Volgens het parket-generaal bij het Hof van Cassatie moeten die beroepen worden verworpen, enerzijds omdat ze te laat ingediend zijn en anderzijds omdat ze niet ontvankelijk zijn. De verdediging van Els Clottemans is het daar niet mee eens.

Els Clottemans werd op 21 oktober 2010 tot dertig jaar cel veroordeeld voor de moord op Els Van Doren. Op 25 oktober ging ze in cassatie, maar volgens het parket-generaal deed ze dat alleen tegen het eindarrest over de strafmaat en niet tegen het arrest van 20 oktober waarbij ze schuldig werd verklaard. Tegen dat arrest over de schuld tekenden de advocaten van Clottemans pas cassatieberoep aan op 21 januari 2011, maanden te laat.

'Geen eerlijk proces'

Bovendien zou het eerste cassatieberoep van 25 oktober onontvankelijk zijn omdat het middel waarop het gebaseerd is, niet het arrest over de straf van 21 oktober viseert, maar wel dat over de schuld van 20 oktober.

Het middel, namelijk dat Els Clottemans bij haar verhoren door de politie niet werd bijgestaan door een advocaat zoals de Salduz-rechtspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens voorschrijft, zou ook nooit opgeworpen zijn voor het assisenhof.

In voorhechtenis

Dat argument is voor de advocaat van Els Clottemans, meester Raf Verstraeten, geen reden om het cassatieberoep te verwerpen: 'Mijn cliënt hoorde pas bij haar veroordeling dat haar verklaringen aan de politie als bewijs tégen haar werden gebruikt. Voordien zag zij geen probleem met die verhoren. Nu ze als bewijs gebruikt zijn, moeten ze wel voldoen aan de Salduz-criteria en dat doen ze niet. Ook omdat Clottemans toen in voorhechtenis zat en zich in een kwetsbare positie bevond.'

Meester Verstraeten bestrijdt ook de laattijdigheid van het cassatieberoep. 'Het is duidelijk dat Els Clottemans in cassatie wilde gaan tegen haar veroordeling én tegen haar schuldigverklaring. Hier is alleen sprake van een materiële vergissing omdat de gevangenisbeambte een verouderde formule heeft gebruikt.'


Nieuwe formulieren


In februari bezorgde het ministerie van Justitie de gevangenisdirectie trouwens nieuwe formulieren voor de cassatieberoepen tegen assisenveroordelingen, waarop het onderscheid tussen de arresten over schuld en straf duidelijk gemaakt wordt.
Voor meester Verstraeten het bewijs dat er voordien wel degelijk verwarring mogelijk was.