Hij had enkele uren heel diep geslapen zonder vervelende intensieve dromen. Hij had zelfs niets genomen uit zijn rijke verzameling legale of illegale drugs en medicijnen. Aan zijn beddengoed was te zien dat hij niet al te veel had liggen woelen. Hij sliep altijd heerlijk en werd met een warm buikgevoel wakker nadat hij een moord had gepleegd. Hij wist al jaren dat hij ervoor moest waken niet te zeer naar dat knusse gevoel te gaan verlangen. Twee of drie keer per jaar was genoeg om zijn zucht te temperen. In begin was het bijna misgelopen, dreigde hij verslaafd te worden. Het moorden volgde zich te snel op en begon uit de hand te lopen. En wat doet een zichzelf respecterende verslaafde die doorheeft dat hij een probleem heeft? Juist die gaat naar de AA. Het liegen ging hem gemakkelijk af. Al wat hij moest doen was zijn drang naar moorden projecteren op een zogenaamde drang naar een fles sterke drank. Hij had het uiteindelijk een geslaagd sociaal experiment gevonden. Na zes maanden was hij gestopt naar die vergaderingen te gaan. Ze hadden ook echt geholpen. Hij had zijn verslaving om te moorden in de hand.
Hij stond volledig naakt voor het grote raam dat uitzicht gaf op een naar het Zuiden gerichte tuin. De lentezon deed haar best en het was aangenaam warm achter het glas. Geen mens die hem zo kon zien. De woning was niet alleen gekozen voor het comfort. Privacy was de grootste drijfveer geweest bij zijn keuze en die grensde aan het extreme wat mogelijk was in een dichtbevolkt gebied als Vlaanderen. Dat de esthetiek van het huis en de tuin hem aanspraak was mooi meegenomen. Het voornaamste was dat hij gespaard bleef van pottenkijkers. Hij had in het verleden, volgens hemzelf, veel ergere dingen toegelaten en tijdelijk aanvaard om naar de buitenwereld toe volkomen normaal te lijken. Twee ex-vrouwen konden daarvan getuigen hoewel hij veel liever van hun hoofden een staande lamp had gemaakt. Als dit spel zou verlopen zoals het gepland dan was het nog steeds niet te laat om lampenmaker te worden. “Disposible teens” in de knalharde versie van Manson knalde door de speakers het huis in.
“Belachelijke randdebielen!”
Klonk het streng in zijn hoofd.
“Waar halen die zogenaamde experts het vandaan? Ze moeten kunnen verklaren waarom sommigen moorden maar kunnen zich voor geen millimeter inleven in een moordenaar. En die die dan toch een blik is gegund op dat heerlijk duistere wereldbeeld trekken bang hun staart in.”
Hoe vaak had hij al niet gehoord of gelezen dat muziek als dat van Manson, Metalica of Judas Priest mee aan de basis zou liggen van moorddadige neigingen of hadden bijgedragen aan de motieven van moordenaars. Misschien was dit ergens van toepassing op voordien toch al labiele geesten of tieners die nog geen complex zelfbeeld hebben. Maar zeker niet op mensen van zijn kaliber. Killers als Edmund Kemper, of The Iceman, op kunstenaars, de de meesters van de dood. Op hen had Manson evenveel invloed als Bach of Chopin. Hij hoorde de zachte stem van Hannibal Lecter in zijn hoofd. De dokter legde uit waarom alle psychiaters idioten waren.
“Hun pogingen om in het hoofd van een seriemoordenaar te kruipen is niet meer waart dan de klungelende pogingen van een geile puber om onder het rokje van zijn eerste vriendinnetje te graaien. Als ze er al in slagen dan zijn ze net als die puber stomverbaasd en hebben geen idee wat te doen. De meesten pissen zowat in hun broek als hun studieobject hen opeens laat meegenieten van zijn wereld.”
De man strekte zich nog eens goed uit waarbij iedere spier in zijn getrainde lichaam zich opspande. Hij had een indrukwekkende zwart witte tattoo die zijn hele rug in beslag nam. Vanop de schouders, net onder de boord van de hemden die hij in publiek altijd droeg, tot net boven zijn billen. Het was de vierde ruiter van de Apocalyps, de Dood op zijn paard. Hij had het kunstwerk in Japan laten zetten. Door een echte meester die vooral leden van de Japanse maffia, de Yakuza tot zijn klantenkring rekende. Niet met zo’n modern tattoo-toestel met elektrische naalden. Nee, zijn inkt was aangebracht op de eeuwenoude manier. Met tot naalden geslepen bamboestokjes. Het zetten van de inkt had op bepaalde momenten zo verschrikkelijk veel pijn gedaan dat hij met momenten tussen bewustzijn en onbewust zijn leek te zweven. Zeven urenlange sessies verspreid over zeven dagen. Lange uren gevuld met pijn die sensueel, erotisch en zo bevrijdend leek te zijn dat hij met momenten euforisch was. Hij had het gevoel dat dokter Lecter in hem was komen wonen naarmate de tattoo vorderde.
Hij was niet van plan geweest te moorden in Japan. Zinloze moorden zitten niet in de Japanse cultuur. Dat is iets Westers, barbaarser. Een zinloze lustmoord op een hoertje zou onnodig de aandacht van de politie hebben getrokken en daar had hij echt geen behoefte aan. Daarbij kwam dat de sessies te veel van hem eisten. Dat hij daarom niet zeker was of hij wel helder genoeg zou zijn om al zijn sporen te wissen. Dokter Lecter stond er echter op dat hij liet zien hoe hij normaal moordde en deed hem zelf een manier aan de hand waardoor er geen haan naar het slachtoffer zou kraaien. Hij wees hem op waar hij zich bevond, omringd door Yakuza en geld opent deuren. Een lid van de Yakuza waarmee hij een paar keer naar één van die zogenaamde herenclubs was geweest had dokter Lecters wens in vervulling laten gaan. De Yakuza had hem simpelweg een jong Chinees meisje van het platteland verkocht. Met haar kon hij doen en laten wat hij wilde want ze was nu immers zijn eigendom. Voor een paar duizend dollar extra kreeg hij een gegarandeerd maagdje en die zou na afloop netjes weggehaald worden. Haar slipje had hij gehouden als trofee maar dat waren dan ook de enige trofee ’s die hij hield. Daarom ook dat profilers die al zo lang achter zijn alter ego aanliepen over een aantal van zijn moorden heen keken. Zijn slachtoffers beperkten zich niet tot jonge meisjes en jonge vrouwen. Ja van hen hield hij een trofee bij. Maar hij had ook al jongens en mannen vermoord en geen trofee meegenomen. Daarom viel zijn alter ego onmiddellijk buiten de boot. De profilers hadden het als een vaststaand feit aangenomen dat zijn slachtoffers vrouwelijk waren en dat hij altijd een trofee meenam. Hij had op diverse manier gedood wat nog meer bijdroeg aan de algemene verwarring van de profilers. Grof geweld, een mes, een pistool, een basebalknuppel. Zelfs een industriële gehaktmolen had hij ooit eens gebruikt. Gewoon voor de lol om het effect ervan te zien. Hij had het slachtoffer er levend ingedaan met de voeten eerst zodat die kon zien dat zijn voeten en onderbenen vermalen werden. Met een infuus, behoorlijk wat pijnmedicatie en een goed aangebracht tourniquet was hij erin geslaagd om de man tot driemaal toe getuige te laten zijn dat een deel van zijn lichaam simpelweg verdween. Een opmerkelijk geslaagd experiment vond hij zelf. In Japan was hij echter zelf ook onder de indruk geraakt. Hij was getuige geweest van een socio-cultureel annex economisch verschijnsel. Als er ergens een teveel van is zakt de prijs in elkaar omdat er meer aanbod is dan vraag. Dat was ook zo het geval voor arme jonge meisjes en jongens die op het Chinese platteland stonden te drummen om via een container als smokkelwaar het land uitgebracht te worden. Hun leven in de ogen van de Yakuza was dan ook niet veel waard en ze werden al lang niet meer gezien als mensen. Misschien als beesten een klein stapje boven een ding. Hij had dokter Lecter laten zien hoe hij het meisje brutaal verkrachte en behandelde alvorens haar te wurgen. Op het afgesproken tijdstip waren ze haar lichaam komen ophalen als een uiterst efficiënte vuilnisafhaaldienst. Heel even had hij zich afgevraagd hoeveel jongens en meisjes er op die manier in één van de grote vuilverbrandingsovens waren verdwenen. Heel even had hij overwogen om daarom in Tokio te blijven wonen. Hij was rijk genoeg om wanneer hij er nood aanhad van de diensten van de Yakuza gebruik te maken. Het was echter de dokter, die tegen de zesde dag van het pijnlijke proces, zijn stem had gevonden die dat plan van tafel veegde. Hij had duidelijk gemaakt dat op die manier moorden geen kunst was omdat niemand van zijn werk kon genieten. Maar de dokter wilde ook reizen naar al die plekken die Tom Harris aan hem had verbonden in zijn boeken. Nu hij van de pagina’s was bevrijd wilde hij de grote kunst zien, horen, voelen en proeven. Ze waren op een soort van wereldtournee gegaan. Hij gaf de dokter wat de dokter wilde via zijn eigen lichaam. De dokter gaf hem wat hij wilde. Hij ging in therapie bij de dokter. In zijn hoofd lag hij op de sofa van dokter Lecter en biechtte al zijn donkerste geheimen op. Hij huilde vaak omdat het voor het eerst was dat hij met een ander kon praten over de demonen die in hem huisden. Avonden lang deden ze niets anders dan praten en van elkaars gezelschap genieten. Hij was de dokter dankbaar omdat hij stap per stap helemaal werd bevrijd van alle maatschappelijke regels, wetten en taboes. Dokter Lecter was hem dankbaar omdat hij hem uit de gevangenis had bevrijd die de boeken en films toch wel bleken te zijn. Samen hadden ze gemoord, gekookt en plannen gemaakt voor een ultiem meesterwerk. Lecter had hem dingen laten zien, laten voelen, laten ruiken, laten smaken tijdens het moorden. Hem op een Goddelijke manier van inspiratie voorzien om kunst te gaan creëren. En daar had hij afgelopen nacht een begin mee gemaakt. Nooit zou iets nog zijn zoals het voorheen was.
Hij draaide zich met een ruk om en liep naar een antieken schrijftafel. Hij had die vrij centraal opgesteld in de woonkamer. Antiek was niet zo zijn ding. Het was bedoeld als cadeautje voor de dokter. Hij nam een sigaret dun sigaartje, stak die op en inhaleerde diep. Op de schrijftafel stond een pakje die hij zorgvuldig had ingepakt net voor hij een paar uur ging slapen. Door het idee dat het slipje van zijn laatste slachtoffer in het pakje zat begon de film van wat hij nog maar luttele uren voordien had gedaan zich opnieuw af te spelen in zijn hoofd. Hij zag opnieuw iedere centimeter van haar mooie jonge lijf. Hij kon opnieuw haar warmte voelen, haar zweet ruiken. Zijn penis werd opnieuw hard toen hij in gedachten opnieuw bij haar binnendrong. Maar zijn opwinding kwam vooral van het moment dat hij de blik in haar ogen had zien veranderen. Van extase het ene moment naar pure naakte angst het volgende. Het moment van het besef dat hij geen genoegen zou nemen met het lichaam dat ze hem had gegeven. Hij had haar langzaam gewurgd terwijl ze onder zijn lichaam vastgepind lag. Langzaam had hij het leven uit haar zien wegvloeien tot opeens het licht helemaal uitging.
“Er is geen grotere extase”
Dacht hij:
“Dan klaarkomen op het moment dat het licht voorgoed uitgaat. Het moment waarop ik tegelijkertijd gever en nemer ben van leven.”
Hij schudde de beelden van zich af. Hij had eerst andere zaken te doen. Belangrijk werk. Hadden ze er goed aan gedaan om commissaris Debruin nu al bij hun kunstwerk te betrekken? Natuurlijk want Debruin had iets wat hij en Lecter om uiteenlopende redenen wilden hebben. Natuurlijk zou de voldoening exponentieel stijgen naarmate het kunstwerk vorderde. Maar hij wist iets wat de dokter niet wist. Hij wist proefondervindelijk hoe gevaarlijk Debruin kon zijn. Dat er achter die meestal zachte groene ogen de killerblik van een bloedhond schuilging. Dat eens Debruin een prooi had geroken hij nooit of te nimmer zou afgeven. Als ze met Debruin wilden spelen dan moest dat langzaam stap voor stap en lang van tevoren bedacht zijn. Het was niet simpelweg hun vrijheid die op het spel stond. Hij was niet bang om de rest van zijn leven in een cel door te brengen. Hij had de dokter als gezelschap. Hij had in zijn leven genoeg gedaan om jarenlang in zijn hoofd te kunnen reizen, zwerven en steeds opnieuw te moorden.