Pinguïns en watervallen in het uiterste zuiden van Nieuw-Zeelandxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Nieuwsgierig als ik ben, wou ik vorig najaar eindelijk eens een bezoekje brengen aan onze redactie in Sydney. Ik had enkele jaren geleden al het geluk gehad om Australië uitgebreid te ontdekken, dus trok ik na een korte stop bij de collega's verder naar Nieuw-Zeeland, een bestemming die al lang op mijn verlanglijstje stond en zijn beloften helemaal bleek in te lossen. Nieuw-Zeeland is veel meer dan alleen maar kiwifruit, All Blacks en bungeespringen in Queenstown. Het bleek een land vol indrukwekkende landschappen en wildlife, en vooral heel veel vriendelijke en hartelijke mensen. Onze reis werd hoe langer hoe fascinerender. Na bijna drie weken onderweg, zagen we voor het eerst in ons leven pinguïns in het wild, een onvergetelijke ervaring.
Buitenaardse wezentjes Na onze bezoek aan Mount Cook belandden we terug aan de kust, in Oamaru, bekend om zijn kolonies blauwe en geeloogpinguïns. 's Avonds komen de pinguïns aan land om de nacht door te brengen bij hun jongen in het nest. De eigenaar van onze hostel raadde ons aan om de geeloogpinguïns niet in de pinguïnkolonie nabij de stad maar aan de vuurtoren van Moeraki te gaan zoeken. De vuurtoren ligt niet zo ver van de Moeraki Boulders, bijna perfect ronde keien die door miljoenen jaren erosie werden gevormd en uit het niets uit de zee lijken te rijzen.
Tegen het vallen van de avond waggelden aan de vuurtoren inderdaad enkele vreemde wezentjes rond. Het was een fascinerend gezicht, ze leken bijna buitenaards. Aangezien de geeloogpinguïns - hoiho's, zoals de Maori hen noemen - met uitsterven zijn bedreigd, worden hun nestplaatsen beschermd en krijgen ze een metalen ring om de arm om hen beter te kunnen bestuderen. Toen we er eindelijk op uitgekeken geraakten, snelden we nog gauw naar de stad om daar de blauwe pinguïns te gaan bekijken, die komen uit het water net na zonsondergang. In de Oamaru Blue Penguin Colony kan je de wezentjes bewonderen vanop een tribune. De nestsite is schaars verlicht maar zelfs in het halve donker zorgen deze kleine pinguïns, ongeveer 30 cm groot, de kleinste pinguïnsoort ter wereld, voor een uniek schouw- én klankspel.
Niagara Falls V
anaf Dunedin volgden we de Southern Scenic Route naar het zuiden van het zuidereiland. Ik was blijkbaar niet de eerste die in het 'visitor center' van Owaka vroeg waar het nationale park van de Catlins nu juist begint en eindigt. De héle streek is immers nationaal park en bijgevolg slechts dun bezaaid met enkele kleine dorpjes. Ook hier is tijdig mondvoorraad inslaan en tanken dus de boodschap! Schapen en watervallen vind je er anderzijds in overvloed.
Van zodra je van de weg afgaat en de schapenweiden achter je laat, kom je in een andere wereld terecht. De watervallen liggen in lapjes gematigd regenwoud met een weelderige plantengroei. Door het vochtige klimaat vind je er een overvloed aan mossen en varens. De ontluikende varen of 'koru' is dan ook niet voor niets hét symbool van de Nieuw-Zeelandse flora. Een van de watervallen werd zelfs Niagara Falls gedoopt, een grapje van de naamgevers. Ze zijn misschien wel even mooi, maar qua omvang gaat de vergelijking toch niet helemaal op... (hvdb)
|