ktober komt voort van octo = acht(ste), en hij was dan ook de achtste maand in de oud-Romeinse kalender. Door de Romeinen werd deze maand aan Bacchus, de god van de overvloed, van de wijn, toegewijd. Ook door de Saksers werd ze Windummemanoth genaamd, hetgeen wijnoogstmaand betekent.
Sinds in Vlaanderen de druiventeelt niet meer zo in ere is, kreeg hij de naam van zaaimaand, omdat het zaaien van het winterkoren in deze maand de voornaamste bezigheid van de boer is. De benaming van reuzel-, rosel- of ruselmaand kwam wellicht voort door het feit dat in deze maand het slachten een aanvang nam. Daar de eikels nu uit hun bolsters springen, kreeg hij ook de naam van eikelmaand. Een andere benaming is hersel- of aarzelmaand, omdat het jaargetijde als het ware aarzelt. Rozenkransmaand is zijn jongste naam, doordat hij aan de rozenkrans toegewijd werd. Een oud versje zegt :
Ik was de achtste maend, als Meert de eerste was,
En dus was toen mijn naem October, mij van pas :
Ik kom met Regen, en een groot gedruys van Winden,
Past op uw’ Dijk en Dak, eer ik die kom verslinden.
De dagen worden korter en korter, van 1 tot 31 oktober verkorten ze met 1u 51 min; Oktober is ook de eerste der drie donkere maanden.
|