xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" /> Een monument als belegging
BRUSSEL - RENOVATIE SINT-HUBERTUSPASSAGE IN LAATSTE FASE De aandeelhouders zijn nog dezelfde eerbiedwaardige families als 150 jaar jaar geleden. Maar ze zorgen goed voor hun beroemde Brusselse passage. Met een uitgekiende commerciële politiek stappen de Sint-Hubertusgalerijen de 21ste eeuw in. En een finale restauratiefase.
Geert Van der Speeten
Het is een monument in de vorm van een straat, een toeristische blikvanger voor de hoofdstad. Jaarlijks trekken de Koninklijke Sint-Hubertusgalerijen liefst zes miljoen voorbijgangers aan.
De overdekte passage, xml:namespace prefix = st1 ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:smarttags" />213 meter lang, vormt ook een mini-stad in de stad. De galerij telt 54 winkelpanden, naast een (leegstaand) hotel, een restaurant, een cinema, een ijssalon en twee theaters.
Op de eerste en tweede verdieping wonen zo'n tweehonderd Brusselaars. Van oudsher hebben kunstenaars en schrijvers zich thuis gevoeld onder de majestueuze glazen overspanning. Het terras van de Mocafé, ook al zo'n instituut, is het kloppend hart van deze microkosmos. Je hoort er alle talen, je ziet er alle leeftijden en klassen.
Het is weinig bekend, maar de drie in elkaar overlopende galerijen zijn niet de eigendom van de stad of het gewest, maar van een maatschappij. De Société Anonyme des Galeries Royales Saint-Hubert werd in 1845 opgericht door enkele invloedrijke Brusselse families. Ze steunden het ontwerp van de Nederlandse architect Jean-Pierre Cluysenaar, om een stukje middeleeuws Brussel om te bouwen tot een commercieel centrum en een makkelijke doorgang naar de Grote Markt. Aanvankelijk was de toegang zelfs betalend.
De organisatiestructuur gaf sindsdien geen krimp. Onder de aandeelhouders vind je nog steeds dezelfde namen. Eind vorige week kondigde Alexandre Grosjean, voorzitter en gedelegeerd bestuurder, een verruimingsoperatie en een kapitaalverhoging aan. De suikergroep Finasucre, van de broers Paul en Olivier Lippens, neemt een participatie van 25 procent. Grosjean: 'Het is niet toevallig een familiebedrijf dat dezelfde waarden deelt.'
De uitbreiding maakt een investering van 15 miljoen euro mogelijk, die nodig is voor de derde fase van de restauratie. Het meest zichtbare voor het publiek: de renovatie van de buitengevels, de Prinsengalerij (met de boekhandel Tropismes) en de zuilengaanderij aan de Beenhouwersstraat.
Daarnaast worden ook nog eens twaalf appartementen opgeknapt, plus het Hotel des Arcades. Het interieur van het Théâtre des Galeries krijgt een facelift en de verlichting van de passage moet een stuk milieuvriendelijker worden. De restauratie moet in 2014 rond zijn.
De passage, een modelvoorbeeld van neorenaissancestijl, werd in 1986 beschermd als monument. Tien jaar later was de eerste fase van de restauratie afgerond: de glazen koepels en het interieur werden in hun oude glorie hersteld.
Daarna werden de funderingen aangepakt en het Vaudevilletheater, dat onder meer een nachtclub was geweest. De galerij kreeg er een ondergrondse verdieping bij, intussen een klein museum.
© Bart Dewaele
Luxe
De trekpleister, en ook de grootste zorg van de vennootschap, blijven de winkels. Zij bepalen het gezicht van de galerij. De commerciële strategie is uitgewerkt door Cushman & Wakefield. De vastgoedconsulent telt andere overdekte winkelgalerijen met naam en faam onder zijn cliënten, zoals de Galleria Vittorio Emanuele in Milaan en de Burlington Arcade in Londen. Arnaud de Bergeyck van Cushman & Wakefield kiest voor typehuurders: 'Neuhaus had in de Sint-Hubertusgalerijen zijn eerste winkel. Delvaux huist er sinds jaar en dag. De sterkte is de combinatie van traditionele merken met nieuwkomers, allemaal in het luxesegement. De aantrekkingskracht van de locatie is groot. Ook de financiële crisis lijkt er geen vat op te hebben. Waar winkels verdwijnen, zoals onlangs Van Schelle of Extrazone, wordt al snel hun plaats ingenomen.' Omdat de passage vooral pendelaars en toeristen aantrekt, wil De Bergeyck het gamma verruimen. Hij wil typisch Belgische merken aantrekken in het betere segment. 'Chocoladewinkels zijn er intussen genoeg.' Met vijf extra appartementen en twee nieuwe winkelpanden in de Schildknaapstraat, treden de Sint-Hubertusgalerijen voor het eerst ook buiten de muren. Ze slaan het hoekje om, richting Munt. 'We mogen geen enclave vormen', zegt Alexandre Grosjean. 'De strategie om het Ilot Sacrè in Brussel een nieuw elan te geven, willen we absoluut steunen.' www.grsh.be
|