's Nachts verdamp ik als hevig renpaard van koorts, ik lig tussen klamme lakens vecht met onweerswolken op elke straathoek kom niet vooruit in het harde spokengevecht om water dat naast mijn bed staat Ik heb het maar te grijpen maar besef het niet trek door een woestijn terwijl mijn huid schroeit ruik thym en lavendel die ik niet vind
tot de morgen het eerste licht laat zien
de nachtverpleger me zegt dat ik temperatuur heb.
Ik ben te maf om maar iets te antwoorden
en voel me afschuiven in een soort tergende slaap
Ik zie een dichter aan mijn bed staan
die herhaalt dat ik moet schrappen en schrappen
moet ik mezelf dan wegschrappen, doen zegt hij
de taal moet kaal zijn tot het het bot cool en streng
Loop naar de maan zeg ik hem en hij vertrekt
wijst me het venster en zegt spring nu en nu
Ik wil het niet doen,ik zal het niet doen
En ik heb het niet gedaan.
Ingrid Lenaerts
|