Toen Karel de Stoute in 1477 overleed, was de Bourgondische " staat in wording " van macht en invloed gestegen.
Maar de resultaten van deze politiek werden in 1477 ernstig bedreigd. Het prinsdom Luik en het hertogdom Gelre bevrijdden zich van de Bourgondische heerschappij. De Franse koning legde zijn hand op het hertogdom Bourgondiƫ en dat was een zwaar verlies.
De rampspoedige oorlogen van de weinig realistische Karel de Stoute maakten de Bourgondische politiek bijzonder onbemind.
Filip De Goede en Karel de Stoute hadden zeker niet verwacht dat de Staten-Generaal ooit zouden pogen de politieke macht tot zich te trekken en zodoende in de plaats van de vorst te treden.
In 1477 nam het volk in verschillende steden revanche. Kortom, het werk van de Bourgondische hertogen werd ernstig bedreigd.
De term Nederlanden ( Belgica in het Latijn ) of Bourgondiƫ, slaande op het gebied der vorstrijke bezittingen, begon vanaf het einde der 15e eeuw gebruikt te worden. De tijd toen Vlaanderen praktisch op eigen krachten de Franse koning op afstand hield, was immers lang verstreken.
Maria van Bourgondiƫ huwde in 1477 met Maximiliaan van oostenrijk, welke een flinke steun was voor zijn vrouw en niet alleen tegen de Franse koning, maar ook tegen haar eigen onderdanen. Toen Maria in 1488 overleed ( een jachtongeval ) , was de oude orde reeds voor een deel hersteld.
In 1488 tot 1492 woedde vooral in Vlaanderen een opstand tegen Maximiliaan. Maar deze haalde de overwinning en maakte als regent gebruik om de gemeentelijke zelfstandigheid een zware slag toe te dienen ten voordelen van het vorstelijk gezag.
Eens Maximiliaan als Duitse keizer diende, gaf hij in 1493 het bestuur der Nederlanden over aan zijn 15 jarige zoon, Filips de Schone, erkend als wettige vorst.
Door het huwelijk met de Spaanse prinses Johanna, kon het beleid van Filips de Schone niet meer anders dan internationaal gericht zijn.
Maar Filips overleed in Spanje in 1506 en werd Maximiliaan in 1507 weer regent, maar liet zich in Nederland vervangen door zijn dochter, Magareta van Oostenrijk.
De Nederlanden waren het beu zware belastingen te betalen voor het financieren van oorlogen die voor onze gewesten geen enkel voordeel kon opleveren.
De Nederlanden hadden telkens opnieuw te kampen met de Spaanse-Franse oorlogen op onze gewesten, alsof er een vloek berustte die onvrede en onrust bekrachtigde.