Degoes zijn afkomstig uit het Andesgebergte in Chili (Zuid-Amerika). Daar leven deze vriendelijke en nieuwsgierige diertjes in rotsachtige gebieden. Ze klimmen en klauteren in struiken en bomen. Dit gedrag zie je nog steeds terug bij de degoes die we als huisdieren houden. Midden de 18e eeuw brachtten de Europeanen ze mee. Ze werden als eerste aanzien als eekhoornachtige. Maar deze leuke diertjes behoren tot de cavia-achtige.
Als huisdier worden ze nog niet zo lang gehouden, en dat is misschien maar goed ook omdat het geen huisdieren zijn voor iedereen. Ze hebben flink de ruimte nodig en het zijn geen huisdieren voor jonge kinderen. Het zijn namelijk niet echte knuffeldiertjes, daar zijn ze te beweeglijk voor.
Bij een goede verzorging worden degoes gemiddeld tussen de 5 en de 8/9 jaar. Dit is best oud voor een knager.
Een moeder was in de keuken aan het werken, toen ze haar vijfjarig zoontje hoorde spelen in de living met zijn treintjes. Ze hoorde de trein stoppen en haar zoontje zeggen: 'Al de imbicielen die nu willen afstappen moeten godverdomme maken dat ze van de trein zijn, want dit is de laatste halte! En al de onnozelaars die nu willen opstappen moeten maken dat ze met hun luie kont op de bank zitten want wij gaan vertrekken !'
De verbaasde moeder stapt de living in en zegt tegen haar zoon: 'Zulke taal gebruiken wij niet in dit huis, maak dat je in je kamer zit en dit voor twee uren. Als je terug uit je kamer komt wil ik zo geen woorden meer horen!'
Twee uren later zit het zoontje terug in de living te spelen met zijn treintjes en hoort de moeder haar zoontje zeggen: 'Aan al de passagiers, vergeet aub uw bagage niet mee te nemen. Wij danken u en hopen dat het een aangename reis was en hopen u weldra terug te mogen ontmoeten.'
Ze hoort haar kleine bengel verder vragen: ' Voor al degenen die juist terug zijn opgestapt, niet roken in de trein aub. Wij hopen dat u vandaag een aangename en ontspannende reis met ons kan meemaken.' Op het moment dat de moeder begint te glimlachen, hoort ze haar zoontje zeggen: 'En voor al degenen die pisnijdig zijn met de twee uren vertraging, u moet bij die trut in de keuken zijn!!'
Een man heeft een nieuwe Mercedes gekocht en gaat op een mooie zomeravond even lekker een stuk rijden... Het dak eraf, de wind glijdt door zijn haar en hij besluit eens te kijken hoe hard zijn wagen nou eigenlijk kan. Net als de kilometerteller een respectabele 180 km/u aangeeft, ziet hij in zijn spiegel 2 blauwe zwaailichten... Met geen mogelijkheid dat ze een Mercedes kunnen bijhouden, denkt hij nog en trapt de bolide nog harder op zijn staart. Pijlsnel vliegt hij over de weg : 190, 200, 230 zelfs, maar.. de politie zit nog steeds vlak achter hem. 'Waar ben ik godsnaam mee bezig?' denkt hij en hij gaat naar de kant van de weg. De agent loopt naar hem toe, pakt zijn rijbewijs zonder ook maar iets te zeggen, bekijkt zijn rijbewijs en auto aandachtig.
Ineens zegt hij: 'Ik heb een lange zware dag achter de rug en jij bent echt de laatste die ik aan de kant zet vandaag. Ik heb geen zin in nog méér papierwerk dus als je me een zééééér goed (!!!) excuus kan geven, ééntje die ik ook nog nooit eerder heb gehoord waarom je zo scheurde over de weg, dan laat ik je gaan!'
'Afgelopen week is mijn vrouw ervandoor gegaan met een politieagent,' zegt de man, 'en ik was bang dat je haar terug wilde geven!' Waarop de agent zegt: 'Een prettige avond nog...'
De degoe is voor weinig ziekten echt gevoelig. Net als knaagdieren kennen ze echter een scala aan mogelijke ziektes, waarvan de meest voorkomende aandoeningen de volgende zijn:
Infectie van de voorste luchtwegen ; te behandelen met het antibioticum Baytril.
Longontsteking ; te behandelen met Baytril.
Diabetes (suikerziekte). Symptomen zijn veel water drinken en staar. Zo nodig te behandelen met insuline. Suikerziekte is niet te genezen, maar wellicht wel te voorkomen. De degoe mag weinig suikers en vetten eten. Degoes met suikerziekte worden vaak niet oud.
Diabetes- of ouderdomsglaucoom (staar). Witte ogen kunnen niet alleen ontstaan door diabetes maar ook door ouderdom. Veel degoes krijgen staar op oudere leeftijd.
Darmstoornissen.
Hartfalen.
Aandoeningen aan de tanden
de tanden zijn afgebroken. Dit is in de regel niet zo'n probleem, omdat de tanden het hele leven lang blijven groeien.
doorgroeiende tanden, te behandelen door regelmatig knippen en voldoende knaagmateriaal aan te bieden.
de tanden zijn te lang en in de kaak gegroeid (de degoe kan niet meer eten). Als de tanden in de onderkaak zijn gegroeid moet daar zo snel mogelijk wat aan gedaan worden omdat de degoe dan niet meer kan eten. Te lange tanden kunnen veroorzaakt worden doordat de tanden niet recht boven elkaar in de mond staan, of doordat de degoe niet genoeg knaagmogelijkheden in zijn/haar kooi heeft.
de tanden zijn wit (i.p.v. oranje). Als de tanden van de degoe wit zijn heeft deze een mondziekte waar niets aan te doen is. De degoe zal dan niet lang meer leven. Men kan mondziektes voorkomen door steeds te zorgen voor vers en schoon water, kalkrijke voeding en een mineralenblok.
Shock ; o.a. te voorkomen door het vermijden van stress.
Zwaarlijvigheid. Te herstellen door het consequent aanhouden van een dieet (arm aan suikers en vetten).
Oververhitting ; o.a. te voorkomen door de omgevingstemperatuur beneden de 28 graden te houden en de degoes de gehele dag over hun zandbad te laten beschikken.
Afgebroken staart : de staart van de degoe heeft losgelaten. Als iemand aan de staart van een degoe trekt of deze komt klem te zitten, dan kan de degoe zijn staart loslaten. Dit is in de natuur een overlevingsmechanisme en wordt autotomie genoemd. Na het losgooien van zijn staart vreet hij deze aan. De staart groeit nooit meer aan.
Een kooi voor de degoe moet vanwege de behoefte om te knagen van glas of metaal gemaakt zijn. Hout of (hard) plastic worden weggeknaagd. Er zijn wel een aantal voor- en nadelen tussen een glazen en een metalen kooi.
Een metalen kooi bestaat altijd uit tralies, een glazen kooi is van volglas. Dat betekent dat een glazen kooi moeilijker te ventileren is, en bijvoorbeeld nooit in de zon mag staan. Een metalen kooi heeft weer als nadeel dat zeer makkelijk tocht kan ontstaan, waar degoes absoluut niet tegen kunnen. daarom moet de kooi altijd in een dood hoekje staan, nooit bij deuren of ramen in de buurt.
Een metalen kooi heeft verder als voordelen dat de diertjes gemakkelijk kunnen klimmen, krassen in de metalen tralies niet zo opvallen als krassen in glas en accessoires als een drinkfles en een tredmolen eenvoudig zijn te bevestigen. Een glazen kooi heeft als voordelen dat er geen substraat buiten de kooi kan komen, en glas is gemakkelijker is schoon te maken dan de vele tralies van een metalen kooi. De tralies kunnen beter niet geverfd worden omdat de degoes er ongetwijfeld aan zullen knagen.
Een ander belangrijk verschil is dat een metalen kooi meestal een opening aan de zijkant heeft, glazen kooien (zoals oude aquariums) hebben een opening aan de bovenzijde. Net als cavias en hamsters zijn roofvogels belangrijke vijanden en als een degoe van boven benaderd wordt kan het diertje schrikken en zal soms bijten.
Andere vereisten
Degoes zijn erg beweeglijk en daarom hebben ze behoorlijk wat ruimte nodig. De kooi moet vooral hoog zijn, minimaal vijftig centimeter. Een voordeel van een grote kooi is dat de degoes zich fijner voelen omdat ze genoeg ruimte hebben om te klauteren en zich beter kunnen terugtrekken. Zelf kan je ze ook veel meer zien bewegen en als er uitbreiding op komst is van het aantal dieren in de kooi kan dat gemakkelijk.
De inrichting van de kooi bestaat uit een voederbak en een drinkflesje. De voerbak moet wel zwaar genoeg zijn zodat ze deze niet kunnen omgooien. Het waterflesje dient liefst van glas te zijn zodat ze het niet kapot kunnen bijten. Verder moeten er in de kooi genoeg klimmogelijkheden zijn, zoals trapjes en takken. Ook moeten er voldoende dingen zijn om te kunnen knagen, zoals een knaagsteen en takjes van wilgenbomen en fruitbomen. Een nestkastje in de kooi geeft de degoe de mogelijkheid zich terug te trekken, degoes schuilen graag in donkere hoekjes. Er moet ook echt een tredmolen in de kooi aanwezig zijn omdat ze graag rennen en zo hun energie kwijt kunnen.
Degoes hebben gevoelige longen, dus de bodembedekking mag niet stoffig zijn. Doordat de degoe erg beweeglijk is laat hij alles opwaaien, stro of zaagsel zijn al te stoffig voor degoes. Behalve dat er stof tussen het zaagsel zit, is het gemaakt van naaldhout dat abietinezuur bevat. Dit tast o.a. de luchtwegen en lever aan en kan allergische reacties opwekken. Ook dennenhout blijkt niet goed te zijn voor de degoes. Voorkeur verdienen houtkrullen waaronder een laagje kattenbakkorrels is gestrooid, die absorberen alles erg goed en de kooi ruikt iets langer fris. Hoe vaak de kooi verschoond moet worden hangt af van het aantal degoes dat er in zit en de grootte van de kooi. De bodembedekking kan het best iedere week worden vervangen.
Naast de bodembedekking is ook chinchillazand benodigd, omdat degoes graag in dit zand gaan liggen rollen. Hierdoor wordt hun vacht lekker schoon en er komt een mooie glans op. Door dit zand vaak te zeven of te vernieuwen kunnen ze zich steeds in schoon zand badderen. Om te vermijden dat het zand naast het badje valt moet het bakje smaller zijn aan de bovenkant. Degoes zijn ook gek op hooi waarmee ze nestjes maken en waarop ze graag knagen. Ook in het hooi mag er natuurlijk geen grote hoeveelheid stof zitten.