Tussen 8u30' en 9u30' wordt op alle gemak ontbeten : de pistolets en de sandwiches smaken lekker. Dan rijden we opnieuw naar Quenast voor een zeer interesssant bezoek aan de porfiercarrière. Met een beetje overdrijving kan men zeggen dat alle kasseistenen ter wereld van hier afkomstig zijn. Maar op vandaag is enkel nog een desolaat industrielandschap te ontdekken, omdat de uitbating tot op een minimaal niveau werd terug geschroefd. De productie is bijna volledig beperkt tot ballast voor de treinsporen en steenslag voor de wegenbouw. Opnieuw zo'n een industrietak waarvan hele dorpen en duizende mensen jaren lang hebben geleefd en die dan volledig teloor is gegaan (zie textiel in het Gentse, staalindustrie in Limburg en Wallonië, serredruiven in Vlaams-Brabant,... ). De gidse legt echter zeer goed uit "hoe het geweest is" en hoe het porfier met treintjes uit de groeve werd gehaald. (er bestond een heus "station")
|