Als het rijmen me niet meer wil lukken hoef ik me de haren niet uit te rukken. Dat gaat nu immers helemaal vanzelf, ik krijg wellicht een glad gewelf. De haren vind ik nu met handenvol, wis en zeker krijg 'k nu een gladde bol ! Jaren mocht ik pronken met m'n volle kop, mijn bruine dos bleef steeds rechtop. 'k Mocht voor m'n achtenvijftig heus niet klagen, de grijze lokken durfden maar niet op te dagen. Maar nu, bij 't wassen, was het schrikken ! Wat zeg ik ? Het was méér dan stevig slikken ! De tranen waren, geloof me, zéér nabij, van zoiets word een mens nu écht niet blij. Als aandenken stopte ik wat in een zakje en begin nu m'n zoektocht naar... een klakje. Ludo, Sint Job 14 april 2014
|