Inderdaad, morgen zeggen en schrijven we februari en in deze maand begint het leven in de natuur zich al flink te roeren. De els, de populier, de wilg en hazelaar beginnen te knoppen. Het viooltje en het sneeuwklokje bloeien, het speenkruid komt in blad enz, enz. Ook zekere trekvogels, zoals spreeuw, en helaas in veel mindere maten de leeuwerik komen terug. De ekster begint met de nestbouw, de wilde ganzen vertrekken en de insekten komen uit hun rusttoestand. En toch waarschuwt er ons een weerspreuk voor 't volgende :
" Februari is de korste, maar ook de ergste. "
Maar we laten het niet aan ons hartje komen want zegt er een andere weerspreuk :
" Maak februari een brugge sterk en straf, meert die breekt ze weder af. "
Met andere woorden, na een koude februari, volgt een vroege lente ! Morgen vertel ik in een apart hoofdstukje al wat over O.L.Vrouw-Lichtmis en de gebruiken uit vroeger jaren, tot morgen dan ?
|