De publicatie van cartoons waarop de profeet Mohammed staat afgebeeld, zorgt voor beroering over de hele wereld. Ondanks het massale moslimprotest, kan er volgens mij niet afgedongen worden op het recht op vrije meningsuiting. De essentie van een democratie is dat iedereen mag zeggen, schrijven en tekenen wat hij of zij wil, uiteraard met de beperkingen die de wetgeving (d.w.z. gestemd door een democratische meerderheid) oplegt. Laster, eerroof, racisme en negationisme zijn niet toelaatbaar, maar het is aan de rechtbanken om daarover te oordelen. In geen geval mogen burgers met geweld op straat het recht in eigen handen nemen. Vreedzaam betogen kan meen ik wel. Mag men dan niet verontwaardigd zijn? Uiteraard. Wie diep gekwetst is door uitlatingen van een andersdenkende, kan en mag daar in een democratie uiting aan geven. Het tegendeel is een maatschappij zonder vrijheid, zonder vrije meningsuiting, zonder gelijkwaardigheid van mensen. We mogen niet voor de goede vrede een stuk van de vrijheid van meningsuiting aan banden leggen. Kritiek uiten, ook op geloofsaspecten, is een fundamenteel mensenrecht.
|