Door een mistig landschap zijn we door Bourgondië, Champagne en Ardennes naaar Vlaanderen gereden. Hier nog de (voorlopig) laatste foto's van Frankrijk bij het ochtendgloren. Zoals ik al schreef, blijven een paar weken thuis en vertrekken dan naar Duitsland. Het plan is naar Rheinhessen te trekken, Rheinland-Pfalz, tegen Bad Kreuznach. Ik heb al contact met camping Lindelgrund in Guldental. Vorig jaar stonden we er ook. Op 20 mei vertrekken we. Houd de blog in de gaten.
De tweede en laatste dag Chablis werd uiteraard besloten met een bezoek aan wijnhandelaar Camu. We kochten er al eerder de vermaarde Chablis wijn. Morgen gaat de caravan weer aan de haak van de Mercedes Vito en dan trekken we naar Vlaanderen, zo’n 450 kilometertjes via Troyes, Châlons-en-Champagne, Charleville-Mézières, Charleroi en Brussel, gewoon recht omhoog zonder péage. Voorlopig houdt deze blog op. Maar niet voor lang, want binnen een 20-tal dagen trekken we naar Duitsland. Houd uw handen aan het toetsenbord en wacht een tijdje tot er een bericht komt dat er weer nieuws verschijnt. Tot binnenkort!
Chablis. Daar staan we nu, op de camping municipal du Serein. De camping is ruim en we hebben een mooie plaats voor de twee nachten. Chablis is een leuk stadje, waar de edele wijn zegeviert. Je vindt hier tal van wijnbouwers. Je vindt hier ook nog een “triperie”, een maison de l’andouillette, een slager die gespecialiseerd is in het bereiden van darmen en ingewanden.
Ooit gehoord van Châtel de Neuvre? Wellicht niet. Het is een dorpje dat op de weg ligt van Clermont-Ferrand naar Moulins. Wij staan er voor een nachtje op de camping municipal. De camping is eenvoudig en gericht op passanten, zoals wij. De rit van het zuiden naar Châtel De Neuvre was aangenaam langs de A75. We passeerden de Cévennes en de Gévaudan in de Lozère.
Het is de laatste dag Provence. Veel nieuws valt er niet te rapen. Ik heb mijn voortent keurig opgeborgen. We staan klaar om morgen rond 08.30 uur te vertrekken. Ik doe aan kaartstudie en beslis de route te nemen langs de A75. Deze is gratis en je moet alleen betalen voor de viaduct van Milliau. De route gaat over Nîmes, Montpellier, Milliau, St.Flour en Clermont-Ferrand. Er is ook nog een route door de Cévennes, maar de weg is smal en bergachtig. GPS is waardeloos. We zien wel waar we morgen uitkomen. Er zijn campings genoeg.
Er zijn nu nog twee dagen Saint-Rémy. Zondag trekken we noordwaarts. We zijn ruim drie weken in Saint-Rémy, in de Provence gebleven. De stad blijft bekoren. Daarom ben ik er nogmaals rond en door gewandeld. En opeens krijg ik respect voor de Italianen. Mijn buurman Paolo uit Padua schatte mijn leeftijd op 40. Ik krijg ineens eerbied voor de gondels van Venetië, de gebouwen van Rome, de scheve toren van Pisa, de glimmende borst van Julia uit Verona en de mislukte treinstellen van Ansaldobreda. Ik heb een foto genomen van het dochtertje van Paolo met Rémy. Morgen ga ik de voortent van de caravan afhalen, ze proper maken en opbergen voor het verblijf in Bretagne binnen enkele weken.
Rémy en ik zijn vandaag naar de abdij van Montmajour gereden. We moesten er allebei zijn: Rémy voor zijn eerste communie en ik voor mijn hoofd- en dagelijkse zonden. De abdij is indrukwekkend en overheerst het gebied van de Camargue. Helaas zijn de foto’s ervan verdwenen door een verkeerde handeling van mij. In de plaats komen dan andere leuke afbeeldingen van de Alpilles.
Regen, regen en nog eens regen. De bodem is ondoordringbaar en dat maakt dat plassen enkel kunnen verdwijnen door zon en wind. De bodem van mijn voortent is nat en het regenwater sopt. Het kan alleen maar beteren en we hebben geen last van muggen. Deze namiddag heeft de zon het gehaald van de regen, maar een staat een strakke wind. Het is echter geen mistral. Vandaag doen we niets speciaals, daarom vind je enkel foto’s van de camping en het dagelijkse leven.
Indien ik paus was, dan woonde ik in het paleis van Avignon. Maar ik ben dit niet en je kan niet alles willen in het leven. Ik ben met de bus naar Avignon gereden om er een vluchtig bezoek te brengen. Vele jaren geleden had ik het Palais des Papes al eens bezocht en daarom moest ik de wachtrij van een uur niet doorstaan. Het weer is omgeslagen en er valt af en toe een druppel uit de lucht. Helaas is het bruine sahararegen en dat maakt de auto’s vuil en de ruiten ondoorzichtig.
Deze morgen maakten Rémy en ik ons klaar voor een volgende wandeltrip. Maar het wandelpad was onderbroken door een particulier domein, waar geen doorgang mogelijk was. Wij dus naar Maussane-les-Alpilles. Het is een stemmig dorp aan de voet van de bergketen. Het echtpaar Nico en Tine baten er een tabakswinkel uit. Van Maussane naar Fontvieille is het maar een boogscheut. Daar hebben we een wandelingetje gemaakt naar de “Moulin de Daudet”. Iedereen weet dat de schrijver Alphonse Daudet niet daar zijn “lettres de mon moulin” geschreven heeft, maar op een kamertje in Parijs. Het had nochtans mooi kunnen zijn.
Het is Pasen. Dat betekent vroeg opstaan, niet om paaseieren te rapen, maar voor een voettocht in de Alpilles. Rémy en ik begaven ons naar Eygalières en stapten door bos en dal naar de bergketen. We passeerden een brugje dat ooit door de Romeinen gebouwd werd. Dan kwamen we langs het vliegveld Romanin. De top hebben we niet bereikt, wegens te lastig voor een jonge hond. Het laatste stuk was een pad met niets dan enorme en onregelmatige rotsblokken, vele keren lastiger dan een trap van 200 meter lang. De zon was eventjes weg en er zouden vandaag en morgen enkele regendruppels vallen. Dat maakt het stappen op bergpaden bijzonder aangenaam, want de hoge temperaturen maken tochten zwaarder.
Rémy en ik zijn vandaag door de Alpilles gestapt. Het werd een voettocht naar les “deux trous”, de twee gaten. Rémy is nog maar 7 maand oud en mag dus nog geen wandelingen doen van meer dan 2,5 uur. Met regelmatige rust- en drinkpauzes werd de trip in 2,5 uur afgewerkt en konden we Saint-Rémy zien liggen vanuit de Alpilles. Langs ons pad lag ook het enorme communicatiestation, dat over de Provence heerst.
Het is 25 graden in de Provence, ideaal voor het toerisme. Vandaag deden we een tripje naar Chateaurenard, waar een kasteel staat en waar ook een heroïsch standbeeld staat met een fiere rondborstige dame. Dan zijn we naar Cavaillon gereden. Cavaillon is nu een fletse stad, maar zal tot volle leven komen wanneer de meloenen er zijn. Zeg hier nooit dat je “cavaillon” wil kopen, want dan doe je aan mensenhandel. Stap een groentezaak binnen en vraag simpelweg naar een “melon”. De synagoge in Cavalllon is merkwaardig.
Vandaag reed de auto westwaarts. We reden eerst naar de abdij van Saint-Michel de Frigolet, waar Norbertijnen leven. Frigolet heeft connecties met de abdij van Averbode. Alleen is er hier geen lekdreef met ijskarren. De natuur overheerst, de rust in de abdijkerk is compleet. Dan zijn we de Rhône overgestoken naar Beaucaire. We flaneerden door de winkelstraten. Goedkoop is het alleszins en je hoeft je geldbeugel niet tevoorschijn te halen. Zie maar naar de foto’s met de kleurige winkeltjes. Het kasteel van Tarascon is beroemd. We reden door naar Nîmes en wilden er parkeren. Helaas was geen enkele parking geschikt voor een camionette van meer dan 1,8 meter hoog. En de straten waren overvol in de super drukke stad. We zijn dan maar door het mooie landschap teruggereden naar Saint-Rémy.
Woensdag is het marktdag in Saint-Rémy. De markt wordt druk bezocht. Ook wij waadden ons door de enge gangen. Deze namiddag hebben Rémy en ik een wandeling gemaakt rond de stad langs de buitenranden. De zon is fel aanwezig en de eerste krekels, grillons, heb ik al gehoord. We stapten langs de waterloop rond de stad en passeerden de arena, waar shows met stieren plaats vinden. Het zijn geen gevechten met stieren, ze worden niet gedood, maar het zijn altijd spektakels, waarin sportlui hun behendigheid bewijzen tussen de onstuimige stiertjes.
Vandaag is het de dag van de luiheid. We gaan niet op stap, noch met de auto, noch te poot. Het is een klein beetje aan het regenen, teveel om buiten te zitten, te weinig om een jas aan te trekken. Op die manier heb ik tijd om een planning te maken voor de komende dagen. Ik bestudeer de stapkaart voor een voettocht door de Alpilles en bekijk de wegenkaart voor een mogelijke trip naar Nîmes, Arles, Avignon of de Lubéron. Rémy knabbelt rustig aan zijn knook. Hij is het kampeerleven al goed gewoon. Om 20 uur doet hij een plasje, stapt in de caravan en valt als een blok in slaap tot 6 uur. Dan begint de dag voor hem en voor mij.
twee bestsellers van de Vaucluse: Gordes en Fontaine-de-Vaucluse
Een maandag is een geschikte dag om op uitstap te trekken met de auto. Zo zijn we naar Fontaine-de-Vaucluse gereden. We waren er al vele keren eerder, maar deze keer was het weer optimaal. Je wandelt naar de grot en de bron, waar de middeleeuwse dichter Pétrarche zijn onmogelijke liefde voor Laure beschreef. Je moet maar moed hebben om zoveel energie en levenswerk in je geliefde te steken. Dan trokken we door naar Gordes, ook gekend sedert vele jaren. De huizen hangen nog steeds over de ravijn. Een beetje verder ligt de abdij van Sénanque. De beste tijd om er te komen is in juni en juli, wanneer de lavendel blauw kleurt. Het beeld ervan is zowat het visitekaartje van de Vaucluse.
Een voettocht door berg en dal van 15 kilometer zonder hond en vrouw ging naar Les Baux de Provence. Een Nederlander vertaalde "les Baux" als het mooie van de Provence. Flauwekul, want "Les Baux" staat voor bauxiet, dat in de bodem te vinden is. De tocht door de Alpilles was mooi. Minder mooi was de toeristische trekpleister met de volle parkings. Het weer is aangenaam, de zon schijnt, en de Mistral doet mijn pet weg waaien. Mistral maakt dat er geen neerslag mogelijk is.
Deze morgen heb ik een voettocht met Rémy gedaan. We zijn naar "les Antiques" gestapt en de psychiatrische kliniek St. Paul de Mausole, waar Van Goch verbleven heeft. De Romeinse bouwwerken staan nog steeds overeind dank zij het restauratiewerk. Wandelen rond Saint Rémy is niet eenvoudig. Meestal ontbreken de voetpaden en razen auto's voorbij dat mijn broek ervan fladdert. Met stafkaart wandelen is helemaal een ramp. Voetwegen zijn onderbroken en worden als privaat bezit aanzien. Opeens sta je voor hek met een slot erop. Ik maak me er niet druk om. Dit is Frankrijk.
Niet ver van het centrum van Saint-Rémy ligt het meer van Peirrou met een barrage, een stuwdam. Met wandelkaart konden we gezwind wandelen en de wegwijzers aan de parking waren goed aangebracht. Na enige afstand ontbrak elke wegwijzer, typisch voor Frankrijk. Maar we hebben de buitenlucht gehad, een beetje Mistral, maar een flinke scheut zon.