Oorlog. We weten door de haast dagelijkse beelden in de tv-journaals best wat dat betekent. Dat was 100 jaar geleden anders. Gelukkig waren er toen mensen die een dagboek hielden, zoals bijvoorbeeld Achiel Van Walleghem in Dikkebus. Zoals ik veel bijleerde over het leven in bezet gebied aan het begin van de Groote Oorlog uit ‘In Oorlogstijd’ van Streuvels, zo valt er uit de geschriften van Van Walleghem bij te leren over het leven net achter het front. Zo onder andere dat de komst van vreemde, niet-vijandelijke troepen eigenlijk ook een soort bezetting was en aardig wat narigheid meebracht voor de lokale bevolking. Ter illustratie: op 15 januari 1915 moeten de bewoners links van de kasseiweg Ieper-Bailleul hun huizen verlaten. Ze trekken weg met have en goed, weten nauwelijks waarheen, verkopen een groot deel van hun bezittingen voor een appel en een ei. Op 18 januari krijgen ze dan te horen dat ze mogen terugkeren. Als dat geen gesol met mensen is!
Tags:Achiel Van Walleghem
|