Watersnood 1953
Inhoud blog
  • Maeslantkering een VItaal Geheim
  • Watersnoodramp 1953: De Volkskrant publiceert onjuiste gegevens
  • Op de Hoogte
  • Safety & Security Amsterdam 2007
  • De bedstee van opa
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    onderzoek, publicaties, rondleidingen
    15-04-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een toevallige ontmoeting

    Een toevallige ontmoeting

     

    Informatie voor een onderzoek moet zo systematisch mogelijk worden verzameld. Dat geldt voor onderzoek in archieven net zo goed als voor het zoeken naar informanten. Doe je dat niet, dan verzandt je onderzoek of mis je juist de kern van de zaak. Toch kun je niet alles sturen. Soms werpt het toeval je de mooiste stukken zomaar in de schoot. Dat gebeurde op de morgen dat ik te laat bij het archief kwam.

     

    Ondanks dat ik laat was nam ik een kop koffie. In een archief mag je echter niet met een kop koffie boven de stukken gaan zitten. Dus liep ik naar een oude landkaart die ik nog eens nauwkeurig bekeek. Terwijl ik daar zo stond vroeg een man achter me, wat of ik zocht. “Ik kijk naar de plaats waar de dijk in ‘53 is doorgebroken”, zei ik. Tot mijn verbazing zei de man: “Ik was daar in de rampnacht.” Waarna hij me vertelde wat hij had meegemaakt. Al luisterend herinnerde ik me dat verhaal eerder gehoord te hebben. Ik vroeg naar details en zo kwamen we uitgebreid aan de praat over het verloop van de ramp. Dat de dijk vlakbij de plaats waar hij geweest was, was doorgebroken, wist hij weer niet.

    Nadat hij al over allerlei zaken had zitten praten, vertelde ik hem wie ik was en wat ik deed. Mensen vertellen soms heel vertrouwelijke zaken zonder dat ze weten tegen wie. Dat wil ik niet hebben. Iemand moet weten wie hij tegenover zich heeft, want wat ik hoor wil ik zo nodig kunnen gebruiken. Sommigen willen dat echter niet. Ook bijna 55 jaar na de watersnood zijn er namelijk nog mensen die hun verhaal niet zomaar kunnen vertellen. De redenen daarvoor variëren, maar vaak komt het omdat het ze nog steeds erg aangrijpt. Dat is dan jammer voor mij, maar je mag niemand dwingen of voor de gek houden.

     

    Mijn gesprekspartner bleek over diverse aspecten van de Watersnoodramp veel te weten. Bijvoorbeeld over onderkoeling en de rol van kleding daarbij. Bij de Watersnoodramp is dat een factor waar we nog maar weinig van weten. Omdat het me te lang ging duren, vroeg ik hem of we een afspraak konden maken. Tot mijn verbazing aarzelde hij, zich afvragend wat de zin daarvan was. Ik legde hem uit wat ik zoal te weten was gekomen en welke conclusies je daaruit kon trekken. Het overtuigde hem maar half. Omdat ik hem niet zomaar wilde laten gaan spraken we verder en weer vertelde hij allerlei interessante details. Gelukkig reageerde hij na enige tijd positiever toen ik hem opnieuw vroeg om een afspraak. We wisselden telefoonnummers. Toen ik wegging riep hij me na, dat hij m’n telefoontje verwachtte. Nou, daar kan hij op rekenen. 

    15-04-2007, 22:18 Geschreven door Watersnoodgids

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (5 Stemmen)
    26-03-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hoeveel slachtoffers?
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Hoeveel mensen kwamen er om ?

    Het meest gehoorde antwoord op die vraag is: 1835. Helaas is niet duidelijk hoe men daaraan komt.
    Op de slachtofferlijst van het Rode Kruis staan 1795 namen; dat is inclusief enkele gewone sterfgevallen, de slachtoffers op Texel en enkele redders. De lijst van het Rode Kruis dateert van eind september 1953 en is daarna niet meer bijgewerkt.
    In januari 1954 telde het Centraal Bureau voor de Statistiek 1835 slachtoffers. We weten helaas niet hoe men daaraan kwam, ondanks diverse speurtochten in de archieven. Probleem is dat het Rode Kruis uitging van het woonadres en het CBS van de provincie. Omdat de onderliggende gegevens niet meer te vinden zijn, kunnen we niet vergelijken. Maar misschien is het volgende aan de hand.

    Scheepsrampen
    In een verzameling krantenknipsels kwam ik in het Vrije Volk van 8 februari 1953 een berichtje tegen dat er twee coasters werden vermist: de Westland en de Salland. Beide schepen waren op 29 januari vertrokken. De Westland vanuit Noord-Duitsland naar de Engelse oostkust en de Salland vanuit Zuid-Engeland naar Stockholm. In de knipselmap ontbraken verdere gegevens hierover.

    Googelen leverde verschillende vraagbaken op die werden ingeschakeld, zoals Lloyds Nederland. En natuurlijk werd de vraag gesteld aan het Maritiem Museum Rotterdam. Dat verwees naar: 'De orkaan van 1953' van Hans Beukema (Delfzijl, 2002). Daarin staan de volgende gegevens:
    De Westland telde 10 koppen, mat 426 brt en was gebouwd in 1931. Alhoewel al wat ouder, moet het nog een goed schip zijn geweest. Het werd voor het laatst gezien bij Cuxhaven. Daarna is er geen spaan meer van gevonden.
    De Salland was veel kleiner an de Westland, nl. 297 brt., maar was gebouwd in 1951. De ervaren schipper-eigenaar heeft niet vermoed in welke kolkende zeeën hij met zijn notendop terecht zou komen. In 1994 vonden sportduikers op 17 mijl uit de kust, ter hoogte van Egmond, de bronzen werfplaat van een wrak. Op basis daarvan kon de 'Salland' worden geïdentificeerd. Waarschijnlijk is zij vergaan doordat de luiken waren bezweken. Het schip moet direct zijn gezonken, de 8 bemanningsleden met zich nemend.
    Uit diverse andere bronnen bleek nog een derde schip tijdens de orkaan te zijn vergaan: de YM 60 'Catharina Duyvis'. Het was een voor die tijd forse en goede haringkotter met 16 man aan boord. Ter hoogte van Egmond was ze voor anker gegaan om de storm uit te rijden. 's Zondagsmorgens was er nog radiocontact geweest. Daarna is de YM 60 spoorloos verdwenen.

    In totaal kwamen er dus 34 zeelieden op Nederlandse zeeschepen om het leven.

    Hiermee is het verschil tussen het aantal slachtoffers van het Rode Kruis en van het CBS geslonken tot 6. Het “echte” aantal slachtoffers blijft voorlopig dus nog onzeker – als we het al ooit te weten komen. Is dat belangrijk? Ik vind van wel en zal dat later toelichten.

    Nog meer slachtoffers
    Voor de Engelse oostkust en in de Ierse zee vergingen overigens nog enkele schepen. De grootste was wel de veerboot Princess Victoria. Van de177 opvarenden kwamen er 133 om. De 43 overlevenden waren allen man. Hoeveel vrouwen of kinderen aan boord van de Pr. Victoria waren, is onbekend.

    Strandingen
    En om volledig te zijn: er strandden ook nog enkele schepen, o.a. bij Scheveningen (zie foto). Ze werden alle weer vlot getrokken.

    26-03-2007, 19:55 Geschreven door Watersnoodgids

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (5 Stemmen)
    22-03-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Hoe gaat zo’n onderzoek eigenlijk ?


    Elk onderzoek begint met een vraag. Je wilt iets weten. In dit onderzoek is de vraag eenvoudig: 
    waarom overleefde de een de Watersnoodramp van 1953 wel, en de ander niet? Het antwoord op die vraag blijkt niet zo simpel, zoals je hieronder kunt lezen. De kans op overleven bleek vaak niet van toeval af te hangen, maar van leeftijd, van gezinssamenstelling, van de plek waar je stond of zat en misschien van nog andere factoren. Want het onderzoek gaat door.

     

    Bij het verzamelen van gegevens voor dit type onderzoek zijn archieven natuurlijk onvermijdelijk. Dat lijkt saai, maar handgeschreven notulen, krakende  krantenknipsels of bruine foto’s kunnen heel verslavend zijn. Je komt telkens iets nieuws tegen en soms vind je de gekste dingen.

    In een archief zit je ook niet alleen. Veel mensen blijken aan hun stamboom te werken. Anderen helpen bij het digitaliseren van gegevens uit de burgerlijke stand en uit allerlei andere registers. Wat weer erg handig is bij het klimmen in een stamboom. En tijdens het koffiedrinken komen de sterke verhalen als vanzelf.   

    Hoe verder terug in de geschiedenis, hoe belangrijker natuurlijk het archief wordt. De Watersnoodramp bevindt zich wat dat betreft op de grens. Er zijn al zoveel verslagen van overlevenden dat er een aardige bibliotheek mee te vullen is. Daarnaast zijn er  overlevenden die hun ervaringen nog nooit verteld hebben. Hen opzoeken is leuk werk en meestal vertellen ze veel meer dan je vroeg. Geschiedenis wordt dan ineens springlevend. 

    Wel blijft het oppassen met verhalen van overlevenden. Want niets is zo onbetrouwbaar als het geheugen. Wie midden in de ramp zat, was vooral bezig te overleven. Wat er verder gebeurde blijkt later vaak maar vaag of in brokstukken te zijn onthouden. Heel vaak heeft men geen idee gehad van het tijdsverloop. Een dag is dan een minuut en een minuut een dag. Of men weet alleen nog dat men ineens  boven water kwam. Maar verder?  Ook komt het voor dat men iemand ergens gezien heeft, die daar echt niet geweest kan zijn. Daarvan zijn sterke staaltjes te vertellen.

    Om zulke problemen te ondervangen, zijn enkele uitgangspunten onvermijdelijk.

    In de eerste plaats de regel: “één getuige is geen getuige”. Als het even kan moet elke opmerking gesteund worden door een andere liefst onafhankelijke bron.

    In de tweede plaats: wat geschreven of gedrukt staat, is nog niet altijd waar. Elke bron moet op zijn waarde worden beoordeeld aan de hand van allerlei kenmerken. Ook vragen als: “wie schreef wat, wanneer en waarom?” zijn soms erg verhelderend.

    En in de derde plaats: goede verslaglegging is onontbeerlijk. Want ook de onderzoeker kan zich vergissen of last krijgen van “geheugenzwakte”.

    Waarvan akte. …………

     

    Van mijn ervaringen met dit onderzoek zal ik op deze weblog voortaan regelmatig een verslagje schrijven.

    22-03-2007, 20:40 Geschreven door Watersnoodgids

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    14-03-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    De Februariramp van 1953 is uit het collectieve geheugen verdwenen ©

    Zoals bekend braken in de vroege morgen van 1 februari 1953 in zuid-west Nederland de dijken. Daarbij lieten honderden mensen, tienduizenden stuks vee en een onbekend aantal huisdieren het leven. Het duurde bijna een jaar voor de laatste polder droog viel en bijna twee jaar voor het laatste slachtoffer werd geborgen. Een tot nu toe onbekend aantal slachtoffers werd zelfs nooit meer getraceerd.

    Toch is 'De Ramp' geen gebeurtenis die begin februari 2007 veel aandacht kreeg. Alhoewel we ons zorgen maken over de stijgende zeespiegel, doet een storm ons niet zoveel meer. Over de storm van midden januari was de algemene opinie in het radioprogramma Standpunt.nl zelfs, dat ”we” het goed gedaan hadden. Enkele luisteraars vroegen zich af of sommige van de zeven slachtoffers niet teveel risico hadden genomen. En de urenlange files hadden kunnen worden voorkomen als die vrachtwagens eerder van de weg waren gehaald. Dat sommige websites en telefoonnummers zelfs bij deze middelmatige storm enige tijd onbereikbaar waren, is ook een overzichtelijk technisch probleem. Nee, we zijn er klaar voor!

    De Februariramp was echter van een geheel andere orde. Dat beseffen zo langzamerhand alleen nog de overlevenden. Voor de meeste anderen is die ramp er een uit vele. Menigeen denkt bij 'de Watersnoodramp' op zijn best nog aan Zeeland. Zelfs de Volkskrant plaatste in maart 2005 een foto van een ondergelopen dorp, met als onderschrift: “Zeeland in februari 1953”. Terwijl het toch echt een foto van het Zuid-Hollandse Oude Tonge was. Dat daar ruim 300 slachtoffers vielen, bijna 10% van de bevolking, is voor menigeen een onbekend gegeven. Dat er door die storm zo'n 200 schepelingen omkwamen, ook.

    Aantal slachtoffers
    Het totale aantal slachtoffers van de Ramp hangt natuurlijk af van het gebied dat je bekijkt. In zuid-west Nederland kwamen ongeveer 1790 mensen om. Tellen we daar de omgekomen dijkwerkers op Texel en de Nederlandse zeelieden bij, dan komen we op zo'n 1830. En met de slachtoffers in België en Engeland komen we aan ruim 2400. Dat we niet precies weten hoeveel mensen er omkwamen is een gevolg van verschil in telwijzen en van recente gegevens. Want wanneer begint een ramp en wanneer is die afgelopen?

    Het precieze aantal slachtoffers is ook niet zo belangrijk. Wel klinken deze aantallen tegenwoordig vaak ongeloofwaardig. Ik ontmoet regelmatig mensen die denken dat het aantal slachtoffers veel lager dan 1800 is. Of ze denken dat de slachtoffers verdronken omdat ze niet konden zwemmen. Dat je overlevingskansen in zeewater met een temperatuur van 3 à 4 graden nagenoeg nihil zijn, wil er dan niet in. Bij een nieuwjaarsduik vallen toch ook geen slachtoffers? Ook een golvende berg wrakhout en kadavers maakt nog zelden indruk. In een beetje rampenfilm zie je dat vaak genoeg. En dat een vliegende storm een muur van water kan veroorzaken die je letterlijk de adem beneemt, is meestal ook een ongekende ervaring. Beelden van mensen die zich eens lekker door de stormwind laten “zandstralen” bevestigen het idee dat het wel meevalt met zo'n storm.

    Oorzaken
    De oorzaken van deze ramp zijn evenmin algemeen bekend. Het was ook niet één factor, maar een combinatie van windkracht, windrichting, tijdsduur en springtij die in het holst van de nacht hun hoogtepunt bereikten. En het was natuurlijk een tijd waarin ons technisch kunnen nog niet zo groot was als nu. Wat een gevaarlijke misvatting is.

    Toen enige jaren geleden in mijn woonplaats de alarmsirenes voor het eerst sinds mensenheugenis echt in werking werden gesteld, ging het helemaal mis. Veel mensen begrepen er niets van en kregen ook geen informatie. Met als climax dat die sirenes welgeteld na 90 seconden stil vielen. Omdat “men” niet meer wist hoe ze bediend moesten worden! Natuurlijk gaat dat de volgende keer veel beter, want er zijn maatregelen getroffen. Of die echt werken zullen we pas te weten komen als het zover is. Want geen burgemeester haalt het in zijn hoofd om tijdens een storm te testen hoe paraat zijn hulptroepen zijn.

    Verloop
    Over het verloop van de Ramp weten we eigenlijk ook nog maar weinig. Van de Vuurwerkramp in Enschede weten we tot op honderdsten van seconden nauwkeurig wat er gebeurde. Van de Ramp weten we soms nog niet op een half uur nauwkeurig wanneer welke dijk brak en wat er vervolgens gebeurde. Met als gevolg dat de beschikbare modellen schatten dat er bij de volgende watersnoodramp 40 tot 40.000 of meer slachtoffers kunnen vallen.

    Nauwkeurig onderzoek van het verloop van de Ramp in enkele dorpen laat zien, dat de ramp eigenlijk heel kleinschalig was. Er zijn plekken, bijvoorbeeld een dijkvak van zo'n driehonderd meter, een kruispunt of een rijtje huizen aan een polderweg, waar nagenoeg alle bewoners omkwamen. Terwijl even verderop iedereen overleefde. De veel gehoorde opmerking dat vooral goedkope arbeidershuisjes het begaven klopt ook niet. Op bepaalde plaatsen stortten alle huizen in, goede én slechte, grote én kleine, terwijl soms maar enkele tientallen meters verderop zelfs bouwvallen bleven staan.

    Kenmerken
    Zo'n gedetailleerde benadering leert verder dat in sommige leeftijdsgroepen verhoudingsgewijs meer slachtoffers vielen dan in andere. Zo kwamen jongetjes van een jaar of tien vaker om dan bijvoorbeeld hun zusjes of hun oudere broers. Ook bejaarden bleken kwetsbaar. Plausibele verklaringen daarvoor zijn snel gegeven. Maar zo'n verklaring komt pas naar voren als de feiten op een rij zijn gezet. En vervolgens blijkt het mogelijk om die gegevens toe te passen op onze situatie.

    Dat de gezinnen in 1953 gemiddeld groter waren dan nu, valt weg tegen het feit dat veel kinderen tegenwoordig een groot deel van de dag in groepsverband verkeren. Weet bijvoorbeeld een crècheleiding of een leerkracht van een basisschool wat er gedaan moet worden als de ramp losbarst? Een goede voorbereiding vereist regelmatig oefenen. Dat helpt echt, maar hoe vaak gebeurt het? En in welke mate wordt er bij het opstellen van een evacuatieplan met specifieke kenmerken van groepen bewoners rekening gehouden? Zijn zulke plannen er wel, of denken we dat de hoogte van een stormvloed even goed te berekenen valt als in 1995 de hoogte van het rivierwater? De veronderstelling dat we bij een gevaarlijke storm voor een evacuatie tijd genoeg hebben, zal een rampzalige vergissing blijken.

    Onbekendheid
    Zo kent de Ramp helaas nog veel geheimen, want er is nog maar weinig onderzocht. Dat komt ongetwijfeld ook omdat hij in ons collectieve geheugen nauwelijks nog een rol speelt. We herdenken 'm niet meer en daarmee sterven de herinneringen af. Toch slaat de “Waterwolf” weer een keer toe – onverhoeds en meedogenloos. En opnieuw zullen we dan niet weten wat ons overkomt.


    Arie Kuijvenhoven

    doet onderzoek naar de Watersnoodramp van 1953 en is o.a. auteur van “Vrouwen en kinderen eerst? - zelfredzaamheid tijdens rampen” (isbn90-12-11241-9)

    Voor meer informatie: bureaukuijvenhoven@hetnet.nl
    Op verzoek kan een excursie worden georganiseerd langs de zwaarst getroffen plaatsen op Flakkee en op Schouwen-Duiveland.  


    14-03-2007, 19:04 Geschreven door Watersnoodgids

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (7 Stemmen)
    Archief per week
  • 28/01-03/02 2013
  • 18/10-24/10 2010
  • 04/06-10/06 2007
  • 14/05-20/05 2007
  • 07/05-13/05 2007
  • 23/04-29/04 2007
  • 09/04-15/04 2007
  • 26/03-01/04 2007
  • 19/03-25/03 2007
  • 12/03-18/03 2007

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!