Gran Canaria: meer dan strand
De meeste toeristen die landen op Gran Canaria, trekken meteen naar de stranden in het zuiden van het eiland. Maar dan missen ze wel hoofdstad Las Palmas. De oudste koloniale stad van Spanje is perfect voor een daguitstap.
Las Palmas, de hoofdstad van Gran Canaria, telt 400.000 inwoners. Dus moet je even door de zure appel bijten alvorens je kan doordringen tot la Vegueta, het historische hart van de stad met zijn mooie koloniale pleinen, kerken en huizen. Maar dan kom je ook in een andere wereld terecht.
Waar kan je beter de sfeer opsnuiven dan in de Mercado de Vegueta? Op de dagelijkse overdekte markt (behalve zondag) is het druk en krap, omdat kramen dicht bij elkaar staan en mensen zich ertussen wringen. Vis, vlees, fruit en groenten worden er verkocht, maar ook wijn en honing. In een hoekje kan je pastei proeven, gedrenkt in de hete chocolade.
De markt aan de Calle Mendizabal is open vanaf 7.30 uur tot een heel stuk in de namiddag.
Palmenpleinen
Vlak ernaast kan je met de Canarios verbroederen in El Herreño, een drukke tapasbar met lokale specialiteiten. Het is eens wat anders dan een smakeloos buffet in je all-inhotel. De bar is verspreid over twee verdiepingen, met veel hout. Wil je echt Canarisch eten, bestel dan 'ropa vieja', of vlees met groenten, tomaten en groene pepers.
Laat je daarna voortdrijven door de steegjes met hun afgesleten kinderkopjes en op een stille zondag waan je je al gauw in de 15de eeuw.
In de onopvallende kerk Ermita de San Antonio Abad bad Christoffel Columbus voor hij in 1492 aan zijn eerste reis naar de Nieuwe Wereld begon. En aan de overkant in het Casa de Colon - het huis van Columbus - kan je alle 'souvenirs' vinden die de veroveraars uit Amerika meebrachten.
In de Vegueta wandel je van het ene authentieke palmenplein naar het andere. De Plaza del Pilar Nuevo ziet er al 500 jaar hetzelfde uit en de Calle de los Balcones heeft haar naam niet gestolen: hier staan de fraaiste koloniale huizen van de Vegueta. Sommige met stijlvolle patio's waar planten en bomen voor schaduw zorgen.
Het lievelingsplein van de inwoners van Las Palmas is de Plaza de Santa Ana en het grootste van de Vegueta. Hier staat ook de pronte Catedral de Santa Ana met haar dubbele torens, weliswaar uit 1497, maar door geldgebrek pas tegen 1800 voltooid.
Jugenstil
De tweede wijk die je niet mag missen is Triana, die vooral levendig is omdat er zich veel studenten ophouden. Rond de bibliotheek barst het van de cafés en restaurantjes. Heel veel jugendstilpanden zijn mooi gerenoveerd, zoals Café Hotel Madrid op de Plaza Cairasco, een eeuw geleden hét trefpunt van kunstenaars en schrijvers. In het hotel verbleef dictator Franco net voor hij een staatsgreep ging plegen, maar ook de filmploeg van Moby Dick.
Het voetgangersgebied van Triana heeft ook drukke winkelstraten, behalve op zondag, wanneer de rustbankjes weer ingenomen zijn door de Canarios en de rest naar het strand is. Aan de andere kant van de stad ligt immers een van de breedste stadsstranden van Europa, Playa de las Canteras. Dankzij het zachte klimaat heerst hier altijd een uitgelaten vakantiesfeer.
Flaneren op de brede boulevard, een ijsje eten en een plekje zoeken op het strand, meer hoeft dat niet te zijn. hln
|