voor 2 pers. 250 g varkenslever 25 g boter ½ dl pompelmoessap ½ dl droge witte wijn 25 g rozijnen 2 cl koffieroom 50 g bloem Peper, zout
Hoe maakt u het?
1. Laat de rozijnen een half uur weken in warm water. 2. Snij de lever in plakjes. 3. Verhit de boter in een pan. Haal de leverplakjes door de bloem en bak ze snel bruin. 4. Roer eerst de rest van de bloem en daarna het pompelmoessap en de wijn door de gebakken lever. 5. Voeg rozijnen, koffieroom, zout en peper toe naar smaak. _En laat alles 5 minuten zachtjes koken.
Bereiding Oven op laagste stand voor verwarmen. Mixer en grote schaal ontvetten met azijn en keukenpapier. Eiwitten stijfkloppen in schoon gemaakte kom. Als de eiwitten stijf zijn, 2 eetlepels poedersuiker in de kom zeven. Daarna nog een minuut mixen.
De rest van de poedersuiker door het mengsel scheppen. Schep op een ingevette bakplaat kleine hoopjes van het schuim. Bak die schuimjes in 2 uur in de voorverwarmde oven op de laagste stand. Na het bakken de schuimpjes laten afkoelen op een taartrooster.
Dit heb je nodig schaar stevig wit papier kleurpotloden touw
Zo ga je te werk Dubbelklik op het plaatje hierboven en print het uit. Nu kun je de onderdelen van de Sint en Piet kleuren. Daarna knip je alle onderdelen uit. Prik de gaatje op de onderdelen door en dan maak je met behulp van een touwtje alle onderdelen aan elkaar vast. Zo krijg je een Piet en Sint mobile!
Dit heb je nodig schaar verf en kwasten lange stroken (gekleurd) papier lijm kleurpotloden
Zo ga je te werk Dubbelklik op het plaatje hierboven en print het uit. Neem het over op dubbelgevouwen papier. Daarna knip je het uit. Je moet niet op de stippel- lijntjes knippen. Dit moet je laten zitten. Nu heb je een slinger.
Dit heb je nodig schaar verf en kwasten lange stroken geel/rood papier nietmachine kleine stukjes rood/geel gekleurd papier kleurpotloden
Zo ga je te werk Dubbelklik op het plaatje hierboven en print het uit. Neem de mijter twee keer over op stevig papier (karton). Nu ga je de mijter versieren. Dit kan door het in te kleuren met potloden of verf. Je kunt de mijters ook leuk beplakken met stukjes rood/geel gekleurd papier. Als je wilt kun je eventueel nog een kruis in beide mijters tekenen. Neem een strook papier en meet de omvang van je hoofd. Hieraan bevestig je de twee mijters. Als je dit hebt gedaan meet je nog een keer voor de zekerheid de omvang van je hoofd. Als het klopt niet je de uiteinden van de strook aan elkaar vast. Als laatste niet je de toppen van de mijters aan elkaar vast. En klaar is je eigen mijter!
Dit heb je nodig papierschaar verf en kwasten lange stroken gekleurd ier nietmachine kleine stukjes gekleurd papier kleurpotloden
Zo ga je te werk Dubbelklik op beide plaatjes hierboven en print ze uit. Neem de muts over op stevig papier (karton). Nu ga je de muts versieren met behulp van potloden, verf of stukjes verschillend gekleurd papier. Daarna knip je de muts uit. Als de muts klaar is ga je de veer versieren en deze knip je dan ook uit. Met behulp van lijm of een nietmachine bevestig je de veer aan de muts. Dan neem je een strook papier en meet je je hoofd. Hieraan bevestig je de muts. Nog een keer je hoofdomvang meten en dan de uit- einden aanelkaar vastnieten. Nu heb je je eigen Pietenmuts!
Zo ga je te werk Dubbelklik op het plaatje hieronder. Print het daarna uit. Kleur de Sint. Knip of prik het uit. Plak of niet de Sint daarna op een wc-rolletje.
Zo ga je te werk Dubbelklik op het plaatje hieronder. Print het daarna uit. Kleur of verf de zak. Knip of prik de zak uit. Nu knip je uit een 'Sinterklaas boekje' (kun je bij Bart Smit en andere speelgoedwinkels krijgen) de plaatjes met daarop het speelgoed dat je graag van de Sint wilt hebben. Zo weet de Sint een beetje wat jij leuk vindt. Op het laatst strik je er nog een stukje crêpe-papier omheen.
Zo ga je te werk Dubbelklik op het plaatje hieronder. Print het uit. Nu kun je het leuk inkleuren of verven. Daarna knip je de Piet en zijn armen uit. Op het pak van de Piet staan stippellijnen, deze knip je een klein stukje in. Hier komen de armen te zitten. De twee uiteinden van de jurk plak je aan elkaar vast. En klaar is je Pietjes pop!
Dit heb je nodig schaar verf en kwasten plakkertjes perforator wc-rolletje kleurpotloden wol
Zo ga je te werk Dubbelklik op het plaatje hierboven en print het uit. Nu kun je de schoenen kleuren, verven, plakken etc. Daarna plak je er een wc-rolletje tussen. Je kunt eventueel met een perforator gaatjes maken in de bovenkant van de schoen en er een touwtje (veter of een stukje wol) door heen halen.
Dit heb je nodig schaar verf en kwasten lange stroken (gekleurd) papier lijm kleurpotloden
Zo ga je te werk Dubbelklik op het plaatje hieronder en print het uit. Nu ga je het paard kleuren, verven, etc. Daarna knip je het uit. De stippellijn waar het schaartje bij staat knip je ook in. Deel A vouw je naar links en deel B naar rechts. Daarna smeer je er lijm op en dan bevestig je de twee delen op het lange strook papier. Als je het paard erop hebt geplakt niet je beide einden van de strook aan elkaar vast (eerst de omtrek van je hoofd met het papier meten).
Dit heb je nodig schaar verf en kwasten lijm kleurpotloden watten
Zo ga je te werk Dubbelklik op het plaatje hieronder en print het uit. Nu ga je de boot kleuren, verven, etc. Daarna knip je het uit en plak je de boot op een ander geleurd papier. Je kunt eventueel nog een paar watten boven de pijp plakken.
Hoor wie klopt daar kinderen, hoor wie klopt daar kinderen, hoor wie klopt daar zachtjes tegen het raam? T'is een vreem'ling zeker, die verdwaald is zeker, 'k zal eens even vragen naar zijn naam. Sint Nicolaas, Sint Nicolaas, breng ons vanavond een bezoek en strooi dan wat lekkers in een of and're hoek.
Zie ginds komt de stoomboot
Zie ginds komt de stoomboot uit Spanje weer aan Hij brengt ons Sint Nicolaas, ik zie hem al staan Hoe huppelt zijn paardje het dek op en neer Hoe waaien de wimpels al heen en al weer.
Zijn knecht staat te lachten en roept ons reeds toe: Wie zoet is krijgt lekkers, wie stout is de roe! Och lieve Sint Nicolaas, och kom ook bij mij. En rij dan niet stilletjes ons huisje voorbij.
Daar wordt aan de deur geklopt Daar wordt aan de deur geklopt hard geklopt, zacht geklopt. Daar wordt aan de deur geklopt, wie zou dat zijn? Wees maar gerust, mijn kind, ik ben een goede vriend Want al ben ik zwart als roet, ik meen het goed!
Oh, kom maar eens kijken
Oh, kom maar eens kijken, wat ik in mijn schoentje vind. Alles gekregen, van de goede Sint. Een pop met krullen in haar haar, een snoezig kleedje kant en klaar, drie kaatsenballen in een net, een letter van banket. Oh, kom maar eens kijken, wat ik in mijn schoentje vind. Alles gekregen van de goede Sint.
Zie de maan schijnt door de bomen
Zie de maan schijnt door de bomen, Makkers staakt uw wild geraas! 't Heerlijk avondje is gekomen, 't avondje van Sinterklaas. Vol verwachting klopt ons hart, wie de roe krijgt, wie de gard. Vol verwachting klopt ons hart, wie de roe krijgt, wie de gard.
Sinterklaasje bonne bonne bonne Sinterklaasje, bonne, bonne, bonne gooi wat in mijn lege, lege tonne, gooi wat in mijn laarsje, dank U, Sinterklaasje
Sinterklaasje, bonne, bonne, bonne gooi wat in mijn lege, lege tonne, gooi wat in de huizen We zullen grabbelen als muizen
Zachtjes gaan de paardenvoetjes
Zachtjes gaan de paardenvoetjes Trippel, trappel, trippel, trap 't Is het paard van Sinterklaasje Stippe, stappe, stippe, stap 't Schimmeltje draagt met gemak Sinterklaasje over 't dak 't Schimmeltje draagt met gemak Sinterklaasje over 't dak
't Paardje kan de weg wel vinden Trippel, trappel, trippel, trap In het held're maneschijntje Stippe, stappe, stippe, stap 't Paardje is nog lang niet moe Maar ik moet naar bedje toe 't Paardje is nog lang niet moe Maar ik moet naar bedje toe
'k Hoor de vlugge paardenvoetjes Trippel, trappel, trippel, trap In mijn lekker warme bedje Stippe, stappe, stippe, stap En ik droom van Sinterklaas En zijn zwarte Pieterbaas En ik droom van Sinterklaas En zijn zwarte Pieterbaas
Zwarte Piet ging uit fietsen
Zwarte Piet ging uit fietsen, toen klapte zijn band. Toen moest hij gaan lopen, met de fiets aan zijn hand. Hij kwam in 'n dorpje, en zei tegen de smid: 'k Geloof dat in mijn achterband een pepernootje zit.
De smid moest hard lachen en plakte zijn band. Piet kan nu weer fietsen door heel Nederland. Hij fietst en hij fietst door regen en wind. En brengt de cadeautjes bij ieder lief kind
Hoor de wind waait door de bomen
Hoor de wind waait door de bomen Hier in huis zelfs waait de wind Zou de goede Sint wel komen Nu hij 't weer zo lelijk vindt Nu hij 't weer zo lelijk vindt Ja hij rijdt in donk're nachten Op zijn paardje, o zo snel Als hij wist hoe w' hem verwachten Ja gewis dan kwam hij wel Ja gewis dan kwam hij wel
Wie komt er alle jaren?
Wie komt er alle jaren, weer uit Spanje varen? Over de grote, grote zee? Sint Nicolaas, hoezee!
Wie heeft een zak vol koekjes, speelgoed en prentenboekjes? Wie neemt een zak vol lekkers mee? Sint Nicolaas, hoezee!
Sinterklaasje kom maar binnen Sinterklaasje kom maar binnen met je knecht want we zitten allemaal even recht Misschien heeft U nog even tijd voordat U weer naar Spanje rijdt Kom dan nog even bij ons aan en laat uw paardje maar buiten staan.
En we zingen en we springen en we zijn zo blij want er zijn geen stoute kinderen bij. En we zingen en we springen en we zijn zo blij want er zijn geen stoute kinderen bij.
Elk jaar vanaf half november kunnen we in Nederland Sint Nicolaas en zijn Zwarte Pieten begroeten. Zij blijven tot 6 december en menig kinderhart zal in deze weken sneller kloppen. De kinderen maken verlanglijstjes, zingen liedjes en zetten winterpenen en water voor de schimmel neer naast hun schoen, maken tekeningen voor Sint en Piet. Geen enkel kind vraagt zich af wie Sint en Piet zijn en waar zij vandaan komen. Het geloof in de Goedheiligman is genoeg. Toch zijn er veel oudere kinderen en volwassenen die op een bepaald moment wel willen weten hoe het zit met al die gebruiken en welke betekenissen er achter Sinterklaas en Zwarte Piet schuilen.
Wie was Sint Nicolaas? Rond het jaar 270 werd Nicolaas geboren als zoon van een rijke koopman in Patara in de provincie Lycië in klein Azië (het huidige Turkije). Nicolaas werd tot priester gewijd en met het geld van zijn ouders hielp hij velen die in nood verkeerden. Later werd Nicolaas bisschop van Myra. Uit die tijd dateren vele verhalen en legenden rond Nicolaas. Op 6 december 340 is Nicolaas overleden en jaren later werd hij heilig verklaard. Daardoor mocht hij de naam "sint" voor zijn naam plaatsen en vereerd worden.
Er bestaat ook een tweede uitleg over de herkomst van Sint Nicolaas. In de middeleeuwen werden in Europa veel heidenen bekeerd. Om niet direct in de problemen te komen met de bevolking lieten de bekeerders de heidense feesten geleidelijk opgaan in Christelijke feesten en namen Christelijke heiligen de plaats in van heidense goden. In uiterlijk en gedrag van de Germaanse oppergod Wodan lijkt het of de heilige Nicolaas langzaam maar zeker diens uiterlijk en taak heeft overgenomen. Wodan was een forse man met een wijde mantel, muts en lange baard. Hij reed op een wit paard door de lucht en droeg in zijn handen een speer. Hij werd begeleid door twee raven, die hem informeerde over het gedrag van de mensen. Wodan werd zeer vereerd en alleen een zeer populaire heilige als Nicolaas van Myra kon hem vervangen.
Het Sinterklaasfeest in Nederland In de middeleeuwen werd op 6 december door scholieren het Nicolaasfeest gevierd. Een jongen werd tot bisschop gekozen. Hij werd bijgestaan door zwartgemaakte jongens en zij kregen voedsel en geschenken. Ook kregen scholieren soms van een welgestelde heer een vrije dag en geld om het Nicolaasfeest te vieren. Later ging men ook arme kinderen trakteren. Zo ontstond een volksfeest, waarin de schoen of klomp als vindplaats van geschenken een rol ging spelen. Op de avond voor 6 december werden vooral voor de kleinsten geschenken en lekkers bij de schoorsteen gelegd. In de 17e eeuw werd Nicolaas meer een onzichtbare kindervriend, opvoeder en huwelijksmakelaar. Tot 1845 werd er wel over Sinterklaas gesproken en gezongen. Hij trad niet in het openbaar of in huiselijke kring op. Ook gaf hij aan stoute kinderen de roe. Van Zwarte Piet is nog geen sprake! Pas na 1845 verschijnt Sinterklaas in het openbaar, gekleed als bisschop. Langzaam zal Zwarte Piet zich naast de Sint voegen; in de praktijk en in boeken. Hij heeft de rol van bestraffer en boeman. De roe neemt een heel bijzondere plaats in. In de middeleeuwen was de roe een strafwerktuig, maar een roe kun je ook zien als symbool van vruchtbaarheid. Kinderen die de roe kregen, waren eigenlijk te oud voor het Sinterklaasfeest, dus vruchtbaar.
Een bijzonder Sinterklaascadeau Uit Noord Nederland komt de volgende legende: Een niet onaantrekkelijke boerin met een aardig vermogen was al vroeg weduwe. Het zware werk op de boerderij werd uitstekend overgenomen door de boerenknecht. De boerin liet haar oog vallen op deze knecht, maar het was helaas onmogelijk om met hem te trouwen. Zelfs een huwelijksaanzoek doen zou een schande zijn. Op Sinterklaasavond vroeg de boerin aan de knecht zijn klompen bij de schouw te zetten zodat Sint Nicolaas een geschenk kon brengen. De knecht voelde niets voor deze flauwekul, maar na lang aandringen zette hij toch zijn klomp bij de schouw. De volgende morgen trof hij de boerin staande in zijn klompen aan en hij begreep direct de bedoeling. Niet lang daarna traden zij in het huwelijk.
Laten we met elkaar zorgen dat we nog heel veel jaren van de Sint en zijn trouwe knecht kunnen genieten. In huiselijke sfeer proberen een stuk traditie te behouden met geschenken, schoorsteen, surprises enz. onder het toeziend oog van de goedheiligman.
2 theelepels oranjebloesemwater (o.a. in Turkse winkels)
Bereidingswijze
Leg de amandelen een paar tellen in kokend water en houd ze daarna onder de koude kraan. Wrijf de bruine velletjes van de amandelen en doe ze met het stalen mes in de foodprocessor. Hak ze eerst tot ze heel fijn gemalen zijn.
Voeg dan het eiwit, de poedersuiker en het oranjebloesemwater toe en laat de machine nog even draaien tot een samenhangend geheel ontstaat.
Leg de marsepein in plastic folie een paar uur in de koelkast.
Kleur de marsepein eventueel met een paar druppels levensmiddelenkleurstof en kneed die er goed door.
Variatietip Van marsepein zijn leuke dingen te maken, zoals poppetjes, diertjes, vruchten e.d. Als kleurstof is ook bietensap (voor rode marsepein) te gebuiken, reine-claudesiroop (groen) of wortelsap (oranje).
Sint-Nicolaas werd in 270 geboren in Pataras (Klein-Azië). Hij stierf als bisschop Nicolaas van Myra op 6 december 340 in Myra en werd later vanwege zijn vele goede daden heilig verklaard. Al voor het jaar 1000 was hij één van de meest algemeen vereerde heiligen in de oosters en westerse kerk, een soort afspiegeling van de Christusfiguur. In de middeleeuwen ontwikkelt zijn sterfdag zich tot het kinderfeest zoals we het nu kennen. Het begon met het kiezen van een bisschop en assistenten uit de arme kinderen van een stad. Deze kinderen kregen tot 'Onnozele Kinderen' (28 december) eten en cadeaus (onder meer schoenen). Langzaam maar zeker groeit het trakteren van kinderen uit tot een algemeen volksgebruik. Lange tijd was er grote weerstand tegen dit gebruik, met name vanwege de rooms-katholieke elementen. In een aantal Nederlandse plaatsen, waaronder Tiel, Grave en Alkmaar werden openbare Sint-vieringen zelfs verboden tot groot protest van de bevolking. Pas in de 19de eeuw duikt de bisschop weer in het openbaar op. Uit deze tijd stammen ook de meeste van de Sinterklaasliedjes ('Zie ginds komt de stoomboot' staat bijvoorbeeld in 1851 in de versjesbundel 'St.-Nicolaas en zijn knecht' van J. Schenkman). De legenden over deze Sinterklaas zijn onuitputtelijk. Oudere lezers kennen ongetwijfeld de verhalen van de drie ingepekelde kinderen die Sinterklaas tot leven wekte, de drie zusters die hij van prostitutie weerhield, de drie schipbreukelingen die hij nog net wist op te vissen en de drie soldaten - bij keizer Constantijn ten onrechte aangeklaagd - die hij onder zijn bescherming nam. Het cijfer drie is onlosmakelijk met Sinterklaas verbonden. De legenden vertellen dat hij bijna alles drie keer deed. Hij las drie maal dezelfde teksten voor, hij hief steevast drie maal het glas, hij bediende zich tijdens de maaltijden drie keer en... volgens kwatongen mocht de goedheilige man zelfs drie keer vrijen per nacht, want Sinterklaas komt uit een tijd dat de celibaatsverplichting voor geestelijken nog niet gold. Deze vreemde voorkeur voor het cijfer drie heeft ongetwijfeld te maken met het feit dat Sinterklaas een groot verdediger van de drievuldigheidsleer was. "Laten we alles doen ter ere van de Vader, van de Zoon en van de Geest," zijn de enige woorden die van de heilige Nicolaas bewaard bleven.
Sinterklaas wordt voornamelijk in Nederland en België gevierd, maar ook onze landgenoten in het buitenland worden niet vergeten in december
Het is bijna weer zo ver en komt de Sint en Zwarte piet langs en daarom ga ik deze maand rond hem werken. Dus wen er maar aan leuke November maan iedereen.
Bereiding Suiker, vanillesuiker en water in een steelpannetje onder zachtjes roeren aan de kook brengen. Vervolgens boter en stroop toevoegen. Als de boter gesmolten is ook de room en de melk toevoegen. Op hoog vuur 15 minuten laten doorkoken. Daarna de pan van het vuur nemen en het mengsel opkloppen tot het dikker wordt. Schenk de vloeistof vervolgens in een bakblik met hoge randen waarin de karamel kan afkoelen en opstijven. Eenmaal koud geworden kan de karamel met een mes - in het bakblik - in blokjes worden gesneden.
1 kalkoen (panklaar) van 2-10 kg zout, 1/2 % van het gewicht van de kalkoen ongeveer 3/4 kg tamme kastanjes of 1 1/2 kg Bellefleuren of Jonathans 1 theelepel salieblaadje 300-750 gr boter suiker
bereiding:
De kalkoen wassen en zouten. De kastanjes inkruisen, 10 min. koken in ruim water, afgieten en pellen of de appelen schillen, in vieren snijden en van de klokhuizen ontdoen. De lichaamsholte van de kalkoen vullen met de kastanjes of de appelen en desgewenst de kleinge- sneden salieblaadjes, daarna dichtbinden. De kalkoen in de boter onder regelmatig bedruipen goudbruin en gaar braden in een warme oven bij 150 C - 175 C; zonodig tijdens de braadtijd de kalkoen bedekken met aluminiumfolie of vuurvast kommetje water onder in de oven plaatsen tegen het uitdrogen. Braadtijden: 2-4 kg: ca. 2 1/2 uur; 5-7 kg: ca. 3 3/4 uur; ca. 10 kg: ca 4 1/2 uur. De kalkoen is gaar als het vlees bij de poten gemakkelijk van het bot loslaat. Bij de jus zoveel water schenken en roerend aan de kook laten komen, dat bijna al het bezinksel oplost. De kastanjes of de appelen uit de kalkoen nemen en deze laatste voorsnijden.De kalkoen in meerdere stukken verdelen en het borstvlees in plakken snijden. De kastanjes of de appelen, die op smaak afgemaakt zijn met suiker, om de kalkoen heen leggen. De kalkoen voorsnijden: hiervoor de poten er af snijden, deze desgewenst in tweeën delen, de vleugels eraf nemen met een stukje borst eraan laten; het borstvlees in twee stukken eraf nemen. De stukken kalkoen op een voorverwarmde schaal leggen, iets jus er over schenken.
5 sneetjes roggebrood 2 eetlepels kruidenkaas met komkommer enkele bieslookstengels
Bereiding:
besmeer 4 sneetjes brood met kruidenkaas en stapel ze op mekaar, dek af met het 5de sneetje, snij het brood in kleine rechthoekjes, werk af met lange stengels bieslook.
1 stengel prei 100 g roze of Hollandse garnalen 1 kleine avocado, in kleine blokjes 1 el yoghurtmayonaise citroencitroensap en rasp, naar smaak
Instructie
Snijd de onderkant van de stengel prei. Haal de vier buitenste bladeren voorzichtig los (snijd met een mes de zijkanten los, zodat je elk blad er als het ware vanaf kunt pellen). Snijd het stugge groene gedeelte van de bladeren af. Snijd elk blad over de breedte doormidden, zodat je 8 stukken hebt. Kook de prei in een pan met water en wat zout ca. 4 minuten. Giet de prei af, spoel hem onder koud stromend water en laat hem uitlekken in een vergiet. Houd enkele garnalen voor de garnering achter. Schep in een kom de avocado, garnalen en mayonaise door elkaar. Breng het mengsel met citroensap, citroenrasp, zout en peper op smaak. Leg een stuk prei in de lengte voor je, leg er haaks een tweede stuk prei op. Schep in het midden wat van het garnalenmengsel. Vouw eerst het buitenste blad over de vulling en dan het binnenste blad, zodat je een vierkant pakketje hebt. Leg het pakketje met de naden naar beneden op een bordje. Maak op dezelfde wijze nog 3 pakketjes. Verdeel er de garnalen over.
nagerecht voor 4 personen. Voor de griesmeelpudding: 1 l melk 100 gr griesmeel 75 gr suiker 1 zakje vanillesuiker
Voor de bessensapsaus: 250 ml bessensap 1 dl water 1 kaneelstokje 50 gr suiker
Instructie
· Breng 1 liter melk aan de kook. · Strooi er al roerende 100 g griesmeel, 75 g suiker en 1 zakje vanillesuiker in. · Laat het geheel al roerende 5 minuten koken. · Spoel een puddingvorm om met koud water en schenk het mengsel erin. · Laat het geheel afgedekt afkoelen. · Breng voor de bessensaus 250 ml bessensap aan de kook met 1 dl water, een kaneelstokje en 50 g suiker. · Laat dit 15 minuten trekken. · Roer 1 el aardappelmeel met 1 à 2 el water tot een papje en bindt het sap ermee. · Laat de saus tot gebruik afkoelen. · Stort de pudding en schenk de saus er voor het serveren over.
2 grote of 3 kleine friszure appels 3 plakjes bladerdeeg (diepvries), ontdooid 4 el appel-abrikozencompote 1 el boter, gesmolten 2 el suiker 4 bollen vanille-ijs
Instructie
· Verwarm de oven voor op 180 °C. · Schil de appels, verwijder de klokhuizen en snijd het vruchtvlees in dunne schijfjes. · Leg de plakjes bladerdeeg achter elkaar op een met bakpapier beklede bakplaat; laat de randen één cm overlappen. · Druk de naden goed aan, zodat een langwerpige lap ontstaat. · Verdeel de compote over de bodem, maar laat één cm van de randen vrij. · Leg de schijfjes appel dakpansgewijs op de compote. · Bestrijk de appels met de gesmolten boter en strooi er de suiker over. · Bak de slof in het midden van de oven in circa 20 minuten gaar. · Snijd de slof in vier stukken en leg op elk stuk een bol ijs.
Tip De recepten kunnen worden gemaakt door kinderen vanaf 8 jaar, maar je moet natuurlijk wel een handje helpen en een oogje in het zeil houden.
200 ml slagroom 75 g suiker 200 ml yoghurt 3 el honing 30 witte of blauwe pitloze druiven, gehalveerd 40 g walnoten, grof gehakt
Instructie
· Klop de slagroom in een kom stijf. · Meng er de suiker en yoghurt door. · Schep het yoghurtmengsel in een kleine cakevorm of diepvriesdoos (circa één liter inhoud). · Dek het yoghurtmengsel af met een deksel of plasticfolie en laat het geheel in circa zes uur in de vriezer bevriezen. · Neem het ijs circa tien minuten voor serveren uit de vriezer. · Verwarm vlak voor het opdienen in een steelpannetje de honing samen met de druiven en walnoten circa twee minuten op een laag vuur. · Houd de onderkant van de vorm kort in heet water en keer het ijs op een schaal. · Snijd het ijs in plakken en verdeel het over bordjes. · Schenk de warme druivensaus eromheen.