Littekens op een stierenhuid Net zoals de Vlamingen streven de Basken naar onafhankelijkheid. Hier is een deel van hun verhaal.
04-12-2006
Terug in de tijd 24
04 december 2001
In Bilbao gaat, in dit jaar van de minderheidstalen, een
tentoonstelling van start over de vervolging en repressie die de Baskische Taal
in de loop der tijden te verduren kreeg. De titel is wel erg goed gekozen: Habla en cristiano!
Dit is een zinsnede die stamt uit de tijd dat de Spaanse
bezetter het bevel gaf: No
sea barbaro. Habla en
cristiano! (Wees geen Barbaar, Spreek Christelijk!)
De getoonde voorwerpen zijn vaak dezelfden als die welke ooit
bij ons gebruikt werden om kinderen te stigmatiseren, die op school betrapt
waren op het spreken van de moedertaal.
Bovendien konden de zondaars eraf geraken door medestudenten te
verraden.
De Francodictatuur was
nog dwazer. Zo hangt er een aanplakbrief met de tekst:
Binnen de 48
uren is het verboden in openbare aankondigingen
de letters k, tx
en b, nog te gebruiken
waarmee de
nationalisten de glorieuze Spaanse taal verkracht hebben.
Maar het absurde kwam nog meer tot uiting als
betrapte plattelandsmensen hun opgelegde straf niet begrepen voordat die in
het Baskisch verdietst waren .
Maar het Euskara wist te overleven omdat we onze taal in
ons hart bewaarden en ze gebruikten als de gelegenheid zich voordeed, aldus
een getuige.
Niettegenstaande de rapporten van Amnesty International, van
TAT, van de speciale verslaggevers van de UNO, van Theo van Boven, enz ontkent
het Spaanse establishment in alle toonaarden dat er gefolterd wordt.
Het parlement van de Baskische regering
vraagt de afschaffing van de Audiencia Nacional, vraagt aan Madrid om de
incomunicado-procedure, voorzien in de Ley
Antiterrorista, stop te zetten en vraagt dat Spanje
eindelijk erkent dat er gefolterd wordt, niet éénmaal, maar systematisch. Er
wordt ook gevraagd alle processen stop te zetten, waarvan de aanklachten
gebaseerd zijn op bekentenissen afgelegd onder foltering. Het parlement drukt
tevens haar solidariteit uit met alle gefolterden.
Stemden voor: PNV,
Ezker Abertzalea, EA en Aralar 37 stemmen
Stemden tegen: PP en PSE (Baskische
socialisten) 31 stemmen
Vandaag gaat voor het Hooggerechtshof in Madrid
het grote proces, tegen 8 radicale Baskische politieke en culturele activisten,
van start. Hoofdstuk 1 gaat over de Baskischtalige krant Egunkaria.
De beklaagden worden tot op de stoep van het Sanhedrin
begeleid door o.a. de voormalige president van de PNV, Arzalluz.
Carlos Garaikoetxea, de eerste Baskische
president na de dictatuur, kon hierbij niet aanwezig zijn en schrijft een
solidariteitsverklaring in de krant Gara, waarin hij in het kort de hele
komedie rond Egunkaria nog eens uit de doeken doet: De bewering van de onderzoeksrechter dat ETA aan de leiding van het
dagblad zou gestaan hebben, is een puur vermoeden. De directie van de krant
beschuldigen af te hangen van de terroristische organisatie, om hen op die
manier van criminele feiten te beschuldigen, is monsterachtig. Hierbij de
inmiddels overleden Martin Ugalde betrekken, is afgrijselijk. Nadat onze taal
gedurende de dictatuur verboden en voortdurend aangevallen werd, leverde
Egunkaria een fundamentele bijdrage in de overleving.
Rechter Juan del Olmo noemt
Egunkaria illegaal sedert de oprichting.
Eén van de acht beschuldigden, Txema Zumalabe, overleed in 1993. De
rechter heeft nu zijn overlijdensbericht opgevraagd. Basken zijn nog gevaarlijk zelfs als ze al dood zijn! Toen Martin
Ugalde, ooit Baskisch minister van Cultuur, eerder dit jaar overleed, diende
zijn echtgenote aan Madrid te vragen
zijn rekening te deblokkeren om de begrafenis te kunnen betalen! De documenten
die bij de sluiting in februari 2003 als bewijs moesten dienen waren van
twijfelachtige afkomst. Ze werden meegenomen bij arrestaties van mensen die
geen uitstaans hadden met de krant. De politie interpreteerde het spul als bewijsmateriaal
en de onderzoeksrechter nam dat klakkeloos over!!
Bij de sluiting van de krant werd de directie
meegepakt en gefolterd. De hoofdredacteur, Martxelo Otamendi, Jezuïet, kreeg
van de arresterende Guardia Civiles meteen de belofte dat ze hem niet zouden
slaan. Maar in naakte toestand werd
Otamendi vreselijk vernederd. Zo zegden ze dat ze bij zijn homofiele
vriend geïnformeerd hadden naar zijn
favoriete standje en dat standje diende hij aan te nemen bij de
ondervraging. Toen Otamendi later voor de pers verscheen met deze
folterpraktijken diende de toenmalige Spaanse Minister, Angel Acebes, een
klacht tegen hem in wegens het vals beschuldigen van de Guardia Civil.
Op 3 juli 2002 wordt een akte van in beschuldiging
opgesteld tegen 19 personen. De beschuldiging luidt: Banden met SEGI en
integratie in terroristische organisatie ETA-KAS-EKIN. Dit zal uitmonden in
een proces sumario 15/02, voorzien voor volgende week 4 en 5 december 2006,
in de Audiencia Nacional. Er werd in de zomer van 2001 een proces-verbaal
opgesteld wegens feiten van Kale Borroka, straatgeweld. Na een aanhoudende golf
van aanhoudingen, zullen nu 19 personen terechtstaan, onder wie Unai Romano (zie foto,
voor en na).
Alle bekentenissen werden verkregen na verschrikkelijke
folteringen tijdens de incomunicado-opsluiting (geen enkel bezoek mogelijk,
geen advocaat noch familie, op een onbekende plaats, meestal de kelders van de
Guardia Civil). 17 van de 19 gearresteerden klagen aan dat ze gefolterd werden.
De Asamblea de Torturados y Familiares, assemblee van gefolterden
en families, zullen in samenkomsten en protestmanifestaties deze mensonterende
praktijken aan de kaak stellen. Het gaat namelijk niet om een één uitzonderlijk
geval, maar om een continue toegepaste strategie.
Hoeveel zelfbeschuldigingen zitten hiertussen? Hoeveel onschuldigen
werden aangeduid als gevolg van die niet te harden, helse pijnen? De Guardia
Civil moet haar getal hebben!
In Pamplona wordt de vrouw
vrijgelaten die enkele dagen na de aanslagen, door Moslimterroristen in de
treinstations van Madrid, een
bakker wilde verplichten een A4tje tegen ETA (ETA NO) in de vitrine te
hangen. Toen de bakker dat weigerde, haalde ze haar man en haar zoon erbij en
beiden brachten de bakker dodelijke verwondingen toe. De zoon met een machete,
de vader met zijn dienstpistool. De vrouw werd tot 10 jaar veroordeeld wegens
aanzetting tot geweld. Nu werd ze vrijgelaten omdat ze NIET zou aangezet hebben
tot moord. Buren getuigden nochtans dat ze haar brood nooit in deze bakkerszaak
had gekocht. Waarom kwam ze ditmaal dan binnen?
Hoe lang zal het nog duren
vooraleer de bakker de schuld krijgt de oorzaak van zijn eigen dood te zijn? Na
de moord werd de bakkerszaak herhaaldelijk aangevallen en werd de familie
bedreigd.
Wie kan er nog enig respect
opbrengen voor de Spaanse Justitie?
Zie ook artikel Propagandaplaatje? van 16.11.2006
De Ertzaintza heeft er van langs gekregen omdat zij verdacht
worden belangrijke elementen te hebben achtergehouden bij de betoging van
10.11.2006 in Bilbo. Op die verdachtmakingen antwoordt de Ertzaintza nu met 5
arrestaties, jongeren tussen 18 en 20 jaar, Eneko Elola, Haritz López, Mikel
Ruiz, Haritz Díaz de Durana en Olatz Urbina.
Javier Balza van Binnenlandse Zaken in de Baskische regering
zegt: Deze aanhoudingen ontkrachten duidelijk de beschuldiging als zou de
Ertzaintza informatie hebben achtergehouden. Vanuit politioneel standpunt is de
Ertzaintza overtuigd van de deelname van die jongeren aan de betoging, alhoewel
er geen direct verband is met concrete agressie.
Wat hierbij opvalt, is dat de arrestaties misbruikt worden (er
is helemaal geen aanleiding toe) om zichzelf te rechtvaardigen. Immers,
alhoewel geen enkele van de arrestanten beschuldigd wordt van directe agressie,
worden zij toch overgeleverd aan de Audiencia Nacional, en iedere Bask weet wat
dat betekent.
Batasuna vraagt aan Ibarretxe waarom die arrestaties
gebeurden, waarom ze zo nodig voor een uitzonderingsrechtbank moeten gesleept
worden en of dat de impulsen zijn die de Baskische regering wil geven om uit de
geblokkeerde vredesonderhandelingen te raken.
Segi, de organisator van de betoging, spreekt over de
politie van de PNV die de intoxicatie, de criminalisering en de grove leugens
van de media (dagelijkse kost in de regimepers en op Tv) gebruiken om
aanhoudingen te verrichten.
Vandaag is het 102 jaar geleden dat Telesforo Monzón
geboren werd. Sommige Vlamingen herinneren zich misschien nog de IJZERBEDEVAART
van 1 juli 1973, die in het teken stond
van de vrijheidsstrijd van het Baskische Volk. In een intense hitte
sprak een statige man de massa toe. In
het Baskisch! Telesforo Monzón!
Monzón was niet enkel goed in toespraken, hij schreef ook gedichten
en zijn liedteksten werden méér dan eens op de legendarische Baskenavonden
gezongen.
Monzón werd in 1904 in
Bergara geboren in het machtige torenhuis Dorretxea Olaso (uit de 16de
eeuw).
Vóór zijn dertigste was
hij al schepen van zijn stad en in 1933, enkele jaren nadat voor het eerst de republikeinse vlag was gehesen op het balkon van het
stadhuis van Eibar (14 april 1931) werd hij verkozen in de Cortes in Madrid.
Monzón trok de hele provincie door en overal wist hij de massa te begeesteren.
In het memorabele jaar
1936, nadat het Baskisch Autonomiestatuut was uitgeroepen, werd Monzón Minister
van Binnenlandse Zaken van Baskenland in
de Regering van Lehendakari José Antonio Agirre (ze waren even oud). Zijn
eerste belangrijke daad begon met een tocht op een vissersboot die vanuit
Ondarroa de territoriale wateren opvoer.
Aan boord waren er vele kilos goud uit de banken van Bilbao. Eenmaal
buiten de actieradius van de Franquistische schepen werd er overgeladen. Het
goud werd geruild voor wapens.
Bij de val van het
Baskisch front, aan het einde van de Burgeroorlog, trok Monzón, net als vele
anderen, richting Noord-Baskenland, Iparralde. Bij het uitbreken van de Tweede
Wereldoorlog ging hij naar Zuid-Amerika.
Vanaf 1946 maakte Monzón
in Parijs deel uit van de Baskische
Regering in Ballingschap. Stilaan kon hij de passiviteit van de Regering
niet meer aanzien. Toen radicale jongeren vanuit het Zuiden hun ideeën kwamen
voorleggen, werden ze afgescheept als ordinaire bendeleden. Dit was het sein om
uit de regering te stappen.
Bij de dood van
Lehendakari Aguirre, in 1960, werd diens lijk opgebaard in Monzóns huis in
Donibane Lohitzune (Saint Jean de Luz).
De scheiding van ideeën
binnen de PNV werd groter naarmate er meer radicale jongeren vanuit het Zuiden
dienden te vluchten. Er was inmiddels een nieuwe generatie Gudaris (soldaten) aangetreden: Euskadi Ta Askatasuna Baskenland en
Vrijheid, ETA!
In 1969 was het
noodzakelijk geworden de diaspora te reorganiseren. Monzón en de pastoor van
Sokoa, Piarres Lárzabal, gingen over tot de stichting van Euskaldunei Lagunt
Biltzarra waaruit later Anai Artea (Onder broeders) zou ontstaan.
Bij Anai Artea konden de vluchtelingen, meestal ETA-leden, steeds terecht: voor
onderdak en wat geld.
Bij de start van het
Burgosproces ontvoerde ETA in Donostia de Duitse Ereconsul, Beihl die ze wilden inruilen voor het geval er
doodstraffen zouden vallen. Monzón trad op als tussenpersoon. Dit ging voor
Spanje echt te ver en het land van zon en Sangria zette Parijs onder enorme
druk met als gevolg dat Monzón het land
werd uit gezet, (samen met Txillardegi, medestichter van ETA, die later in
ons land terecht kwam.) Beiden gingen in hongerstaking in de kathedraal van
Baiona, samen met een groep van 35 sympathisanten. Monzón kreeg ten gevolge van
deze hongerstaking een hartaanval.
In 1977 bracht Monzón alle bestrijders van de rechtse dictatuur van
de inmiddels overleden Caudillo, Franco, bij elkaar in de legendarische (vijf) ronde tafelgesprekken van Xiberta-Chiberta.
In hetzelfde jaar stak Monzón, samen met de ETA-leiders die in het Burgosproces
de doodstraf hadden gekregen (maar kort voordien het land waren uitgezet),
onverschrokken de Muga (grens) over naar het deel van Euskal Herria waar hij
geboren was. In een zinderende velodroom, Anoeta, in Donostia werden ze als
helden ontvangen. Monzón voerde het woord, maar hij werd telkens onderbroken
door de massa die steeds maar weer scandeerde ETA Herria zurrekin ETA, het
Volk staat achter U!
Monzón stapte in dezelfde periode mee op in
de Mars voor de Vrijheid waarbij wel
elke dag incidenten met de politie te noteren vielen. In 1979 werd hij, samen met de leiding van Herri Batasuna, opgepakt en
opgesloten in de gevangenis van Langraitz.Gipuzkoa ging in
staking en de gevangenen kwamen vrij, op één na: Telesforo Monzón die
beschuldigd werd van verheerlijking van het terrorisme. Als protest begon
hij, inmiddels 74 jaar, opnieuw aan een
hongerstaking die hem bijna het leven zou kosten. Een maand later kwam hij
vrij, nadat hij opnieuw gekozen
was in het Spaanse Parlement, ditmaal
voor HB-Herri Batasuna.
Op 9 maart 1981overleed Telesforo Monzón in Baiona. Toen de lijkstoet enkele
dagen later, richting Zuid-Baskenland
reed, werd die in Pasaia, vóór
Donostia, tegengehouden door de Spaanse Politie. De kist werd in beslag
genomen, in een ziekenwagen overgeladen en onder escorte van de Spaansepolitie overgebracht naar het kerkhof
van Bergara. Spanje vermeed op deze manier dat Monzón in elk dorp als een held
zou ontvangen worden, maar het leek nu wel op een Staatsbegrafenis!
01 december 1970
Op 01.12.1970 voerde ETA voor het eerst een actie van kidnapping uit. De
kid was niemand minder dan de Duitse Ere-consul Eugen Beihl. Hij werd in
Donostia in een auto gestopt en waarschijnlijk meteen overgebracht naar het
laatste dorp van Noord-Baskenland aan de oostgrens met Bearn: Montory. Daar
werd hij ondergebracht in .de pastorij. De bedoeling was hem in te ruilen
tegen de ETA-leden die in het Burgosproces dat twee
dagen later, op 3 december, de doodstraf riskeerden. De tussenpersoon van
ETA-kant in deze ontvoeringszaak was pastoor Piarres Larzábal, Zoro de Sokoa
(*)
Op een nacht toen de leden van de
plaatselijke toneelclub naar huis gingen zagen ze een man in pyjama door het
dorp lopen: Eugen Beihl! Ze brachten hem terug naar de pastoor met de opdracht
wat beter op zijn gasten te letten.
(*) Bij Pastoor Piarres
Lárzabal, konden Baskische vluchtelingen uit het Zuiden steeds terecht voor
financiële en administratieve hulp. Hij werd geboren in Azkaine in 1915. Zijn
vader kwam uit Urruña, zijn moeder uit Lesaka (Navarra). Zijn grootvader langs
vaderskant was naar het Noorden gevlucht om de Spaanse militaire dienst te
ontlopen. Zijn grootvader langs moederkant diende om dezelfde reden de
omgekeerde richting nemen! Op 19-jarige leeftijd had hij al een belangrijk
theatraal oeuvre bij elkaar geschreven. Na zijn studies in Parijs zag hij van
dichtbij de Spaanse Burgeroorlog aan de andere kant van de Muga. Zo werd
Aitzol, eveneens priester én schrijver door de Francotroepen opgepakt en
gefusilleerd nadat hij bij Lárzabal had ondergedoken gezeten. Na de inval van
de Duitse troepen in Frankrijk trad hij tot de Weerstand toe. Dit bracht hem in
concentratiekampen in Tsjecho-Slowakije, Polen en Duitsland. Nadat hij in 1943
werd vrijgelaten keerde hij consequent terug naar de Résistance en bracht het
tot commandant. Na de oorlog keerde hij terug naar zijn parochie Hazparne
en naar zijn engagement voor de Baskische Taal. Hij stichtte theatergroepen,
werkte mee aan vrijwel elke publicatie in het Baskisch en zelfs aan de
stichting van een boerenvakbond in Noord-Baskenland. In 1951 werd hij aangesteld
in Sokoa waar hij het witte kerkje bouwde. Maar vanuit zijn parochie
ontwikkelde hij een enorme activiteit. Zo verleende hij zelfs steun aan de
antikoloniale opstand tijdens de Algerijnse Oorlog. In 1960 was hij één der
stichters van Enbata, de politieke beweging die later in het tijdschrift Enbata
zou uitmonden. In 1968 stond hij met Telesforo Monzón aan de wieg van Anai
Artea, de organisatie die de ETA-vluchtelingen in het Noorden opving na hun
vlucht. (Waarschijnlijk kreeg hij toen de sympathieke bijnaam Zoro de Sokoa)
Ook werd hij lid van Euskalzaindia, de Baskische Academie.
Toen
tijdens het beruchte Burgosproces (1970) de Duitse ereconsul Beihl in San
Sebastián ontvoerd werd, trad Lárzabal op als tussenpersoon, waarbij hij
zich Minister van Binnenlandse Zaken van een Vrij Baskenland noemde. Toen
later bleek dat Beihl in een pastorie in Zuberoa had gezeten, werd het
duidelijk dat Zoro er wel eens meer van zou kunnen afgeweten hebben.
Intussen waagde hij het niet meer de Muga naar het Zuiden over te steken, uit
schrik gearresteerd te worden. Toen Frankrijk ETA-strijders aan Spanje begon
uit te leveren, stuurde Lárzabal alle eretekens die hij in de Weerstand
verdiende terug naar Parijs.
In
1978 schreef hij: De strijd die ik met de pen en met het woord voer is ten
voordele van ETA. Ik wil hun objectieven bekend maken en verspreiden, maar ik
wil ook vechten tegen de vijanden van ETA. Toen hij in 1979 op de hoogte werd
gebracht van de aanslag op zijn vriend Peitxoto werd hij het slachtoffer van
een blijvende gedeeltelijke verlamming.
Kort
vóór zijn dood (op 12 januari 1988) bleek dat de industriëlen uit het Zuiden
hun revolutionaire belastingen in zijn kerkje kwamen overmaken! Ze moesten
enkel vragen naar señor Oxia.
ETA ampara el rebrote de la violencia callejera en
su último boletín interno
Documento al que ha tenido acceso la Cadena SER
29-11-2006 CADENA
SER
In het meest recente bulletin Zutabe nr. 111, een interne
brochure van ETA, kondigt ETA aan dat er nog meer straatgeweld (Kale Borroka)
zal komen als de huidige situatie niet verandert. ETA beschouwt de daden van
Kale Borroka als een logisch antwoord op de gerechtelijke en politionele
aanvallen op de abertzales. Het document is in handen gekomen van Cadena
SER, die er de nodige aandacht aan besteed.
Er wordt ook een oproep gelanceerd naar Batasuna, waarbij de
politieke partij gewezen wordt op de uitdaging om deel te nemen aan de komende
verkiezingen, zowel gemeentelijk als autonoom, en ook bij de president- en
wetgevende verkiezingen in Frankrijk.
Er wordt ook een oproep gelanceerd naar Frankrijk, om de
juridische schijnprocessen voor uitzonderingsrechtbanken te stoppen.
Er wordt een verwittiging gestuurd naar de Franse media die
de bevolking opzet tegen ETA.
De Guardia Civil arresteerde in Pamplona twee
personen die ervan beschuldigd worden hulp te hebben geboden bij de vlucht van
Jorge Olaiz. Hoewel Olaiz incomunicado bij de Guardia Civil zit, zonder
assistentie van een advocaat, zijn er in de krant Diario de Navarra toch
delen verschenen van de verklaringen die inmiddels uit hem geslagen werden. Zo
zou hij gezegd hebben dat hij van plan was geweest een aantal personen te
ontmoeten. Hij zou zelfs hun namen genoemd hebben. En toen werden er maar
meteen twee daarvan opgepakt, die dan op hun beurt weer namen gaan noemen.
Enzovoorts, enzovoorts
Dat de streek volledig uitgekamd wordt maakt
duidelijk dat de overigen niet gevonden worden.
Magistraat Guillermo Ruiz Polanco zou de periode van
afzondering met 48 uur verlengd hebben. Zouden de gevolgen (littekens) van de
ondervraging eerst moeten geheeld (weggewerkt) worden? Dit alles wordt
toegejuicht door de Navarrees-Spaanse fascisten en met hun stilzwijgen
toegedekt door PNV en EA die in Baskenland aan de macht zijn
Het rommelt al geruime tijd in de huishoudens van de PP en
PSOE. De politieke minnaars van weleer, gezamenlijk in de strijd tegen ETA, gunnen
elkaar het licht in de ogen niet meer. Ze gooien niet met huisgerief naar
elkaar, maar met verwijten en uiteindelijk met videos.
Een paar maanden terug bestookte de PP de PSOE met een video
waarin zij de PSOE beschuldigden van toegevingen te doen aan ETA.
Op maandag, 27 november 2006, was het dan de beurt aan de PSOE om er de PP van
langs te geven. Op de iPSOEtv, internettelevisie van de PSOE werden beelden getoond van Aznar die bij
de wapenstilstand van 1998-1999 precies hetzelfde deed als wat de PSOE nu doet,
en zelfs nog meer. Om 18.00 u, drie uren na de start van de video op het net,
waren al 50.000 bezoekers genoteerd. De PP is woest en spreekt van een
bofetada, een kaakslag.
Batasuna, bij monde van Arnaldo Otegi, is verontwaardigd dat met het
verspreiden van die video, de PSOE er prat op gaat dat ze nu minder doet dan
wat Aznar deed in 1998-1999. Otegi is van oordeel dat dit één van de knelpunten
is waarom het vredesproces zich in een crisis bevindt. De enige bedoeling van
de PSOE blijkt te zijn de gunstige electorale positie waarin ze zich nu
bevindt, te consolideren. Hij hoopt wel dat iedereen zijn verantwoordelijkheid
zal opnemen om de huidige verontrustende situatie te overstijgen.
Via het internet
wordt door een zichzelf zo noemende de gewapende anti-terroristische bende BAAT informatie verstrekt
over Baskische nationalisten. EA vraagt via Begoña Lasagabaster aan Aznar of
hij deze webpagina kent en wat hij er
tegen gaat ondernemen.
www.8ung.at/antiborroka
(Let op 8ung en lees Achtung! Intussen verwijderd van het net)
De informatie is
vaak erg volledig: Nr. identiteitskaart, nummerplaat en de ouderdom van het
model auto, GSM-nummer, evenals dingen als neemt deel aan tegenmanifestaties
van ETA (terwijl ETA toch geen manifestaties inricht).
Er staan ook leden
van EA en PNV op de lijst.
29 november 2004
Vandaag daalde ex-president
naast God, José Maria Aznar nog eens ter aarde neder. In Madrid verscheen hij
voor de speciale commissie die de aanslag moet onderzoeken van de
Moslimterroristen op 11 maart in Madrid. Hij was vergezeld van bijna alle kornuiten
die samen met hem de laatste regering vormden. Buiten stonden tegenstanders, voornamelijk
familieleden van slachtoffers maar er waren ook supporters. Ze waren met 100!
De tijden dat Franco aan Madrid een halve dag vrij gaf om hem spontaan op
straat te komen steunen, is duidelijk
voorbij! Er was een rechtstreekse Tv-uitzending.
Aznar hield eerst een lezing van 16 kantjes A4
en daarin bleef hij verder toeteren dat ETA er zeker mee te maken had. Daarna
werd hem het leven erg zuur gemaakt door een parlementariër van de Catalaanse
Republikeinen.
In heel het betoog van
Aznar klonk zijn obsessie door tegen het Baskische nationalisme en
onafhankelijkheidstreven en zijn ziekelijke vijandigheid tegen de
sociaalcommunisten, evenals tegen de communicatiemedia die hij niet onder
controle kreeg.
Het enige nieuwe punt kwam
van de sympathieke PNVer, Emilio Olabarria die wist te vertellen dat de Spaanse
strijdkrachten om 11 uur s morgens al in contact traden met de Baskische
politie en waaruit duidelijk bleek dat er op dat ogenblijk al weinig twijfel
was over het daderschap, daar waar de PP de hele verdere dag de aanslag in de
schoenen van ETA bleef schuiven.
Er is al een paar weken hoogspanning tussen de Rechterlijke Macht en de
Uitvoerende Macht in Baskenland, tussen de
TSJPV-Tribunal Superior de Justicia del País Vasco en de Regering
van de Baskische Autonome Gemeenschap.
Wat is er gaande?
De Tribunal
Superior de Justicia del País Vasco wil de Lehendakari, de president van de
Baskische regering, dagvaarden omdat hij, als staatshoofd een bijeenkomst gehad heeft met leden van de politieke groep Batasuna. Dit is een precedent dat nergens in de
wereld vertoond werd.
Stel u voor: de hoogste Baskische politieke leider moet
voor de rechtbank verschijnen, enkel en alleen omdat hij aan politiek doet!
Is het dan
verwonderlijk dat er aan de onpartijdigheid van de justitie getwijfeld wordt?
Is het dan verwonderlijk dat velen menen dat de justitie in dienst staat van de
fascistische PP? Politieke benoemingen, weet u wel?
Het anti-terrorismepact tussen PP en PSOE
werkt aan een project om de staatssubsidie die elke partij krijgt, afhankelijk
van het aantal kiezers, niet meer toe te kennen aan de abertzalepartij
Batasuna. EH-Euskal Herrirarrok eist een achterstallige som op van ca. 1.000
miljoen pesetas.
Dit is,
volgens Batasunakopstukken, Arnaldo
Otegi en Joseba Permach, enkel mogelijk in Spanje en in Turkije.
ETA zegt het
eenzijdig uitgeroepen bestandop dat ze 14 maanden eerder,
september 1998, hadden afgeroepen, omdat: Spanje en Frankrijk verder gaan met
hun heerschappij, hun bezetting en hun repressieve aanvallen.
27 november 2003
De Guardia Civil
heeft een nieuwe webpagina over terrorisme. Enkele uren vóór ze openbaar werd is er een
belangrijke wijziging doorgevoerd. In eerste instantie stonden Joxean Lasa en Joxi Zabala, evenals MikelGoikoetxea en Bixente
Perurena, Eugenio Gutiérrez
Salazar en nog 23 anderen op de lijst van slachtoffers van terroristische activiteiten van GAL. Nu verdwenen die namen plots! Juan Carlos
García Goena wordt ook niet meer als laatste slachtoffer genoemd, maar wel
Cardosa Morale, de postbode die het leven verloor toen op 24 juli 1987 het
pakje bestemd voor een militant van Herri Batasuna tot ontploffing kwam.
De directie van de paramilitaire Guardia Civil
zegt tot de schrapping te zijn overgegaan om verwarring te vermijden. Nu blijven enkel slachtofferleden van de Guardia Civil over. De directeur generaal van het militaire instituut, Santiago López Valdivielso, sprak van een zware vergissing.
De lijst slachtoffers
van het terrorisme van ETA en het terrorisme
van Grapo bleef wél op de pagina.
Voor één keer heeft de Guardia Civil gelijk. Lasa en
Zabala kwamen niet om
het leven door een terroristische aanslag, ze werden in Bayonne ontvoerd en in
San Sebastiàn, in een villa van de
Spaanse Regering, doodgefolterd
door de Guardia Civil zélf. De militaire bevelhebber van de kazerne
van Intxaurrondo (San Sebastiàn) Galindo kwam tijdens de
foltersessies op bezoek en werd, evenals twee lagere bevelhebbers, hier trouwens voor veroordeeld tot 80 jaar
gevangenschap!
Gisteren, 25 november 2006, is
AVT-Asociación de Víctimas del Terrorismo, het PP aanhangsel dat slachtoffers
recupereert weer eens op straat gekomen in Madrid.
De regering van de Autonome
Gemeenschap Madrid, in handen van de PP, sprak van 1.300.000 manifestanten. Een
afvaardiging van de Spaanse regering sprak van 129.715 betogers.
Onder het motto Overgave? Niet in mij naam!, werd de betoging geopend door de
PP-gladiatoren Aznar, Mariano Rajoy, Angel Acebes, Eduardo Zaplana, Esperanza Agirre, Alberto Ruiz-Gallardón, María San Gil, Carmelo Barrio, Antonio Basagoiti en nog een paar andere
verzuurden. Zeg maar de nakomelingen van het Francoterrorisme (waar blijkbaar
geen slachtoffers waren).
Op 26 november 1985 werd Mikel Zabalza, samen
met zijn vriendin en enkele vrienden, opgepakt in Donostia waar hij
buschauffeur was. Hij werd in de kazerne van Donostia ondervraagd en zijn vrienden hoorden hem schreeuwen van de pijn. Zijn
vriendin ving nog een glimp van hem op en merkte daarbij dat hij in erg slechte
toestand verkeerde.
Dan wordt er niets meer van hem gehoord. Als
door de Guardia Civil bekend wordt gemaakt dat Mikel Zabalza aan de dam van de
elektriciteitscentrale in Endarlatsa,
in de grensrivier Bidasoa zou gesprongen zijn, met de handen geboeid op de rug,
om op die manier te vluchten, stijgt de onrust bij familieleden en
vrienden. Zabalza kon niet zwemmen!
Het Rode Kruis begint tevergeefs het hele stuwmeertje af te duiken. Enkele
dagen later vindt de politie hem in het
(stilstaande) water op een plaats die eerder volledig doorzocht werd. Als blijkt dat het water in de longen 10 keer
erger vervuild is dan het water in de rivier wordt alles duidelijk: Zabalza
werd dood gefolterd!
In het dorpje Orbaizeta, in het groene deel van
Navarra, waar hij vandaan kwam, werd een pleintje naar hem genoemd. De
grafsteen op het kerkhof staat er al jaren scheefgezakt bij.
Staatsterrorisme is terrorisme dat wordt beschouwd als terrorisme dat
uitgevoerd of gesteund wordt door een staat. Zoals terrorisme in het algemeen,
gaat het over moedwillige aanvallen op burgers, met als doel het bereiken van
een politiek doel. Zoals het gebruik van het woord 'terrorisme' al
controversieel is, is het woord 'staatsterrorisme' nog controversiëler. De staat
overschrijdt hier de grenzen van democratie.
Wij herinneren ons nog allemaal levendig de Dwaze moeders van de Plaza de
Mayo in Argentinië. Maar herinneren wij ons de Baskische moeders, als we er al
weet van hebben? Want, inderdaad ook Spanje stuurde zijn doodseskaders uit in
de Guerra Sucia, de vuile oorlog van het Spaanse staatsterrorisme. Klik hier voor een
grondige bijdrage.
Op 25.11.2004 kwam Batasuna haar
initiatief Oarain Herria, Orain Bakea in Brussel voorstellen aan politici van
verschillende Europese volkeren. Dit gebeurde door Koldo Gorostiaga, euro-parlementair voor de
radicale partij Batasuna (tot op het ogenblik dat deze buiten de wet werd
gesteld). Gorostiaga verklaarde achteraf dat alle parlementariërs positief gereageerd hadden, met uitzondering van
PP-leden en politici van de Franse UMP (Union pour un Mouvement Populaire, de
partij van Nicolas Sarkozy).
Gorostiaga riep iedereen op om iets te doen ten
voordele van een politieke oplossing van het conflict. Het vredesvoorstel van Lizarra-Garazi kende niet de gewenste goede
afloop en dat was deels te wijten aan de houding van de EU. De EU dacht dat het
een binnenlandse aangelegenheid van een lidstaat gold en dat daarom niet
ingegrepen moest worden. In de Ierse kwestie kreeg het vredesproces de steun
van de Verenigde Staten en president
Bill Clinton en van president Jacques Delors. We vragen dan ook dezelfde
houding van de Europese instellingen. We staan er nu slechter voor dan in 1998.
Het journaille van de PP-krant ABC heeft weer gescoord. De
Guardia Civil zou over een lijst beschikken met 700 namen van een nieuwe ETA,
en dit ondanks de pogingen van ETA-kopman Txeroki om zijn militair apparaat
en commandos zo geheim mogelijk te houden. De nieuwe ETA zou teruggrijpen naar
de gewapende strijd als het vredesproces zou mislukken.
Inlichtingendiensten zouden geïnfiltreerd zijn bij de
herdenkingsplechtigheid Gudari Eguna.
Op zaterdag, 23 september 2006, werd de Gudari Eguna, de
dag van de Baskische Soldaat gevierd. Het is eigenlijk geen viering, maar een
herdenking van alle gudaris die in de strijd voor een onafhankelijk Euskal
Herria hun bloed hebben gegeven. Dat zijn er intussen 218. Op een bepaald
ogenblik stapten 3 Etarras uit de bossen om een nieuw communiqué voor te lezen.
Na voorlezing werden een aantal schoten in de lucht gelost.
Volgens ABC zouden de infiltranten de namen van 700
aanwezigen hebben kunnen bemachtigen (hoe, werd er niet bijgezegd, wel dat die
700 als de meest radicalen mogen beschouwd worden). Het feit dat de herdenking
in Oiartzun werd gehouden (een Batasuna-bolwerk) is voor het PP-journaille het
ultieme bewijs.