Inhoud blog
  • DE HERDER OP DE DOOL
  • SLOTZITTING & SLOTGEDACHTE
  • DE OMARMING, EL ABRAZO, HET AANKOMSTRITUEEL
  • COMPOSTELA NADERT MET RASSE SCHREDEN
  • DE TOCHT BERGOP - HET WEER BERGAF
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Als Neospelgrims onderweg
    De weg waar vreemden vrienden worden
    13-10-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.WANDELAARS WORDEN WARE PELGRIMS

    Hieronder lees je het meest recente verhaal.
    Wil je alle verhalen chronologisch volgen dan moet je helemaal naar onder scrollen.

     

    WANDELAARS WORDEN WARE PELGRIMS

     

    Het zijn harde tijden voor mij die verslag mag uitbrengen van moedige Neospelgrims die al zoveel hoogtemeters overwonnen. Ik wil ze niet tellen omdat het onderweg zijn het belangrijkste doel is.

    Het zijn harde tijden voor die verslaggever die gisteren nog de moed bezat om met zijn gezellen een stuk mee te klimmen. Deze vroege morgen besliste de hevige rugpijn er heel anders over. Geen risico’s nemen of het kan alleen maar slechter worden.

    Het zijn harde tijden om toe te geven dat in die boom van een vent de tachtigste jaarring op een paar maanden na gevormd is.
    Een eerste Dafalgan 1 g ingeslikt en twee bij de hand hebben. We slaan er ons wel door.

    Opstaan en niet het minste Spaanse patriottistische gevoel ervaren. 12 oktober nationale feestdag. Ik denk niet dat “Eviva España” van Samantha de nationale hymne is.
    Maar terwijl ik mij verder klaarmaak is het sterk gevoel van pelgrim zijn wel aanwezig.
    De metamorfose van de wandelaar naar pelgrim?
    Vandaag hoogdag op de pelgrimsroute Neos 2023. 
    De hymne “Ultreya y suseya” klinkt overtuigender dan ooit. 
    Ik durf er zelfs al de baslijn onder zingen, niet te luid om die zo volgzame pelgrims niet van hun spoor te brengen.

    Rabanal del Camino, een eeuwenoud pelgrimsdorp met het intiemste kerkje dat ik ken, zo sober gerestaureerd door een paar Britse monniken, ideaal hier om elk jaar even stil te staan, letterlijk en figuurlijk. 
    De gastvrije monnik van dienst zet de geluidsinstallatie aan voor ons bezinningsmoment.

    Uit De Prediker leest Christa een tekst die ons tot bezinning brengt: Er is een tijd voor…

    …Een tijd om te huilen en een tijd om te lachen, 
    een tijd om te rouwen en een tijd om te dansen…

    Zoveel bruggen inspireerden ons al onderweg. Stephane laat ons een tekst horen met als thema “De Brug”:

    … Een bejaarde is een brug tussen nieuw en voorbij
    …De mensen zijn eenzaam
    omdat ze muren bouwen
    in plaats van bruggen.

    In de stilte die we zelf moeten zoeken, vinden en maken, horen we veel meer dan we soms denken.
    Peter brengt ons een aantal tips:

    … Stilte
    om te luisteren naar anderen 
    om te luisteren naar jezelf 
    om te weten wat je werkelijk wilt
    om te ontdekken wie je bent…

    “Steal away to Jezus, steal away home, I ain’t got long to stay here…” 
    “Ga stilletjes naar Jezus, stilletjes van huis, ik wil hier niet langer blijven …” een gospelsong die hier de stilte stiller dan stil maakte. 
    Zo een lied klinkt op zijn mooist in dat kerkje. 
    Was die zevende maal nu mijn laatste maal? 
    Rabanal, ik wil in je stilte schreeuwen: ik vergeet je nooit!

    Opwaarts naar Foncebadon. Een stille tocht tot op het hoogste punt van de camino. Het hoogtepunt van onze pelgrimstocht. We brachten van thuis ons steentje mee. In dat steentje school misschien een last waar je van af wilde. Het kon ook symbool staan voor pijn, pijn van rouw, pijn van verdriet, pijn van ziekte… 
    Op die stille tocht was er tijd om lopend stil te staan bij de zin die elk aan zijn steentje had gegeven.

    “Wij zijn samen onderweg…” samen zongen we het, een beetje weg van de drukte onder het kruis. 
    “Ultreya y suseya” was ons gezongen en krachtig antwoord op zoveel uitnodigingen om pelgrim te worden.
    “Ubi Caritas et amor” versterkte onze bede voor zoveel intenties die in onze pelgrimsrugzak steken.

    Ik spreek een slotgedachte uit:

    “Elk heeft een zin, een betekenis gegeven aan zijn steentje. Laat het je last wat lichter maken. Je familie, je geliefden, je vrienden op het thuisfront of waar ze ook mogen zijn, ze leven rondom jou om je mee te helpen je last te dragen. Vergeet nooit de inspanning om zo hoog te komen om hier even je last symbolisch lichter te maken. De stilte die thans je hart roert en het stille gebaar om ons steentje bij te dragen aan de massa steentjes van miljoenen pelgrims voor ons, nodigt je daarna uit om op je eigen tempo je weg verder te lopen tot de afgesproken plaats waar we elkaar als pelgrimsvrienden weer mogen ontmoeten.

    Ontmoeten, het kompas van deze camino, onze camino. 
    Buen camino!

     

    In de echte zin van het woord een moment stilstaan, een beetje ontdooien en dan elk met zijn steentje, met zijn emotie naar het Cruz de Ferro. Mag de last lichter worden. 

    Elk heeft nog zijn persoonlijk ingetogen moment en stilaan gaat iedereen weer op weg, naar Molinaseca.

    Wandelaars worden ware pelgrims.

    Ik loop niet meteen weg. Al acht keer kwam ik hier voorbij. Vandaag gooi ik mijn negende steentje, mijn laatste steentje op deze hoop van miljoenen steentjes vol hoop. Toch een moment heel diep blijven stilstaan. Telkens kwam ik hier met sterke intenties voorbij. En dan weer verder naar het doel met een verlicht hart, met een blij en dankbaar hart omdat ik dit mocht en kon doen.
    Vandaag gaat het wat moeilijker. Het doet iets. Mijn hart wordt hier niet lichter. Integendeel, het wordt vervuld van onvergetelijke beelden. Hoeveel Neospelgrims mocht ik de weg tonen naar dit kruis, de weg te voet maar vooral de weg van en met het hart. Ik troost mezelf, pelgrim blijf je een leven lang. 
    Is de last die ik thans afleg, my last one?

    Ja, Mathias rij maar verder. Ik droom weg over dit enig mooie land waar ik in de lente in een zee van witte en gele brem mocht zwemmen, waar ik mij in de zomer het Zonnekind van St.-Franciscus voelde, waar ik in de herfst met volle teugen genoot van het kleurenpalet van de Meester-Schilder.

    Beelden die voor eeuwig gebrand liggen op mijn harde schijf.

    Mijn schrijfhoekje in El Palacio in Molinaseca is nog vrij. Ik zit pas neer en wat een drukte. De nationale feestdag lokt een massa volk voor nationale gerechten als pulpo con cachelos, jamón ibérico en nog veel meer.
    Ik hoop dat ze mij niet als een vijand bezien omdat ik een Russische salade bestel. 

    De pelgrims vallen binnen. De val van een peregrina (vrouw) was niet volgens afspraak. Elke voldane pelgrim valt gewoon binnen met een glimlach, weliswaar een vermoeide. Zij valt binnen met een betraand en bebloed gezicht. Pier lost het meteen op, bijgestaan door een meid met Kempische krollen. Zij weet veel af van ijs zoals het helend effect ervan maar ook over de rijke variatie van smaken.

    “Zo moet het zin mie lieve moarte, ge ziet er ol vele betere uut” probeer ik haar troosten als ik haar opgelapte oog zag. Je ziet het, dat is van een stielman gedaan. Wat wilt ge? Het is ook een zeepier van onze kust.

    Tussen de regels door hoorde ik dat het honorarium niet van de poes was. 
    Niet de minste tussenkomst mag die lieve meid verwachten. Dit is de vertaling van lieve moarte voor zij die absoluut niet vertrouwd zijn met de taal van Guido Gezelle.
    A.u.b. doe mij nu geen essay meer schrijven over mijn lievelingsdichter.

    De camino roept mij, mijn bed ook. Slaap wel, pelgrims naar mijn hart!

    13-10-2023 om 23:02 geschreven door Chris

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (15 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    12-10-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.WAAR VREEMDEN VRIENDEN WORDEN

    Hieronder lees je het meest recente verhaal.
    Wil je alle verhalen chronologisch volgen dan moet je helemaal naar onder scrollen.

    Waar vreemden vrienden worden

    Ik had gisteren mijn pelgrims een “Mooi en meedogenloos”-verhaal beloofd.
    Bovendien nog een waargebeurd ook. 
    Suero Quiñones, een edelman uit León was smoorverliefd op een aantrekkelijke mooie dame die maar geen oor had voor zijn lieve woordjes. 
    “Wacht maar, ze zal gauw weten wie ik ben, ze zal mijn edele naam niet licht vergeten” dacht de Ridge uit de tv-soap van weleer. 
    Suero vroeg aan de koning de toelating om een toernooi te organiseren. Elke ridder die de brug in Órbigo wilde passeren moest strijden tegen Suero en een paar van zijn vrienden. Deden ze het niet dan moesten de lafaards door de rivier waden met heel hun hebben en houden.
    Om nog meer indruk te maken op de vurige droom in zijn bed bond hij elke donderdag een zware ketting om zijn hals. 
    Wat kon haar zijn poespas schelen. Hij bleef doorgaan tot 14 dagen na het naamfeest van Jacobus zoals afgesproken. Hij won overduidelijk zijn zelf georganiseerd toernooi en trok met zijn gevolg op pelgrimage naar Compostela. Bijna 6 eeuwen later kan je ginds zijn ketting in het museum van de kathedraal bewonderen. Over zijn droom hebben we nergens nog iets vernomen. Zijn ketting werd dus geen trouwring. De schone van León was meedogenloos.

    De pelgrims die ik de weg mag tonen moeten geen knieval doen voor een of andere mooie verschijning. Zij zijn eervolle Vlaamse pelgrims die probleemloos de brug over de Río Órbigo kunnen oversteken. En toch heeft dat verhaal iets in hen ontstoken.
    Spontaan organiseerden zij een Neos-blokkade. Geen pelgrim kon nog passeren tenzij hij of zij de groep wilde vereeuwigen.
    Er was geen liefdesverklaring nodig om een mooie Spaanse te overtuigen om met een klikje de blokkade op te heffen.

    Neos boven! De Neospelgrims zijn klaar om hun negende pelgrimsdag eervol in te zetten.
    “Buen camino, mis amigos peregrinos.” 
    Ik zie ze aan een strak tempo westwaarts uit mijn zicht verdwijnen.
    Eenzaam is dit jaar mijn lot op deze pelgrimsweg. 
    In cel 305 vind ik de stilte en de rust om de vertraging van mijn blog bij te werken. 
    Het wakkere thuisfront stuurt mij al een berichtje of het normaal is dat ze nog geen nieuw blogverhaal kunnen openklikken. Ik voel mij vereerd door die vraag, mijn lezers zitten immers op hun honger.

    Ik heb nog heel wat voorbereidingswerk te doen voor de pelgrimshoogdag van morgen. 
    Morgen staan we lopend stil in Rabanal del Camino. 
    Morgen gaan we over het hoogste punt naar het hoogtepunt van onze tocht: Cruz de Ferro. En vandaag wil ik nog heel wat passende teksten bij elkaar zoeken, wil ik een bezinning samenstellen uit zoveel losse gedachten die ik gedurende al mijn begeleidingen al verzameld heb.

    Op de camino groeien harten naar elkaar

    Incognito zonnen 

    Dorst lessen bij de bronzen dorstige pelgrim

    Op het afgesproken uur tref ik mijn volgelingen tegenover het Gaudipaleis.
    In de schaduwrijke wachtzaal op het plein hoor ik weer enthousiaste verhalen. 

    Gaudi kennen we allemaal van zijn Sagrada Familia, zijn meesterwerk in Barcelona waarvan de eerste steen in 1882 gelegd werd en nog steeds niet voltooid is. 
    Vijf jaar later kreeg hij van bisschop Grau Valespino de opdracht om in Astorga een paleis te bouwen. Koppig als hij was negeerde hij elke negatieve kritiek van de Academie.
    Hij koos voor een witte granietsteen als symbool voor het wit van het bisschoppelijk gewaad.
    Maar de ruzie met de Academie bleef verder duren. Hij was het beu en stapte op. Nooit wou hij nog een voet in Astorga zetten. Volgens zeggen zou hij zijn tekeningen verbrand hebben. De architecten die het zo veel beter wisten hebben dan verder gebouwd volgens hun eigen plannen maar zij kwamen bedrogen uit: de ene instorting na de andere. Finaal hebben ze het dan toch maar gewaagd om het plan van Gaudi te volgen en in 1961 kon men het paleis eindelijk openen. Geen Gaudi op de receptie want deze was al 35 jaar eerder overleden. Waarschijnlijk ook zonder bisschop want nooit zetelde er een gemijterde in het paleis dat voor hem gebouwd werd.

    De dienster verklaarde dat we een soep van schaaldieren gegeten hadden. Dacht zij dat wij oogproblemen hadden en dat wij de overvloed van mosseltjes en schelpen niet gezien hadden. Maar ze was delicieus..

    Het viel mij ook op dat ik rond de tafel haast identieke gedachten mocht horen die ik al zo vaak hoorde.
    Inderdaad, de camino is een wondere weg waarop vreemde pelgrims onder elkaar in een mum van tijd hun hart uitstorten. 
    Vlaamse pelgrims die elkaar misschien al één keer ontmoet hebben op een infovergadering en hier na amper negen dagen al zo dicht naar elkaar toegroeiden.
    In 2004, na bijna 100 dagen lopen ontsproot spontaan een quote in mijn geest: “De weg waarop vreemden vrienden worden.”

    De varkenswangetjes worden opgediend, heerlijk gearomatiseerd. Ik kan het niet laten om mijn waardering voor het avondmenu uit te spreken.
    Nog geen minuut later komt de rondborstige kokkin met fiere en blozende wangetjes zich presenteren.

    Een laatste pelgrimsbriefing voor we gaan dromen van steentjes gooien op de berg onder het ijzeren kruis.
    Ja, de Chinese vrijwilligers om een tekst te lezen zijn gekend. Ze zijn maxima cum laude geslaagd voor de auditie met als specialiteit “bezinningsteksten”.
    Zij die te laat hun kandidatuur indienden kunnen zich misschien nu al inschrijven voor de volgende editie.

    Wat? Morgen is het Nationale Feestdag in Spanje? Mathias veert van zijn stoel om zijn car uit het autobusstation te halen voor ze het sluiten. Hij herinnert zich nog levendig dat we een aantal jaren terug op een zondag tot de middag moesten wachten eer de poort van het station opendraaide. En die ellende kunnen wij morgen op onze pelgrimshoogdag best missen.  

    12-10-2023 om 20:02 geschreven door Chris

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (18 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    11-10-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.LA PULCHRA LEONINA

    Hieronder lees je het meest recente verhaal.
    Wil je alle verhalen chronologisch volgen dan moet je helemaal naar onder scrollen.

     

    La pulchra Leonina. De mooie van León

    De Neosieten, een gemengde orde die in Vlaanderen sterk aangroeit, lopen zeer geprikkeld door een Engelse passantenorde, die liften blokkeren, die onze orde de pas willen afsnijden in het klooster waar wij nu eervol willen uittreden.
    Het is niet omdat die Tommies ons bijna 80 jaar geleden bevrijd hebben dat ze moeten denken dat ze ons met dit soort acties klein gaan krijgen.

    Het zal niet gebeuren. Let maar op slippendragers van Charles. Wij spiegelen ons aan het voorbeeld van onze voorman, Jacobus matamoros, de morendoder. Wees op jullie hoede, het zou wel eens kunnen gebeuren dat de BBC gauw verslag uitbrengt over de Neosieten, de matatommies, de tommy-verslinders.

    “Tous les matins … Ultreya y suseya, Deus adjuva nos. “
    Ons morgenlied klinkt elke morgen sterker en sterker. De Tommies lopen weg moesten ze ons krachtig strijdlied horen.

    Op de foto zie je duidelijk het contrast van de strijdvaardigheid van onze Vlaamse pelgrims met de vermoeidheid van het vermoeid en grijs arduinen pelgrimspaar.
    Onderstaande foto werd duidelijk genomen door een spion. Hij verraadde zichzelf door zijn schaduwbeeld achter te laten. De man met de achteruitkijkspiegel op de hoed moet nu tot in León als waakhond in de achterhoede lopen.

    “Maar neen, lief mens, voel je toch niet triest omdat je vandaag enkel de ingekorte versie van deze etappe kan lopen. Het onderweg zijn is veel belangrijker dan het doel.” Een schouderklopje en “buen camino, lieve pelgrim.”

    In de directe omgeving van de kathedraal zet Mathias mij af. Na de vermoedelijke aanwezigheid van een spion loop ik geflankeerd door twee bodyguards naar mijn vertrouwde post met uitkijk op het kathedraalsplein. (De ene heeft toch wat meer body dan de ander).
    Een koffietje voor hen voor mij een eerste biertje. De koffie van een paartje is gedronken en ze gaan verder, het stuk cake bleef onaangeroerd. Amper weg of een aantal “dakloze” duiven vinden een gestileerde til tot een dienster ze wegjaagt.

    Het lukt mij om ergens in een hoekje van een koffiebar verder mijn blog af te werken. Plots verschiet ik van mezelf. Al knikkebollend valt mijn hoofd bijna op mijn klavier. In de monkel van de dienster schuilt begrip voor mijn vermoeidheid. 
    Ik zeg haar niet dat ik maar gemiddeld vijf uur per nacht slaap. 
    Ik zeg haar niet dat een blog schrijven en opmaken minimum 5 uur werken is, dat bezinningsmomenten voorbereiden, dat begeleiding van pelgrims toch wel wat tijd in beslag neemt. 
    Ik zeg haar vooral niet dat er op het thuisfront verenigingsleden zijn die geen begrip hebben en mij met allerlei opdrachten (liefst zo gauw mogelijk) bestoken.

    Ik neem een extra sterke koffie en probeer weer in de pelgrimssfeer te komen.

    De correspondenten sturen vanop het front zeer gerusstellende foto’s door.
    Er wordt geklonken en mijn aanbeveling om een lekkere Iberische hespenschotel te eten in bar “ Ezequiel” wordt opgevolgd en krijgt waardering. 

           

    Ondertussen verzamelen mijn schaapjes zich weer rond hun herder om nog wat te vernemen over zoveel moois. Tussen de regels blijf ik enthousiasme horen. Je moet het maar durven. Een Vlaamse neemt het op tegen een Spaanse schaker. Helaas, Hasselt wordt schaakmat gezet door León. Het was niet aan haar kunde gelegen wel aan de slecht gekleurde stukken. 
    Komt er een revanche volgend jaar?

           

    Ik wil graag mijn volgelingen wat zinnigs vertellen in en rond de kathedraal, uniek voor zijn glasramen.

           

    In 2004 kwam ik hier een eerste maal diep onder de indruk. Toen schreef ik in mijn boek:

    “…Ik bezoek de kathedraal waar ik onmiddellijk onder de indruk kom van die betoverend mooie glasramen. Wat een pracht! Een zee van kleuren die door Vlaamse, Spaanse, Franse en Duitse glazeniers op glas gebrandschilderd werden al sinds de dertiende eeuw tot vandaag. In Burgos werd ik door de weelde van sculpturen overvallen, hier kom ik terecht in een vederzacht kleurenbed, zo mooi in zijn details, zo teder genuanceerd, zo harmonieus in zijn geheel. Dit is kunst die streelt, die zalft, die je tot rust brengt, waar steen en brandglas in harmonie zingen. Op de achtergrond klinkt muziek, ‘Ave Maria’, ‘Panis Angelicus’…  Die rustgevende schoonheid maakt mij diep stil, ze voert mij in dankbaar gebed naar een innige dialoog met onze God van liefde...”

    Na het prachtig voorbeeld van gotiek gaan we bij Gaudi op bezoek. Zijn Casa de Botines is een van de drie gebouwen die hij buiten Catalonië gebouwd heeft. Geen exuberante versieringen zoals zijn ongeëvenaarde Sagrada Familia in Barcelona. 
    Een pelgrim op de rustbank krijgt hem niet afgeleid, hij blijft verdiept in zijn bronzen boek verder lezen.

    De tweede les kunstgeschiedenis krijgen ze aan de San Isidorobasiliek, een toonbeeld van Romaanse kunst. 

    We wandelen nog een eind verder om de derde les van de Renaisance te aanschouwen.
    Het San Marcos Hospital, wat een majestueus gebouw en welke geschiedenis ontsluiert zich onder dit immense dak:
    Van hoofdkwartier van de Tempeliers naar Cavaleriekazerne tot een dieptepunt: Gevangenis van 7000 mannen en 300 vrouwen die hier gemarteld en vernederd werden tijdens de dictatuur van Franco. En vandaag een van de duurste Paradorhotels.

    Ons hotel voor deze avond heeft absoluut niet de allure van een paleis, het is ook geen verbouwd klooster zodat onze Neosieten hun pij mogen afleggen binnen de muren waar Gaudi zijn bisschoppelijk paleis neerpootte.

    Na een lichte vorm van stoelendans had elke pelgrim eindelijk zijn plaats achter een bord en @wijnglas gevonden om te avondmalen en om tussendoor de trukendoos van de bakkersfamilie te openen. Hoe twee wijnstoppen een groep kan bezighouden. Het zaalpersoneel was verbaasd toen ze nergens nog een wijnstop vonden. Onder de lakens zal men deze nacht flink oefenen om die stoppen te wisselen via de juiste manier van vingervlugheid.
    Mij moet je niet verdenken: ik ben de meest onhandige in dat soort knepen en bovendien ik slaap boven de lakens.

    Piedro, je voorstel om van ons strijdlied ook een gewijd avondlied te maken kon ik zeer waarderen. 
    Goede nacht, lieve mensen.

    11-10-2023 om 13:50 geschreven door Chris

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (17 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    10-10-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.PELGRIMEREN, LOPEND STILSTAAN

    Hieronder lees je het meest recente verhaal.
    Wil je alle verhalen chronologisch volgen dan moet je helemaal naar onder scrollen.

    Pelgrimeren, lopend stilstaan.

    Hoe zal het zijn na een rustdag? Als coach van zo een ploeg heb ik het volste vertrouwen.
    Ik voelde het gisteren al rond de avonddis. Hoeveel kilometer zal het morgen zijn en hoeveel de ingekorte? 
    In hun slaap zetten ze hun geestelijke gps al in. Ik heb zelfs een vermoeden dat bepaalde een dosis vitamines slikken per 10 km die ze voor de boeg hebben.

    Gisteren had Mathias de varkenswangetjes moeten missen. Hij had zich overslapen. Maar vandaag loopt het helemaal gesmeerd. Olijfolie, Mathias? Alleszins een uitgeslapen kerel. Onze koffers worden door zijn jonge kracht in- en uitgeladen alsof het kinderspel is.

    De vertrekplaats is voor de meeste een verrassing. Wie had nu gedacht dat zo een selecte groep zou vertrekken in een kloosterruïne. De stempeljagers hebben amper gehoord dat paters Antonianen hier zieken verzorgden vooral tegen het Sint Antoniusvuur.
    Deze heilige Antonius, de woestijnvader zien we meestal afgebeeld met een varken en de andere voor verloren voorwerpen is deze van Padua. 
    Langs mijn neus weg geef ik bepaalde vergeetachtige leden van onze groep de raad om toch maar een schietgebedje te doen voor deze van Padua. In de hemel ziet de ene Antonius de andere regelmatig op een varkenskermis. Zou het helpen? Laat ons hopen.

    Op een groepsfoto zie je duidelijk dat Neospelgrims de ruïne weer leven inblazen. 
    Ik had ze gevraagd om hun mooiste smile te tonen zo is de kans groot dat de foto misschien verschijnt in het Neosmagazine.
    (nvdr Zou de Neosredactie deze wenk gelezen hebben?)

    Ik geloof niet dat het officieel Compostela secretariaat hier naast de weg een totaal nieuw breed en aangestampt pelgrimspad heeft aangelegd omdat ik een laatste keer op de camino voorbijkom zodat ik over enige dagen naar huis kan met een gevoel dat onze pelgrims in de toekomst in en rond Castrojeriz veilig lopen.

    Ik toon een laatste groepje de slingerende weg waarlangs ze de Alto de Mostalares kunnen bereiken.
    Mijn volgelingen zijn op pad. De sticks geven de cadans aan. De wandel- of stempelboekjes zijn steeds dicht bij de hand. Ik vermoed dat er een onderlinge competitie aan de gang is. Ik hoor al in de wachtzaal van de luchthaven in Compostela al flarden zinnen in de lucht hangen als “Ik heb zes stempels meer dan jij.” “Maar heb jij deze van bar Tachu?” 
    Hoorde ik niet dat men al een euro durft vragen voor een stempel?

    Ik heb tegenslag. Geen internet in Itero de la Vega. En nu? 

    Mathias vond het een ideale gelegenheid om zijn car een beurt te geven.
    Ik twijfel wat ik wil doen en finaal beslis ik om de laatste 7 km te lopen of zijn het er 8, het kunnen er ook 9 zijn. Het kan mij niet schelen: ik laat de weg op mij afkomen. Ik laat mij meenemen op de stroom pelgrims die jaar na jaar aanzwelt.

    Alsof Jacobus mij een schouderklop gaf: “Chris ik ben op de camino gemakkelijker bereikbaar zonder internet.” Mijn meester had gelijk. Op zijn weg, op zijn camino overspoelt hij mijn geest met zoveel mooie gedachten.
    Er blijft toch nog wat angst hangen. Doe ik niets dom? In die warmte, over die hellingen, over die keien?
    We zullen wel zien. Gebeurt er iets verkeerd dan komt er volk genoeg voorbij dat niet in een grote boog van mij zal weglopen zoals ik vandaag in het evangelie van de barmhartige Samaritaan las.

    De camino met wegen die de hemel raken

    Mijn tempo is niet meer van weleer. En dan? Ik geniet van de jonge generaties die mij voorbijlopen, ik verheug mij nog meer dat zoveel jongere dat spiritueel pad gevonden hebben.

    Ik vraag mij af waarover die duo's of kleine groepjes in druk gesprek zouden zijn. Ik ben haast zeker dat het dezelfde aard van diepe dialogen zal zijn die ik zo vaak zelf mocht beleven op al mijn voorbije caminos.

    Hun gezwindheid over de weg stelt mij niet teleur. Integendeel, ze overtuigen mij dat de kracht waarmee ik vroeger deze inspirerende weg mocht lopen vandaag omgezet is in een immens dankbaar gevoel om zoveel ervaring te mogen delen.

    Zonnebloemen klaar voor de oliepers.

    Het stuk dat ik tot in Boadilla loop is voldoende heftig voor mij maar de inspanning voert mij naar zoveel gelukkige momenten die ik in mijn rijk gevuld leven al mocht beleven.

    Onze hechte huwelijksband, onze aanhankelijke kinderen, onze schat van kleinkinderen (Hé Jasper, jij weet ook al wat een camino kan doen met een jonge mens), en nu het finale feest, de kers op onze familietaart, onze achterkleinkinderen: Otis en het dochtertje dat eind november onze vreugde komt vergroten.

    Familie en vrienden die je vanop de camino een schouderklopje kon geven om de pijn op hun zieke weg te milderen, om hun zwaar kruis wat te helpen dragen.
    Ook een moeilijke weg waarop ik vrienden kon gedenken die ons leven mee kleur gaven.
    Een camino, de metafoor van onze levensweg die hier tot in de kleinste details uitvergroot wordt.

    Blij dat ik toch een stukje camino meegelopen heb

    Ik vind de uitdrukking van Ricky Rieter zo treffend: “Pelgrimeren, lopend stilstaan”.
    Tijdens mijn tocht deze namiddag kon ik stilstaan bij zoveel hoogtepunten. Het gegeven dat het een laatste maal is speelt zeker mee. Het raakt maar waarom zou het pijn doen?
    Ik kan mij alleen maar gelukkig achten dat ik het mocht doen, want er is ook een thuisfront. 
    Ik blijf enorm dankbaar zijn dat ik het zo vaak kon doen, individueel, met mijn kleinzoon en nu zevenmaal met Neosvrienden. 
    Als dat geen geschenk voor het leven is.
    Dank lieve moe, dank kinderen en kleinkinderen.
    Dank Neos voor het vertrouwen dat ik ten volle kreeg.

    Sorry, het is net of ik al aan een slotbeschouwing begonnen ben. Het is er nog iets te vroeg voor.

    Neen, ik kon het niet om mij aan het slot van de wandeling in de afgesproken bar te gaan zetten. Op een bank onder de kerk kon ik verder mijmeren terwijl ik mijn pelgrimsgezellen opwachtte. Zo kon ik ook al een paar indrukken noteren om in deze blog te verwerken.

    Op het kerkplein staat een sierlijke rollo, in onze taal een schandpaal. Het scheelde geen haar of ik werd eraan vastgeketend door het volkstribunaal. Ik zou gefraudeerd hebben in het opgeven van de te verwerken kilometers. Gelukkig had ik een goede advocaat. Ik kan jullie Jacobus sterk aanbevelen.

    In het kloosterhotel San Zoilo te Carrión de los Condes krijg ik mijn cel toegewezen. In het gekraak van de houten vloer is het alsof ik nonnetjes hoor kermen die zich aan het kastijden zijn. Het claustra is open. Prachtig het beeld dat uit één blok marmer gehouwen is, Christus aan een zuil vastgebonden. Ik kon gelukkig een uur eerder aan de kettingen van de schandpaal in Boadilla ontsnappen.

    Laatste berichten: Of hij deed geen schietgebed of het was niet krachtig genoeg in de San Anton ruïne. Het schiet onze pelgrim te binnen dat zijn iPad nog in het vorige hotel ligt.
    De pelgrimsdag voor morgen zal er voor hem iets anders uitzien. Wij hopen dat wij de ongelukkige zelf niet kwijt raken want welke zoekactie we dan op het getouw moeten zetten is voor mij nog een raadsel. Wordt vervolgd.



    10-10-2023 om 12:20 geschreven door Chris

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (16 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    09-10-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.PRACHT EN MACHT OF STILLE EENVOUD

    Hieronder lees je het meest recente verhaal.
    Wil je alle verhalen chronologisch volgen dan moet je helemaal naar onder scrollen.

    Pracht en Macht of stille eenvoud

    Geen enkele van mijn filosofietjes zijn ex cathedra-uitspraken.

    Zondag, rustdag. Onze pelgrims respecteren deze dag, zijn er zelfs mee opgezet.
    Geen pelgrims-outfit, eerder een zondagstenue in de ontbijtzaal.
    Uitgebreid ontbijten, genieten van een lange koffie en nog eens naar het buffet. Gezellig keuvelen: en wat gij jij doen? Dat mini-chocoladekoekje vergat ik nog, weer naar het buffet, ik zal nog wat fruit meenemen ook. Nu is het genoeg geweest.

    Er zijn veel kandidaten om “La Cartuja de Miraflores” te gaan bewonderen.
    Pier doet voetverzorging dus hij leidt het voetvolk naar het kartuizerklooster, het enige ter wereld waar bezoek toegelaten is om de Kunst te bewonderen, inderdaad met hoofdletter.
    Ik laat twee taxi’s komen en begeleid de pelgrims die hun voeten wat rust gunnen. 
    De parking voor het klooster staat vol met wagens. 
    Nu begrijp ik het: Het is zondag en de pater van dienst zal zojuist “Ite, missa est” uitgesproken hebben en zo begonnen de vele gelovigen van de regio hun dag des Heren met een eucharistieviering in het kartuizerklooster.
    Waar zouden die paters die mis vieren? Zeker niet in de ruimte die wij straks willen bezoeken. Waarschijnlijk in een kapel die enkel toegankelijk is voor de zondagsvieringen?
    Wie zal mij nog ooit uit het ongewisse helpen? 
    Waarom vroeg ik dat nu niet aan de vrijwilliger van dienst aan de balie?

    Nog wachten op het voetvolk van Pier

    Uiteraard zijn wij een beetje trots om in die kerk zoveel Vlaamse kunst bij elkaar te zien.
    Wij zijn nog maar net in de zone van de leken en meteen worden onze ogen al gestreeld door de zachte tinten van een Vlaams triptiek. 
    Het unieke retabel en het expressieve grafmonument gebeeldhouwd door de Antwerpenaar Gil de Siloë is zonder twijfel de hoofdschotel in een decor waar Vlaamse glazeniers hoog in de kerk hun opdracht meesterlijk realiseerden met scènes uit het lijden en de verrijzenis van Christus. 

    Terwijl ik mijn Neospelgrims attent maak op een aantal merkwaardigheden zoals Magdalena die onder de Laatste Avondmaaltafel de voeten van Christus wast en droogt. Twee scènes in één scène verwerkt. Zo zouden er in de kunstwereld maar vijf voorbeelden te vinden zijn.

    Na al die pracht ga ik naar het zaaltje waar het Kartuizerleven in beeld komt.
    Ik had al gevoeld dat er in mijn rug mij iemand aan het volgen was.
    Het zal toch weer niet waar zijn dat ik gecontroleerd word door een gidsenbureau.
    “Jij bent van Neos? Ken jij dan ROC in Gent, het reis- en opleidingscentrum? Ik ben Patrick Naert, Bruggeling maar woon in Spanje.”
    “Inderdaad, ik ben van Neos. Niet moeilijk hé, het staat tweemaal op mijn rugzak. Ik begeleid voor een laatste maal een groep Neospelgrims naar Compostela.”
    “Waarom zou je stoppen?”
    “Omdat ik over zes maanden 80 jaar word!”
    Hij vraagt mijn telefoonnummer. We drukken elkaar de hand en hij zegt nog: “Ik zie in je ogen dat jij nog niet zult stoppen.”
    Waarom die laatste opmerking? Welke geest bracht die man naar hier? Heeft iemand van Neos hem opgestuurd om mij te volgen? Klonk mijn verhaal aan het retabel zo overtuigd enthousiast? 
    Ik hoop dat mijn vrouw dat niet leest.

    In het zaaltje waar we wat meer vertrouwd worden hoe een kartuizer leeft word ik nu nog stiller dan stil. 
    Welke strenge leefregels leggen die paters en broeders zich toch op. Zij mogen niet spreken maar ik denk dat zij mij op een stukje papier zullen schrijven dat dit gevangenisregime voor hen de wachtzaal is naar het paradijs. Amaai? 

    Achter deze slotmuren communiceren ze met elkaar via briefjes die ze doorgeven. 
    Neen, geen sms’jes naar elkaar sturen, trouwens zouden ze weten wat een smartphone is. Ze verblijven meestal in hun cel, een klein huisje met een bid- en slaapruimte, een werkplaatsje en een klein tuintje. Slapen doen ze op een bed van stro.
    Om 20 u gaan ze al op hun strobed liggen en om 23.30 u zitten ze in de kapel voor hun eerste nachtofficie, drie uur lang. 
    Daarna mogen ze weer in bed tot 6 u, klaar voor het tweede gezamenlijk gebed tot 8 u. Terug naar de cel om te lezen, te studeren of handenarbeid.
    Hun potje voor de middag hebben zij ondertussen ook al klaar gemaakt. Eenzaam naast het venstertje lepelen zij hun schaarse portie naar binnen.
    Hun vieruurtje bestaat uit samen bidden om dan na een sober avondmaal weer op het stro te kruipen.

    Nog vijftien paters genieten – ja dit is het goedgekozen woord – in deze cartuja van dat extreem streng regime.

    Wat drijft jonge mannen om zich hier vrijwillig op te sluiten?

    Eens per week maken de monniken een gezamenlijke wandeling binnen hun domein en daar mag wel gesproken worden. Daar vernemen zij van de prior wat er in de wereld gebeurt want radio, tv en zeker internet zijn compleet taboe. 
    Mijn fantasie slaat weer op hol: Zou de prior aan zijn broeders laten weten dat bij ons de broeders van liefde andere normen hanteren om hun naaste lief te hebben?

    De rosario die ze hier in alle stilte maken is niet alleen een uniek souvenir maar ook iets dat best niet in de vergeethoek geraakt en beter dat hij soms nog eens mag gebruikt worden. 
    Een rozenkrans gemaakt met 3000 (drieduizend) rozenblaadjes van rozen in Miraflores geteeld. De blaadjes worden geperst, met de hand gerold en aangebracht.
    Een kleinood dat ik al meer dan vijf jaar koester. “…arme zondaars, nu en in het uur van onze dood. Amen”. 
    Ik berg mijn rozenkrans op en de rozengeur blijft nog een tijdje in mijn handen hangen. Die geur voert mijn gedachten weer naar de intentie van mijn gebed.

    Treffend hoe telkens onze Neospelgrims onder de indruk komen van dit bezoek. Kunst van het hoogste niveau en de stille eenvoud die ons ook een moment nederig klein maakt.

    De stilte in mijn Jezuïeten-cel wordt een stille middagdroom. Geen enkele heilige waarover wij het de laatste dagen hadden moet ik aanroepen om gevaarlijke bekoringen te verdrijven.

    Het ene whatsapp-biepje na het andere doet mij opschrikken en dan merk ik op hun foto’s hoe fysiek krachtig onze pelgrims nog zijn. Meerdere vinden nog adem en spierkracht genoeg om tot aan het Castillo te klimmen om dan met een verwonderde blik neer te zien op een groots panorama waarin de gotieke pracht van die kathedraal de hoofdrol opeist.

    Toen ik in 2004 hier voorbijkwam had ik hier ook een rustdag of liever een schrijfdag gepland. Vanop een terras ging mijn verbeelding nog al een gang: Uitzonderlijke vakmensen riskeerden met beperkte en primitieve middelen hun leven om een dergelijk monumentaal bouwwerk op en in te richten. Dit gebouw imponeert elke voorbijganger. Het straalt macht en gezag uit die zo ongezond kunnen zijn, ook al wijzen de torens spits naar de hemel. Stoppen ze die macht niet weg onder het mom van de grote verering voor onze God? Lijkt het niet eerder op een wedloop van ik wil de grootste hebben. Ik bewonder en waardeer elke kunst maar heb grote vragen over de eerlijkheid van elke dominante kunst. Wat een hemelsbreed contrast met de stille eenvoud van deze voormiddag.

    Ik laat mij niet verder afleiden, ik wil mijn volgelingen verder rondleiden, rond de muren van de kathedraal, waarvan de eerste steen in 1221 gelegd werd

    Aan de Puerta de Pellejaría zien we de geknielde bisschop Fonseca bidden. Deze gemijterde man komen we in Compostela ook nog tegen maar uit mijn auditorium hoor ik een stille vraag van een aandachtige man: “Die gelijkt toch goed op Roger Van Gheluwe”. Ik kan mij niet voorstellen dat de toen nog in paars geklede kindervriend een “relatietje” zou gehad hebben met de sculpteur om als model te fungeren.

    Het avondmaal weer top.

    Salmorejo; Mejillas de cerdo ibérico; een reep chocolademousse.

    %%%FOTO7%%

    Mejillas de cerdo ibérico (Varkenswangetjes van Iberisch varken)

    En ondertussen hoor ik zoveel verhalen als watervallen neerstorten in mijn zondagskrant.

    En mijn verhaal? Klinkt het niet teveel als een zondagspreek? 
    Durf het mij gerust zeggen.



    09-10-2023 om 07:33 geschreven door Chris

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (18 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    08-10-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.BRUGGENBOUWERS

    Hieronder lees je het meest recente verhaal.
    Wil je alle verhalen chronologisch volgen dan moet je helemaal naar onder scrollen.

    Bruggenbouwers

    Eerst wil ik toch veel lezers bedanken voor de vele warme complimentjes die ik via allerlei soorten kanalen mag ontvangen.
    Inderdaad dankzij de digitale wereld maken we ook bruggetjes naar elkaar.

    Een oude bruggenbouwer vertelde een kind dat het niet zo moeilijk is om bruggen van beton en staal te bouwen maar dat het veel moeilijker is om andere bruggen te bouwen die hij in zijn dromen bouwt.
    Het kind luisterde aandachtig en vroeg welke bruggen hij wilde bouwen.
    Hij wilde een brug bouwen van het nu naar de toekomst, van de ene naar de andere mens, van verdriet naar vreugde. Hij wilde een brug bouwen van het nu naar de eeuwigheid over al het ver-gankelijke heen.
    Het kind had niet alles begrepen maar zag dat de oude man verdrietig was.
    “Wacht zei het kind, ik zal u mijn brug geven.”
    En het kind schilderde voor de bruggenbouwer een kleurrijke regenboog.
    De oude man begreep het kind en antwoordde met een blije blik.

    Zoeken wij het soms niet te ver? Maken we het soms niet ingewikkelder dan het is. Het kan soms zo “kind-eenvoudig” zijn. 

    .  

    Een brug tussen Santo Domingo de la Calzada en San Juan de Ortega

    Ik kon het niet laten om van Domien, alias de Santo Domingo van gisteren een brug te slaan naar Jan, alias de San Juan van vandaag. Jan werd geboren uit edele ouders na twintig jaar huwelijk. Een zeer clever en sociaal geïnspireerd ventje. Op 14-jarige leeftijd hielp hij Domien al mee om bruggen te bouwen, wegen aan te leggen, pelgrims op te vangen. Na de dood van Domien ging Jan op pelgrimage naar Jeruzalem. Op zijn terugtocht over de Middellandse beleefden de passagiers alle soort van doodsangsten. De storm slingerde hun schip over metershoge golven. Jan begon te bidden tot Sint Niklaas, de patroonheilige van de zeevaarders. Hij beloofde zelfs een kapel ter ere van hem te bouwen als ze veilig konden aanmeren.
    De echte Sint-Niklaas gaf de goedgelovige zielen het geschenk van het leven nadat ze de dood in de ogen hadden gezien.
    De kapel werd gebouwd, meer dan 800 jaar geleden. Ondertussen al zo vaak gerestaureerd.
    In een eenvoudige sarcofaag rust Jan in de kapel ter ere van zijn vereerde heilige.

    Op dit plein van een wijk met slechts 17 inwoners, met een kerk, een grote kapel, een kloostergebouw wil ik straks mijn volgelingen overtuigen dat bruggenbouwen meer is dan beton en staal. Bruggenbouwers brengen mensen samen die eeuwen geleden amper door de woestenij durfden te gaan op zoek naar Jacobus. Pelgrims die vandaag over dezelfde paden lopen als de miljoenen pelgrims die ons zijn voorgegaan. Pelgrims die uit alle hoeken van de wereld heil zoeken bij Santiago.

    Let op! Een pelgrim mag zich geen misstap veroorloven

    Ik geniet in de schaduw van een boom en betrap mij erop dat ik zwaar ernstig aan het doen ben.
    Het klokje in de typische klokgevel klept 11 uur. Het zonlicht strooit een milde tint over het meer dan 800 jaar oude kerkgebouw.

    Ik kwam hier zo vaak voorbij. Ik droom weg. In 2001 lag hier nog geen enkele steen geplaveid, ik noemde het een assenplein. Een plek van anderhalve man en een paardenkop. Een cafeetje. Een albergue met slaapzaal van 80 bedden. ’s Avonds naar de mis met pelgrimszegen.
    En na de mis die deugddoende looksoep met een homp brood. Heerlijk op een ander niet om bij ons ’s avonds nog naar een koor- of toneelrepetitie te gaan. 
    Rond 22 uur koos je dan de onderste of bovenste matras van het stapelbed en je legde je klaar om naar het zoveelste snurkconcert op de pelgrimsroute te luisteren. 
    Ik heb van horen zeggen dat ik een van de betere solisten ben. Nog nergens heb ik mijn naam op een affiche zien prijken. Het zou wel een enig souvenir geweest zijn: 
    “Chris, el roncador als solist met een ensemble van blazers, zuchters en hijgers. 
    Of in een ensemble begeleid door de fluitist in het fluitconcert do groot van Louis de Funès.”

    Dankzij de steeds groeiende pelgrimsstroom werd er hier sinds 2004, een heilig jaar, een zeer aantrekkelijk plein aangelegd. Er is zelfs al een tweede café meer in deze kleine gemeenschap.
    Een café waar de meeste van onze Neospelgrims niet wilden voorbijlopen, maar na uren wandelen door het woud gauw het lang verwachte bier bestelden of een liter sangría.

    Onder het dak van dit kerkgebouw kwamen vrouwen van heinde en ver bedevaarten omdat ze zo moeilijk aan een kind raakten. Juan de Uterga was immers ook uit een moeder op hogere leeftijd geboren. Ook Isabella van Castilië kreeg na haar vurig bidden aan de graftombe van San Juan haar zoon Juan en dochter Joanna de Waanzinnige.

    Geen kerkleraar als de H. Hieronymus wel jullie nederige dienaar.

    Op een kapiteel zien we het wondere vruchtbaarheidsverhaal uitgebeeld. De boodschap van de engel aan Maria, het bezoek aan haar nicht Elisabeth, de bevalling - je gelooft het niet - op een bed bijgestaan door een vroedvrouw met daarboven drie olielampen die voor het nodige licht zorgden. In een hoekje staat een slapende Jozef op zijn staf geleund. Waarschijnlijk hoort hij in zijn droom de engel zeggen dat Maria hem niet bedrogen heeft.
    Een heel ander verhaal dan wat de kerststalbeeldjes ons elk jaar vertellen.

    Zoals je ziet heeft dit kerkje alles te maken met vruchtbaarheid. Zou ik dit als de voorloper van de fertiliteitsklinieken mogen omschrijven? Of is dat een brug te ver van mijnentwege?

    Gisteren was onze herberg een omgebouwd klooster van de Franciscanen, minderbroeders die van de bedelstaf moesten leven.
    Vandaag komen we terecht in een Jezuïetenklooster, een chiquere orde, gewijde heren die met de onderwijsstaf toonden hoe “de beminde gelovigen” zich op Gods wegen moesten gedragen.

    Een gewiekste zakenman uit Navarra, stichter van de NH Hoteles kocht dit pand van de Jezuieten en thans voelen wij ons luxepelgrims in een cel met al dan niet een hemelbed, met een restaurant waar de chef-kok zich kan meten met sterrenrestaurants van bij ons.

    Guiso de cerdo ibérico

    Ik hoor de lezer al vragen of dit werkelijk zo luxueus moet zijn.
    Na enige diepe bezinning vind ik dat het moet kunnen. De pelgrimsweg is een contrastrijke weg: het schamele lunchpakket uit een koffer van een autobusje tegenover de opgediende en verzorgde schotels van pater Cuisine. Bovendien door de luxe die we vandaag als pelgrim ervaren kunnen we ons misschien een beter idee vormen wat het is om in een zwarte armoede te leven. 

    Een schamel appeltje voor de dorst

    Misschien kan dit het begin zijn van een brug die we zelf moeten bouwen om elk op zijn manier en met zijn talenten mee te helpen aan een betere wereld. Neos met een hart.

    Dank Marja, voor je zo pas binnengelopen warme woordjes. De typische amandelkoekjes die ik over enige dagen in Compostela koop doen me weer aan Walter, uw lieve man herinneren.


    Walter De Boeck op de camino van 2016

    08-10-2023 om 13:12 geschreven door Chris

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (17 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    07-10-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.KONINGINNENDAG

    Hieronder lees je het meest recente verhaal.
    Wil je alle verhalen chronologisch volgen dan moet je helemaal naar onder scrollen.

    KONINGINNENDAG

    Mijn dag kan niet meer stuk. Dank je attente pelgrim voor je lovende woorden over mijn blogverhaal.
    Mijn muze die zich elke late avond en vroege morgen inspant om wat leuks te schrijven over jullie belevenissen en belevingen voelt zich vereerd. Na zoveel caminos weet zij maar al te goed wat er in een pelgrim omgaat.

    Een camino lopen is trouwens meer dan wandelen, het is ook je geest laten werken.
    Zijn het vandaag nog enkel de benen, de voeten, de gewrichten die jullie aandacht opeisen, geen nood, over enige dagen voel je in je geest dat de camino iets met je doet.

    We kunnen het hotel Jakue toch niet verlaten zonder onze heilige bronzen vriend Jacobus even op te nemen in ons hartelijk gezelschap.

    Zachtjes hoorde ik zijn bronzen stem in mijn oor: “Chris hoeveel moois ga jij vandaag nog beleven met zoveel koninginnen.”

    We trekken door de smalle hoofdstraat op zoek naar de koninginnebrug.
    Hoor ik dat een jarige koningin op zoek zou zijn naar een apotheek voor een predictortest? 
    Er is toch geen nieuw wonder gebeurd onder de Melkweg? Of zouden het Spaanse of Vlaamse roddels kunnen zijn? Neen ik weiger verslaggever te zijn van Dag Allemaal of Story.

    Voor de negende maal buig ik dankbaar voor de koningin Doña Mayor. Had zij in de 11de eeuw geen brug laten bouwen over de Arga dan moest ik misschien al die keren door het water waden.

     

    De brug waar eeuwen geleden een lief vogeltje elke dag het gezicht van een lievevrouwbeeldje kwam wassen en het droog fladderde met zijn vleugeltjes. 
    Het beeldje bestaat nog, je kan het bewonderen in de San Pedrokerk. Het vogeltje bestaat, denk ik toch, niet meer wel heeft zijn wonderverhaal miljoenen pelgrims overleefd.

    De heren van ons gezelschap kunnen zich misschien koning wanen maar nu worden ze beleefd verzocht om zich eens onderdanig op de achtergrond te plaatsen. Vandaag heersen de koninginnen op de brug. Nooit eerder mocht ik zoveel charmante edele dames opstellen op de Puente de Reina.
    Als koninginnen pronkten zij op de brug zoekend naar het vogeltje van de fotograaf.

    De car van Mathias wacht ons al op.
    De aubade “Happy birthday dear Nancy” kreeg deze keer voorrang op ons vertrouwd morgenlied. Een verjaardag die deze koningin van Nancy nooit meer zal vergeten. 

    Aan de kerkhofmuur in Navarrete vertrekken onze pelgrims richting Nájera. Ik blijf nog even stilstaan onder de gedenkplaat van de Vlaamse pelgrim, Alice De Craemer. In 1986 werd de lieve echtgenote van Etienne Van Wonterghem hier van haar fiets gemaaid door een voorbijrazende camion. Ik heb Etienne nog mogen kennen in het Vlaams Genootschap van Santiago.

    Alice, ik heb je nooit persoonlijk gekend, maar telkens werd ik toch even diep stil toen ik hier voorbijkwam. Toen was het definitief jouw laatste keer. Ik hoop dat ik je nog vele jaren mag gedenken maar dan vanop Vlaamse bodem terwijl ik door zoveel sprekende foto’s van al die voorbije caminos wandel.

    Ik word weer duivenmelker. Ik wacht langs de groene oever van de Najerilla op mijn duivers en duivinnen. 
    “Navarrete gelost”. Het is een duivinneke uit mijn eigenste regio die als eerste geconstateerd wordt. De ene prijsvlieger na de andere vindt het juiste hok. 

    Mooi dat je me vertelt over de druivenpluk die je voorbijkwam. Waarom liet je me geen glas van die heerlijke riojawijn proeven. 

    Ik kan het niet laten om op de bus mijn hart te laten spreken.
    “Nájera was vandaag jullie derde aankomstplaats en telkens las ik blijheid op jullie gezichten. Ik hoorde amper geklaag. 
    Dit mogen beleven schenkt mij vanop de zijlijn dezelfde deugd die ik op jullie gezicht zie stralen.”

    Dank Neos, dat ik voor de zevende maal steeds enthousiaste Neospelgrims mocht begeleiden!

    Wij komen aan in de dependance van het Paradorhotel in Santo Domingo de la Calzada. Met een beetje pelgrimsgeduld vindt ieder zijn luxueuze kamer, enige jaren terug nog een sobere kloostercel voor Franciscanen. 

    Mijn pelgrimsgezellen staan eens te meer stipt klaar. Ik wil ze nog iets tonen wat ze waarschijnlijk nog nooit in een kerk, laat staan in een kathedraal gezien hebben.

    Er komt een gezel naar mij en vraagt: “Ken jij Walter De Boeck?”
    En of ik die man ken. Tweemaal hadden we op deze camino diepe gesprekken met elkaar. 
    Nooit hebben we ons scoutsideaal verloren. Je kent toch het gezegde: “Eens scout altijd scout.” 
    Ik probeerde hem te overtuigen om mijn opvolger te worden. Ik sprak nog over hem met Luc Vandewalle om hem samen proberen te overtuigen. Ik kom thuis van die Compostelavergadering en op Facebook lees ik zijn rouwbericht. Noem je dat nu toeval of krijgt dit een andere naam?
    Walter, ik vergeet je nooit, je was een man naar mijn hart! 
    Dank Albert, je maakte mij een moment zeer week. Alsof Walter tussen ons stond. Breng Marja, zijn vrouwtje mijn innige pelgrimsgroet. Walter, het was een traantje van diep respect voor jou.

    In de kathedraal luisteren mijn gezellen aandachtig waarom om de 14 dagen een kip en een haan sinds de 16de eeuw de wacht aflossen rond het grafmonument van hun heilige Domingo, al sinds de 11de eeuw kasseilegger en bruggenbouwer. 

    Ook het majestueuze retabel van Damien Forment doet ons stil worden. Wat een meesterlijke expressieve kunst.

    Mijn mond loopt droog. Een biertje als dorstlesser, een pacharán als aperitief en ondertussen met de maître van het restaurant afspreken voor een surprise voor onze jarige.
    En of het een verrassing werd. Een vlammetje op de vijf en een bijna dovend vonkje op de verkeerd geplaatste vier. 

    Wat wil je die vier was amper een dag oud. Je moet het tijd geven om hoog op te laaien.
    Ook voor ons was de postre een sorpresa (het dessert een verrassing). Drie bolletjes ijs, drie knikkers groot. Ze slierden met extra vierge olijfolie vlot naar binnen. 
    Ik hoor mijn intieme vriend Dick d’Arm morgen al zeggen: “En nu sliert het vlot naar buiten.”

    Ik sluit mijn laptop. 
    Vanop de zijlijn zeg ik als een dankbare pelgrim goede nacht aan zoveel Vlaamse pelgrimsvrienden van aan de kust tot aan de Maaskant.

    Santiago, bescherm al die lieve mensen en al hun geliefden.

     

    07-10-2023 om 07:30 geschreven door Chris

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (21 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    06-10-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.VERGETEN EN VERGEVEN

    Hieronder lees je het meest recente verhaal.
    Wil je alle verhalen chronologisch volgen dan moet je helemaal naar onder scrollen.

     

    El Alto del Perdón

    Het pédicure-salon Pier meldt slechts twee bezoeken deze morgen. Alleen maar om te zeggen dat dergelijk laag cijfer uitzonderlijk is na een calvarietocht als gisteren.
    Ik noteer enkel, denk niet dat ik de bijverdienste van die lieve man controleer. Het is gewoon om mijn statistieken up-to-date te houden. 

    Nu ik aan mijn laatste “Vuelta de peregrinos” bezig ben, kan ik misschien over enige tijd een boekje uitgeven vol met tips voor de toekomstige Neospelgrims, die na het lezen van mijn blog zich in blok zullen aanmelden.

    Hoe heerlijk de akoestiek in de refter (toch moeilijk om deze kille kelderruimte als ontbijtzaal te omschrijven). Het geschuifel van de ijzeren stoelpoten over de stenen vloer kan beslist een nieuw geluid worden op Tomorrowland. 

    Mathias heeft zijn kraam uitgestald: broodjes met kaas en ham, een appeltje voor de dorst, een yoghurtje als toetje, een koekje als tussendoortje en een flesje water om het verloren zweet te compenseren.

    Nu verneem ik pas de oorzaak van de val van een van onze kranige pelgrims. In het vervolg geen boterhammen meer met ei en spek. Persoonlijk vond ik het een zeer lekkere keuze maar ik heb geen spreken, ik eet ze terwijl ik op het klavier van mijn laptop aan het tokkelen ben. Absoluut geen vergelijk met het beulenwerk die pelgrims op de ruige flanken van die Zuid-Franse bergketen moeten afzien. Toch moet er iets van mijn hart: als ik gisteren het schoeisel zag van die lieve pelgrimsvriendin wist ik meteen dat spek met eieren een uitvlucht was. Had Hannibal deze sandalen gezien, dan was hij er nooit aan begonnen om de Alpen over te steken met zijn troep olifanten.

    Wij vergeten het verleden. Het is vandaag om doen.
    Vandaag kunnen we onze fouten van het verleden vergeten, kunnen we fouten van andere vergeven. 
    Vergeten en vergeven.
    Het begint goed: ik heb dit zalfje vergeten, mag ik gauw nog naar de kamer?
    Op de losplaats in Cizur Menor: ik heb mijn portefeuille en pet vergeten. Ja, wat nu?
    Dank voor de vlugge actie van de vlot Spaanssprekende peregrina. 
    Oei nu voel ik het, ik vergat mijn broek toe te ritsen.

    We gaan vandaag over de Alto del Perdón, letterlijk vertaald over de berg van vergiffenis.
    De fouten vergeten die je aangedaan werden is niet altijd eenvoudig. Trouwens door te vergeten kan men immers geen lessen trekken uit wat er fout is gelopen.
    Vergeving betekent ook niet dat men onrecht zo maar moet laten gebeuren. 

    Zoveel pertinente gedachten om op je persoonlijke bezinningstocht een eindje zoet mee te zijn.

    Op de berg van de vergeving zie je windmolens zo ver je oog kan reiken.
    De eentonigheid van het zwiepend geluid van die turbines wordt aangenaam gebroken door die roeste pelgrimskaravaan waarvan ik in 2001 dacht dat dit het gevecht van Don Quichot tegen de windmolens moest verbeelden. In 2004 wist ik al beter: Dit is de weg van de wind die de sterren (van de Melkweg) kruisen.

    Deze vermaarde plek op de camino is zonder twijfel een van de meest gefotografeerde plaatsen op de camino.

    Vroeger zou hier een kerkje gestaan hebben. Toen konden hier pelgrims die hun tocht naar Santiago niet konden afmaken vergeving krijgen van hun zonden.

    Een hommage van de kinderen en familie aan Gabriël Van Hauwermeiren die in 2002 de camino van in Veurne liep in 100 dagen.

    De man met de acheruitkijkspiegel op de zonnehoed.

    Maar onze pelgrims zien er zo gezond uit dat zij Compostela zullen halen. Of zij zonder zonde zouden zijn, neen, dat geloof ik niet. Bovendien hij die zonder zonde is dat hij de eerste steen gooit. 
    Ik vind de ideale steen, niet om te gooien maar om over enige dagen af te leggen aan het Cruz de Ferro. Een steen vol symboliek, je ziet er mijn zondevlekken zo in afgedrukt. 
    Alle moeite om hem zuiver te krijgen is tevergeefs. Dit wordt mijn laatste steentje dat ik dan aan dat hoge kruis zal afleggen. Ik wil de camino definitief verlaten met een rein zieltje. 
    Ik heb geen schrik dat ze me in Spanje gaan vasthouden. Trouwens dit steentje heeft volgens mij niet de minste archeologische waarde, het blijft in zijn land van oorsprong.

    Geen stevigere absolutie dan de inspanning van onze pelgrims over dit nijdig bergpad.
    Ze ontvangen uit handen van Mathias de sleutel niet van de hemelpoort maar van de bescheiden deur van hun cel in hotel Jakue, Baskisch voor Jacobus.

    Rond zes uur zie ik op de afgesproken plaats uitgedoste heren en fleurige dames.
    Met dit keurig gezelschap ga ik naar het stemmige kerkje in Puente la Reina.
    Aan de voet van El Crucifijo, de gekruisigde, vragen wij vergeving, wij beamen het met het refrein van ons lied: “Ultreya e suseya! Deus adjuva nos”.
    In een gedicht van Toon Hermans horen we een toepasselijk zinnetje:

    “…Hij had het over anders leven,
    over vergeten en vergeven.
    Over elkaar de hand toesteken
    en over samen brood te breken…”

    Was jij daar toen ze mijn Heer aan het kruis sloegen, toen ze hem in het graf legden?

    Hoe toepasselijk klinkt hier die indringende gospelsong: 
    “Were you there when they crucified my Lord”?
    Ik zing die song zo graag, hier nog meer met ziel en hart.

    Vergeten en vergeven, zo mooi als het kan.

    …En vergeef ons onze schulden zoals ook wij vergeven aan onze schuldenaren…

    06-10-2023 om 10:38 geschreven door Chris

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (21 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    05-10-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.IERSE ZEGENWENS

    Hieronder lees je het meest recente verhaal.
    Wil je alle verhalen chronologisch volgen dan moet je helemaal naar onder scrollen.

    Ierse Zegenwens

    Een stipte groep geeft ons een stipt vertrek.
    Ons pas aangeleerd lijflied galmt al luid in de car. “Ultreya y suseya, Deus adjuva nos!”
    “Vooruit en steeds hogerop!” zal vandaag in de Pyreneeën meer dan waar zijn.

    Vanop de zijlijn horen onze pelgrims wat hen vandaag te wachten staat. 
    Ze ontvangen de Ierse zegenwens op een kaartje dat ze aan hun rugzak kunnen hangen.

    Uit deze wens spreekt niet alleen een groot respect voor de geweldige natuur waardoor onze pelgrims vandaag doorwandelen maar ook het grote besef dat ons bestaan een groot mysterie is.

    Moge de weg je tegemoetkomen.
    Moge de wind altijd in je rug zijn.
    Moge de zon warm op je gezicht schijnen,
    de regen zacht op je velden vallen.

    En tot we elkaar weerzien, 
    moge God je vasthouden 
    in de palm van Zijn hand
    .

    Het is ingetogen stil op de bus als op elke gedachte een woordje uitleg volgt.
    Ik zing de sfeervolle melodie “May the road rise to meet you…May God hold you in the palm of his hand.”

    In het middeleeuws kerkje van St.-Jean-Pied-de-Port spreken we onze zegen voor elkaar uit om dit kort ritueel af te sluiten met de woorden: “Ga nu maar pelgrim op zoek naar vrede en alle goeds.”

           

    Een jeugdig jongetje schiet de onvergetelijke start van onze pelgrimstocht op de schijf van mijn mobieltje. De poort van Spanje draait symbolisch open en het pad naar het onbekende ligt open.

           

    Mathias voert de oude herder naar Roncesvalles. Onderweg zien we dat onze pelgrims een unieke tocht zullen beleven. Doorheen mistgordijnen, de zon die zich door het grijze dekbed boort, een stralend blauwe hemel, het palet herfstkleuren een onbeschrijflijke variatie.
    Om stil te worden bij dit wonder van de natuur. Onze pelgrims laten zich opnemen in dat enig mooie landschap.

           

           

    En wat doet de eenzaat die zo vaak mee op het pelgrimsfront liep?
    Rondkuieren op de binnenkoer van de abdij in Roncesvalles.
    Stil, diep stil worden in de halfduistere 12de eeuwse kerk. 

    Een tempel om zoveel gedachten door mijn geest te laten stromen.
    Dit zal wel de laatste maal zijn dat ik hier op een kerkbank kan mediteren.
    Hoeveel onvergetelijke momenten mocht ik op de camino beleven.
    In 2001 ontving ik hier op 1 mei de pelgrimszegen.
    Zoveel jaren zijn ondertussen weggevlogen. 
    Toen wist de sterke senior in wording zeer goed wat hij fysiek nog in zijn mars had.
    Vandaag weet de echte senior met heel wat pelgrimservaring wat hij duidelijk niet meer kan.

    In die oase van stilte en rust mijmer ik over zoveel familiegeluk, pieker ik als gelovige wat de kerk ons de voorbije decennia aandeed. 
    Gisteren in de film “The Way” zei Jack de Ierse schrijver dat hij geen kerk meer kon binnengaan na alle soort misbruiken en seksschandalen in zijn groen land. Hij noemde het kerkgebouw de tempel van tranen. 
    Het is inderdaad om luid te schreien. Maar gelukkig heb ik dit instituut dat mij ook al zo vaak teleurstelde niet nodig om te geloven. Het Evangelie is nog steeds mijn beste kompas.
    En toch blijven die eeuwenoude gebouwen sowieso een rustplaats voor mijn soms drukke geest.

    Ik word plots uit mijn rust wakker geschud. Een pelgrim meldt haar aankomst. Het is een duivinneke dat op de til van “La Posada” neerstrijkt.
    De herder is flexibel en wordt omgetoverd in een duivenmelker. Een na een vallen ze op de til. Het blij roekoeën houdt niet op. 
    Alsof zij de beslissende slag wonnen om verder het Noord-Spaanse land te infiltreren.
    Hier in Roncesvalles werd Roland, de trouwe Paladijn van Karel de Grote in een hinderlaag gelokt, werd in de rug aangevallen en gedood. 
    Je gelooft het of niet maar een pientere pelgrim had zijn voorzorgen genomen. Mij zullen ze niet in de rug aanvallen dacht hij en hij monteerde prompt een achteruitkijkspiegeltje op zijn zonnehoed. 

    De laatste twee duivinnetjes komen uit het oosten aangewaaid en ze werden ontvangen met een staande ovatie. Zo stond de hele kudde al recht om naar de car te stappen.
    Nog een uurtje rijden langs slingerende wegen en het duivenkot van zo net werd nu een rijdend kippenhok. Wat een gekakel. Geen oorlogskrant ter wereld kon al die epiek bijhouden, laat staan dat ik er als verslaggever iets van begreep.

    Het enige positieve dat ik uit hun gekakel kon filteren was: Onze Neospelgrims hebben vandaag het herfstlied van de Pyreneeën gehoord in alle toonaarden in alle variaties van tempi. Niets gekunsteld, een lied ontsproten in de natuur van de puurste makelij. 
    En ondertussen zakt zachtjes de zon achter de kim en naderen wij onze luxe albergue in Pamplona.
    De stieren van Pamplona werden veilig op stal gehouden zeker als de veehouders hoorden dat een horde uitgelaten Vlaamse pelgrims op komst was.

    Je wil weten hoe het met Dick d’Arm gaat? Ja, het gaat vlot.

     

    05-10-2023 om 16:33 geschreven door Chris

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (20 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    04-10-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.HET BEGIN

    HET BEGIN

    In het begin was er complete duisternis in een dertigtal Neos-hersenen.
    Toen kwam hij (zonder hoofdletter, hij mag zich God wanen maar hij is het niet) en bracht licht in hun duisternis.
    Hij (aan het begin van een zin wel met hoofdletter) zag dat het goed was en hij zei: ”Deze kudde vrome zielen wil ik nog één keer als een goede herder veilig door de woestijn, of het woeste land van Noord-Spanje leiden tot bij zijn sinds 2001 goede vriend Jacobus.
    Hij zag dat het goed was.
    Het klinkt haast als een nieuw hoofdstuk in het Genesisboek.

    Hij had al eerder aangekondigd dat er eens een eind moest komen aan die herderlijke taak.
    Hij rijdt immers zijn laatste rit op tram 7 en bovendien is het zijn 7de tocht waar hij aan begint om schaapjes langs veilige paden te leiden naar de ster in het veld (in campo stella of Compostela).

    Tram 7 en zevenmaal, hoe heilig klinken deze getallen. Zelfs die heiligheid kan hem niet overtuigen verder te doen. Ergens in een stil hoekje slaakt hij een diepe zucht: “het is genoeg geweest”. 

    Waar is de tijd dat hij met zijn herderlijke staf zijn selecte kudde naar heilige oorden dreef. Helaas, zes infiltraties (dus net geen zeven) konden hem niet helpen om nog over berg en dal verder te hijgen, om bezweet als een os bij zijn schaapjes te arriveren. 
    Je moet hem nu langs de zijlijn zien zitten vanwaar hij zijn bokken en ooien de goede richting uitstuurt. Het is niet omdat hij thans met smartphone en whatsapp de situatie van ver onder controle heeft dat hij de nieuwe herder heeft uitgevonden. Een herder voelt zich pas thuis in zijn kudde. En dat gevoel begint hij te missen.

    Hij voelt zich eerder een geslagen bordercollie, net niet uitgeteld.
    De herder loopt niet meer mee maar staat stil bij zoveel moois dat hij langs dat enig pad mocht beleven. Pelgrimeren, stilstaand lopen.

    Wat voor andere als een nieuw pad begint, is voor hem – gelukkig – nog niet het begin van het einde, wel het begin van afbouwen, het begin om nog lang te genieten van ontelbaar onvergetelijke ontmoetingen, het begin om zoveel kleurige verhalen, als het ware zijn evangelie van de wondere camino te delen met een massa volgelingen verbonden met een digitale streng. 

    Vandaag begint hij aan dit laatste verhaal, voor hem het zoveelste pelgrimsverhaal, zijn pelgrimsverhaal gemixt met het pelgrimsverhaal van 32 pelgrims.
    Pelgrims met een groot Neoshart.

    Vandaag, dinsdag 3 oktober, in de nog zeer vroege duisternis verzamelden ze in Antwerpen, Gent en Kortrijk. Ze kwamen uit alle provincies van het Vlaamse land. 
    Met 33 pelgrims reden vader en zoon Sercu, alias Jan en Mathias aan een strak tempo naar de klarende lichtstad waar het een doffe ellende werd.
    Nog slechter dan op de Singel rond Antwerpen. Tweeëneenhalf uur om vanuit de ene bouchon in de andere te geraken.

    De sfeer bleef rustig op de bus. Ze ontvingen een bezinningsboekje, zelfs een liedboek en een wandelgids, het hield hen bezig en zonder dat ze het wisten hadden ze Parijs al achter de rug. 
    Je moest ze zien pronken met hun roepnaam op de borst. Er was zelfs een mondige dame die graag op elke borst een klever wilde. Het deed mij jaren terugdenken, aan die filmaffiches waar de mooiste plekjes van een vrouwenlichaam afgedekt werden met zwarte klevers.

    33 pelgrims: 22 vrouwen en 11 mannen. Voor elke adam twee eva’s.
    Wat een straffe cocktail gaat dat worden.
    Laat ons hopen dat er geen nieuwe parlementaire commissie moet samengeroepen worden voor een nieuw schandaal. Geen kindermisbruik maar nu seniorenmishandeling.

    In Gent zouden ze er subiet een mocktail van maken: 22 mokken met 11 venten. 

    Noch cock- of mocktail als aperitief. Een snelle stop langs de snelweg, snel onze eigen picknick naar binnen en weer snel weg. Het kan niet snel genoeg gaan.

    In mijn muizenslaapje had ik een heel intiem gesprek met een bekende uit mijn onderwereld.
    Dick d’ Arm wist mij te zeggen dat hij allesbehalve in zijn nopjes was. “Wat is er nu weer gaande?” was mijn directe reactie. “Dat is het juist, antwoordde Dick, er is niets gaande! Het gaat gewoon niet, duwen en zuchten en nog gaat het niet. Waarom moest jij mij zo vroeg in de morgen helemaal in een knoop doen slaan. Je weet toch dat ik je elke morgen bijna klokvast naar de verloskamer breng. Je kunt het straks weer op mij steken als de knoop niet ontward raakt.” 

    Tijd om de ontknoping van een film te zien, ideaal om Dick uit mijn hoofd te zetten.
    The Way met Martin Sheen is een ideaal begin om elke pelgrim kennis te laten maken met de kracht van de meest belopen spirituele weg. 

    Daniel is de zoon van de Amerikaanse oogarts Tom. 
    Daniel is een fervente wandelaar en legt de pelgrimsroute naar Santiago de Compostela af. Tijdens de tocht wordt Daniel echter het slachtoffer van een storm in de Pyreneeën en hij komt om het leven. Tom heeft nooit begrepen waarom zijn zoon die tocht wou afleggen. Hij komt naar St.-Jean-Pied-de-Port om het lijk van zijn zoon te herkennen maar ook wil hij op zoek gaan wat zijn zoon bezielde.
    Hij begint aan de tocht die zijn zoon pas begonnen was. Onderweg wordt hij onderworpen aan de gevaren van een lange wandeltocht, maar ontmoet hij ook enkele lotgenoten.

    Deze film raakt mij telkens opnieuw, steeds wekt hij nieuwe gedachten op.
    De zoon brak met zijn doctoraatstudies. Hij wilde de wereld zien. Helaas, het lukte hem niet.
    Zijn vader Tom vertelt een Spaanse vrouw dat hij oogarts is en zij repliceert pienter: Oogarts om de wereld beter te zien. 

    Onderweg strooit hij op plaatsen die hem doen stilstaan een hoopje as van het gecremeerd lichaam van zijn zoon. Aan het slot schudt hij de rest van de plastic zak leeg in de oceaan. De milieubewuste toeschouwer zal zich meteen afvragen: en wat deed hij met de plastic zak?

    Ultreya e suseya. Ook dit jaar wordt dit ons strijd- en lijflied: Vooruit en steeds hogerop. Die vertaling niet delen met Conner Rousseau of hij misbruikt ze nog als zijn slogan.

    Het werd een superlange dag. Jan en Mathias worden bedankt voor de kilometerslange rit, voor hun vakmanschap. 
    We overnachten in Le Bayonne. Mijn blog moet morgen de deur uit. Dit wil zeggen dat mijn ogen zeer moe worden en dat het tijd wordt om ze te sluiten.
    A.u.b. Dick laat mij deze nacht met rust. 

    04-10-2023 om 12:16 geschreven door Chris

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (17 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    26-09-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.THE LAST ONE

    Waar is de tijd toen het kraken en piepen amper te horen was?
    In 2004 na ongeveer 1700 km tocht.

    Creatieve pelgrims in 2022

    Geen mogelijkheid meer om een last minute voor Neos Compostela te boeken. 
    Alle plaatsen zijn ingenomen.
    Ik maak mij wel klaar om mijn last one te lopen, fout, te begeleiden.
    Zoveel kilometer aan één stuk lopen, zoveel hoogtemeters overwinnen, neen, mijn kuiten, mijn artrose gewrichten, ze weigeren mij dit enorm genot dat ik zovele keren royaal mocht beleven.
    Maar zij verbieden mij niet om 32 pelgrims de weg te tonen naar Santiago of in ’t Vlaams naar Jacobus. 
    Ik beschouw het wel als een geschenk dat ik mijn persoonlijke ervaring van jaren kan en mag doorgeven: 
    In 2001 een eerste maal schuchter begonnen aan de voet van de Pyreneeën in St.-Jean-Pied-de-Port. In 2004 van aan mijn voordeur in Zottegem. Ken je dat niet? Wel als je ooit naar de Vlaamse Ardennen komt dan is ons Egmontstadje de poort van die “heuvelende” en glooiende regio”. Geen vergelijk met de hoogtemeters over die 2400 km lange pelgrimsweg.
    In 2009 ging opa met zijn puberende kleinzoon langs de Via de la Plata, van Sevilla tot Compostela. 40 dagen zwoegen en zweten in temperaturen van 40 tot 50 graden over steile bergpaden, doorheen dorre vlaktes, 1000 km lang. 
    Jasper, onze puberende kleinzoon kon zijn 16de verjaardag vieren in Santiago de Compostela.
    In 2014 een eerste maal een groep Neospelgrims mogen begeleiden. Uit het traject van St.-Jean-Pied-de-Port naar Compostela, ongeveer 800 km lang, maakte ik een selectie van 11 etappes van ongeveer 20 km. 
    Een groep pelgrims gidsen was voor mij een totaal nieuwe ervaring. En met die nieuwe uitdaging kreeg mijn pelgrimsverhaal onverwachts een zeer boeiend vervolg. 
    2023 wordt mijn zevende begeleiding. Satan Corona had ervoor gezorgd dat mijn vervolgverhaal twee jaar ongeschreven bleef.
    2023 wordt de last one, mijn allerlaatste begeleiding, het laatste hoofdstuk met epiloog van een voor mij onuitwisbare levenservaring.
    Neen, aan het eind van deze tocht zal je geen zucht van verlichting horen, geen zucht van “eindelijk”.
    Het zal eerder in een stil hoekje wegdromen zijn.
    Wat enig moois heb ik op deze weg, op deze camino mogen proeven. 
    Welke schitterende mensen mocht ik op die weg naar Jacobus ontmoeten.
    Hoe ontroerend mooi klonken de verhalen die recht uit het pelgrimshart kwamen.
    Hoe verbindend kan een pelgrimsweg zijn, een wondere weg.
    Zo vaak zei en schreef ik het al: een weg waarop vreemden vrienden worden.

    In al die jaren probeerde ik via een blog de thuisblijver, de pelgrim op het thuisfront mee de sfeer te laten proeven van wat Neos pelgrims op hun gouden i.p.v. hun oude leeftijd nog ondernemen en van wat zij diep in hun hart beleven langs die spirituele weg waarop miljoenen pelgrims ons door de eeuwen zijn voorgegaan.

    Dit blog werd in het verleden super gewaardeerd. 
    Waarom zou ik er nu geen einde aan breien?
    Het was en is nog steeds mijn bedoeling om iemand die het fysiek niet aankan ook de innerlijke taal van een pelgrim te laten horen. Waarom zouden zoveel geïnteresseerden op het thuisfront niet in het hart van een pelgrim mogen lezen. 

    Mag dit blog daarom weer als een opendeur zijn van een pelgrimshart.
    Mag dit blog je over enige dagen weer boeien.
    Mag dit blog misschien de prikkel worden om volgend jaar met Neos naar Santiago te gaan.
    Ik ben dankbaar voor de waardevolle opvolger die met evenveel pelgrimservaring klaar staat om vanaf 2024 de volgende groep te begeleiden.
    Luc Van Laere, dank dat je die dienende taak wil verderzetten. 

    Dit was de opening en de eerste kennismaking van het blog editie 2023.
    Geef het blogadres door aan zoveel mogelijk vrienden en kennissen.

    Het volgende verhaal lees je rond 3 of 4 oktober.
    Tot zolang.

     

    26-09-2023 om 00:00 geschreven door Chris

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (45 Stemmen)
    >> Reageer (2)


    Archief per week
  • 23/10-29/10 2023
  • 16/10-22/10 2023
  • 09/10-15/10 2023
  • 02/10-08/10 2023
  • 25/09-01/10 2023

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!