Mijn requiem top-10:
Requiem Gabriel Fauré Ein deutsches Requiem Johannes Brahms Requiem for a friend Zbigniew Preisner Messe de requiem Joao Domingos Bomtempo Déploration sur la mort d'Ockeghem Josquin Desprez Requiem Wolfgang Amadeus Mozart Cadman requiem Gavin Bryars Requiem Peter Benoit Requiem Mikis Theodorakis Requiem Giuseppe Verdi
tijden hardlopen 15.09.06 start van s2r 25.02.07 midwinter run kiewit 10km 1.03' 10.06.07 m. mooiste maastricht 5km 28'37 12.10.08 dwars door hasselt 15km 1u48
Op mijn nachtkastje
Psychosynthese Roberto Assagioli
De mens en zijn symbolen Carl Jung
Een beknopte geschiedenis van alles Ken Wilber
Op zoek naar Shambhala Edwin Bernbaum
Psychosynthese en eeuwige wijsheid Ben Bos
Vipassana mediatatie William Hart
Een geschiedenis van God Karen Armstrong
Zeven wegen naar het zelf Piero Ferrucci
Meister Eckhart Meester van het niet-wetende weten Marcel Braekers
Het mysterie van de hersenstam Tjeu van den Berk
Je bent het zelf Ben Bos
Psychosynthese Will Parfitt
Wegen naar het paradijs Thomas Merton
Waarop wachten wij Notker Wolf
Ik ben de poort Bhagwan Shree Rajneesh
Laat heb ik je liefgehad Boris Todoroff
Levenswijsheid met een glimlach Lin Yutang
Mythen en bewustzijn Joseph Campbell
Het pad is het doel Chögyam Trungpa
Maria Magdalena Guido Kindt
Gij zult zijn als goden Erich Fromm
En naast mijn nachtkastje:
Jonathan Livingston Richard Bach
De alchemist Paulo Coelho
Zonder grenzen Ken Wilber
Het onbeschreven blad Steven Pinker
De schepping Franco Ferrucci
De kabbalist Geert Kimpen
Het numineuze Tjeu van den Berk Kluizenaars avonturen van eenzaamheid Freddy Derwahl
Zen, hier, nu Ruud van der Ham
Geheim India Paul Brunton
Zen therapie Davir Brazier
Vrede aanraken Thich Nhat Hanh
De schaduw van de wind Carlos Ruiz Zafón
Mystagogie inwijding in het symbolisch bewustzijn Tjeu van den Berk
De eenvoud van Zijn Ken Wilber
Ontmoeting met je schaduw Conny Zweig
Familieopstellingen Indra Torsten Preiss
Boek van levenskunst Anselm Grün
Het onzegbare en het onuitsprekelijke Ronald Commers
Over de wil Roberto Assagioli
Het directe pad Andrew Harvey
Wijsheid uit een leeg hoofd Jacob Liberman
Spirituele renaissance Victor Bulthuis
Vrouwelijke mystici Anne Bancroft
Oneindig dichtbij Matthieu Ricard & Trinh Xuan Thuan
Heel je leven Piero Ferrucci Sprekende stilte Han van den Boogaard
Variations sauvages Hélène Grimaud Oscar et la dame rose Eric-Emmanuel Schmitt
Hoe heb ik je lief Piet Weisfelt
Be as you are David Godman
Filosoferen over emoties Miriam van Reyen
Non-dualisme Philip Renard
Boeddhistische geesteshouding Alan Wallace
De ge-heel-de mens Raf Mertens
The eternal Pilgrim Ripley Webb
Awareness Osho Tau Teh Tsjing Lau-Tze
Et toi mon coeur pourquoi bats-tu? Jean d'Ormesson Zinvol toeval Frank Joseph
Het boeddhisme Edward Conze
Is God dood? Ulrich Libbrecht
Synchroniciteit Joseph Jaworski
Een ongewoon gesprek met God Neale Donald Walsch
Vita Pauli Hieronymus
Vipassana meditatie William Hart
Over levenskunst Joep Dohmen
De profeet Khalil Gibran
en naast het bed
Himalaya Michael Palin
De Transardense route Francoise Lempereur
Running with the mind of meditation Sakyong Mipham
Dakini's warm breath feminine principle in tibetan buddhism Judith Simmer-Brown
Nepal Dominicus
The rough Guide to Nepal
Insight Guide Nepal
Fietsparadijs Limburg
Adhishthana view and practice ngondro Mipham Rinpoche
Natural liberation Padmas teachings on the 6 bardos Gyatrul Rinpoche
Rebel Boeddha op weg naar vrijheid Dzogchen ponlop
Touching enlightenment finding realization in the body Regi Ray
Tantra the transformation of desire Lama Yeshe
Secret of the varja world tantric buddhism in tibet Reginald A. Ray
The perfect buddha Jeff Greenwald
Bevrijd je demonen Tsultrim Allione
Full catastrophe living Jon Kabat-Zinn
Wanneer de ijzeren arend vliegt Ayya Khema
Lady of the lotus-born Gyalwa Changchub
The wise heart Jack Kornfield
Meester over je eigen leven Sakyong Mipham
Stil de tijd Joke Hermsen
Zoeken in blog
jovo
een verkenning inspirerende, spirituele gedichten om rustig tegen de nacht aan te leunen...
17-11-2009
judith herzberg
... er is in ieder deel een deel van het ondeelbare geheel,
gelijk in elke kus, hoe kort, het hele leven meegegeven wordt.
laat er een tuin zijn waar de bladeren heel traag vallen, menigmaal hun laatste landingsplaats bepalen, alvorens de aarde te raken waar ze ligt in het verlengde van hun vrije val.
laat het mijn tuin zijn waar de wereld eeuwig blijft haperen tussen zomer en herfst tussen vallen en opstaan.
ik heb vandaag je borst tien keer niet aangeraakt, lieve woorden niet gezegd, gedacht aan je nagels in mijn rug die een eeuwigheid achter mij ligt en waaruit ik vanmorgen ben opgestaan als uit een bed
ik geloof niet dat ik het kan: niet van je houden. drinken en je niet kunnen vergeten, dat kan ik. en iedere dag een beetje sterven, zodat het tenslotte slechts een koud kunstje wordt.
de meeste mensen die mijn naakte lichaam hebben gezien, hebben het aangeraakt zonder enige begeerte.
ze hebben het behandeld, doorzocht, geopereerd. het leven van een zieke laten zien: wat is daar nog choquerend aan? je hele bestaan is besmet door de onzedigheid die de ziekte je opdringt. een lichaam dat meermaals open en dicht is gedaan laat je zien zonder er nog warm of koud van te worden.
je geeft de illusie van bedekt en beschermd vlees op. je lichaam is alleen nog maar een ding waar ze in binnendringen, waar ze dwars doorheen gaan zonder dat het hen raakt. mijn lichaam is geen heiligdom, het is niet van mij, ik heb er geen zeggenschap over en geen recht op.
privacy is niet voor zieken. dat is een ervaring waar je niet ongehavend uit komt. wie erover vertelt doet zichzelf niet echt geweld aan, het kwaad is al geschied....
ineens was ik het vermogen om warmte vast te houden verloren. nu de kinderen het huis uit zijn, snoof ik, ja, ja. ik kroop onder steeds meer dekens. de kachel loeide. de warmste van ons tweeën kon mij niet meer verhitten. ik rilde en huiverde alsof ik oog in oog stond met de dood.
wat ook zo was. de dood en ik stonden op een dijk. tussen ons was niets dan een aanzienlijke afstand.
rustig maar. ik doe gewoon mijn werk. das al. meer is er niet. iedereen doet zijn werk. jij, ik, hij, zij, wij allemaal doen ons werk. hetgeen waar we voor weggelegd zijn. dat maakt ons niet altijd gelukkig. nee, helemaal niet. niet helemaal, nee. maakt het jou gelukkig?
when we get out of the glass bottles of our ego, and when we escape like squirrels turning in the cages of our personality and get into the forests again, we shall shiver with cold and fright but things will happen to us so that we don't know ourselves.
cool, unlying life will rush in, and passion will make our bodies taut with power, we shall stamp our feet with new power and old things will fall down, we shall laugh, and institutions will curl up like burnt paper.
als ik kijk naar de kristalmaan, de rode tak van trage herfst bij mijn raam, als ik, bij het vuur gezeten, de ongrijpbare as neem of rimpelig lijf van brandhout, weet je, dat alles mij tot jou voert, alsof alles wat bestaat, geuren, licht, metalen, scheepjes zijn die varen naar jouw eilanden die me verwachten.
welnu dan, als beetje bij beetje jouw liefde voor mij minder wordt, zal beetje bij beetje mijn liefde voor jou minder worden.
als je me plotseling vergeet, zoek me niet, want ik zal je reeds vergeten zijn.
als je de wind van vlaggen die door mijn leven waait waanzinnig en lang vindt, en je besluit me aan de oever te laten van het hart waarin ik wortel bedenk dat op die dag, op dat uur, ik mijn armen op zal heffen, dat mijn wortels naar buiten komen om andere grond te zoeken.
maar als je dag na dag, uur na uur, voelt - onverzoenlijk lief - dat je voor mij bestemd bent, als, dag na dag, een bloem aan je lippen ontstijgt om mij te zoeken, ach dan, allerliefste, komt dat vuur weer in mij op, in mij blust niets of wordt vergeten, mijn liefde voedt zich aan jouw liefde:
zolang je leeft zal mijn liefde in jouw armen zijn zonder mijn armen te verlaten.
ay amor mío, ay mía, en mí todo ese fuego se repite, en mí nada se apaga ni se olvida, mi amor se nutre de tu amor, amada, y mientras vivas estará en tus brazos sin salir de los míos.
quand tu caresses ma fourrure est-ce que tu m'entends ron ron? je sais que je ne suis qu'un châton rousse je veux être une femme mes petits yeux sont bleu chinois ils voient avec tristesse la main qui me caresse une main d'un autre espace j'aimerais être aimée mais les dieux ordonnent tu es femme et moi petit châton