Misschien moeten we de vraag eerst eens omkeren: Waarvoor hebben we een bit nodig?
Communicatie
Om niet als een willoze pasagier op de rug van het paard te zitten hebben we een communicatiemiddel nodig: we zullen het paard onze wensen ten aanzien van de te kiezen richting en snelheid kenbaar moeten kunnen maken.
Voor deze broodnodige communicatie zijn in de loop der eeuwen talloze methoden bedacht, varierend van lichaamstaal, stemcommando's, diverse bitloze oplossingen, tot natuurlijk uiteindelijk het bit in al zijn varianten. Is het een beter dan het ander? Zolang het om communicatie gaat eigenlijk niet, net zo min als dat Nederlands meer of minder geschikt zou zijn voor communicatie dan Engels, of zelfs gebarentaal. Zolang beide partijen dezelfde taal beheersen gaat alles prima.
De voorbeelden dat elke taal geschikt kan zijn om met het paard te communiceren zijn talrijk. Er zijn vele mensen die fijntjes kunnen demonstreren dat ze zonder mechanische hulpmiddelen niet alleen op hun paard kunnen rijden maar zelfs tot hoge-school-kunstjes in staat zijn, zoals de piaffe op een paard zonder enige optoming.
Dwangmiddelen
Communicatie ok, maar wat nou "als hij niet meewerkt?"
Zeker in deze moderne tijd zijn we eraan gewend geraakt dat we alles onder controle hebben. Het is ondenkbaar dat je in de auto op de rem trapt maar dat het ding niet thuis geeft, en als het je overkomt blijkt het een zeer beangstigende ervaring te zijn. Zaken die zich aan onze controle kunnen ontsnappen boezemen ons enorme angst in: "verlies van controle" is voor de meeste mensen het meest angstwekkende wat ze kan overkomen.
Behoud van controle is dus essentieel. Om de controle te kunnen behouden vervallen we, door allerlei psychologische en evolutionaire achtergronden, al snel in het willen toepassen van "dwang". Het bit lijkt daartoe het geeigende middel te zijn, en de commercie springt hierop gretig in, getuige het assortiment aan bitten wat je in de gemiddelde ruitersportzaak aantreft. De meeste bitten zijn voorzien van "controleverhogende" aanpassingen, zoals hefbomen en dergelijke.
Paarden zijn echter geen dieren die zich gemakkelijk overgeven aan dwang; ze blijken, eveneens door evolutionaire achtergronden, lijnrecht tegen dwang te willen ingaan. Dat talloze paarden zich aan de controle van het bit weten te onttrekken is bovendien ook geen geheim meer. De vraag is dan ook of het bit, toegepast als dwangmiddel, wel voldoet. En als het bit zo slecht als dwangmiddel werkt, moet je het dan nog wel gebruiken om je rijtechnische problemen op te lossen?
Inmiddels is gebleken dat je rijtechnische problemen beter op andere manieren kan oplossen dan met dwangmiddelen. Op onze pagina over desensibilisatie staat hoe je het vluchtgedrag van je paard kan verminderen, en op onze pagina's over wijken-voor-druk en de One Rein Stop staan wat ideetjes over hoe je je paard leert "te gehoorzamen" en zelfs in panieksituaties tot stoppen kan bewegen. Zonder bit.
En nee, wij (auteurs van dit artikel) hebben geen makkelijk praten. We hebben een draver die van de renbaan komt en met een bit niet of nauwelijks was te stoppen, onze andere paarden zijn vluchtachtige arabieren en of kruisingen van beide. Deze paarden stoppen betrouwbaarder op een halster dan op een bit, hoe dit werkt kun je lezen op onze pagina over de One Rein Stop.
Nadelen van het bit
Goed, het kan dus wel zonder bit, maar waarom zou je zonder bit gaan rijden?
Vraagje: Je stapt tijdens het dansen steeds op de tenen van je partner en die zegt dan heel irritant "au!". Hoe los je dat op? a) je gaat beter leren dansen. b) je pakt een rol tape en plakt de mond van je danspartner dicht.
Met wat riempjes kun je voorkomen dat je paard zijn mond open doet om au te zeggen... |
 |
Het wordt positief gevonden als een paard "schuimt". Een paard zal van nature echter geen speeksel produceren tijdens de beweging: Wij vinden het dan ook geen gezicht als je op een kwijlend paard rijdt. |
- Fysiologische incompatibiliteit
- De ademhalingsweg en spijsverteringskanaal zijn bij een paard strict gescheiden. Wanneer een paard galopeert is de ademhalingsweg wijd geopend en de weg naar de slokdarm stevig gesloten. Wanneer een paard slikt is het precies andersom. Paarden zijn niet gemaakt om tegelijkertijd te eten en te galoperen (iets dat in de natuur bij een graasdier een situatie is die niet eens voor kán komen).
Wanneer het paard echter iets in zijn mond heeft, al is het "maar" een bit, dan worden er naar het brein "eet-signalen" gestuurd. De kauwreflex wordt geactiveerd en het paard begint tong- en kaakbewegingen te maken. Tegelijkertijd wordt de aanmaak van speeksel gestimuleerd. Het paard wordt door de ruiter gevraagd te bewegen waardoor de hersenen tegenstrijdige berichten ontvangen, een fysiologisch conflict ontstaat en het sympatische (beweging) en parasympathische (rust en eten) systeem tegelijkertijd worden geactiveerd.
- Verstoring van de ademhaling
- Het reguleren van de snelheid van het paard-met-bit berust op het buigen van het hoofd. Hoe verder de kin richting borst beweegt, hoe verder de ademhalingsweg wordt dichtgeknepen. (In vrijheid rennende paarden bewegen hun hoofd naar voren, onder andere om de luchtweg vrij te maken.)
Door de speekselvorming, opgewekt door het bit, worden paarden geprikkeld om te slikken. Maar tijdens het slikken wordt de luchtweg afgeknepen (net als bij mensen). Bij een galoperend paard volgt de ademhaling het ritme van de beenbewegingen; slikken verstoort deze choreografie.
- Verstoring van de gang
- De ademhaling en beenbewegingen zijn in balans met elkaar. Wanneer de ademhaling wordt verstoord zal het paard proberen het ritme te herstellen en vaak gebeurt dit door de gang aan te passen aan de ademhaling. Het slikken zorgt voor een vertraging van de ademhaling, de gang past zich aan. Het eindresultaat is een onregelmatige, rommelige gang.
Paarden gebruiken hun relatief zware hoofd als balanceerorgaan, op dezelfde manier als waarop kleinere zoogdieren hun relatief zware staart voor dat doel gebruiken. Het hoofd van het paard maakt subtiele bewegingen om de gang zuiver te houden; wanneer het paard het hoofd niet meer vrij kan wegen wordt de gang minder efficiët.
- Mond- en gebitsproblemen
- Paarden zijn gemaakt om door de neus te ademen: tijdens beweging is de mond stevig gesloten. Een bit verbreekt deze verzegeling en vaak loopt het paard met een min of meer geopende mond.
Het bit stoot vaak tegen kiezen, en ligt in het gevoelige gebied waar de nog niet doorgekomen wolfskiezen vlak onder de oppervlakte drukken. Paarden wisselen hun melkgebit voor hun definitieve gebit tussen de 2 en 5 jaar en moeten in deze periode, waarin ze van zichzelf al een pijnlijke mond hebben, vaak al met een bit lopen.
- Ontwikkeling van abnormaal gedrag
- Vermijding van het bit is iets dat algemeen voorkomt. Veel paarden hebben één of meer onnatuurlijke gedragingen ontwikkeld als gevolg van het bit: "hoofdschudden", "tong over het bit leggen", "mond open houden" (kan je weer tegengaan met een extra riem), "schuimen", "kwijlen", "op het bit leunen", "hoofd in de lucht gooien", "tong uit de mond steken", etc. Minder bekend is dat ook problemen zoals "zich niet willen laten vangen", "bokken", "tanden knarsen", "met de staart zwiepen", uitingen kunnen zijn van onvrede over het bit.
Al met al zijn er nogal wat problemen die worden geassocieerd met het bit. We hebben er slechts een paar genoemd, in de literatuur wordt ook de negatieve invloed van het bit beschreven op andere delen van het spijsverteringsgestel zoals de maag. Voor ons genoeg redenen om iets, waarvan het nut toch al is achterhaald, vaarwel te zeggen.
Meer weten over hetgeen een bit met het paard doet? Wij kunnen je dit door Professor Dr. W. R. Cook geschreven boek "Metaal in de Mond" van harte aanbevelen. Meer weten? Kijk op paardnatuurlijk.nl of bitloosrijden.nl.
|