Dezelandelijke gemeente omhelst de deelgemeenten Geetbets, Grazen en Rummen. Ik trok vandaag m'n wandelschoenen nog eens aan en nam er 2 wandelingen onder de loepen. De startplaatsen situeren zich in elkaars nabijheid aan de kerk en de pastorie. De St.-Pauluskerk is een typische classicistische plattelandskerk en dateert uit 1766 - 1769. De pastorie werd gebouwd in 1752 - 1753. In de voortuin staat een "Ginko Biloba", een uit China ingevoerde boomsoort en deze in Geetbets is wellicht de oudste van België.
De Arontshoekwandeling ( 9 km)
De watermolen op de Gete werd waarschijnlijk opgetrokken in 1655 en was zowel graanmolen, slagmolen als hennepbreekmolen. De sluis dateert uit 1720. We passeren een uitkijktoren van waarop we een mooi uitzicht hebben op het Leenbroek en de vijvers ; een paradijs voor de blauwe reiger, wilde eend en waterhoen. De boerderij die we in de verte zien wordt in de volksmond "Zigeros" genoemd, werd reeds in 1302 vermeld als "Ter Vroenden" en behoorde tot de bezittingen van de abdij van oriënten in Rummen. Als je in het Warandebos 2 mannen in een koets rood van vuur en getrokken door vier zwarte paarden met vlammende neusgaten ziet ronddwalen, niet schrikken, het is slechts een legende. Hier werd omstreeks 1365 het machtige slot van de laatste onafhankelijke graaf van Loon, Arnold van Rummen, tegen het prinsbisdom Luik verdedigd en waarbij voor het eerst in België gebruik werd gemaakt van buskruit. Het opschrift aan de Warandekapel verwijst ook naar deze gebeurtenis. Het kasteel van Terlenen maakte deel uit van een hoeve die tot de Franse Revolutie aan de abdij van Oriënten te Rummen toebehoorde. Het werd in 1820 heropgebouwd na ernstig gehavend te zijn door de troepen van Napoleon. Het boerderijgedeelte dateert uit de 17de eeuw. Aan de Motte(verhoogde gracht) onstond de gemeente Geetbets. De Motte heeft thans nog een diameter van 34 meter en een hoogte van 4 meter. Ze diende als verdeding van de graven van Leuven en hertogen van Brabant op de grens van het hertogdom Brabant (geetbets) tegen het graafschap Loon (Rummen en Grazen). Hardnekkige geruchten vertellen dat er nog alvermannen onde de heuvel zouden huizen. Prachtige wandeling met veel natuur.
Grootveldwandeling ( 8 km)
Deze wandeling voert ons naar Hogen, een gehucht van Geetbets. Het ligt op 64 meter boven de zeespiegel en is daarmee het ' hoogste ' punt van de regio. Niet zomaar een gehucht, want het vormt een apparte parochie, verspreid over de gemeenten Kortenaken, Geetbets en Budingen (Zoutleeuw). Vooraleer we Hogen passeren ontdekken we nog een paar kapelletjes op onze weg. De Antoniuskapel uit de 19de eeuw is gelegen op het kruispunt van de Heirbaan, de voormalige verbindingsweg tussen de Brabantse steden Zoutleeuw en Halen. De kapel O.L.Vrouw van Bijstand ligt in de Bergenstraat en zoals de naam Bergen al laat vermoeden (net als in Hogen) bevinden we ons hier op 61 meter boven de zeespiegel. Ter vergelijking, de Gete, die we zeker op onze vorige tocht meermaals kruisten, stroomt op 25 meter boven de zeespiegel. Op het einde van deze wandeling volgen we een stukje de vroegere spoorwegbedding van de lijn 26 Tienen - Diest - Mol. Het is van 1964 geleden dat hier de laatste goederentrein voorbij pufte. Nu is het een druk bereden en rustig mooi fietspad. Van deze wandeling kan ik jullie spijtig genoeg geen foto's tonen, want m'n batterijen waren leeg. Bij gelegenheid ga ik die nog wel eens maken.
Melkwezer is een agrarisch dorpje en deelgemeente van Linter . We starten onze wandeling aan de Sint-Pancratiuskerk uit 1867. De heilige Pancratius werd vooral aanroepen tegen de "huilmuil", dit waren kinderen die te veel weenden of erg lastig en zenuwachtig waren. De voormalige pastorie "Het s'Hertogenhof " dateert uit 1747 en was een groot complex met stallingen en een wijnhuis. Op een heuvel ontdekken we de Walsbergenhoeve. Het huidige kasteel van Wommersom is een landhuis dat dateert uit 1880 dat gebouwd werd op de plek waar zich voorheen een veel groter kasteel bevond. (zie ook Maltezer wandeling). De kapel van 't Serclaes werd gebouwd door een bewoner van het kasteeltje, graaf Théodore 't Serclaes en dateert uit 1855. Het is opgericht ter ere van Maria Onbevlekte Ontvangenis. Het wapenschild van de familie is ingemetseld boven de deur (foto inzet). De Grote Gete ontspringt te Perwez op het Brabantse leemplateau en vloeit in Budingen samen met de Kleine Gete. Een 15 tal km verder mondt de Gete uit in de Demer. Tot de brug die naar Neerlinter leidt maakt de rivier mooie meanders en slingert ze zich door de weiden. Het landschap wordt bepaald door weiden, hagen en rijen populieren. Langsheen de weg treffen we vooral meidoorn en vlier aan. Tussen Melkwezer en Wommersom treffen we ook het natuurgebied Walsbergen aan (zie eveneens Maltezer wandeling).
De wandeling start aan de pastorie in de Langstraat te Neerhespen, deelgemeente vanLinter.De naam zou komen van "espe", wat boom betekent. In 1684 werd het dorp door de Fransen geheel afgebrand en in 1693 onderging het nogmaals hetzelfde lot. Ze lieten maar één huis staan. De St.- Mauritiuskerk werd in 1773 heropgebouwd op de fundamenten van de vorige kerk. In het midden van de gevel aan de straatkant kun je een kanonskogel ontwaren, een projectiel van de slag van Neerwinden van 18 maart 1793, die ingemetseld is. Aan de overkant ontdekken we de hoeve Zurpele, een vierkantshoeve die vroeger als brouwerij heeft gediend. De vrouw des huizes noemde Loriers, een gekend brouwersgeslacht uit Hoegaarden. We trekken de velden in : niet verwonderlijk dat deze streek ook wel eens de "graanschuur" van België wordt genoemd. Ook een typische holle weg mag in deze wandeling niet ontbreken. Kapel t' Eikske is gebouwd in 1713. Naar verluid werd op deze plaats in 1567 een Maria- beeldje vereerd aan een eik. Op naar de volgende kapel, namelijk de kapel van het Heilig Kruis. Volgens de legende vond een landbouwer op deze plaats in de middeleeuwen een Christus-beeld. Het landschap dat voor ons ligt is adembenemend. Het is op deze uitgestrekte akkers dat zich de slag van Neerwinden tussen Fransen en Oostenrijkers heeft afgespeeld op 18 maart 1793. 2 infoborden geven ons de nodige uitleg over dit historisch evenement. Dit was meteen de laatste wandeling in de reeks van 12 wandelingen in Hagelands Haspengouw. Op naar de Gete - en Velpevallei.
Vermoedelijk heeft Pepijn te Landen een voormalig Romeins villadorp bewoond. Zijn afkomst moet gezocht worden bij de Franken, die zich vooral in de 5de eeuw in Haspengouw vestigden. In 640 overleed hij en zou hij te Landen zijn begraven. Zijn stoffelijk overschot zou naar Nijvel zijn overgebracht waar zijn dochter Sint-Gertrudis abdis was. Zij werd later de patrones van de stad. Via zijn andere dochter Betta werd later Karel de Grote geboren. De wandeling start aan de archeologische site (zie vorig verslagje). In de nabijheid hiervan ontdekken we de "Tombe van Pepijn", een begraafplaats uit de 13de eeuw. De motte is 11 m hoog en heeft een diameter van ongeveer 40 meter. We wandelen naar Overwinden en in de nabijheid van de 16de eeuwse Sint - Wivinakerk ontdekken we een Lourdesgrot.We duiken de velden in, een afwisseling van akkers en boomgaarden. Reeds van ver duikt de "Plattetombe" van Waasmont op (foto inzet), een tumuli (romeinse grafheuvel), met een wat uitzonderlijke langgerekte vorm omdat hij vermoedelijk gedeeltelijk werd afgegraven. De Sint-Pancratiuskerk van Waasmont dateert uit de 18de eeuw. Achter de kerk ontdekken we het 19de eeuwse kasteel; een groot huis met mansardedak waarvan de vensters en toegang omlijst zijn met zandsteen. Wat zou een wandeling in deze streek zijn zonder kapelletje. De Mariakapel werd ingewijd in 1808 en wordt overschaduwd door 4 mooie lindenbomen. Is de éénboom in het zicht zit onze wandeling er weer bijna op. Weer een beetje geschiedenis rijker, hing ik voor vandaag met dit warme weer de wandelschoenen aan de haak.