8/10 Twee dagen dat elke ziel in het Vagevuur kunnen geholpen worden - Living Faith Daily Stel je voor dat miljoenen zielen nu op je wachten, maar je nooit weet wanneer de Hemel hen toestaat je gebeden te ontvangen? De H. Faustina schreef ooit dat er speciale uren zijn waarop Gods barmhartigheid overstroomt als een rivier. En in die uren kunnen zelfs de diepste zielen in het Vagevuur verlichting voelen als iemand zich hen maar herinnert. Er zijn twee dagen per jaar waarop elke ziel in het vagevuur geholpen kan worden wanneer de Hemel onbeperkt luistert.
Elk jaar op 2 november, Allerzielen, de dag waarop het hele Mystieke lichaam van Christus zijn hart richt naar degenen die nog wachten in het Vagevuur. De Catechismus van de Katholieke Kerk herinnert ons eraan: "De kerk prijst ook het geven van aalmoezen in boetedoeningen voor de doden, en de Heilige Schrift bevestigt dit." Hier zijn drie manieren waarop elke katholiek een reddingslijn kan worden voor die zielen die nog steeds door liefde worden gezuiverd.
1 Bereid eerst je ziel voor. Voordat je voor anderen bidt, stap dan zelf in de genade. Ga naar de biecht. Woon de mis bij. Bied die dag je communie aan voor de vergeten zielen. Wanneer je hart rein is, draagt je gebed de geur van heiligheid die veel verder reikt dan wat je kunt zien.
2 Creëer een heilige ruimte. Steek een kaars aan. Plaats een afbeelding van Christus of de goddelijke barmhartigheid op je tafel. Zit even in stilte en fluister: "Heer, laat deze vlam een teken van hoop zijn voor hen die lijden in liefde. Zelfs één kaars kan de duisternis van duizend zielen doorbreken."
3 Geef je over en vertrouw. Bid langzaam de rozenkrans van de goddelijke barmhartigheid. Haast je niet met de woorden, adem ze in. Adem in, Jezus, adem uit, ik vertrouw op U. Dit ritme wordt een rivier van barmhartigheid die stroomt door de tijd zelf. En als je klaar bent, fluister dan een eenvoudige offerande voor allen die vandaag zijn gestorven. Heer, heb genade. Je zult de zielen die je bevrijdt misschien nooit ontmoeten, maar in de Hemel zullen ze je naam kennen. Jij bent misschien de reden dat één ziel eindelijk het licht ziet.
En de tweede dag is de verjaardag van de dood van elke ziel, de dag waarop goddelijke genade elke ziel op een bijzondere manier lijkt te bezoeken. De H. Faustina schreef ooit dat Gods genade haar eigen tijden en seizoenen kent. En net zoals elke Heilige een feestdag heeft, hun geboortedag in de Hemel, zo geloofden veel mystici dat elke ziel in het Vagevuur een hernieuwde genade ervaart op de dag dat ze deze wereld verlieten.
Het is geen officiële leer van de Kerk, maar een privéopenbaring, een teder inzicht uit het hart van de genade zelf. Eenmaal per jaar, op de dag dat ze sterven, mag elke ziel een moment van goddelijke troost ontvangen, een zacht licht dat door de schaduwen breekt. En als we op die dag bidden, ontmoet onze voorspraak die genade precies wanneer die het meest nodig is. Dat betekent dat er elke dag van het jaar, van 1 januari tot 31 december, zielen wachten die die dag delen als hun sterfdag.
Je kent hun namen misschien niet, maar de Hemel wel. Fluister daarom vandaag eenvoudigweg voor allen die deze wereld juist op deze dag hebben verlaten. Heer, schenk hen barmhartigheid en vrede. Eén kort gebed, uitgesproken in geloof, kan door de eeuwigheid heen weerklinken. Veel Katholieken bidden met diepe devotie voor de zielen in het Vagevuur. En het beoefenen deze bewegingen van de ziel helpen hierbij:
1 Heilige ademhaling. Als je bidt, adem dan zachtjes. Adem de heilige naam Jezus in. Adem je vertrouwen uit. Ik vertrouw op U. Laat elke ademhaling een puls van barmhartigheid worden die door de wereld stroomt.
2 Neem momenten van heilige stilte na elk tientje van de rozenkrans of elk gebed van de rozenkrans, pauzeer een paar seconden in die stilte. Stel je voor dat de zielen luisteren, wachten en drinken uit de stroom van genade die jouw gebed vrijmaakt.
3 Hou een contemplatief ritme. Wissel het Kroontje van Goddelijke Barmhartigheid, de Rozenkrans en korte lezingen uit de Schrift af. Deze variatie houdt het hart wakker en de ziel aandachtig.
4 Innerlijke offergave. Verenig je eigen pijn, eenzaamheid of ziekte met het Kruis van Christus. Zeg zachtjes: Jezus, wij offeren dit voor de zielen die meer lijden dan ik. Dit transformeert je lijden in een vorm van barmhartigheid. Onthoud: gebed is geen lawaai. Het is de adem van barmhartigheid die op en neer gaat in het ritme van Gods hart. Zelfs wanneer woorden vervagen, hoort de Hemel nog steeds de stilte van liefde.
Later, deelde de H. Faustina een ander visioen. Christus zei tegen haar: "Breng hen verlichting door je gebeden en offers." En vanaf dat moment offerde ze alles, elke pijn, elke hartslag voor de zielen die gezuiverd werden door liefde. Faustina's getuigenis herinnert ons eraan dat goddelijke barmhartigheid een levende stroom van genade is, die stroomt tussen Hemel, aarde en Vagevuur. Wanneer we het Kroontje van de goddelijke barmhartigheid bidden, sluiten we ons aan bij die stroom. Onze stemmen worden deel van dezelfde barmhartigheid die Christus uit Zijn Hart uitstortte aan het Kruis.
De H. Faustina laat ons zien dat geen enkele daad van liefde verspild wordt. Elk gebed, hoe klein ook, wordt een druppel barmhartigheid die in het vuur valt. En zelfs één druppel kan het lijden van een ziel verkoelen. De H. Faustina noemde het Kroontje van de goddelijke barmhartigheid ooit het anker van de zielen. Op het moment dat je zegt: "Omwille van het smartelijk van Uw Zoon“, raakt die lijn van barmhartigheid een ziel die wacht op hoop.
De H. Faustina schreef dat Jezus beloofde: "Wanneer ze dit Kroontje bidden in aanwezigheid van de stervende, zal Ik tussen Mijn Vader en de stervende ziel staan, niet als rechtvaardige Rechter, maar als barmhartige Redder." Als Zijn genade de stervenden kan omarmen, hoeveel te meer zij die reeds de Zijne zijn, maar nog steeds gezuiverd worden. Elke kraal die je beweegt, elk woord dat je uitspreekt, wordt onderdeel van een ketting die zich uitstrekt van je handen tot de poorten van de Hemel. Elke Jezus die ik op U vertrouw, wordt een anker dat een ziel dichter bij de oever van de eeuwigheid brengt.
|