Littekens op een stierenhuid Net zoals de Vlamingen streven de Basken naar onafhankelijkheid. Hier is een deel van hun verhaal.
20-10-2007
Bevoegdheidsoverdracht
Afspraken zijn er om nageleefd te worden De opeenvolgende Spaanse regeringen denken er blijkbaar anders over
Moet er nog eens 30 jaar gewacht worden?
Gisteren, op 19 oktober 2007 beschuldigde de Vice-Lehendakari, Idoia Zenarruzabeitia (zie foto), president Zapatero ervan het Estatuto de Gernika niet na te leven. De overdracht van de hangende bevoegdheden blijft maar uitgesteld worden. Laten we niet vergeten dat het statuut dateert van 25 oktober 1979, dus bijna 30 jaar geleden. Zenarruzabeitia beschouwt de houding van Zapatero en zijn regering als arbitrair en unilateraal. Dit laat een ernstige en onverantwoorde politiek patrimoniaal van de instellingen vermoeden.
Het gaat om volgende prioritaire bevoegdheden: ·
Arbeidsinspectie en actieve politiek van tewerkstelling
Sociale Zekerheid
Concessie voor de spoorwegen
Concessies voor de autosnelwegen
De private veiligheid
De penitentiaire instituten en administratie
De organisatie van de gemeenteverkiezingen
Wat de Sociale Zekerheid betreft, verklaarde zij dat de ontwikkeling van de welstand in gevaar komt, want als de afspraken wel zouden worden nagekomen dan zou de Baskische regering de post van inkomsten op de begroting kunnen verdubbelen, 8.000 miljoen euros meer.
Feeds worden soms "rss feeds" of "webfeeds" genoemd. Een feed bestaat uit een aantal headlines. Elke headline verwijst naar een bijbehorend kort artikel. Grote website als De Telegraaf en de Volkskrant publiceren bijvoorbeeld een feed, waarin de nieuwste headlines van hun artikelen zijn opgenomen. Door te abonneren op de feed, blijft iemand altijd op de hoogte van het laatste nieuws.
Hoe kan ik feeds lezen? Om een feed te lezen heb je een gratis "feedreader" nodig. Met een feedreader kun je snel en gemakkelijk alle feeds waar jij je op geabonneerd hebt bijhouden en rangschikken.
Het Hoogste Spaanse Tribunaal besliste een tijdje geleden dat aan alle openbare gebouwen die onder haar jurisdictie vallen de Spaanse vlag moet wapperen. La Rojigualda, (de roodgele) die pas sinds 1981 in deze vorm bestaat. De vlag heeft twee smalle strepen rood en daar een brede streep geel doorheen. Tijdens de dictatuur (en nog enkele jaren later) stond op het wapen van Spanje een zwarte adelaar. Nu staat er enkel een kasteel en een leeuw, die Castilië en León voorstellen, de kettingen en de smaragd van Navarra en de roodgele strepen van Aragón. Verder staat er nog een kleine granaatappel op voor Granada en drie lelies van de tak van Anjou waarvan de Bourbons afstammen.
In de jaren 80 ontstond er in Baskenland (en in mindere mate in Catalonië en Galicië) een regelrechte vlaggenoorlog omdat een aantal gemeentebesturen geen Spaanse vlag aan hun raadhuis wensten en het dundoek op staande voet naar Madrid terugstuurden. Dit werd, afhankelijk van de regerende meerderheid, vaak opgelost door enkel de gemeentevlag te laten wapperen of helemaal niets. Minder fanatiek ging het eraan toe in sommige restaurants en bars waar je Kip op zijn Spaans kon bestellen. Een geel gebakken kip werd versierd met enkele strepen rode ketchup!
De Spaanse Justitie, blijkbaar nog bevolkt door PP-adepten, zet de klok dus een heel eind terug. In Baskenlandvraagt men zich meteen af wat er gaat gebeuren aan de gevels van de zetel van de Baskische regering of aan de academie van Arkaute, waar de Baskische politiemannen worden opgeleid.Sinds 1981 schrijft de wet voor dat aan de officiële gebouwen waar de Baskische vlag hangt er ook een Spaans dundoek moet hangen. Daarom hangt er meestal niets meer. De PP wrijft zich in de handen en maant meteen de Baskische Lehendakari aan de wet toe te passen!Als het hijsen van het megalomane dundoek bij wet (en op straffe van ) moet afgedwongen worden, dan zal dit dundoek maar weinig waarde hebben.
Magistraat van de Audiencia Nacional, Baltasar Garzón, heeft vandaag, 18 oktober 2007, aangekondigd dat hij nieuwe acties (aanhoudingen) zal ondernemen tegen de resterende leiders van Batasuna, omdat zij na de arrestatie van de bijna voltallige koepel geprotesteerd hebben via een communiqué in Gara. Hij heeft het vooral gemunt op Pernando Barrena en Jone Goirizelaia. Pernando Barrena had verklaard: Dit is de wraak van de PSOE, die de Izquierda Abertzale de rekening presenteert voor de coherentie en positieve houding die zij aan de dag legeden tijdens de politieke onderhandelingen. Intussen, een paar dagen geleden, werden nog eens twee leiders gearresteerd, Asier Imaz enGorka Díaz, die opgesloten werden.
Op 18 oktober 2004 stonden de kranten er vol van: Baskische topkoks: Werkten mee met ETA.
Nergens is er een grotere concentratie van sterrenrestaurants te vinden dan in de toeristische hoofdstad van Euskalherria, Donostia-San Sebastián, of in de onmiddellijke buurt van deze stad (Donostialdea).
Pedro Subijanavan het restaurant Akelarre in Igeldo kreeg al twee keer de Spaanse koning op bezoek. Subijana heeft een programma op de Baskische TV.
Juan Mari Arzakaan de andere kant van de stad, is een unieke vernieuwer door oude recepten te moderniseren. Bij het huwelijk van de Spaanse kroonprins, Felipe de Borbón y Grecia en Doña Letizia, op 22 mei 2004, verzorgde Arzak mee het banket voor de gekroonde en de gekozen hoofden.
Carlos Arguiñanois gevestigd in Zarautz en had jarenlang een TV-programma op de Spaanse zender dat zó goed was dat de groentewinkels, viswinkels en andere winkels van levensmiddelen de dag ná uitzending aan de verkoop merkten wat Arguiñano had klaargestoomd! Eerder dit jaar maakte hij een slippertje door, in het land van rivieren als Guadalajara en Guadalquivir, te vragen welke de langste rivier van Spanje was. Hij gaf zélf het antwoord: De Guardia Civil! Het begint in het Zuiden en het eindigt in het Noorden. (De meeste Guardia Civiles die in Baskenland gevestigd zijn, komen namelijk uit het arme zuiden.) s Anderendaags bood Arguiñano zijn verontschuldigingen aan
Martin Berasateguibaat, behalve zijn eigen zaak in Lasarte, ook nog het restaurant van het Kursaal in Donostia uit.
Al enkele dagen deed het gerucht de ronde dat vier ondernemers die later vier Baskische topkoks bleken te zijn, zonder ze bij naam te noemen, voor Magistraat Fernando Andreu dienden te verschijnen. Kort daarop werd al gewoon gezegd dat het om Subijana en Arzak ging en dat Argiñano en Berastegi als getuigen zouden opgeroepen worden. Beschuldiging: Collaboratie met gewapende bende! Hadden de koks ETA geholpen bij het laten verdwijnen van Guardia Civiles door ze in de préparé te verwerken?
Wie een beetje op de hoogte is van de gang van zaken weet dat ETA van industriëlen en anderen die zich verrijken op de kap van de Basken de zogenaamde revolutionaire belastingen eist om op die manier bij te dragen tot de bevrijding van het Baskische Volk. Al eerder werden personen gearresteerd omdat ze aan de eis voldaan zouden hadden, omdat Madrid het verboden had. Anderen kregen een aanslag te verduren of werden ontvoerd omdat ze vergeten waren te betalen. Nog anderen vertrokken met hun bedrijf uit Baskenland omdat ze dachten in het Zuiden veilig te zitten.
Na zijn arrestatie, op 7 oktober 2004 verscheen José Luis Beotegi (ETA) voor de onderzoeksrechter en daar zou hij verklaard hebben dat Arzak en Subijana elk minstens 36.000 euro aan de organisatie betaald hadden. Beotegi verklaarde eveneens gefolterd te zijn: plastic zak en veel slagen.
Het is gemakkelijk vanuit Madrid de wetten vast te leggen en meermaals maakten bekende personen, o.a. de Socialistische burgemeester van Donostia, Odón Elorza, hun beklag hierover.
De reacties waren verdeeld.
De ex-Staatssecretaris van Veiligheid, Ignacio Astarloa (PP) vroeg absolute discretie en veel respect voor de restauranthouders. (Astarloa, met zijn Baskische naam zal wel klant zijn )
De krant « La Razón » is het medium bij uitstek voor alle lekken die kunnen bijdragen tot desinformatie in verband met het Baskisch Conflict. La Razón kan putten uit lekken vanuit de Guardia Civil, de Nationale Politie en zelfs Justitie. Zo wisten ze precies wat Beotegi voor magistraat Andreu verklaard had! Het ergst is wel Alfonso Ussia, die beweert dat de meest populaire kok faam haalde door zijn programmas op de openbare televisie. In Baskenland is de keuken fundamenteel. Een meester in het restaurantwezen bereikt er een hoge rang in de sociale achting. Hij heeft daardoor een voorbeeldfunctie. Er zijn er dan ook veel meer dan de vier die door de gangen van het Hooggerechtshof vliegen. Schrik is vrij. Maar andere Baskische restaurateurs weigerden aan de chantage toe te geven. Men kan niet leven van Spanje en tegelijkertijd betalen aan diegenen die Spanje doden.
Pedro J.Ramírez van El Mundo gaat zoals steeds nog een stap verder met zijn vuilspuiterij:Het gevoel van morele plicht van de 4 Baskische koks is verschrompeld. Het sociale prestige en de populariteit waarvan ze genieten heeft van hen mediafiguren gemaakt met miljoenencontracten op TV en in de publiciteit. Nooit hebben ze hun stem verheven om de slachtoffers van het terrorisme te verdedigen. Nu weten we dat ze de beulen betaalden. Dit verdient de boycot van hun restaurant door alle burgers. Enkel dat brengt hen schade toe.
Cándido Conde-Pumpido, Spaans Procureur Generaal, vraagt begrip voor de Baskische koks en zegt dat beulen en slachtoffers uit elkaar gehouden moeten worden.
Miren Azkarate, woordvoerster van de Baskische Regering toonde meteen haar solidariteit met de koks.
Maar de President van Cantabrië, Miguel Angel Revilla, die het nog altijd niet kan verkroppen dat er deze zomer enkele voetzoekers in zijn keizerrijk ontploften, gaat tegen het viertal in en noemt hen zelfs koks van de dood want degene die betaalt, is even schuldig als degene die int. Als bewezen wordt dat ze aan ETA betaalden moet de wet met zijn hele gewicht over hen heen vallen.
PNV - president Josu Jon Imaz herinnert eraan dat de Spaanse regering indertijd ETA betaalde om volksvertegenwoordiger, en later ambassadeur, Javier Rupérez vrij te krijgen
De ex-president van de PNV, Xabier Arzalluz, verklaarde vorige week voor de zender Euskadi Irratia dat de verantwoordelijkheid voor de breuk in het vredesproces bij Binnenlandminister, Alfredo Perez Rubalcaba, ligt. In hetzelfde interview voorziet hij harde tijden, vooral voor de Lehendakari wegens zijn plan voor een referendum. Als de Spaanse Staat het leger zendt om dit referendum te verhinderen, is dit des te beter, want dan zal de hele wereld zien wat de Spaanse Staat is.
L'ancien président du PNV a fait des déclarations à Euskadi Irratia sur la rupture des négociations et sur la feuille de route d'Ibarretxe.
Il explique que selon les informations en sa possession, la rupture du processus est de la seule responsabilité du ministre de l'Intérieur espagnol Alfredo Perez Rubalcaba. Celui-ci n'aurait pas accepté l'offre d'ETA qui allait jusqu'au dépôt définitif des armes. Dans la même interview, Xabier Arzalluz prévoit que les temps seront durs, « surtout pour lelehendakari », affirmant par ailleurs que celui-ci a mis l'autodétermination sur la table et que si l'Etat espagnol envoie l'armée pour empêcher le référendum, «encore mieux, tout le monde verra ce
Pepe Rei (zie foto) en de uitgeverij Txalaparta worden op 17 oktober 2000 veroordeeld tot het betalen van een boete van 5 miljoen pesetas voor beschuldigingen geuit aan Galindo, in het boek: La red Galindo (la red is het netwerk). Rei vindt dit terecht choquerend, want Galindo werd door de onderzoeksrechter van San Sebastián veroordeeld voor zijn vermeende implicatie in een narcoticanet, een smokkelbende en een prostitutienet.
+Joxe Antonio Lasa Arostegui +Joxe Ignacio Zabala Artano verdwenen op 16 oktober 1983
De gouverneur in Baskenland had aan commandant Enrique Rodriguez Galindo alle nodige faciliteiten verleend om de villa La Cumbre naar eigen inzichten te betreden en in te richten. Commandant Enrique Rodriguez Galindo gaf de opdracht twee personen, waarvan de identiteit niet zeker was, in Frankrijk aan te houden en over te brengen naar La Cumbre.
Deze twee personen waren Joxe Antonio Lasa Arostegui en Joxe Ignacio Zabala Artano. Zij werden op 15 oktober 1983 gevolgd in Bayonne, en toen ze op weg waren naar hun wagen in de Rue des Tonneliers en alleen bleken te zijn (om 00.30u om precies te zijn, dus al de 16de), werden ze omsingeld, geïmmobiliseerd en in een wagen geduwd. Ze werden met dekens bedekt om niet gezien te worden en zo reden ze naar San Sebastián. Van Iparralde over de staatsgrens naar Hegoalde. Er moet dus iemand aan de grens gestaan hebben die de andere kant opkeek of de nummerplaat kende, want de controles waren ongemeen streng.
In de avond van zaterdag, 15 oktober 1983, hadden Joxe Antonio Lasa en Joxe Ignacio Zabala vergezeld van Lasa's broer, Miguel, en de vrouw van Mariano Martinez Colomo een paar bars bezocht. Voordien hadden ze het avondmaal genomen ten huize van Mariano Martinez Colomo in de Rue des Tonneliers, nummer 11. Terug bij Mariano, omstreeks 00.30u (16.10.1983), gaf Mariano de autosleutels van zijn groene Renault 4L, Spaanse nummerplaat SS-3590-M, aan de twee jongens zodat ze naar het feest van het naburige dorp Arcangues zouden kunnen gaan. Ze namen afscheid en liepen naar een perceel in dezelfde straat waar de auto geparkeerd stond. Op dat ogenblik werden ze omsingeld en grepen de gebeurtenissen plaats zoals in het kader hierboven vermeld. De volgende ochtend, 17 oktober 1983, verwonderde Mariano Martinez Colomo er zich over dat de sleutels nog niet terug bezorgd waren. Hij vond zijn wagen terug op dezelfde plaats als waar hij hem had geparkeerd, niet gesloten en met de sleutels op het portier. Toen hij ook vaststelde dat de twee vrienden niet in hun woonst waren en er sinds de dag voordien ook niet geweest waren, gaf hij, vergezeld door Juan Ramon Nafarrate Ateche van het vluchtelingencomité, de verdwijning aan bij de politie.
Toevallig was er op 15 oktober 1983 ook een aanslag geweest in Guipúzcoa. Om 22.50u werd door middel van een afstandbediening een bom tot explosie gebracht, gericht tegen een patrouillewagen van de Guardia Civil van Oñate. De bom lag op een voetpad voor een tuin aan de lokale weg San Prudencio-Oñate-Zumárraga, L-80, km 4. Door de kracht van de explosie werd een steen door de achterruit van de patrouillewagen geslingerd en de Guardia Civil, Reyes Corchado, werd zwaar gewond. Vliegensvlug werd hij met dezelfde wagen overgebracht naar het "Hospital Comarcal" van Alto Deva in de gemeente Mondragón, maar om 23.00u zou hij aan zijn verwondingen overlijden. Een tweede Guardia Civil, Antonio Ramos Ramirez, was licht gekwetst en werd later uit hetzelfde ziekenhuis ontslagen. De gouverneur Julian Elgorriaga Goyeneche vertrok onmiddellijk, zonder zijn lijfwachten, naar de plaats van het gebeuren, van zohaast hij het nieuws op de radio had gehoord. Hij bestuurde zelf de officiële wagen, een gepantserde Forf Granada. Hij bezocht de plaats van het gebeuren, het hospitaal in Mondragón en de kazerne in Oñate, waar een rouwkapel was opgesteld. Daar ontmoette hij ook Commandant Rodriguez Galindo en Angel Lopez Carrillo (die de gouverneur nagereisd was, toen hij hoorde dat hij alleen was). De gouverneur reed om 05.00u terug naar San Sebastián met Rodriguez Galindo, Lopez Carrillo ende lijfwachten van de commandant. Onderweg kreeg de commandant een telefoon met het advies contact op te nemen met de kazerne in Intxaurrondo. Hij lichtte de gouverneur in over het nieuws met de melding dat twee kleinere vissen (Lasa en Zabala) in Frankrijk waren opgepakt. Lopez Carrillo hoorde dit ook.
Vanaf 16 oktober 1983 werden José Antonio Lasa en José Ignacio Zabaladus vastgehouden in "Villa La Cumbre". Commandant Enrique Rodriguez Galindo had de bewakingsopdracht toevertrouwd aan Kapitein Angel Vaquero Hernandez,Korporaal 1° graad Enrique Dorado Villalobos en GuardiaFelipe Bayo Leal.Om beurt moesten zij de "ondervragingen" (?) leiden, bijgestaan door een achttiental andere Guardias. Dit duurde een paar dagen. De eerste dag waren gouverneurJulian Elgorriaga GoyenecheenCommandant Rodriguez Galindo(beide met een kap over het hoofd) op "bezoek" gekomen. Eenmaal de "ondervragingen" voorbij waren, werd besloten door Enrique Rodriguez Galindo, Jose Julian Elgorriaga Goyeneche, Angel Vaquero Hernandez, Enrique Dorado Villalobos en Felipe Bayo Lealom de gevangenen te laten verdwijnen. Er moest een afgelegen plaats gevonden worden, en de "Foya de Coves" (in Busot, Alicante), leek hen een geschikte plaats.
De jongeren Lasa en Zabala werden vastgebonden, met een prop in de mond en de ogen met kleefpleisters bedekt, naar hun eindbestemming gebracht. De omstandigheden waarin beide jongeren zich op dat moment (na de "ondervragingen") bevonden, laat ik om ethische redenen weg. De opruimploeg bestond uit: Enrique Dorado Villalobos en Felipe Bayo Leal, met nog een paar helpers. Via een landweg, die vertrok vanaf de lokale weg A-182 (Busot-Aguas de Busot), Km. 12,100, circuleerden ze een 15-tal kilometer rond alvorens de wagens te verlaten. Te voet trokken ze een 200 meter de bergzone in. Met een "Browning"-pistool werd Lasa éénmaal in het hoofd geschoten en Zabala tweemaal. Nadien werden beide, met prop in de mond, samen met een paar zwachtels in een put (van 180 op 80 en 90 cm diep) gegooid, die op voorhand was uitgegraven. De lijken werden bedekt met 50 kg ongebluste kalk, met er boven op aarde.
Omstreeks 16.15u, op 20 januari 1984, belde een man naar de zender "Cadena Ser" in Alicante. De oproep kwam terecht bij Mª Nieves Martinez Martinez. De boodschap luidde: "Ik spreek in naam van GAL-Grupos Antiterroristas de Liberación en ik vraag je om je volledige aandacht, want ik herhaal geen tweede maal... Vandaag hebben wij Joxe Antonio Lasa Arostegui en Joxe Ignacio Zabala Artano omgebracht. Op hun verzoek naar een priester, hebben wij geweigerd omdat zij dit niet verdienen. Hun lichamen zijn terug te vinden in Busot". Onmiddellijk werd er opgehangen.
Op 20 januari 1985 ontdekte Ramon Soriano Poveda, die aan het jagen was, menselijke resten, rondom een kuil, door ongedierte kriskras verspreid. Bij nader toezien, meende hij in de kuil een lichaam te herkennen. Hij verwittigde onmiddellijk de Guardia Civil van Busot, die na verifiëring de onderzoeksrechter van de Guardia in Alicante alarmeerde. Een onderzoeksteam werd ter plaatse gestuurd, de kuil werd geopend en in plaats van één lichaam werden twee lichamen gevonden, met proppen in de mond, de ogen met pleiters bedekt en resten van zwachtels. De lijken waren niet meer intact, aangezien in een straal van 20 meter rondom de put de ontbrekende delen teruggevonden werden. Op zowat 3 meter afstand werd een kogelhuls gevonden van het type "Geco 9mm, Parabellum", en een paar dagen later, na het schiften van de aarde, nog een projectiel van het kaliber 9mm, Parabellum.
De lijken konden niet geïdentificeerd worden (bij de autopsie werd bij Zabala maar 1 kogel gelokaliseerd) en ze werden "gestockeerd" op het gemeentelijke kerkhof van Alicante, 10 jaar lang, tot 1995. In dat jaar was er in de pers heel wat te lezen over de acties van GAL in de jaren 80, over verdwenen personen, over commentaren bij processen, over processen die handelden over het gebruik van kalk om lijken te laten verdwijnen. Eindelijk ontdekte een snuggere geest het verband tussen de twee "gestockeerde" lijken en GAL. Het was een politiefunctionaris, Jesủs García García, van de "Cuerpo Nacional de Policía, nr. 11.219, groepschef van de Gerechterlijk Politie, ingeschreven in de gerechtsgebouwen van Alicante. Het forensisch onderzoek werd hervat en er werd een gelijkaardig projectiel (de derde) gevonden na grondig speurwerk. Een nieuwe autopsie kon nu niet meer uitblijven, en ja, een tweede kogelinslag werd in het hoofd gevonden. De lijken werden eindelijk op 22 maart 1995 geïdentificeerd: Joxe Antonio Lasa Arostegui en Joxe Ignacio Zabala Artano.
Bij de begrafenis in Tolosa sloeg de politie, tot op het kerkhof, in op de familieleden van Lasa en Zabala! Er was vanuit Madrid bevel gekomen dat de begrafenis niet mocht uitlopen op een politieke manifestatie en dat bevel werd rigoureus uitgevoerd!
José Barrionuevo Peña Procesos políticos en España 15 oktober 2003
Op 15 oktober 2003 publiceerde José Barrionuevo (zie foto) een boek: Procesos políticos en España, waarin hij zijn onschuld meent te kunnen bewijzen in de Zaak GAL, de Vuile Oorlog tegen de Baskische activisten, die onder het bewind van de Socialist Barrionuevozijn beloop kende. Ex-president Felipe González kon met de grootste moeite uit deze smerige affaire gehouden worden, omdat Barrionuevo (waarschijnlijk nadat hem veel beloftes gedaan werden) bleef zwijgen. Net zoals Felipe González ex-minister Barrionuevo begeleidde bij zijn tocht naar de gevangenis in Guadelajara, op 10 september 1998, zo begeleidde hij hem vandaag (bij de voorstelling van het boek) opnieuw. Nooit veroordeelde de PSOE de 23 moorden op Baskische activisten en staatsburgers die per vergissing het leven verloren. De PSOE eiste wel van de PP dat ze de wandaden van het Franco-regime zouden afkeuren. Barrionuevo stelt zich in zijn boek voor als een martelaar voor de democratie en een slachtoffer van een machinatie van de Justitie! Hoewel de minister, net als de Staatssecretaris Rafael Vera, elk tot 10 jaar werden veroordeeld, werden ze toch na drie maanden vrijgelaten, na een amnestie door de PP-regering!
De smerigste zaak was ongetwijfeld de ontvoering van de twee jongeren, Joxean Lasa en Joxi Zabala in Baiona op 16 oktober 1983 (morgen meer daarover). Met de hulp van politie en douane werden ze naar San Sebastián overgebracht waar ze in een villa van de Spaanse Regering werden dood gefolterd. Toen ze van geen nut meer waren werden ze overgebracht naar Alicante waar ze onder 50 kg. ongebluste kalk begraven werden.
Het eerste dodelijke slachtoffer in de rangen van ETA
Txabi Etxebarrieta Ortiz °14 oktober 1944
Txabi is één van die onvergetelijke figuren uit de geschiedenis van het Baskische volk. Hij werd geboren te Bilbo-Bilbao op 14 oktober 1944, en kende geen gemakkelijke jeugd. Zijn vader, uit Bizkaia, stierf toen hij 10 jaar was en zijn moeder, uit Alava, bleef alleen achter met 4 zonen. Txabi, de derde zoon, en de familie leefden in armoede. Hij had ook te kampen met bronchitis en astma. In 1962 schreef hij zich in aan de faculteit van Economische Wetenschappen te Sarrico, waar hij al vlug een briljante studentenleider werd. Hij promoveerde als nummer 1 van zijn promotie. Hij combineerde zijn studies met het leiderschap in de universitaire studentengemeenschap, met het lidmaatschap van ETA en met de studie van programmeuranalist in de informatica aan de academie van Bilbo. Hij was ook een fervente aanhanger van de literatuur, in het bijzonder van de poëzie, met voorkeur voor Whitman, Neruda en Shakespeare.
De jaren 1967-1968 waren jaren van een intense activiteit in de ETA. Omstandigheden dwongen hem er toe in de clandestiniteit te gaan. Op 7 juni 1968 was hij, samen met zijn kompaan Iñaki Sarasketa, met een wagen met valse nummerplaten op weg naar een afspraak in Donostia. Bij een wegcontrole, toen ze ontdekt werden door de Guardia Civil, vuurde Txabi een dodelijk schot af op de agent, Jose Angel Pardines Arcay (het eerste dodelijke slachtoffer door ETA). Beiden vluchtten ze naar Tolosa, waar ze zich schuilhielden in een woning. Na een paar uur dachten zij dat de woning verbrand was (ontdekt was) en namen de benen. In Benta Haundi, niet ver van Tolosa, werden zij door het gealarmeerde 551ste Commando van de Guardia Civil tegengehouden. Bij Txabi werden valse identiteitspapieren gevonden en bij zijn kompaan een wapen. Er ontstond een schermutseling waarbij Iñaki Sarasketa kon ontsnappen. Txabi werd door een handvol Guardias op de grond gegooid en moest minutenlang mokerslagen op lichaam en hoofd verbijten. Terwijl Iñaki Sarasketa er in slaagde via de bergen te ontkomen, hoorde hij verscheiden schoten die een einde stelden aan het leven van Txabi Etxebarrieta.
Txabi was het eerste dodelijke slachtoffer in de rangen van ETA. Zijn broer, José Antonio, later advocaat, is een natuurlijke dood gestorven. Jaarlijks is er een herdenking en een meeting op de Plaza Unamuno, gekend als de Plaza de los Hermanos Etxebarrieta (het plein van de broers Etxebarrieta), in Bilbo.
Het Tribunal Supremo (TS) heeft voorlopig 3 van de 13 personen vrijgesproken en vrijgelaten die sinds november 2006 in de gevangenis zitten. Zij waren veroordeeld voor lidmaatschap van en medewerking met ETA.
De motivatie voor de vrijspraak luidt als volgt: El delito de colaboración con banda armada, organización o grupo terrorista exige que la aportación sea objetivamente relevante. También es necesario que se describa suficientemente cuál es el acto de colaboración, sin imprecisiones ni vaguedades. No es la adhesión ideológica, ni la prosecución de determinados objetivos políticos o ideológicos, sino el poner a disposición de la banda armada determinadas aportaciones.
Ik vertaal: Het delict van samenwerking met een gewapende bende, organisatie of groep vereist dat het aandeel van de persoon in kwestie objectief relevant is. Ook is het noodzakelijk dat voldoende omschreven wordt wat de exacte daad van samenwerking is, zonder onduidelijkheden of vaagheden. Het is niet de ideologische instemming, noch het verder zetten van politieke of ideologische objectieven, maar de werkelijke en bewezen ter beschikking stellen van bepaalde bijdragen aan de gewapende organisatie die bepalend zijn.
Zo werd één van de vrijgesproken personen, Iñaki Ramos, veroordeeld omdat hij een vrouw (vermoedelijke Etarra) begeleid had naar een bushalte.
Er was geen doorkomen aan voor de fascisten van Falange
Gisteren was het dus de nationale feestdag, de dag van het imperialistische Spaanse ras. Na het beëindigen van het Antifascistisch Festival, met als artiesten Aitor Zabaleta en Josu Muguruza, greep de Ertzaintza in. Alle verdere manifestaties door nationalisten werden verboden, uitgezonderd de manifestatie van de provocateurs van het ultrarechtse Falange.
De Ertzaintza had alle straten rondom de Bulevard afgegrendeld, alle verkeer werd verboden en in een mum van tijd resulteerde die provocatieve aanpak in een waar slagveld. Containers en autobussen werden dwars over de straten geplaatst en een gevecht in regel was niet meer te vermijden. Containers werden in brand gestoken en het spel zat op de wagen. Zoals gebruikelijk is klopte de Ertzaintza er op los. Een paar personen werden aangehouden.
Maar de nationalisten waren in hun opzet geslaagd: de fascisten van de Falange konden wel tot Donostia geraken, maar op hun afgesproken punt, de symbolische Bulevard, zijn ze nooit geraakt. Ze moesten afdruipen. De ultra's waren in opperste conditie, want bij het afdruipen werden kreten gehoord zoals: "Euskal presoak a la camara gas" (Baskische gevangenen naar de gaskamer).
Gelijktijdig zijn er meer dan 10.000 nationalisten op straat gekomen te Iruñea-Pamplona op vraag van de ANV-Acción Nacionalista Vasca onder het motto "Euskal Herriak Independentzia", Onafhankelijkheid voor Euskal Herria!
Er werd een duidelijk signaal gegeven: "Escucha, este pueblo está en lucha, lucha permanente por la defensa de sus derechos y por participar en la vida política. Eso no lo va a impedir ni Zapatero ni nadie" (Luister goed, dit volk voert strijd, permanente strijd voor de verdediging van haar rechten en voor deelname aan het politieke leven (verwijzing naar verboden politieke partijen). Zapatero, noch iemand anders, zal dat verhinderen.
Día de la Hispanidad Nationale feestdag 12 oktober 2007
De president van de Spaanse regering, José Luis Rodríguez Zapatero, werd vanmiddag tijdens het militaire defilé te Madrid uitgejouwd. De PP, bij monde van Mariano Rajoy, had gisteren, net alsof hij zelf regeringsleider was, de bevolking opgeroepen om op straat hun trots uit te schreeuwen omdat zij Spanjaard zijn. Zapatero had hierop gereageerd en Rajoy beschuldigd van agitatie.
Uit Latijns-Amerika komen andere klanken op de Día de la Hispanidad. De president van Nicaragua bij voorbeeld omschreef het als een dag van rouw, omwille van wat er ongeveer 515 jaar gebeurd is bij de ontdekking van Amerika (1492).
Ook in Baskenland gaat de dag niet ongemerkt voorbij. Of toch wel? Het merendeel van de Basken gaat gewoon aan het werk of naar school, alsof het een doodgewone dag is. Om 15.00 u, is er een Antifascistische Festival te Donostia op de Bulevard, twee uur voordat de ultras van de Falange een manifestatie onder de slagzin "España, única nación" willen houden voor een España una, España grande, España libre.
Hoe men in Spanje de mensen bedot en stilaan alle Basken criminaliseert
Op 12 oktober 2003 verschenen de resultaten van een enquête bij de Baskische ondernemers over het Plan Ibarretxe, dat tot doel heeft tot een oplossing van het conflict te komen. Het Instituut voor Industriële en Financiële Analyse van de Madrileense Universiteit was, met de steun van de Spaanse Minister van Financiën, met het onderzoek gelast. En wat zegt het Instituut?
Een vierde van de Baskische ondernemers overweegt Baskenland te verlaten als het Plan wordt doorgevoerd.
Maar er wordt niet bij gezegddat de enquête weliswaar naar 976 bedrijven werd gestuurd, maar dat er slechts 78 hiervan wilden antwoorden! Niet eens 8 %!
En daar Baskische ondernemers niet veel tijd willen verspillen aan een Spaanse enquête zullen de 78 die wel geantwoord hebben uiteraard Spaansgezinde garnalenpellers zijn.
In Spanje kennen ze het onderscheid niet tussen 1/4de van iets, en 1/4de van 8 %.
Torturas espantosas a manos de la Guardia Civil española Afschrikwekkende folteringen in handen van de Spaanse Guardia Civil
Aritz Ttorika Eskandon wordt over een langere periode zo hard geslagen, dat zijn nek gevoellos wordt. Zijn hoofd is bloedheet en toch wordt er met beide handen meerdere malen op de oren geslagen, zodat hij gedesoriënteerd geraakt. Ze wikkelen hem in rubberen dekens en trekken meerdere plastic zakken over zijn hoofd.
Als hij dan nog altijd op de been is, dreigen ze hem (hij is al die tijd geblinddoekt) elektroden aan te brengen op zijn testikels en tepels. Artiz hoort een zoemend geluid en de haren op zijn armen worden statisch. Uiteindelijk gebruikten ze het apparaat niet op volle kracht.
Maar Artiz is fysiek en geestelijk totaal uitgeput. Zijn benen en voeten zijn opgezwollen doordat hij continue moet staan en oefeningen moet doen. Door de helse pijn in hoofd en oren kan hij niet meer helder denken.
De forensische dokter bekijkt de rode, opgezwollen, pijnlijke voeten van Artiz en concludeert dat zijn gymschoenen niet van goede kwaliteit zijn.
Marteling is het resultaat van een politiek besluit. Om te kunnen martelen, heb je als politiedienst of overheid een hele batterij aan mensen en organisaties nodig die meewerken. Sporen dienden gewist te worden, door de rechtbank aangewezen advocaten moeten zwijgen, forensische artsen moeten geen mishandeling vaststellen, beulen dien niet vervolgd te worden.
Met dank aan TAT-Torturaren Aurkako Taldea die onthult dat 52 Basken slachtoffer waren van foltering in 2005. Onder hen zijn er 46 die verklaringen hebben afgelegd in het TAT-rapport 2005 (niet iedereen durft aangifte doen, uit vrees voor represailles).
Hoe ze in Baskenland bomhondenafrichten 10 oktober 2005
Op 10 oktober 2005 lekt uit dat in 2004 een aantal keren bommen gevonden waren in autos van de Baskische politie, Ertzaintza, én in wagens van politici. Meteen werd ETA met de vinger gewezen, zeker omdat de organisatie kort voordien de Ertzaintza onder haar objectieven had geplaatst. Bij nader onderzoek bleek echter dat de bommen niet écht waren. Opvallend was al meteen dat deze zaken niet door het Hooggerechtshof in Madrid werden onderzocht, zoals dat altijd het geval is met alles wat met terrorisme te maken heeft, maar door de provinciale rechtbanken.
Nu blijkt dat de bommen niet door de terroristische organisatie waren geplaatst, maar door de Baskische politie zélf!
De bedoeling was te controleren of de Ertzainas (leden van de Ertzaintza) alert bleven!
Bevelhebbers van de Ertzaintza hebben bommen geplaatste in de wagens van hun eigen politiemensen (op de basis van Berrozi, in Bernedo), en van politici (gemeenteraadslid José Luis Vallés van de PSE in Eibar en van de ex-secretaris-generaal Juan José Lizarbe van de PSN). Ook de burgemeester van Barañain, Josu Senosiain verzekert dat dergelijk voorval ook hem overkomen is.
Op 11 oktober 2005 maken verschillende kranten hier melding van. Zie foto.
Wat zou er gebeurd zijn als er tijdens het onderzoek, meteen na de ontdekking, toevallig een verdacht uitziende jongere voorbij de gefrustreerde agenten was voorbijgekomen?
Gabriel Ginés, de lijfwacht van een raadslid van Galdakao, Juan Carlos Domingo (PSE-EE), is zwaar gewond geraakt bij een aanslag. Om 13:30u vanmiddag ontplofte een bom onder een wagen in de Calle Zamakola in de wijk La Peña te Bilbao. Het slachtoffer heeft brandwonden van tweede en derde graad. Het raadslid zelf was in vakantie te Valencia, wat doet vermoeden dat de aanslag wel degelijk tegen de lijfwacht was gericht.
Het is niet langer aanvaardbaar dat ETA terug naar een bloedig verleden wil, niettegenstaande de talloze arrestaties van personen die in wezen niets met ETA te maken hebben, niettegenstaande de brutale repressie waar nationalisten terug onderhevig aan zijn. Het heeft er alle schijn van dat Baskenland weerom in een uitzonderingstoestand is verzeild geraakt, maar dit mag geen aanleiding zijn tot bloedige aanslagen.
Los hiervan zal ik de Baskische nationalisten blijven verdedigen in hun eis voor zelfbeschikking.
Op 9 oktober 2000 was het precies één maand geleden zijn datLaudelino Iglesias, uit Barakaldo in hongerstaking is gegaan. Iglesias zal op 16 oktober 2000 twintig jaar in de gevangenis zitten. Hij wil met zijn hongerstaking afdwingen dat zijn twee veroordelingen van 20 jaar in een maximumstraf van 25 jaar worden samengevoegd in plaats van een totaal van 40 jaar. Hij werd in 1980 gearresteerd en zat in 14 gevangenissen. Nu hoort hij bij de FIES-CD, Fichero de Internos de Especial Seguimento. Control Directo zijnde een speciaal regime met speciale controle, waardoor willekeur in de behandeling onvermijdelijk is. Iglesias kreeg al te maken met hart- en bloeddrukproblemen, Verschillende vormen van hepatitis, incluis hepatitis C, problemen met een nier (o.a.-stenen) depressies, stress, claustrofobie, gezicht- en huidproblemen, etc
Op 25 september 2000, tijdens zijn hongerstaking, kreeg hij advies van celwissel. In de gang, op weg naar de andere cel kreeg hij een matrakslag op het hoofd van één van de drie bewakers. Na geboeid te zijn, kreeg hij vervolgens slagen over heel het lichaam, maar vooral in het gezicht en op het hoofd. Als gevolg hiervan moest hij op zeven plaatsen in een wenkbrauw gehecht worden, vier in de neus en twee in de elleboog. Verder was een tussenschot in de neus gebroken. Nadien werd hij gedurende 19 uur aan handen en voeten geboeid en tot op heden werd hij geïsoleerd.
Op 8 oktober 2000 verlaat de Baskische zanger Imanol (Larzabal) Baskenland, na blijvende bedreigingen.
Hij begon zijn carrière in Parijs toen het Franquisme op zijn laatste benen liep. Hij nam deel aan een eerbewijs voor Yoyes nadat die door ETA (waarin ze tot de leiding was opgeklommen) werd geliquideerd. Een jaar eerder ontsnapten twee gevangenen uit Martutene in de geprepareerde versterkers van zijn begeleidingsgroep.
Imanol Larzabal Goñi, of simpelweg Imanol (San Sebastián, 11 november 1947 - Orihuela, 25 juni 2004), was een zanger en een componist. Hij was een fervent verdediger van de Baskische taal en cultuur. Na zijn vlucht voor de Franquistische dictatuur, moest hij tijdens de laatste jaren van zijn leven een tweede maal vluchten: nu voor de bedreigingen van ETA. In 1964 begon hij in Parijs zijn carrière. In 1971, na 6 maanden opsluiting wegens terrorisme (dit kon toen en nu in Spanje van alles betekenen), illegale propaganda en organisatie, ging hij in ballingschap naar Frankrijk waar hij zijn toekomstige vrienden en medewerkers Paco_Ibañez, de Bretoense groep Gwendalen Elisa Serna leerde kennen. Na de amnestieregeling van 1977 keerde hij terug naar Baskenland om zijn carrière verder t zetten. Zijn inzet voor de Baskische cultuur en taal hadden niets aan belang ingeboet, integendeel: hij was een fervente aanhanger geworden van de Korrika. In 1986 nam hij deel aan een concert, als hommage aan Yoyes, geliquideerd door ETA. Dit werd hem door de radicalen in de organisatie heel kwalijk genomen en hij kreeg rgelmatig dreigbrieven. Toen hij met heel wat professionele vrienden het concert Contra el miedo (tegen de angst) organiseerde, als pleidooi, betoog tegen ETA, zag hij zich verplicht te vluchten. Toen hij in 2004 een concert als hommage aan de republikeinen voor bereidde, kreeg hij een hersenbloeding en overleed aan de gevolgen op 25 juni 2004.
Spoedbetoging: Halt aan de repressie tegen de Basken Dinsdag, 9 oktober 2007, om 19 u Spaans consulaat, Regentlaan Brussel of 18u45 Vlaams Huis, drukpersstraat.
De aanklager van de Audiencia Nacional vraagt effectieve gevangenisstraf voor 11 leden van het partijbestuur van Batasuna:Ibon Arbulu, Ane Lizarralde, Maite Díaz de Heredia, Juan Cruz Aldasoro, Juan Joxe Petrikorena, Aner Petralanda, Joana Regueiro, Asier Arraiz, Maite Fernández de la Bastida, Jon Garai en Arantxa Santesteban.
Zes onder hen worden beschuldigd van integratie in een gewapende organisatie, wat nog nooit is kunnen bewezen worden, en ook nooit zal kunnen bewezen worden, omdat dit onjuist is. Zelfs de woordvoerder van de Baskische regering, Miren Azkarate, verklaart dat zij aan het vergaderen waren en dat zij geen pistolen, noch bommen hebben, en er ook nooit gebruik hebben van gemaakt. Zij vraagt zich af waar dan het delict is en of hiermee niet alle bruggen tot dialoog zijn opgeblazen.
Vijf andere worden beschuldigd van recidivisme op basis van de zaak 35/02 die nog altijd hangende is. In de zaak 35/02 had Garzón instructies en orders (decreet van 26 augustus 2002) uitgevaardigd die niet binnen zijn jurisdictie vielen, en had zichzelf prerogatieven toegeëigend die hij niet heeft, zoals bijvoorbeeld het verbod op publieke meetings en manifestaties in Euskadi. In zijn orders staat: Er moet met alle mogelijke middelen vermeden worden dat Batasuna vergaderingen, demonstraties, piketten, karavanen of om het even welke publieke gebeurtenis organiseert. Het weze in hun naam, het weze ingericht door een ghost. De autoriteiten belast met de toepassing van deze instructie, vonden al vlug problemen genoeg om dit uit te voeren. Geen nood! Het Vijfde Hof (dat van Garzón) voorzag in een simpele oplossing. Er werd een nieuwe instructie uitgevaardigd waarbij de Centrale Inlichtingendienst van de Politie de opdracht kreeg iedere aangekondigde manifestatie te onderzoeken op direct of indirect verband met Batasuna. Het resultaat kan u wellicht raden.
Vanaf 13:30u, deze middag 7 oktober 2007, wordt de rest van het partijbestuur ondervraagd.
De familieleden die de verre reis naar Madrid hadden ondernomen, werd de toegang tot de Audiencia Nacional (uitzonderingsrechtbank) geweigerd.
De onvermijdelijke fascisten waren wel aanwezig (zie foto). Ik zal hun repertorium niet aanhalen, want het is te smerig.
Intussen werden in Beriain (Navarra) twee jongeren aangehouden die propaganda aan het verspreiden waren voor Jarrai en Segi, voor amnestie, voor zelfbeschikking, voor het wegtrekken van de bezettingstroepen en voor het einde van het folteren.
Zopas beslist (16:00u):
Garzón laat 2 van de 23 gedetineerden vrij: Ibon Berasategi en Javier Albizu. Ten aanzien van de 21 anderen, wordt opsluiting gevraagd. Drie kunnen eventueel voorlopige vrijheid genieten als ze elk 10.000 euros borg ophoesten.