De Doos
Reflecties ten tijde van pandemie
08-08-2021
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.En de economie?

Als de pandemie ons één ding geleerd heeft, dat is het wel hoe één probleem de volledige wereld in de tang kan nemen en hoe snel weerstand ontstaat tegen maatregelen van de overheid genomen om een crisis te bezweren.

Dat kan ons alleen maar vervullen met bezorgdheid, want een andere – nog veel grotere – crisis klopt aan de deur: de klimaatverandering. Wie kan nog ontkennen dat er met het klimaat iets ernstigs aan de hand is? Wie durft er nog te stellen dat we het met enkele nieuwe wetenschappelijke innovaties wel zullen klaren?

Pandemie en klimaatcrisis zijn nauw gelinkt aan de economie.

Volgens Jan Eeckhout, Belgisch econoom en auteur van het boek “The profit paradox, how thriving firms threaten the future of work”, domineren vandaag de dag twee fundamentele problemen het economische debat: de klimaatcrisis en de polarisering als gevolg van het gebrek aan concurrentie. Dit zijn op het eerste gezicht twee verschillende problematieken, maar niets is minder waar, want ze zijn uit economisch perspectief nauw met elkaar verbonden.

De twee uitdagingen zijn niet nieuw. Al in de eerste industriële revolutie heeft de economie hiermee te maken. De snelle technologische vooruitgang, zorgde voor snelle economische groei, maar ook milieuvervuiling en economische ongelijkheid. Nieuwe uitvindingen volgden in de tweede industriële revolutie (olieraffinaderij, treintransport en telefonie), en het einde van de twintigste eeuw werd gekenmerkt door informatisering van de economie. Zulke tijdperken van snelle technologische vooruitgang verhogen de gemiddelde levenskwaliteit en rijkdom. Tegelijkertijd bewerkstelligen ze ingrijpende hervormingen in onze sociale en natuurlijke levenssfeer. De nieuwe rijkdom is niet evenredig verdeeld en de nieuwe technologie levert steeds grotere milieuschade op.

Er bestaat geen perfect vrije markt. Om gewone, simpele dingen te produceren, werkt de vrije markt goed. Maar goederen en diensten die tot stand komen dankzij baanbrekende innovatie, brengen schaalvoordelen met zich die economisch interessant zijn, maar uiteindelijk concurrentie tegenwerken of zelfs beletten. En tegelijk kan nieuwe technologie zó vooruitstrevend zijn dat we volop dingen produceren terwijl we nog niet eens weten of ze gerecycleerd kunnen worden.

De marktmacht van de dominante bedrijven en de milieuvervuiling zijn een voorbeeld van een falende markt. Dat betekent niet dat er geen oplossingen bestaan die gebaseerd zijn op de markteconomie. Met meer concurrentie verdwijnt de marktmacht en door het financieel en juridisch bezwaren van alle vormen van milieuvervuiling – zowel voor de producent als voor de gebruiker – kan milieuvriendelijke technologie gestimuleerd worden. Op die manier kunnen we de marktkrachten in positieve zin aanwenden. Maar dat vraagt wel om een overheid die de spelregels vastlegt en actief corrigeert; een overheid die zich bijgevolg heeft losgemaakt van alle soorten van beïnvloedings- en drukkingsmechanismen.

Er zijn twee grote hindernissen die de toepassing van een economie met de overheid als scheidsrechter enorm bemoeilijken. Zowel de klimaatcrisis als het gebrek aan concurrentie zijn van globale aard en vereisen bijgevolg globale oplossingen. En we weten hoe moeilijk de moderne wereld het heeft met het uitwerken van globale oplossingen! Het tweede obstakel heeft te maken met de democratie. De dominante bedrijven hebben een steeds grotere greep op de politiek. Meer marktmacht creëert winst en winst geeft bedrijven de middelen om de politiek te beïnvloeden en zelfs in bepaalde richtingen te dwingen. Indien de overheid erin zou slagen als onafhankelijke scheidsrechter op te treden en indien globale instellingen – een soort van centrale banken - de spelregels zouden mogen bepalen aan de hand van feiten en wetenschappelijke inzichten, dan zouden we beter gewapend zijn tegen de grote uitdagingen van pandemieën en klimaatverandering.

BRON: De Standaard – 7 en 8 augustus 2021 - De groene hand van Adam Smith. Door Jan Eeckhout.

08-08-2021 om 16:09 geschreven door Danny Vonken

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
>> Reageer (0)
06-08-2021
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Pandemie en klimaatrampen

Langzamerhand worden we de noodsituaties beu. Nauwelijks heeft de pandemie aan kracht verloren, of de klimaatcrisis ontvouwt zich in de vorm van de ‘overstroming van de eeuw’ met daarnaast onmetelijke bosbranden en vernietigende modderstromen en dat alles wereldwijd. De vraag zou kunnen zijn, of we hier wel te maken hebben met crisissen?

Volgens de betekenis van het woord is een crisis ‘een overdreven uitzonderlijke situatie, een keerpunt waarop duidelijk wordt of er een oplossing wordt gevonden of niet’. Voor Hippocrates bijvoorbeeld waren de beslissende dagen voor een ziekte een crisis, omdat werd besloten of het organisme zich herstelde of instortte. Of het nu gaat om een psychologische, economische, militaire, sociale crisis of een betekeniscrisis: de horizon is altijd een ideale wereld, een gezonde, althans relatief onproblematische situatie.

Verwijzen de verschrikkelijke overstromingen als toonbeeld van de klimaatcrisis of de pandemie naar een crisis? Enerzijds, ja:  de schade door overstromingen zal binnen afzienbare tijd en met gebruik van ongeziene financiële en logistieke middelen worden geëlimineerd, en vroeg of laat zal hetzelfde gelden voor de pandemie.

Aan de andere kant nee: want corona en overstromingen tonen aan dat het vooral de samenleving zelf is die in een crisismodus is terechtgekomen, die overweldigd wordt met de noodzaak om verstoringen en uitdagingen het hoofd te bieden.

Met betrekking tot de klimaatcrisis zei de Franse filosoof en socioloog Bruno Latour ooit heel treffend: "Spreken van een crisis betekent helaas zich ernaar schikken dat ze voorbij zal gaan, dat we ze binnenkort achter ons zullen laten”.

Wat een groot ongemak veroorzaakt, is de angst of het voorgevoel dat het niet bij één keer zal blijven.

Natuurlijk is de overstroming ook een teken aan de wand van een toenemende frequentie en waarschijnlijkheid van dergelijke weersomstandigheden als gevolg van de klimaatverandering. Cruciaal is echter vooral de overtuiging dat enerzijds alle kennis en alle middelen voorhanden zijn om een aantal problemen aan te pakken. Maar aan de andere kant is het frustrerend vast te stellen dat het niet mogelijk is om deze middelen goed in te zetten of de bestaande kennis toe te passen.

Wat er gebeurt, beperkt zich tot oproepen uit alle soorten van hoeken dat we de problemen met z’n allen moeten oplossen en dat er collectieve inspanningen vereist zijn. We moeten ons leven veranderen, de zin van onze economische activiteit in vraag stellen en zo verder. Geruststellen door te overtuigen is populair en toch is het slechts een symptoom van het niet onder ogen zien van ons onvermogen om problemen op te lossen. Deze desoriëntatie is ook te wijten aan het feit dat wat betreft de corona- en klimaatcrisis de samenleving zelf met haar verwerkingsregels in een crisis verkeert.

Want de moderne samenleving en cultuur worden gekenmerkt door een uitgesproken vorm van machts- en werkverdeling, decentralisatie, onderbroken coördinatie, emancipatie van de delen van het geheel. De unieke prestatie van de moderne wereld is het resultaat van differentiatieprocessen. Bijgevolg is de moderne maatschappij goed in het oplossen van geïsoleerde en speciale gevallen, maar krijgt ze het zeer moeilijk met collectieve uitdagingen. Als er tijdens de coronacrisis geblunderd werd, dan was dat het mislukken in het combineren en afstemmen van ongelijksoortige logica’s, zoals het vertalen van wetenschappelijke evidenties naar politieke maatregelen waarbij een meerderheid zich kan aansluiten of een goed evenwicht te vinden tussen medische noodwendigheden en economische continuïteit. Anders gesteld heeft dat alles te maken met het opgeven van het holisme - naar het geheel kijken en niet naar de som van de verschillende onderdelen waarvan iets is opgebouwd - als basisideologie.

Het afstand doen van volledige staatscontrole is een beschermend mechanisme, dat vrijheid mogelijk maakt omdat het afwijking en pluraliteit beloont. En het sluit een structurele beperking van heerschappij en totale overheersing uit. Het is niet toevallig een eigenschap van het nationaalsocialisme, het fascisme en autoritaire regimes zoals Rusland en China, om deze beschermende mechanismen hardhandig buiten spel te zetten.

Om in het reine te komen met wat als een crisis is ervaren, kan het zelfs vandaag de dag misleidend zijn om deze waarborgen van de moderniteit opzij te willen schuiven, omdat op dit moment het risico van machtsverdeling, differentiatie en decentralisatie duidelijk wordt: markten zijn inderdaad grote probleemoplossers maar ze creëren eveneens grote problemen, en veel producten die de markt nodig heeft, kan het leefmilieu best missen.

Democratie is een ingenieuze vorm van besluitvorming, maar mensen kiezen soms voor de verkeerde oplossingen en gaan om principiële redenen in de tegenaanval. Wetenschap is ongelooflijk krachtig, maar kan de verwachting van ondubbelzinnige oplossingen niet stillen. Onderwijs brengt kennis bij de mensen, maar meer onderwijs zorgt altijd voor meer tegenstellingen en minder consistent gedrag.

Het onbehagen in de klimaat- en coronacrisis voedt zich met deze interne tegenstellingen. Het is geen toeval dat aan het begin van de eerste shutdown vorig jaar enkele sociale wetenschappers opgewonden en vol hoop opperden dat men de problemen zou kunnen beheersen zodra de structurele beschermende mechanismen van de samenleving werden opgeheven. Een afschrikwekkende fantasie?

De crisissen van de samenleving zijn geen crisissen in de zin van Hippocrates. Ze wijzen eerder op een permanente toestand die diep verankerd zit in de structuur van de samenleving en duiden op een dubbelwaardigheid die niet kan worden overwonnen door politieke beslissingen, omdat ook deze eraan onderhevig zijn. Politieke beslissingen zijn in ieder geval in een democratie ook afhankelijk van de publieke opinie en van een machtscyclus die als eerste beslist wat legitiem kan worden besloten. De ervaring tijdens de pandemie was dat gedragsnormen in alledaagse situaties niet met geweld kunnen worden afgedwongen en dat het mechanisme van de politiek altijd oppositie opwekt, bijvoorbeeld stemmen die pleiten voor vrijheid maar zich niets aantrekken van de vrijheid van de anderen, of die een proefdraaien in verband met een tijdelijke beperking van vrijheidsrechten als algemene en definitieve opschorting van vrijheid invullen. Dergelijke stemmen zijn enerzijds het gevolg van intellectuele zwakte, maar zijn anderzijds ook een uiting van een open samenleving die erin gelukt zich aan controles te onttrekken.

De grote uitdaging van de pandemie was en is dan ook vooral dat zichtbaar te maken wat anders verborgen blijft door de gebruikelijke routines. Zoals de Duitse filosoof Ernst Bloch zei, heeft de pandemie de wereld herkenbaar gemaakt; ze bevond zich helemaal niet in een uitzonderlijke situatie, maar toonde zich in zijn structuur: gevormd door tegenstrijdige doelen, door onbestuurbaarheid, door vertaalproblemen van voornemen naar praktijk.

Een vraag daarbij zou kunnen zijn of autoritaire bestuursvormen zoals in China en Rusland veerkrachtiger en crisisbestendiger zijn?  Het gebrek aan democratie en liberalisme wordt daar niet meer met beschaamdheid erkend, maar veel erger tot een programma gemaakt. De gevolgen in de praktijk spreken voor zich en hebben niet veel duiding nodig.

Het Westen daarentegen heeft veel verdienste, maar de praktijk in crisismodus laat een wrange smaak na. Misschien is dat momenteel de echte crisis. En misschien is dat de perfecte uitdaging voor een zelfverzekerde zelfcorrectie van onze samenlevingsvormen. Dergelijke zelfcorrecties moeten procedures uitvinden die kunnen omgaan met tegenstrijdige doelen, zoals bijvoorbeeld tussen medische en economische logica.

Heel mooi als oplossing! Even mooi als geruststellen door te overtuigen! Maar we weten allemaal hoeveel garen we daarmee gesponnen hebben.

Blijft dat onze samenleving zijn grenzen bereikt. Welke die grenzen zijn? Wellicht niet te stuiten zelfzucht en het geloof in de maakbaarheid van alles op het moment dat wij zelf bepalen?

Bron: Der Spiegel – Heft nr. 31/2021 – Die wahre Krise der Gegenwart – Essay von Armin Nassehi

06-08-2021 om 00:00 geschreven door Danny Vonken

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
>> Reageer (0)


Inhoud blog
  • Coronadoden
  • Protest is permeabel
  • Recht op idiotie
  • Vrij zijn
  • Complexe problemen
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Archief per week
  • 21/02-27/02 2022
  • 14/02-20/02 2022
  • 31/01-06/02 2022
  • 24/01-30/01 2022
  • 10/01-16/01 2022
  • 03/01-09/01 2022
  • 27/12-02/01 2022
  • 20/12-26/12 2021
  • 29/11-05/12 2021
  • 22/11-28/11 2021
  • 15/11-21/11 2021
  • 08/11-14/11 2021
  • 25/10-31/10 2021
  • 27/09-03/10 2021
  • 13/09-19/09 2021
  • 06/09-12/09 2021
  • 23/08-29/08 2021
  • 16/08-22/08 2021
  • 02/08-08/08 2021
  • 26/07-01/08 2021
  • 05/07-11/07 2021
  • 28/06-04/07 2021
  • 07/06-13/06 2021
  • 31/05-06/06 2021
  • 24/05-30/05 2021
  • 03/05-09/05 2021
  • 26/04-02/05 2021
  • 19/04-25/04 2021
  • 12/04-18/04 2021
  • 05/04-11/04 2021
  • 29/03-04/04 2021
  • 22/03-28/03 2021
  • 15/03-21/03 2021
  • 08/03-14/03 2021

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!