenzig in Jena voorbij vaarde.
We hebben de Jenzig beklommen, ruim 300 meter hoger. De berg biedt een prachtig uitzicht over Jena en zijn woongebieden. Je ziet nog duidelijk de bouwstijl van de voormalige DDR: alles gelijk! Boven op de berg komen we aan een restaurant met Biergarten. Dorst hoeven we dus niet te lijden bij temperaturen van 32 graden. Morgen rijden we 170 kilometer noodwestwaarts. We worden verwacht in Hogeheiß in de Harz. Dan zitten we aan de voormalige Duits-Duitse grens.
Oef, het is 31 graden! De nazomer doet zijn best. Morgen beklimmen we de Jenzig. Gelukkig ligt er nog geen sneeuw, anders hadden we stijgijzers nodig. Vandaag mochten we met de fiets een tochtje maken door de grote stad Jena, en we zijn een ervaring rijker. Jena is een stad van studenten en de fiets is er alom in gebruik. Je fietst over de voetpaden en overal mag je door, ook door de “Einbahnstraßen”. ’s Middags stegen we van de fiets om in “Altes Jena” een Eisbein te eten. Je ziet ook een beeld van een zaligmakende biertank. Hier nog een beeld van Bea met Ulrike.