April heeft met recht en reden de naam van losbollig en grillig te zijn, 's morgens kan het een echt lenteweertje zijn, en ' namiddags kan het al sneeuwen. Een weerspreuk komt ons dat als volgt bevestigen :
" Nooit april zo goed, of zij sneeuwde wel vol 'nen hoed. "
Of nog ietsje anders maar wel met dezelfde betekenins :
" Al is april ook nog zo goed, ze sneeuwt de landman op de hoed. "
In verband met de wispelturigheid van deze maand wordt ook wel eens kind vergeleken en men noemt dit dan een " aprilkind ". Verder hoort men ook wel eens " kindertranen zijn aprilwolken ". Hiermee bedoelen men dan weer dat beide spoedig te voorschijn kunnen komen, en even rap weer kunnen verdwijnen. Nog een ander gezegde in verband met april luidt dan weer : " hij houdt zijn woord als het weer in april. " Met deze weetjes hou ik het vandaag voor bekeken ! Morgen kijk ik vooruit naar de komst van Sint-Isidorus, dat is de patroon van onze landbouwers en wat die in zijn korf heeft liggen wel dat vertel ik morgen wel weer. Tot dan ?
|