Men noemt deze dag : Verloren-, verkoren,- verzworen maandag. Volgens sommige schrijvers is die naam ontstaan uit de gedachtenis van het Evangelie van den zondag na Drie Koningen, waarin verhaald wordt dat Jezus in den tempel van Jeruzalem verbleef en door zijne ouders als verloren beschouwd werd. Anderen zien er eene bediedenis in voortspruitende van oude gebruiken. De oude Costumen van Antwerpen melden dat men heden aan de Lakenhalle der stad het boek der gilde moest lezen in tegenwoordigheid van het magistraat. De werkgezellen konden dan kennis krijgen van de plichten hunner meesters en van hunne rechten. Dit geschiedde 's morgens, en al de gezellen trokken er naartoe. Dewijl de achternoenen zoo kort waren, begon men het werk niet meer, en de gasten sleten de verleturen in de herberg. Zoo was de dag dubbel verloren. Te Antwerpen en langs den Scheldekant onthalen de werklieden hunne vrienden met worstenbrood, borrels en peperkoek. In vele plaatsen gingen de herbergiers hun brouwer betalen en kregen dan een ton bier voor niet; de herbergier tapte die ton voor half geld tot de helft af. In West-Vlaanderen zegt men Verkoren maandag, omdat het werkvolk dan gaat nieuwjaren, doch zij zeggen niet : een zalig nieuwjaar, maar een zalig verkoren. Heetebrood wordt dan rondgevent. De naam van verzworen maandag is meer toepasselijk in het Walenland en Fransch-Vlaanderen, waar spraak is van een jongeling, neef van den gouwheer van Dowaais, Juan de Melle, die in 1664 zijn woord verbrak aan een jonkvrouw en niet in huwelijk trad. In Limburg werken de boeren heden niet, ze zeggen : 't is toch al verloren wat wij heden verrichten, 't en gedijt niet. In Limburg en aan de Antwerpsche grens, noemt men den dag Koppel- of vrouwkensdag, waarop de huwelijken gemokkeld worden. Ook was het gebruik dat de vrouwen die hun man in het bed konden dragen, van hem een geschenk ontvingen. Een ding is zeker : Swatje eet vandaag worstenbrood, zeker weten ! En onze bakker, awel de Marc, hij kent er wat van.
|