Drie sterke verhalen
Henderik Smith was in de eerste helft van de twintigste eeuw in Hindeloopen een algemeen bekend persoon. Hij was van beroep vishandelaar. In de herinneringen van vele Hylpers leeft deze vishandelaar echter voort als de Smok. Het feit dat hij tot nu toe, vele jaren na zijn dood, nog door velen herinnerd wordt is waarschijnlijk te danken aan het feit dat hij regelmatig verhalen vertelde waarvan door velen het waarheids gehalte zeer laag werd ingeschat. Hierbij een drietal van deze door de Smok vertelde gebeurtenissen.
Hagelbui
De gehele maand augustus van het jaar dat dit verhaaltje speelt was het weer warm en droog. Op zekere dag was het echter extreem warm en broeierig. De thermometer liep die dag op tot boven de dertig graden en er was de gehele dag geen wolkje aan hemel te ontdekken. Het was zogezegd echt hondsdagenweer. Tegen de avond veranderde dat echter. Eerst waren er nog maar kleine z.g.n. stapelwolkjes aan de helder blauwe lucht waar te nemen. Maar deze onschuldig lijkende wolkjes waren de voorbode van een radicale weersomslag. Zo rond een uur of vier krimpte de wind plotseling van NO naar ZW. En na luttele minuten dreven vanuit het ZW zware donkere luchten richting Hindeloopen. Het duurde dan ook niet lang meer dat de zware donderslagen en de niet van de lucht zijnde bliksem velen in Hindeloopen angstige momenten bezorgde. Maar het bleef niet bij bliksem en donder. Net toen men dacht dat de bui iets afnam haalde de wind aan en werd Hindeloopen nog even getrakteerd op een fikse hagelbui. Tijdens deze bui vielen er aldus de overlevering ongekend dikke hagelstenen.
De daags na deze bui trok de Smok zoals gewoonlijk op zijn fiets naar Workum om daar zijn handel (vis) aan de man te brengen. Het gesprek bij iedere deur, waar de Smok zijn handel trachtte te verkopen, ging dan ook begrijpelijk over het slechte weer van de vorige dag. Bij iedere deur dat de Smok vertelde hoe dik de hagelstenen die in Hindeloopen waren gevallen werden ze echter groter en groter. Op t laatst van zijn ronde door Workum vertelde hij;
Hette mien jûnge yn Hylpen koe men troch de haigelstenen naat meer futsoenlijk oer de 't Oast ronne. Wie he jim stik fôr stik mei de krödde in de haiven dondere. En doe kest het leeuwe of naat mar de haigelstenen wieden so tok dat er mar trê in een krödde koeden. En dê we klaer wieden, aldus nog steeds de Smok,koeden we oer de haigelstenen fan de ene kant nei de ôre kant fan de haiven ronne. 1)
Tegenwind
Een ander sterk verhaal van de Smok speelde zich af toen er een Zuid -Wester storm over Friesland raasde. De s ochtends was de Smok gewoon vertrokken op zijn oude transportfiets met vier kisten vis voorop om zijn dagelijks brood te verdienen. In de loop van de dag wakkerde de wind aan tot windkracht negen á tien. Toen de Smok zo rond vier uur zijn handel aan de man had gebracht moest hij, met zware tegenwind, terug naar huis. Toen hij uiteindelijk in Hindeloopen op de haven aankwam werden hem, mogelijk om een reactie uit te lokken, vele complimenten gemaakt dat hij kans had gezien om met deze harde storm fietsende thuis te kunnen komen. En ja hoor, de complimenten misten hun uitwerking niet. Na de zoveelste lof uiting stak de Smok van wal;
Ja, ja, ut waeide fliegend. Os yk op de trappers stong kraike mien aald fiets van alle kanten. Ja wier, ut fôl naat mei. Elke keer dat yk un meter fôrut kôm waeide yk wur twa meter efterut. Mar ja, so jimme sên, yk he it redden. 2)
Voor de wind
Gelukkig had de Smok niet altijd tegenwind in zijn leven. Soms ging het hem (op de fiets) ook wel eens voor de wind. Nu waren de fietsen, zo te begrijpen valt, in die tijd over het algemeen niet zo degelijk uitgerust als tegenwoordig. Die van de Smok stelde tenminste niet veel voor. Het was een oude transportfiets zonder enige toeters en bellen. En van de hedendaagse terugtrap remmen had men toen nog nooit gehoord. Nee, de Smok zijn fiets was gewoon een z.g.n. doortrapper met een eenvoudige handrem die uiteraard stuk was. Op deze fiets vertrok de Smok op zekere dag richting Gaasterland. Dat er een fikse storm stond was voor hem geen enkel probleem want voorlopig had hij voor de wind, zo had de Smok reeds geconstateerd. s Avonds op de haven ontstond er echter een discussie hoe hard het wel niet gewaaid had die dag. Nu de Smok wist precies uit leggen hoe hard het die dag wel niet waaide;
Yk rukte fan e moarn om naugen ore ut. Yk hee de wient yn de e rech. Op ut lest hee yk, sonder te trapjen, so fúle gang dot yk om gang te minderen, so sterk ôremje most mei mien kloppen dot de rook er ôf kôm. Ja, jimme kenne ut leeuwe of naat, mar dê yk op oenleg wiet wiiden de klompen mii finôl fan é futten skroeit. Allonnich de kappen byngelen mii jitte om de ankels. 3)
Vertaling:
1) Wat mijn jongen, in Hindeloopen kon men door de hagelstenen niet meer fatsoenlijk over de straat bij de haven lopen. Wij hebben de hagelstenen stuk voor stuk met een kruiwagen in de haven gegooid. En je kunt het geloven of niet maar de hagelstenen waren zo groot dat er maar drie in een kruiwagen konden.En toen we klaar waren, aldus de Smok, konden we over de hagelstenen van de ene kant van de haven naar de andere kant lopen.
2)Ja,ja, het waaide zo vliegend hard. Als ik op trappers stond kraakte mijn oude fiets van alle kanten. Ja waar, het viel niet mee. Elke keer dat ik een meter vooruit kwam waaide ik weer 2 meter achteruit. Maar ja, zo jullie zien heb ik het gered.
3) Ik rukte vanmorgen om negen uur uit. Ik had de wind in de rug. Op het laatst had ik, zonder te trappen zoveel snelheid dat ik om snelheid te minderen, ik af moest remmen met klompen op de straat. Hierbij kwam de rook uit de klompen. Je jullie kunnen het geloven of niet maar toene ik op de "aanleg" (een driesprong op 2 km afstand van hindeloopen)was waren de klompen helemaal verschrooeid. Alleen de kappen bengelden mij nog om de enkels. N.B. In die tijd had men vrij algemeem fietsen zonder rem (zogenaamde doortrappers) of met een handrem die het veelal niet deed. Dus was het afremmen met de voeten een algemeen bekend verschijnsel.
Bron: Cursief uit overlevering. Recht gedrukt berust op enige fantasie.
|