Gisteren ben ik gaan zien, naar "'t Lindecoulisken" Wondelgem. Het was een komedie en de mensen hebben zich zeer goed geamuseert, ik ook trouwens. Deze groep is 20 geleden gestart met 4 voorstellingen. Nu zitten ze aan 21 uitverkochte voorstellingen. Zij brengen toneel in dialect en daar door krijgen zij ook geen subsidies, want dit is geen cultuur. Ik zou niet weten waarom niet. Er zijn veel beroepsgezelschappen die nog geen zaal vol krijgen, maar die brengen wel cultuur want die spelen in AN. Maar met een uitgebalanceerde cast, een goed verhaal die de mensen begrijpen en goede regisseurs, kan je inderdaad zo een evolutie ondergaan. Al is het hard werken. Als ik thuis kwam heb ik mij de bedenking gemaakt, dat men 40 jaar geleden bijna verplicht was om in het AN te spelen. Dus met acteurs die zelfs geen behoorlijk nederlands konden spreken (de meesten toch), zo kwam alles nogal geforceerd over en misten ze tempo en geloofwaardigheid. Bij mij was dat niet beter, maar het kon beter. Ik besloot om naar een academie te gaan en 3 jaar dictie te volgen en 5 jaar toneel en regie. Als leraren kreeg ik Bancka Heirman, Cyriel van Gent, Diane De Ghouy, Nolle en Oswalt Versyp. Deze mensen, ras-acteurs, hadden de spirit en de kracht om ons leken iets bij te brengen, die je op scène nooit kan leren. Ik ben er dan ook uitgekomen als laureaat met toekenning van de regeringsmedaille. Dan pas kon ik beginnen leren wat acteren was. Toch kreeg ik de indruk dat acteren in AN voor veel mensen zeer moeilijk was. Door omstandigheden ben ik in het volkstoneel beland en daar ging alles veel vlotter. Tenslotte is toneel ontstaan uit het volk en voor het volk, waarom zou het dan geen cultuur zijn.
|