"Het is bovendien opvallend dat het dier op de grote heidegebieden met grote slangenpopulaties gesignaleerd wordt, waaronder adders in de Antwerpse heidegebieden en gladde slangen in Limburg. Perseizoen eet een slangenarend met één jong 700 tot 800 slangen, te veel dus voor wat voorhanden is", aldus Wim Van den Bossche van Natuurpunt.

De slangenarend, met een spanwijdte van 180 centimeter, broedt in Europa in Zuid-Frankrijk, Spanje en Oost-Europa. Overwinteren doen deze vogels ten zuiden van de Sahara.De slangenarend is een kleine, lichtbruine, buizerdachtige vogel van ca. 63 à 67 cm groot. De volwassen en juveniel is van boven bruin, van onderen wit terwijl de kop en borst meer of minder donkere strepen en banden vertonen.

Het bruin van de bovendelen kan erg variëren, maar onderdelen zijn karakteristiek bijna geheel wit, op de donkere vleugelpunten na, die dan ook in de vlucht duidelijk zichtbaar zijn.

De zware kop, die losjes is bevederd, is uilachtig. De staart is lang met donkere banden die vaak als een waaier bijeen wordt gehouden, vooral als hij typerend maar wat klungelig met hangende poten probeert te bidden.

Zijn roep bestaat uit een schel “jieee” en een blaffend “ok – ok”.

Het woongebied is een rotsachtig en bergachtig landschap waar zijn favoriete voedsel, slan-gen en hagedissen aanwezig zijn, zoals in de Gorges de la Jonte, de Tarn, de Causses en de Cévennen.

Dat de aanwezigheid een invloed heeft op slangen en hagedissen, ontkent Van den Bossche niet. "Tot nu toe is er geen reden om bezorgd te zijn. Van zodra het voedselaanbod vermindert, trekken die vogels weg."

Bron: http://www.gva.be/