Karlijn Demasure aan het hoofd van het Centrum ter bescherming van het kind aan de Gregoriaanse universiteit in Rome: ze moet zich daar wel op eenzame hoogte voelen. Volgens haar misbruikt vijf à zes procent van de priesters kinderen of jongeren, en dat is niet meer dan er misbruik bij leken voorkomt. In een interview (Knack, 2015, 5) zegt ze dat momenteel de kerk het verst staat op het vlak van preventie. Ze zegt ook: “Ik vind dat de kerk beter wat minder over seks zou spreken.” Dat is de spijker op de kop. Die mannenclub, die daarenboven geacht wordt celibatair te leven, kan zich maar beter beraden over zijn eigen seksuele handel en wandel. Misbruik van kinderen en jongeren is een zaak, maar er zijn ook tal van priesters met een (verborgen) relatie.
|