Beurs en rampen
De beurscrisis van de laatste dagen deed me terugdenken aan een markante geschiedenis uit mijn studententijd. In het jaar 1967 studeerde ik aan de Hogere Handelsschool te Aalst in de A6/A1-richting (voor de ouderen onder ons) boekhouden-handel. In het kader van een meer praktische opleiding gingen we geregeld op studiereis.
Op maandag 22 mei 1967 zouden wij met onze klas een bezoek brengen aan het beursgebouw te Brussel (zie foto onderaan). Met de trein spoorden we tot Brussel-Centraal en vandaar te voet naar de Anspachlaan. In het imposante gebouw werden we rondgeleid door een gids en onze leraar om er de beurshandel van geld en aandelen in werkelijkheid mee te maken en uitleg te krijgen over de werking ervan. Gezien onze jeugdige leeftijd een saaie brok om te verwerken en geld was het minste van onze zorgen. Met ons wekelijkse zakgeld van 50 frank waren we de koning te rijk.
Toen eindelijk de middag aanbrak was het tijd om iets te gaan eten in één van de warenhuizen in de buurt. Iemand opperde om dit te gaan doen in de Innovation in de Nieuwstraat. Bijna iedereen was daarmee akkoord, maar bij het buitenkomen begon het lichtjes te regenen. Op de Anspachlaan gekomen kregen enkelen van ons het “Magasin de la Bourse” (nu niet meer bestaande) in de gaten en werd er besloten, gezien de regen, de straat over te steken en daar het middagmaal te gebruiken. We waren amper een half uurtje binnen toen we het onophoudelijke geluid hoorden van voorbijrijdende brandweerwagens en ambulances, gevolgd door het mondelinge nieuws dat de Innovation aan het branden was. Verder van geen kwaad bewust verorberden wij onze maaltijd en zoals tieners dat doen werd er heel wat pret gemaakt. Bij het buitenkomen waren de op- en afrijdende ziekenwagens overal in het straatbeeld aanwezig en zagen we boven de gebouwen een donkergrijze wolk opstijgen.
Nieuwsgierig als we waren gingen wij de Nieuwstraat in, die overvol brandweerwagens stond en wandelden zo kort mogelijk tot bij de voorgevel van de Innovation. Pompiers waren er koortsachtig aan het werk, politie hield iedereen op een afstand en verder heerste er een onwerkelijke stilte. Tot we door brandweerlui werden aangemaand om de straat te verlaten. We waren ons niet bewust van wat er zich juist afspeelde achter de gevels van de Innovation. Maar eens thuis gekomen en we het nieuws hoorden op radio en later beelden zagen op TV van de enorme brand en de slachtoffers die er waren in gebleven wisten we aan wat we waren ontsnapt op die bewuste middag. Iets of iemand heeft ons toen weggeleid van deze catastrofe, en zo is het lot ons die dag genadig geweest; anders…..?
(Hierna een artikel uit Wablieft over de brand in de Innovation)
België rouwt om grote rampen
1967: Helse brand doodt 343 mensen
Wablieft vertelt over grote rampen in België. Deze week gaat ons
verhaal over de 'Innovation'. Dat was een groot gebouw met veel
winkels. Het brandde af op 22 mei 1967. Er stierven 343 mensen.
Het is een drukke maandag in de Innovation in Brussel. Vandaag begint
de 'Amerikaanse week'. Soldaten van Amerika vechten in Vietnam.
Mensen betogen voor de winkel tegen die oorlog. De betogers gaan de
winkel binnen. Vanop het dak gooien ze papieren naar beneden. Daarop
staan teksten tegen de oorlog in Vietnam. Ondertussen is de
Innovation vol met klanten. Maar die letten niet op de betogers.
Rond de middag lopen veel mensen de Innovation even binnen. Ze hebben
pauze op hun werk. Velen gaan eten in de Innovation. Of ze winkelen
er even. In een winkel met kleren is een verkoopster een beetje
ongerust. Ze ruikt iets. 'Zou dat brand kunnen zijn?' vraagt ze zich
af. Jammer genoeg heeft de verkoopster gelijk. Plots hangt de
verdieping vol zwarte rook. De klanten raken in paniek.
De klanten op de andere verdiepingen winkelen rustig verder. Een
alarm rinkelt op elke verdieping. Maar de bel klinkt niet hard
genoeg. En er klinkt net een andere bel voor het personeel. Die
rinkelt voor het einde van hun pauze. Het duurt lang voor de klanten
de brand opmerken.
Dan gaat het licht uit. De rook begint mensen te verstikken. De
klanten raken helemaal in paniek. Ze vechten om te overleven. In het
donker zoeken ze naar de uitgangen. Maar veel uitgangen voor nood
zijn dicht. Andere deuren gaan wel open. Maar het zijn niet altijd
echte deuren. Er zit soms een raam of een muur achter.
De hitte wordt steeds groter. De ene verdieping na de andere vliegt
in brand. Een grote wolk zwarte rook vult de hemel boven Brussel. De
brandweer is snel bij de Innovation. Maar enkele klanten springen al
uit het raam. Ze vallen te pletter op de stoep. Aan de achterkant
hebben mensen meer geluk. Ze kunnen afdalen naar een plat dak. Vanop
dat dak raken ze met touwen op de grond.
De vlammen verwoesten de Innovation helemaal. Alle mensen binnen zijn
verloren. Balken van hout en staal storten naar beneden. Eén dag
later komt er nog altijd rook uit het puin. Veel slachtoffers worden
niet teruggevonden. Er zijn 343 mensen dood of vermist.
Na de brand startte het gerecht een groot onderzoek. Maar het vond
nooit een dader. Staken de betogers de brand aan? Niemand weet het.
Er was zeker veel mis in de Innovation. De uitgangen waren niet
allemaal echt. Of ze gingen niet open. Het alarm was niet luid
genoeg. De Innovation had zelfs geen verzekering voor brand. De
families van de slachtoffers kregen wel geld voor hun verlies. Maar
veel troost gaf hen dat niet.
(Wablieft - 2006)
|