Na ons ontbijt zijn we vertrokken naar de hoogste kabelbaan van Canada : Whistler's Mountain ,tot op een hoogte van 2.285 meter ,daar heb je een onvergeetelijk zicht over de Athabascavallei. Gezien het zeer vroege morgenuur is er veel mist en kon er geen degelijke foto genomen worden van de vallei.We hebben er marmotten en pikas gezien ,er was tevens een stevige wind boven op de top.
Na dit bezoek begint er een lange tocht langs de Yellowhead Highway 16.We rijden langs de Yellowhead Pass en rijden zo British Columbia binnenen volgen de Fraser River die 1.380 km verder uitmondt in de Stille Oceaan(Pacific).
We rijden naar de Mount Robson maar onderweg stoppen we om de Overland Falls te bezoeken en kennis te maken met de eerste Chinookzalmen ,die moet soms meters hoog springen(zwemmen) om stroomopwaarts verder te kunnen naar hun paaiplaatsen. De Chinookzalm is de grootste zalm in de canadese rivieren ,hij kan tot 30 kg wegen ( na een verblijf van 5 à 6 jaar in volle zee).Na die tijd komt hij terug naar zijn geboorteplaats.Zijn geboorteplaats kan zeer ver in binnenland liggen,dit tot 1.380 km ver van de monding van de Fraser River (Vancouver).Hij zwemt ongeveer 18,5 km per dag en zo een tiental weken lang om zijn paaiplaats terug te vinden.Dit is de plaats die we in de namiddag zullen aandoen n.m. de Swift Creek.
Aan de Mount Robson nemen we onze picnick ,deze berg is in het Mount Robson Provincial Park.Met zijn 3.954 meter is hij de tweede hoogste berg van de Canadese Rockies na de Mount Waddington met zijn 4.663 meter hoogte.
Na de Swift Creek bezocht te hebben (zie hoger) zijn we doorgereden naar Prince George de hoofdstad van British Colombia ,maar onderweg zijn we nog gestopt in het plaatsje Mc Bride om speciaal de goederen trein te zien voorbijrijden ,maar helaas die was juist weg (deze zijn enorm lang).We hebben dan het station en de ongeving bezocht.
Dus op weg naar Prince George de houtstad , gesticht door Simon Fraser ;Canadese ondekkingsreiziger; op de samenvlooiing van de Nechako en de Fraser River , daar bouwde hij een fort genoemd naar de Britse koning George III.
We verblijven in het Coast Inn Of The North waar we s'avonds het avondeten aangeboden kregen naar Japanse normen.
Het was een prachtige dag ,hier volgen enkele beelden :
kasteel v/d bever
Overland Falls
Mount Robson
Mont Robson (afgenomen van het informatie Centrum)
Maligne,Medcine Lakes en Valley of the Five Lakes,
Vroeg uit de veren een stevig ontbijt en weg zijn we naar het Jasper National Park.
Met de luxecar naar een wandeling in de "Valley of the Five Bridges " , het is een lus van 5 meren met een variatie van verschillende kleuren met er rond een prachrige natuur en op de achtergrond de Rockies.
Daarna zijn we doorgereden naar het Maligne Lake het grootste van de Rockies ; 22 km lang en 87 m diep ; voor een boottocht van 1 u 30 om het Spirit Island te bezichtigen (een klein eilandje met een paar bomen)maar een van de meest beroemde uitzichten van de Canadese Rockies.In het restaurant hangt een foto van ,"The Beaver Family" welke meehielp om de streek te verkennen en in kaart te brengen met Mary Schäffer.
Na de picknick zijn we vertrokken naar het Medcine Lake dat tijdens de zomermaanden stilaan verdwijnt in de bodem en 16 km verder terug aan de oppervlakte komt in meren en rivieren,het Medcine Lake wordt gevoed door de Maligne River en de Atathabasca River.
Na dit bezoek zijn we doorgereden naar het stadje Japers Town om een half uurtje de benen te strekken en kennis te maken met het leven van dit stadje.
Na dit bezoek zijn een wandeling gaan maken in de " Valley of the Five Lakes " ,meren met blauw-groene kleuren met er rond de Rockies en de groene wouden.
Het was een prachtige dag ,we hopen dat morgen de dag even mooi is want dan gaan we " Whistlers Summit " ( 2.466 m hoog) bezoeken.
We zijn deze morgen om 8u vertrokken uit Banff naar de Athabasca Gletsjer langs de Icefield Parkway een van de mooiste wegen in Canada.Het is een pracht van turkooisblauwe meren met immense gletsjers en groene wouden.Dit is het gebied van beren,herten,berggeiten en groothoornschapen.Voor we de Athabasca gletsjers bezoeken zijn we het huis van Jimmy Simpson* gaan bezoeken.
De NUM-TI-JAH Lodge (erfgoedtoerisme) ligt aan het Bow Lake ,Simpson bouwde zijn blokhut in 1898 en in 1907 werd de snelweg aangelegd tussen Banff en Jasper zodanig dat de bescheiden blokhut uitgebouwd werd tot een Lodge met 6 kamers en later in 1940 een stenen hotel met 25 kamers. (*)Jimmy Simpson was gekend als stroper en was vooral zeer snel in zijn verplaasing in het woud.
Het is een prachtige omgeving van meren , wouden en de Rockies. Na dit bezoek zijn we naar de Mistaya Canyon ( Mistaya - Indisch voor Grizzly Beer)gereden.De Mistaya Canyon ontspringt op een gletsjer hoog boven het Peyto Lake.De canyon is het resultaat van een eeuwen lange erosie van de gletsjer dwars door de kalkstenen rots.
Na de picknick zijn we doorgereden naar de Athabasca Gletsjer ,deze is 6 km lang,1 km breed en 300 m dik,dit komt door het duizend jaar oude Colombia Icefield dat ongeveer 325km2 groot is.
Na een paar uur zijn we doorgereden naar de Athabasca Fales (we zijn nog steeds in het Jasper National Park ,maar niet ver van de grens met Britisch Colombia). Het zijn watervallen van 25 meter en de loop van de rivier bestaat uit diep uitgesneden rotsen in Potholes (ronde uitsnijdingen).
We verblijven in het rustieke Beckers Chalets aan de Athabasca River.
We zijn nu volop in het Banff National Park onderweg zijn we nog eens langs het " Fairmont Banff Springs Hotel " gereden om enkele foto's te nemen in de morgenschemering. Van daaruit zien we de Castle Mount ,The Hoodoos : dit zijn gesculpteerde rostformaties in zandsteen.
Na dit bezoek zijn we doorgereden naar de "Johnston Canyon "een van de meest bezochte plaatsen in de Canadese Rockies.Het is een prachtige wandeling doorheen de canyon met mooie watervallen en prachtige rostformaties (natuursteen , travertin ). Een van de bewoners van de "Johnston Caynon " is de " Gestreepte grondeekhorn ". Na de wandeling werd er aan de voet van de canyon een picknick genomen
Na deze prachtige wandeling reden we door naar het hoogst gelegen gleytsjermeer "Moraine ". Onderweg werd er nog gestopt om foto's te nemen van de visarend die zijn nest gebouwd heeft boven op een brug. Het " Moraine Lake " is gelegen in de Vallei van de Ten Pakes op een hoogte van 1.885 meter.Het is ongeveer 0,5 km groot en heeft een blauw- groene kleur ( te wijten aan het glaciale rock meel). En dan terug naar beneden en naar " Lake Louise " ( genoemd naar princes Louise Caroline Alberta -koningshuis van Engeland ).Dit trekt vele toeristen voor het natuurschoon alsook voor het eersteklas ski.Het meer is dichtgevroren van november tot juni. Het meer wordt gevoed door verscheidene gletsjers die het water een smaragdgroene kleur geeft. Aan " Lake Louise " ligt een van de mooiste luxehotels van Canada het " Fairmont Chateau Lake Louise ".
Na deze grandeur te hebben gezien zijn we terug naar ons hotel gereden voor het avondeten in het Swiss - Italian Restaurant " Ticino " .
We wilden ooit West-Canada bezoeken,tot het op 14 augustus werkelijkheid wordt en we op de luchthaven van Calgary (Alberta) landen ,om aan onze 17 daagse rondreis ( met AndersdanAnders) te beginnen.
Onze reisgids ,Philippe, stond ons op te wachten in Calgary waar we onmiddellijk met de bus richting het stadje Banff vertrokken.
We zijn vertrokken met goed weder en hopen dat het blijft duren.
In Banff wordt er kennis gemaakt met de omgeving onder leiding van onze enthousiaste gids.
We wandelen langs de Bow River naar het Fairmont Banff Springs Hotel en genieten van de pracht van de Rockies en hun omgeving.
De eerste dag was voorbij , een prachtige dag en een enthousiaste groep.
We zijn terug.Hier een korte beschrijving van onze reis door West-Canada.
We landen op 14 augustus in Calgary (Alberta) en vertrokken onmiddellijk naar Banff. Daar verbleven we één dag en bezochten de streek zoals Lake Louise en Moraine Lake.
Daarna doorgereden naar Jasper waar we onderweg de Athabascagletsjer bezochten (Columbia - ijsvlakte) ,het mysterieuze Medcine meer ,Spirit Island.
Van Jasper naar Whistler's Mountain in de Canadese Rocky Mountains.
Dan een 4-daagse 'Outback' van Smither naar Stewart en Heyder(Alaska),waar we de zalmtrek en de beren konden observeren.
Van Prince Rupert naar Port Hardy op Vancouver Island langs de Inside Passage (een boottocht van 15u).
Van Port Hardy naar Telegraph Cove om de walvissen en de orkafamilies te observeren.
Daarna doorrijden naar Quadra Island waar een boottocht op het programma staat.
Van Quadra Island dwarsen we het eiland naar Tofino waar we onderweg het primair regenwoud bezochten.
In Tofino maken we prachtige wandelingen langs het strand. Van Tofino rijden we naar Nanaimo om de ferry te nemen naar Vancouver.
We bezoeken er het oude stadsgedeelte ,het Stanley-Park ,Chinatown ,het Aquarium de haven en Canada Place.
Op de 17e dag in de voormiddag doen we nog een korte stadswandeling en verlaten Vancouver om 14 u naar Frankfurt richting Brussel.
Hier volgen enkele bijzondere beelden van deze prachtige reis om die de volgende weken afzonderlijk in beeld te brengen:
De kapelmuur is vooral gekend vanuit de "Ronde van Vlaamderen".
Het hoogste stijgingspercentage bedraagt 20%.
Het is een kasseiweg naar de kapel van de Oudenberg aan de voet van die berg ligt het stadscentrum van Geraardsbergen.
Er bestond reeds een kapel in de 17e eeuw, later in 1724 werd de kapel herbouwd.In 1889 werd het aan de Paters Josefieten geschonken. In 1905 werd de kapel afgebroken en vervangen door een kapel met een koepeldak. Nog later kreeg ze een beiaard in 1955.
Vanuit de B & B "Wees Gegroet" hebben we een 12,5 km tocht gemaakt van Vorsen door het wijde landschap van boomgaarden en hoeven.
Op die weg hebben we de Gallo-Romeinse aanwezigheid gevoeld door de grafheuvels te bewonderen welke dateren uit de 2e eeuw na Christus. Hier enkele beelden van deze wandeling:
De maand april is de maand van de bloesems in Haspengouw. Maar dit jaar was de bloei later dan normaal. We zijn naar Haspengouw getrokken voor een verblijf van 3 dagen (18.04 - 21.04 ) in het hartje van Vorsen in de B & B "Wees Gegroet " (www.weesgegroet.com ) . Het ontbijt is er fantastisch zonder te spreken van het avondmaal,een bezoek waard.
We hebben enkele wandelingen gemaakt in Sint-Truiden ,Borgloon en Gingelom. De bloesems waren goed te zien bij de hoogstammen ,maar bij de laagstammen stonden vooral de perebomen in bloei.
De dag daarna zijn we naar Borgloon (Grootloon) getrokken voor een wandeling van 12,5 km.Je vertrekt in Borgloon en wandelt een landschap binnen van beboste hellingen en boomgaarden ( hoog-en laagstammen).
Een goed aangeduid wandelpad dat de sporen volgt van de Romeinen (aangelegd rond 75 na Christus ,die verbinding maakte tussen Tonderen - Tienen ,Kasel en Boulogne). Dit pad brengt u terug naar het kerkplein van Borgloon om een verdiende dorst te lessen.
Hier enkele beelden van dit mooie landschap (te beginnen bij Sint-Truiden):
Na ons bezoek aan het "Memorial Museum Passchendaele 1917 " zijn we op onze terugtocht naar huis Tyne Cot gaan bezoeken.
Tyne Cot is de grootste begraafplaats van de COMMONWEALTH ter wereld.
De naam Tyne Cot werd samengesteld uit Tyne dit is een rivier uit Northumberland (Noord-Engeland ) en Cot komt van Cottage =landelijke woning (zie foto verder).
Het herinnerd aan de bloedige slag van Passendaele. Hier stierven tienduizende soldaten (1917) voor een terreinwinst van amper acht kilometer.
Tyne Cot Cemetery werd opgericht op de plaats van de versterkte Duitse Flandern I- stelling ,deze bestond uit een aantal bunkers ,waarvan de twee vooraan links en rechts staan,twee onder de paviljoenen links en rechts van het vermistenmonument.De grootste staat onder het "Cross of Sacrifice "de andere staat verborgen onder de omheiningsmuur recht van het "Cross of Scrifice".
Er liggen 11.957 doden uit de Commonwealth en ook vier Duitsers.Op de herinneringsmuur staan 34.957 vermisten van Britten en Nieuw-Zeelanders die gesneuveld zijn na 16/08/1917. De overige vermisten staan op de Menenpoort te Ieper.
Bij de inname van de Duitse stellingen werd de hoofdbunker (onder het "Cross of Sacrifice ") gebruikt als hulppost,vanaf oktober 1918 werden er meer dan 300 soldaten begraven achter deze bunker en ontstond aldus de eerste begraafplaats van Tyne Cot.Dit kunt u zien aan de grafzerken en de open plaats achter het "Cross of Sacrifice.