Ik ben vyvey Jean Pierre, en gebruik soms ook wel de schuilnaam JP.
Ik ben een man en woon in Jabbeke () en mijn beroep is gepensioneerd.
Ik ben geboren op 03/10/1951 en ben nu dus 73 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Wandelen, fietsen.
Te voet van Jabbeke naar Compostela
Een dagelijks verslag over mijn tocht naar Compostela
14-10-2016
Dag 65 Ponforada - Villafranca del Bierzo
Dag 65:
Ging niet te vroeg starten gezien het maar 25 km ver was. Maar zoals iedere morgen is er vanaf 6 u zoveel kabaal dat je wel verplicht bent om ook op te staan en te vertrekken. De rugzak vullen, iets eten en een koffie, de tanden poetsen en weg wezen. In het halfduister dwars door de stad richting Campanaraya.
Weer de zelfde pelgrims van iedere dag begroet. De meesten doen de zelfde afstand en hebben de zelfde snelheid als ik en ik kom ze iedere dag onderweg weer tegen . Met de pijn aan het onderbeen gaat het veel beter en heb weer moed. Ik forceer niet en laat me inhalen van anderen die ik meermaals heb gedubbeld.
In Cacabelos ben ik al 15 km ver en heb reuze honger. Ik eet en drink op een terras van een bar. Spek met eieren met brood en koffie. Moet nog 10 km naar Villafranca de Bierzo en de snelheid gaat omhoog. Ik vind het ritme terug van de voorbije dagen en pak de anderen een voor een terug.
Ik installeer me in de elbergue comminale en ga op zoek naar eten in het stadje.
Mooie oude gebouwen en smalle straadjes. Alle winkels zijn dicht. Het is de naamdag van van de koning en iedereen geeft vrij. Op de markt zijn talrijke restaurants. Ik eet paella en praat wat met een Nederlandse man. Hij doet de tocht samen met zijn dochter.
Niet zo ver meer naar het bekende ijzeren kruis. Mijn steentje had ik klaar in mijn broekzak. De traditie wil dat je aan het ijzeren kruis een steen of kei legt die je hebt meegebracht van thuis. Dit simboliseerd de zorgen. je legt de steen op de hoop aan de voet van het kruis en je zorgen zijn verdwenen. Ik heb eigenlijk geen zorgen, maar doe zoals iedereen en pas me aan.. We zitten op bijna 1500 meter hoogte en moeten nu gedurende 25 km dalen. Staat zo in de gids. Ja mijn voeten. Er zijn veel bulten en bergjes die niet in het boekje staan, en je moet erover. Dat ventje die dat boekje heeft geschreven is nooit van achter zijn bureau gekomen. De luiaard.
Meestal wandelen op smalle geitepaden, vol los liggende stenen en keien. Lastig voor de knieen en enkels. Maar hetgaat en ben in goede konditie.
In Acebo eet ik wat en rust een half uur. Terug verder en weer erg scherp naar beneden. Op de straat is het nog erger en moeten voortdurend afremmen en zigzaggen of anders lopen we te vlug en kunnen struikelen of nog erger, vallen en iets breken. Gedaan met de camino. Dat voortdurend afremmen vreet aan je spieren en pezen.
Een kilometer of 5 voor Ponferada voelde ik de bui al hangen. Pijn in de beenspieren en en pezen boven de rechter voet. Toch naar de albergue gesukkeld en mijn bedje geklaimd. De pees was wat gezwollen maar niet rood en voelde niet warm aan. Een goed teken. Behandeld met zalf en geen meter meer wandelen is de remedie.
De keuken van de elbergue was maximaal bezet. In de file staan om een pan en pot te mogen gebruiken. Pasta gekookt en schijfjes chorizoworst gebakken en samengevoegd in een lekker bordje.
Vroeg op stap voor een zware klimdag. Geen ontbijt in de Albergue maar100 meter verder was er al een bar open. Koffie en 2 chocoladekoeken. De meeste bars zijn al open van af 6 u 30. Er is poen te verdienen. Zo een 400 pelgrims passeren iedere dag.
Dwars door de slapende stad en opzoek naar het juiste pad. Niet moelijk rechts of links van de grote weg naar Foncebaden. Veel fietsers op de weg en meer en meer Spanjaarden die gestart zijn in Léon.
Het pad is steil en soms vol rotsblokken en gladde keien?
Onderweg ontmoet ik de nederlands sprekende canadees weer. We drinken samen koffie en ik bestel een broodje.
Na 26 km klimmen voel je het wel en ben, je blij dat je ter bestemming bent.
Een douche,de waste en een biertje ,zijn traditie. Iets gaan zoeken om te eten. Ja een Reuze T bone steak voor 15 € en echt leer.
Een beetje verzusterd met Anna uit Nederland en in slaap gevallen in het zonnetje. Hier 25 graden.
Fantastisch. Een nacht zonder snurkers. Ik vroeg de namen van mijn kamergenoten en zei dat ik iedere nacht bij hen wilde slapen. Algemeen gelach.
Had vooraf betaald voor het ontbijt van 7 uur en stonden te wachten aan een gesloten deur. Ik was juist van plan om te vertrekken, toen de kok kwam opdagen. 20 minuten te laat. Ook dat is Spanje.
Na een wat spbere maaltijd vlug op weg naar Astorga zo een 26 km verder. Gedaan met het platte land. Meer en meer heuvels en het landschap is ook groener aan het worden. In de verte kan ik al de bergen zien, die ik morgen zal moeten verteren. Ik ga van 800 meter naar 1200 meter klimmen in zo een 25 km.
De piste loopt wel parralel met de grote en drukke weg maar is goed te bewandelen. Veel struiken en bomen en dus schaduw. Wat bewolkt en niet zo warm vandaag. Onderweg vergeet ik niet te stoppen voor een café Américano en iets om te knabbelen.
Weinig andere stappers en velen hebben al verwondingen gaande van blaren, knie en spierpijnen. Er zijn er al meer en meer die hun rugzak laten vervoeren door een busje. Voor een kleine vergoeding zetten die je zak af bij de albergue naar keuze. Er zijn er ook al die om de andere dag de bus nemen en een deel van het trajekt met het openbaar vervoer doen.
Ik voel me goed en steek iedereen voorbij.
In Astorga twijfel ik of ik zou blijven of nog eens 4 km verder wandelen. Ik kies voor de eerste optie.
Een mooie grote stad. Me vlug gewassen en op zoek naar een winkel die nog open is. Het is zondag en de meeste winkels zijn toe. Een warenhuis blijkt open te zijn tot 15 uur. Alle bars en restaurants zijn open. Iets gaan eten rond 14 u30. Te veel eigenlijk en wat gaan rusten op mijn bed.
In de herberg een zeer slechte wifi en ben gaan zoeken naar een betere. In een bar kon ik verder aan de blog werken.
S avonds wilde ik vlees met pasta klaar maken in de keuken van de herberg. Een Italiaan was bezig met rijst koken maar had geen vlees voor erbij. We hebben gedeeld en samen ons vlees en rijst gegeten.
Wakker om 7u30 en heb eigenlijk geen haast. Ontbijt in een café recht over de herberg. Ik ontmoet er een Francaise die ik al dikwijls heb gesproken. Ze is blij. Haar zoon was een paar dagen na haar gestart in Nantes(Fr) en heeft haar ingehaald en gaat verder stappen met mama. Het is haar vierde keer.
Léon is een grote stad en het duurt een tijdje eer ik buiten het centrum ben, en door de aglomeratie stap. Even verder moet ik kiezen: een langere maar rustige dag door de natuur, of kort en vlug langs een drukke weg. Ik kies de eerste. Ik beklaag het me niet. Veel struiken en bomen en een goed maar licht heuvelachtig pad. Weinig volk en geen dorpen. Geen Probleem ik heb brood en beleg en 2 liter water bij me.
In Villar De Mazarife zie ik een bekende weer. Een Engelse. We eten samen in een bar. Ze stapt even vlug en ver als ik want ik zie ze regelmatig. Ik laat haar achter en stoom verder naar St Martin Del Camino. Onderweg zie ik een jonge Amerikaanse in tranen. Zeer traag en mankend stappen. Tendinitis aan een pees in de voet. Zeer pijnlijk. Naar een dokter geweest en 3 dagen gerust maar ik weet uit ervaring dat dit minstens een week moet rusten en dan nog altijd een zwakke plek blijft. Ze stapt samen met haar broer en wil absoluut in Compostela aankomen. Gaat nooit lukken denk ik. Een peesonsteking is fataal voor een wandelaar.
In de herberg krijg ik een bed en bestel alvast mijn avondeten en ontbijt. Vanavond Paella.
Morgen verlaat ik de vlakte en klim ik naar Astorga.
Slapen in ijzeren bedden. Amaai. Iedere keer dat men zich omdraait piepen die bedden . Veel wakker geworden. Wilde wat vroeg vertrekken en in 1 keer naar Léon stappen. 37 km verder.
Indien niet te warm kan dit zonder problemen. De benen voelen goed aan, geen melkzuur of krampen en de voeten doen het prima. Alleen wat getintel aan de tenen. Is normaal na 2000 km stappen. Had ik vroeger ook aan de vingers toen ik lange afstanden fietste. Na een weekje rust is dit verdwenen? No problem.
Tegen mijn pricipes in toch maar gestart in het donker. Om 6u45 en zeer lange eentonige stukken vlak land. Ik loop in het midden van de weg op de witte streep en heb mijn lampje niet nodig. Er is geen verkeer en als er een auto komt zie en hoor je hem van ver en kan je opzij gaan staan. De dageraad met al zijn rode kleuren is prachtig. Het is wat frisjes maar ik stap door, en heb geen koud. Het eerste dorp pas na 12 km en gestopt voor een koffie, en een paar chocolade broodjes.
Alle pelgrims die ik tegenkom en of voorbij steek zijn nieuw. Soms zie ik een bekende die ik al meerdere keren heb gepasseerd. De anderen zitten 1 dag of meer achter me.
Ik kom aan in een voorstad van Léon en heb honger. Een biertje en een paella om te starten en dan een schijf varkenshesp a la plancha met frieten. Een citroenmousse om af te sluiten. Een Expresso en op zoek naar de Albuerge vlak bij de kathedraal.
Wat een een pracht van een kerk maar ik ga niet binnen. De file is te lang en wil geen uur aanschuiven.
Ik slenter nog wat rond en ga de herberg in en koop een slaapplaats voor 5 €. Proper en met 4 mannen op de kamer. Canadees, Litauwen, Duitser en den dezen.
Na 20 u nog eens de stad in. Massa volk en nog 21 graden. Alle bars en restaurants vol. Om 22 u gaan slapen.
Bij het opstaan en inpakken een pet gevonden onder mijn bed. Een bijzonder exemplaar. Alleen de lopers die de marathon des sables gelopen hebben hebben de eer die pet te dragen. Ik steek ze weg in mijn rugzak in de hoop die oude Italiaan terug te zien, vandaag of morgen.
Weer een eentonige vlakke weg . Kilometers lang en dit verscheidene dagen.
Ik doe het rustig aan vandaag. Heb geen haast en stop regelmatig hier en daar. Ik kom veel bekenden tegen en wens hen buen camino.
Velen bewonderen mijn wandelstok en vragen waar je die kan kopen. Als ik dan zeg dat ik ze zelf snij, en beitel, kijken ze me vol bewondering aan.
Op een zeker moment moet ik kiezen. Een wat kortere weg langs de straat of een langere in de natuur.
Ik kies voor de korste weg. Eentonig lang en kaal en plat en haal regelmatig anderen in. In Bercianos del Camino zie ik Ricardo weer. Een kerel uit Brazilie . Was al weer een dag of 5 geleden sedert de laatste keer. We drinken er eentje.
Aangekomen in El Burgo Ramero na een tocht van 29 km zoek ik een bed. Eenmaal binnen en na een douche zie ik de Italiaan terug die gisteren boven mij sliep. Ik spreek hem aan in het Engels maar hij begrijpt me niet. Ik zeg marathon des sables en hij kijkt me vragend aan. Ik neem hem mee naar mijn kast en geef hem zijn kostbare pet terug. Mamma mia wat was die man blij. Hij bedankte mij mille gratias en kuste me van dankbaarheid. Later kwam de beheerder van de herberg tolken tussen hem en mij, en ik moest om 20 u mee met hem om nog een glas wijn te gaan drinken op zijn kosten.
Wat een lawaai. s Nachts snurken en weg en weer lopen, en vanaf 5 uur mensen die zich klaar maken om te vertrekken. Is dat nodig? Voor mij niet. Ik sta ook op en was en scheer me en ga ontbijten, in een hotel in de buurt. 3 € armer en ik kan er weer tegen. Dwars door het slapende stadje en via een zeer lang pad, naar Martinos.
Oneindig ver en vlak. Niets te zien en een eentonige dag. Veel pelgrims voor mij maar ik haal ze allemaal in. Een paar keer een korte stop. Voldoende eten en drinken. Menige pelgrims manken of hebben verband rond de knie of kuit. Sommige lopen scheef en zeer traag. Die gaan er niet geraken vrees ik. Ik kom als eerste in de herberg aan en mag het beste plaatsje kiezen. Ver van de deur en wc dus. Even de voeten afkoelen in de fontein. De was gedaan en het kleine dorpje verkent.
Bruno de herbergier is Italiaan en erg hartelijk.
We eten samen met de andere pelgrims pasta als voorgerecht en een schotel met wat vlees en veel groenten als secondo plato.
Een expresso als dessert.
Veel gesnurk en om 5 u was het weer van dat. Ik negeer het lawaai en slaap verder. Schiet wakker om 7 u 30. Vlug ontbijten en stappen om 8 u. Nog nooit zo laat vertrokken.
Niet zo ver stappen vandaag rustig en langzaam. Te rustig en niets te zien. Altijd het zelfde, glooiend land en afgereden stro. Hier en daar een uitgestorven dorp..
Ik ontmoet regelmatig mensen. Alle talen en nationaliteiten. Meestal vriendelijke mensen. De voertaal is Engels.
Ik loop de ganse dag met mijn strikje. De meesten letten er niet op maar enkelen vragen waarom? Ik moet dikwijls kussen. We gaan een dagschotel eten naast de elbergue. Ik met een Canadese en een Schot. Leuk. Lekker en goedkoop. Na het eten vlug een biertje op het terras. Ik geef mijn strikje door aan een man die morgen jarig is. Hij is er blij mee en zal het de ganse dag dragen. Ik wens hem good luck.
Vroeg gaan slapen bij de nonnen. Ik was de voorlaatste om een bed te ontvangen. Na mij nog eentje en vol en gedaan.
Een speciale dag vandaag. Het is mijn verjaardag en ben nu 65 jaar oud. Gisteren avond aan tafel al wat gefeest. Ik bestelde 3 flessen rode wijn en in plaats van 15 € mocht ik maar 5 € betalen. Een verjaardagscadeau zei Danny. Dat is voor je verjaardag.
Vanmorgen bij het ontbijt werd ik dan nog getrakteerd met taart en een kaars. Ik moest een wens doen en de kaars uitblazen. Leuk van Danny; de zaakvoerster.
Eeen eenzame dag vandaag. Eeen beetje triest zonder mijn gezin en kinderen en vrienden.
Geen tijd om te piekeren. Direkt na het verlaten van de herberg klimmen aan 13 % en veel mist. Koud en klam. Niets te zien en erg lastig op de losse keien..
Dalen aan 18 % is nog erger en dat doe ik dan wel in zig zag stijl. Erg belastend voor de knieen. Halfweg een dorpje met een paar bars. Dorst en honger gestild en terug vertrokken voor 9 km eenzaam stappen. Overal stro en niets anders. Erg warm en geen bomen of struiken. Aangekomen in Fromista in de gemeentelijke herberg vlug een douche en slapen.
Na de siesta het stadje gaan verkennen maar niets interessants te zien. Saai.
Een dag om vlug te vergeten.
Morgen kan ik kiezen tussen kort of lang stappen. 19 of 34 km.
Ik Kies voor een rustige dag. Op het gemak naar Carion de Los Condes.
Na het ontbijt op weg voor een nieuwe dag. Er zijn er al veel vertrokken maar ik haal ze gemakkelijk in. Spaans plat en vlak parcours. Tis te zeggen bijna plat met hier en daar een zeer langzame beklimming. Makkelijk. Nooit zo plat als het Vlaamse land. Nog overal stro en nog eens stro. Stoppels overal.
Eenmaal de pezen en spieren opgewarmt stoomik richting Hornillos del Caminos.
Het dorpje lijkt uitgestorven en alleen de plaatselijke bar heeft de nodige fans. Pelgrims aan de koffie en de broodjes. Enkele Amerikanen wagen zich reeds aan de hamburgers. Dit om 10u30 in de morgen!
Voorbij het dorp terug velden zo ver je kunt kijken. Ik wa,ndel op een plateau van zo een 900 meter hoogte. Overal rond mij windmolens. Tientallen.
Aangekomen in Hontanas is er veel meer activiteit. Iedere bar en café heeft het druk met de talrijke pelgrims. Ze hebben honger en dorst.
Naar Castrojeriz is het maar 9 km ver meer. Dus iets minder dan 2uur stappen.
Ik kom als eerste aan in de albergue Orion. Deze albergue werd me aanbevolen door een Koreaanse. Ze beveelde mij deze herberg aan wegens het goede eten. Oosterse stijl. Ben benieuwd. Dus vanavond normaal geen Spaans eten. Bij de inschrijving merkte Dani, de Koreaanse zaakvoerster, dat ik morgen jarg ben. Ben benieuwd of ze iets speciaal zal doen om dit te vieren.
Om 6 uur wakker en me klaar gemaakt voor het ontbijt van 7u30. Op dat uur niemand te zien in de ontbijtruimte en vertrokken zonder eten. Stappen naar Burgos is niet moeilijk. Je ziet de duizenden lichtjes van de stad kilometers ver. Eerst een grote omleiding rond het vliegveld en dan in het begin van de aglomeratie een bar binnen gestapt,en een een gesprek begonnen met 2 Fransen, die ik al eerder had begroet. Dan 7 km ver langs een grote drukke weg richting centrum Burgos.
Wat een mooie stad en 1 dag is belange niet genoeg om alles te bekijken. Een stuk van de kathedraal bezocht maar eigenlijk geen tijd genoeg om alles te zien. Een stempel gevraagd en verder gestapt.
Het volgende dorp, net buiten de stad, nodigde uit om iets te eten en te drinken. Ik vroeg wat kan ik eventueel eten? De café baas stelde iets voor met carna (vlees), ok voor mij. Hij bracht mij een pot lekkers met brood.
Verder tot Rabé de Las Calzadas en een elbergue gezocht voor de nacht. Na de douche nog iets gaan drinken en wat rusten op mijn bedje. Afspraak om 19 uur voor het avondmaal.
Ik zie een Canadees terug die ik al meerdere keren heb gezien en aangesproken. Hij had een nieuwe rugzak gekocht. Een aanval van bedwantsen, een soort luizen, had hem verplicht al zijn kleren af te koken aan 60 graden, en zijn oude rugzak weg te werpen. Vervelende beestjes die goed kunnen bijten en veel jeuk veroorzaken.
Dag 53 Villafranca Montes de Oca - Gardenuela-Riopico
Dag 53:
Extra vroeg vertrokken. Iedereen was al bezig met pakken en eten en het was nog maar 6 uur. Ja wat doe je dan. Een beetje tegen mijn principes om in het donker te stappen. Iemand zij me we vertrekken om de hitte te ontwijken. Wist ik veel hoe warm het zou worden. Later bleek het slechts 25 graden te zijn. Heb temperaturen van 38 graden gehad dus ik kan ertegen.
Onmiddelijk bij het verlaten van de herberg beginnen klimmen. De achterkant van de kerk en flink klimmen. Een goed pad, redelijk egaal en geen stenen en putten. Mijn zaklampje vertikt het soms en moet er dan mee op mijn wandelstok slaan om er weer leven in te krijgen. Zal de batterijen even moeten nakijken.
Fris weer maar goed te doen. Wandelen door de bossen tot aan de top van de berg. Bijna of geen wind. Het klimmen duurt tot een hoote van 1163 m hoog. Mooi zicht boven en geen enkele andere wandelaar te zien. Heb ze allemaal gelost even voor de top.
In San Juan de Ortegas een appel en een koffie gekocht. In het winkeltje zie ik Eli een duits meisje wat ik al meerdere keren goeden dag heb gewenst. Haar voet in een verband. Gedaan met stappen en moet terug naar huis. Tendinities aande achielespees. Zeer pijnlijk en fataal. Een week rust en pillen. Een gevolg van te lang, te vlug en te veel geladen.
Ik steek veel pelgrims voorbij die ik nog nooit heb gezien maar soms een bekende van de voorbije dagen. In het dorpje Carnuela Rio pico, na zo een 25 km, besluit ik te stoppen. Burgos is nog 12 km en te ver.
Ik ben de eerste klant in de elbergues van José en mag zelf een bed kiezen. Ik bestel voor het avondmaal en verkies vis deze keer. Ik zal de enige blijven die daar eet en slaapt. Een lekker maaltje en dan naar bedje.
Vroeg uit de veren. Iedereen was vroeg actief. Heb niet veel moeten slapen. Lag in een kamertje van 2 bedden met een dikke Ierse. Kampoein van Ierland geweest in het snurken, denk ik. Amaai.
Konden reeds vroeg ontbijten en dus vlug buiten. Het was frisjes en nog goed donker. Stappen ging goed op de brede paden. Witte keitjes en steenslag is redelijk zichtbaar in het halfduister. Prachtige zonsopkomst. Zo ver ik kan kijken stroo en afgereden graan. Geen enkele wijnrank meer tebespeuren.
Ik leg er de pees op en haal iedereen in. Ik stop enkele keren voor een foto en of een koffie. De camino is goed gepijld en je hebt eigenlijk geen boek of kaart nodig om de weg te stappen.
Flink warm aan het worden maar in de vele dorpjes kan je de bar binneduiken en iets fris drinken en een broodje kopen. Met Engels kan je overal weg. Eten kost bijna niets. Een driegangen dagschotel voor 9 € is normaal.
De camino loopt dikwijls parralel met de N 120 . Een zeer drukke weg vol vrachtverkeer.
Na 28 km vond ik het genoeg en morgen zal het een klimdag worden. Moeten naar 1100 meter hoogte.
De elbergue bezocht en vlug nog even de winkel binnen voor ze om 14 uur sluiten.
De was gedaan en te drogen gehangen in het zonnetje.
Verder is hier niets te zien en alleen druk verkeer van de voorbijrazende vrachtwagens.
Wat rusten op mijn bed en wachten tot het tijd is om te eten.
Wakker geworden door de gsm van de Italiaanse vrouw. Geen probleem. Wilde wel vroeg vertrekken. Eerst een katten wasje en pakken, en naar de bar om te ontbijten. Daarna volle bak richting Granon zo ongeveer 28 km ver. Men voorspelde 26 graden warmte en het was dus aangeraden vroeg te vertrekken om zo lang mogelijk in de koelte te kunnen stappen.
Santiago de la Calzada is prachtig!
Mijn Bretoense vriendin haakte af en wil haar eigen tempo stappen. Ik volle bak vooruit. Tientallen pelgrims ingehaald en er waren er ook al veel met knie en voetproblemen.
Eindeloze velden met wijnhaarden met volle sappige trossen druiven. Hier en daar een vijgenboom. Ik pluk nu en dan enkele vruchten en eet ze. Lekker. Verder doorwandelen en omdat het niet echt warm is besluit ik door te stappen tot in Granon. De albergue gezocht en een bed gereserveerd. Ik was een van de eersten en moocht kiezen. Een bed, avondmaal en ontbijt is donatief. Dus je geeft wat je wil. Een gezellige boel. Inkopen gedaan in het winkeltje en gerust op mijn bed.
s'Avonds allen samen aan tafel voor het avondmaal en dan na de koffie vroeg gaan slapen.
Wakker geworden en het was al 7u30. De anderen waren al allemaal weg of aan het ontbijten. Vlug klaargemaakt en de stad ingetrokken op zoek naar ontbijt en koffie. Na wat zoeken in de buurt van de kathedraal een bar gevonden. Na het eten nog flink moeten zoeken naar de juiste weg om de stad te verlaten. Zig zaggen door die grote aglomeratie tot even buiten de stad en dan via de gekende gele pijlen en schelpen op weg naar Navarrete.
Daar gekomen een korte stop voor een koffie en een broodje. Ik maak er kennis met een jonge Bretoense en besluiten samen op te stappen. Aan de kerk van het stadje besluiten we binnen te gaan. Wat een prachtige kerk. Overal bladgoud waar je kijkt. Zo rijk versiert. Nooit gezien.
Verder stappen naar Ventosa. Wijnhaarden overal rond ons. De zware trossen druiven hangen door tot op de grond en nodigen uit om ze te plukken. Een eindje verder is een arbeider bezig met werken in de wijn haard. Snoeien en de kleinste trossen wegnemen. We vragen of we de druiven mogen proeven en hij zoekt voor ons de rijpste trossen en geeft ze ons. Ik wil hem een euro geven maar hij zegt ; "voor de pelegrinos is het gratis".
Aangekomen in Najera na een lange tocht op zoek naar een bed en gelukkig nog een kamer gevonden voor 3 personen. Ik en de Bretoense en een oudere Italiaanse dame. De Italiaanse snurkt veel en heeft zich niet of weinig gewassen en ruikt niet zo lekker. Maar ja ook dat is de Camino.
Goed geslapen in het kamertje van de Vlamingen. Iedereen was om 7 u weg. Ik eerst 500 meter terug naar het centrum van Los Arcos voor een ontbijt. Het plaatselijke café aan de kerk was open en daar waar ook mijn 2 kamergenoten aan het ontbijten. Ze zouden de bus nemen naar Saint Pied de Port en daar hun auto ophalen.
Om 7u30 was het klaar genoeg om te wandelen. Een moeilijke dag. Veelbergop en slechtlopende paden. Had nog wat dikke benen van gisteren. Had me nogthans laten masseren. Een Franssprekende masseur dan nog. Voeten, benen en dijen voor 15 €.
Veel wandelaars voorbijgestoken en slechts kort gestopt om te drinken en te eten.
Op 5 km van Logrono was ik van plan om te stoppen en een bed te zoeken. Maar verder in de vallei zag ik die stad liggen en nog een uur gestapt en de eerste herberg binnengestapt.
Morgen zal ik normaal wat minder km doen en wat recupereren. Men voorspelt 26 graden en ga na 20 km stoppen en wat te rusten.
In de herberg ontmoet ik een Nederlands koppel. De vrouw is gevallen en heeft haar pols gebroken. Gedaan met de camino. Zij en haar man vliegen terug naar huis en zij laat zich thuis opereren.
Ga vanavond eens uit eten in de stad in plaats van een pelgrimsmenu in de herberg. Overal zijn restaurants en een dagmenu kost tussen de 10 en 12 €, wijn inbegrepen.
Het dorpje Lorca verlaten na het karig ontbijt toen er voldoende licht was om te stappen.
Het eerste stadje was Villatuerta en daar kon ik wat bijtanken en eten. Dan verder via kronkelende wandelwegen en langs de rivier naar Estalla. Een mooie basilique en typishe huizen. Niet erg heet en kon flink doorstappen.
Was eerst van plan te stoppen in Villamayor de Monjardin en zo 20 km te stappen maar wegens wegens het zachte weer en de goede vorm doorgestapt tot in Los Arcos. De totale afstand was dan 29 km.
Ik wist dat in de gemeentelijke herberg van Los Arcos Vlaamse vrijwilligers het onthaal deden. En beide dames waren blij eens weer Vlaams te praten. Ik had onerweg 2 Vlamingen ontmoet, eentje uit Torhout en de andere uit Gent. Leuke gasten. Ik had ze verteld over de Vlaamse hospitaleros in de gemeentelijke herberg en ze waren van plan daar ook te gaan slapen. Paula zorgde voor een kamer van 4 bedden voor ons 3. Het Vlaamse kamertje.
Om 19 uur afgesproken om iets te gaan eten met die andere Vlamingen. Er werd ons een restaurant in een hotel aanbevolen.
Lekker eten voor 12 € en wijn inbegrepen. Aan tafel veel ambiance met ons 3 en 2dames uit Bretagne en een pas gehuwd Frans koppeltje. Na een koffie vlug naar de herberg. 5 minuten voor sluitingstijd aangekomen en Maria stond alklaar om de deur te sluiten.
Gelukkig had ik gisteren al een deel van de beklimming gedaan en dus gestart met 4 km bergop. Boven staat het bekende kunstwerk in ijzer. Een ode aan de pelgrims die hier dagelijks passeren. Enkele foto's genomen en terug dalen gedurende 10 km tot aan Punta de la Reina. Hier en daar steek ik groepjes wandelaars voorbij en iedere keer wenst men mij "bon camino".
Punto de la Reina is bekend voor zijn middeleeuwse stenen brug. Deze werd gebouwd, in de middeleeuwen, omdat de pelgrims ook in de winter de rivier zouden kunnen oversteken. Een mooie stad. Er was om 18 uur een stierenloop voorzien in de straten van de stad maar heb zolang niet gewacht en ben doorgestapt tot in Maneru. Brood en chirozo gekocht en samen met een koffie genuttigd.
Het werd flink warm. Tot 26 graden en ben dan zonder dralen flink gaan doorstappen om vlug op mijn bestemming aan te komen. Op en neer via smalle wegen, en soms brede paden. In de verte overal pelgrims. Eenzaten of groepjes. Op een zeker moment zie ik geen gele pijlen meer en na raadpleging van mijn gps zie ik dat ik een km afgedwaald ben. Dwars door een veld olijfbomen, en na wat klauterwerk door lang dor gras terug op het juiste pad, en verder tot Lorca.
Slechts 2 kleine herbergen maar bedden genoeg als men vroeg aankomt. Rustig dorp en slechts 7 € om te overnachten. Er een pelgrimsmenu besteld voor 10 €
Extra vroeg wakker. Had de slechtste plaats gekregen om te slapen. Net naast de deur van het Toilet. Dit zal niet meer gebeuren. Vroeg uit de veren dus en ontbeten en wat verder gewerkt aan mijn blogje.
Het eerste uur was makkelijk lopen op een vlakke weg. De eerste herberg reeds na 4 km en mij tegoed gedaan aan koffie en wat broodjes. Mooie vergezichten en de weg is perfekt gemarkeerd met het bekende gele schelpsimbool, of een gele peil op de straat of muur. Reeds om 10 uur aankomst in de voorstap van Pamplona. Iets gedronken en de gehele stad doorgewandeld. Groots en veel te zien. Veel jonge mensen en studenten. Te veel mensen eigenlijk en ik hou liever van de rustige dorpen.
Een stempel gekregen in het toeristen bureau en verder naar het zuiden. Aan de rand van de stad een pelgrimsmenu gegeten en na wat rusten,erug op stap richting Cizur Minor. Veel klimwerk en had wat moeite wegens te veel gegeten!
Het lang klimmen zou morgen lonen. Twee derden van de klim gestapt tot aan een dorpje met herberg en een bed gevraagd.
Morgen slechts 3 km klimmen en dan 10 dalen naar punta de la Reina.
Na het eten nog wat napraten over de voorbije dag met enkele Franssprekende Canadezenen.